Met behulp van een schietlap of katapult en zeven glazen knikkers moeten de schutters zeven bordjes omver schieten. Die bordjes variëren in grootte en in puntenwaarde. Het kleinste bordje telt de meeste punten. Je kan in één beurt 30 punten behalen. Er worden steeds vier beurten geschoten. Zo kom je aan een maximum van 120 punten. Het kleinste bordje heeft een diameter van 4 cm, het grootste 12 cm.
Spelregels
De bordjes staan op 10 m afstand en hebben een scharniermechanisme waardoor ze omver vallen. Per beurt krijgt elke schutter zeven knikkers waarmee hij de bordjes moet raken. Bij het schieten zijn een armsteun en vizier niet toegelaten. Voor de veiligheid wordt in gesloten kooien geschoten.
De katapultstand
Diameters en punten van de doelschijven: 2 punten (2x): 125 mm, 3 punten (2x): 110 mm, 4 punten (1x): 90 mm, 6 punten (1x): 75 mm, 10 punten (1x): 45 mm. Opstelling in twee rijen boven elkaar: bovenste rij 3-6-10-3 punten, eronder 2-4-2 punten. Afstand hart-op-hart 30cm tussen de bordjes en 50 cm tussen de rijen, onderkant bordjes onderste rij 1,50 m van de grond.



|