Gisterenavond las ik in het boek De spoorzoeker van Kamiel Vanhole het hoofdstuk waarin het zwembad te Zürich beschreven wordt via de dagboeken van zijn ontwerper Max Frisch. Max Frisch leek me wel een interessant figuur dus zocht ik wat informatie over hem. Blijkt dat hij onlangs, op 15 mei, 100 jaar zou geworden zijn.
Max Frisch (1911-1991), samen met Friedrich Dürrenmatt één van de bekendste Zwitserse schrijvers van de twintigste eeuw, was eigenlijk architect. In Zürich is nog altijd een naar Frisch genoemd modernistisch zwembad in gebruik, een statement tegen de burgerlijke knusheid van zijn land. Auteur Kamiel Vanhole beschreef het met grote bewondering, in zijn laatste boek De spoorzoeker.
Na de Tweede Wereldoorlog barstte het literaire talent van Max Frisch pas goed los in romans, toneelstukken en dagboeken. Met als centraal thema de relatie tussen mens en maatschappij, de onderdrukking van de enkeling, de zoektocht naar een identiteit. Enkele titels: Stiller, Gantenbein, Montauk en Homo Faber. Dat laatste verhaal over de worsteling van een wetenschapper met gevoelens en met het (nood)lot werd in 1991 verfilmd door Volker Schlöndorff.
De theaterteksten van Frisch blijven actueel. Andorra is een bijtende satire over zich conformeren, massapsychologie en antisemitisme. Biedermann en de brandstichters bracht de KVS in Brussel twee jaar geleden nog op de planken. Regisseur Ruud Gielens loofde Frisch toen als onderdaan van het neutrale Zwitserland, die nooit ergens aan meedoet en overal commentaar op heeft. Met afstand, maar tegelijk heel poëtisch.
Worden wij in de Wereld geboren? Nee, de Wereld wordt in ons geboren. Als wij de geest geven, betekent dat het einde van de Wereld. Elke dag verdwijnt de Wereld voor sommigen, en wordt zij voor anderen geboren.
Laatst kwam ik deze afbeelding tegen op een of andere site. Onmiddellijk deed hij me denken aan een boek dat ik onlangs gelezen heb, 'De trein der traagheid' van Johan Daisne. In dit verhaal beleeft het hoofdpersonage een raar avontuur dat zich afspeelt op een trein. Het lijkt alsof er een treinongeval gebeurd is maar tegelijkertijd lijkt het ook alsof alles normaal is en er niets gebeurd is. Hoe verder je in het boek vordert, hoe groter de verwarring tussen leven en dood wordt. Ik vind dit een van de meest fascinerende boeken die ik ooit gelezen heb. De precieze reden hiervoor ken ik niet maar ik vermoed dat vooral het mysterieuze mij aantrekt in dit boek.
Het was voor wel hondermaal honderd jaar, in een koninkrijk bij de zee; daar woonde een meisje, ook gij toch kent haar; want haar naam was Annabel-Lee; zij zwoer slechts bij mij en ik zwoer bij haar en geen liefd' ooit was groter, weleer.
Ik was een kind en ook zij was een kind, in dat koninkrijk bij de zee; en de wereld was heen en er bleef nog alleen, ik en mijn Annabel-Lee, - en wij minden zozeer dat het hemelse heir afgunstig keek op ons neer.
En dat was de reden, dat, ach, lang geleden, in dat koninkrijk bij de zee; een spel werd bedreven, dat nam het leven van de liefelijke Annabel-Lee, toen zwoeren tezamen de eedlen van name, en mijn liefste, ze namen haar mee, en borgen haar op in een van de graven, in dat koninkrijk bij de zee.
Nooit was het geluk der goeden in de Lethe zo groot, en zij haatten ons zeer. en dat was de reden (zoals men zal weten) in dat koninkrijk bij de zee, dat in stromachtig jagen hun ijskoude vlagen haar doodden, mijn Annabel-Lee.
Maar ons beider beminnen, met hart en met zinnen kon geen dezer verderven, die heerst over leven en sterven; noch zij, de stralende, hoog boven de wolken, noch zij, die de donkerste diepten bevolken, nooit zullen zij scheiden de harten dier twee; van mij en van Annabel-Lee
En geen macht kan nog komen of hij brengt me dromen van mijn liefelijke Annabel-Lee; en geen ster kan nog dalen of ze zal mij verhalen van mijn liefelijke Annabel-Lee Zo zijn al mijn nachten steeds durend wachten Bij mijn lieve, mijn lieve en tederlijke zachte, in haar graftombe bij de zee, in haar graf bij de deinende zee.
Bernard Dewulf is de winnaar van de tiende editie van de Inktaap. Dit werd bekend gemaakt op 1 maart 2011 tijdens een plechtige bijeenkomst in de Singel in Antwerpen. Er namen dit jaar ruim 160 scholen deel aan deze jubileum editie van de Inktaap. Helaas deed onze school hier niet aan mee..
Er zijn weinig dingen waar mensen zich zo toegewijd mee bezighouden als met ongelukkig zijn. Als we door een kwaadaardige schepper op deze wereld zijn gezet met als enige doel te lijden, dan mogen we ons op de borst slaan voor het enthousiasme waarmee we ons van die taak kwijten. Redenen te over om ontroostbaar te zijn: de kwetsbaarheid van ons lichaam, de onbestendigheid van de liefde, de onoprechtheid in het maatschappelijke leven, de compromissen van vriendschap, de verdovende effecten van gewoonte. Tegenover zulke hardnekkige bezoekingen ligt het eigenlijk voor de hand dat nergens zo naar wordt uitgekeken als naar het moment dat we uitsterven.
Het weer van vandaag bracht me meteen in dezelfde stemming als diegene die me overviel wanneer ik de eerste zin uit 'Het Dwaallicht' van Willem Elsschot las. Alleen was het vandaag een februaridag en geen novemberavond.
De Boekenleeuw & Boekenpauw, 2 prestigieus klinkende prijzen werden vandaag uitgereikt. Jean-Claude van Rijckegem en Pat van Beirs ontvangen de onderscheiding, de Boekenleeuw 2011, voor hun historische roman "Galgenmeid". De auteurs delen de hoofdprijs van 2.500 Euro en ontvangen een gouden speld. De Boekenpauw 2011, de prijs voor illustrator van het best geïllustreerde kinder-of jeugdboek, gaat naar Ellen Vrijsen voor de illustraties in het boek "Cantecleir" dat geschreven werd door Jo Roets en Greet Vissers. Ook Ellen Vrijsen ontvangt 2.500 Euro en een goude speld.
Straks komt de maan. Daar heb je d'r, een beetje al. Kijk, nu, vol aan de hemel, hangt tussen sterren zij. Daar roert vast God met een heerlijke zilveren pollepel wat rond in de melkwegbrij.
Het jaar blijkt nu al geslaagd te zijn voor Remco Campert. Hij ontving vandaag van de Academie de Gouden Ganzenveer. De Gouden Ganzenveer wordt jaarlijks uitgereikt aan een persoon of instituut die veel heeft betekend voor de geschreven en gedrukte woorden in Nederland. Eerdere winnaars zijn onder andere Joke van Leeuwen, Adriaan van Dis, Joost Zwagerman en Tom Lanoye.