Sint Geertruide, ook wel Sint Geertruide de Grote genoemd

Haar leven :
Sint Geertruide was een
Benedictijnse mystieke schrijfster. Ze werd geboren ergens in Duitsland op 6 Jan. 1256 en stierf te Helfta, in de
omgeving van Eisleben op 17 November 1301/1302. Over haar familie is niets
geweten. Ze was waarschijnlijk een weeskind die onder het toezicht van de Benedictijnse zusters van Helfta werd
geplaatst. Ze was 5 jaar toen ze er binnen ging. De abdij werd toen beheerd door
een andere Geertruide : de heilige abdis Geertruide van Hackerborn, onder wiens
beheer de abdij floreerde, zowel bij de monniken als onder de intellectuele
activiteiten.
Dit alles hielp om naar
heiligheid te streven, door studie en contemplatie. Toen Helfta de deuren
opende om het kind met open armen te
ontvangen, was het bestemd voor een glorievolle toekomst. Sint Mechtilde,
lerares en zuster van abdis Gertruide gaf les aan Geertruide. Van in het begin
won ze de harten van iedereen. Er onstond een hechte band tussen Geertruide en
Mechtilde, die met de jaren alleen maar dieper werd.
Geertruide had zich helemaal
verdiept in studie. Toen ze 26 jaar was kreeg ze een visioen dat het begin zou
betekenen van vele visioenen. Het was als een ontwaken. Ze zag in dat ze zich
weinig had bezield met belangrijke eeuwige zaken. Ze veranderde van theoreticus
in theoloog. Ze liet de profane studies voor wat ze waren en legde zich toe op
kennis van de Heilige Schrift en gebed. Sint Gertruide leerde van jongsaf
Latijn, wat gebruikelijk was in die dagen voor personen zoals zij die hun leven
in dienst stelden van God. Ze kon vloeiend Latijn spreken en schrijven. Met
dezelfde inzet vertaalde ze, kopieerde ze en schreef ze in theologische stukken
in het Latijn tot geestelijke vooruitgang van anderen. Niettegenstaande
Geertruide zich haar verloren tijd verweet, was dit een fase geweest in haar
opgang naar heiligheid : van zelfstudie naar het werk voor de orde. Uiterlijk
leidde ze een leven van een eenvoudige Benedictijnse non. Haar liefdadigheid omvatte
rijk en arm. Ze was geleerd en toch actief voor de armen en uitgestotenen.
Bovendien was ze een vurige middelares in het redden van zielen voor God. Ze
was zo nederig dat ze God smeekte om geen uitwendige manifestaties van de
spirituele wonderen te krijgen. Ze was een profetes en kon ook wonderen
bewerkstelligen.
Het redden van zielen lag
Sint Geertruide na aan het hart. Ze was dikwijls huilend beneden het Kruis in
de Kerk te vinden terwijl ze aan de zielen van de zondaars dacht. Bovendien
bracht ze veel tijd door in aanbidding voor de monstrans met de H Hostie. Ze
hield ervan om over de lijdensweg van de Heer en over de instelling van de
Eucharistie te mediteren. Wanneer ze vol overgave over Jezus Christus en Zijn
mysteries sprak waren de toehoorders geboeid door haar wijsheid. Wanneer de
Zusters in de Kerk eens aan het zingen waren, zag Sint Geertruide Jezus voor
haar staan. Zijn goddelijk gezicht was schitterend in schoonheid. Zijn blik
doorboorde haar hart en vulde haar ziel met onuitsprekelijke verrukking.
Goddelijke Liefde was haar streven in al haar gedachten en daden. Zo was ze
verstorven van de wereld en al de verlokkingen.
Ze werd overstelpt met vele
buitengewone genaden; Jezus Christus droeg Zijn wonden over in het hart van
Zijn heilige bruid. Ze kreeg een ring om haar vinger en Hij toonde Zich aan
haar in aanwezigheid van Zijn Moeder. In haar geest was het alsof Hij Zijn hart
had verwisseld met het hare. Zij was ook degene die de aanbidding van Jezus
Heilig Hart aanmoedigde, nog voor de Franse mystica Margaretha-Maria Alacoque (1647-1690)
in Paray-le-Monial. Al deze verbazingwekkende genaden zorgden ervoor dat ze
zich wilde opofferen in lijdende liefde. Ze wilde deze pijn aanvaarden, want
voor haar was tijd zonder zelfopoffering verloren tijd. Op het einde van haar
leven, toen was ze 45-46 jaar, was haar lichaam helemaal vertrokken van de
pijn.
Tijdens haar vijf maanden
durende ziekte, was bij haar geen teken van ongeduld en droefheid te merken,
integendeel haar vreugde vermeerderde nog als haar pijn toenam. Toen ze op
sterven lag in 1334, zag zij de Heilige Maagd Maria neerdalen vanuit de Hemel
om haar bij te staan. Een van haar medezusters zag haar ziel recht naar het
Hart van Jezus stijgen dat geopend was om die ziel te ontvangen. Sint Geertruide
is een van de grote mystieken van de Kerk Het boek dat ze ons naliet met de
beschrijving van haar openbaringen, is nog altijd populair. Daarin beschrijft
ze de buitengewone schoonheid van de intieme omgang van haar ziel met Jezus en
Maria. Ze was minzaam voor iedereen en vol medeleven voor de zondaars; diepe
verering voor de heiligen, de zielen in het vagevuur, en bovenal voor de
lijdensweg van Jezus Christus en Zijn Heilig Hart.
Men zou nog tot 1677 moeten
wachten tot Sint Geertruides naam in het Romeinse Martyrologium werd
ingeschreven en haar feestdag werd geïntroduceerd in de universele Kerk. Deze
feestdag valt op 16 november. Ze werd door de Koning van Spanje uitgeroepen tot
Patrones van de West-Indische eilandengroep. In Peru word haar feest met veel
luister gevierd en in Nieuw Mexico werd een stad naar haar vernoemd.
De karakteristieken van Sint
Gertruides religiositeit waren haar devotie tot het Heilig Hart, dat het
symbool is van Jezus overgrote goedheid die ervoor gezorgd heeft dat het Woord
vlees werd in de Heilige Eucharistie, dat Jezus onze zonden op Hem heeft
genomen door op het Kruis te sterven, als offer voor de Eeuwige Vader.
Gebed van Sint
Geertruide tot het Heilig Hart van Jezus :
O Heilig Hart van
Jezus, fontein van eeuwig leven. Uw Hart is een gloeiende oven van Liefde. U
bent mijn toevlucht en mijn heiligdom. O mijn beminnelijke en liefhebbende
Verlosser, verteer mijn hart met hetzelfde vuur als waarmee het Uwe brandt.
Laat genaden van Uw Liefde regenen op mijn ziel. Laat mijn hart samensmelten
met het Uwe. Laat mijn wil in alles gelijkvormig worden met de Uwe. Dat Uw Wil
het middelpunt mag zijn van al mijn daden en verlangens.
Gebed van Sint Geertruide tot de Heilige Maagd
Maria :
Wees gegroet
Maria, koningin van erbarmen, olijftak van vergiffenis, door wie we het
medicijn ontvangen dat ons van dodelijke ziekten naar lichaam en ziel redt, de
balsem van genade; Maagdelijke Moeder van goddelijke afstamming, door wie de genade
van het Hemels Licht schijnt, bloeiende twijg van Israel !
Door Uw Zoon, Uw
enige Zoon, die Zich verwaardigde om Mensenzoon te worden, bent U de Hemelse
Moeder over allen geworden. Omwille van Uw moederschap omring mij, onwaardig
als ik ben, met Uw Moederlijke Zorg.
Help mij, bescherm
mij, verlicht mij, zorg voor mij, voed mij op in dit aardse leven, zodat ik de
Uwe wordt voor alle eeuwigheid. Zodat ik in mijn stervensuur mij in Uw armen
kan werpen, mijn beminnelijke onschatbare Hemelse Moeder. Amen.
Dit is het bekendste gebed van Sint Geertruide :
Jezus
deelde aan Sint Geertruide mee dat dit gebed 1000 zielen uit het
Vagevuur redt iedere keer als het gebed wordt gezegd. Het gebed werd later
uitgebreid tot zondaars die nog leven.
Eeuwige Vader, ik offer
U het kostbaarste Bloed van Uw goddelijke Zoon Jezus, verenigd met alle
opgedragen Eucharistievieringen in de wereld vandaag, voor al de heilige Zielen
in het Vagevuur, voor alle zondaars, voor zondaars in de Universele Kerk, de
zondaars bij mij thuis en in mijn familie. Amen.
Nihil
Obstat, September 1, 1909, Remy Lafort, Censor Imprimatur. +John M. Farley,
Archbishop of New York Deze verbrande afdruk werd achtergelaten door de hand van een Heilige Ziel uit het Vagevuur. Dit en nog meer is te bekijken in het Museum van Heilige Zielen uit het Vagevuur te Rome : Chiesa del Sacro Cuore del Suffragio.
|