Rondvraag / Poll
Ik ben een... (gelieve slechts één keer en naar waarheid te antwoorden, éénmalige bezoekers worden niet geacht een antwoord te geven, tenzij ze nog eens terugkomen natuurlijk.)
vrouw (die minstens twee keer deze blog bezocht)
man (die minstens twee keer deze blog bezocht)
Bekijk resultaat

Inhoud blog
  • het nieuwe jaar luidt onherroepelijk het EINDE in van...
  • Mijnheer doktoor, deel 3: (vervolg van deel 2).... tieten
  • mijnheer doktoor, deel 2 : help, hèlp, HELP, HELLEP!! Ik krijg...
  • mijnheer doktoor, deel 1: the beauty en the beast
  • puffen en 'm nijpen
  • oud worden of oud zijn?
  • in de sacoche
  • assertief versus agressief
  • gemis aan sexuele opvoeding? the next generation
  • wishfull thinking of breinbedrog
  • 16+
  • gênante situaties, deel 7: mijn gemis aan sexuele opvoeding
  • gênante situaties, deel 6: waarom ik bijna in de grond kroop van schaamte
  • DE ontmoeting die mijn leven bepaalde
  • gênante situaties, deel 5 : hoe oorverdovend een stilte kan zijn
  • één van mijn favoriete bezigheden
  • wat heb ik wat jij niet hebt?
  • Weldra op jouw scherm...
  • roddelrubriek 2 : Poesen en Clooten
  • wiens verdiende loon?
  • meestermanipulator
  • prettig ziek
  • mijn gebrek aan humor?!
  • gênante situaties, deel 4 : mijn fratsen op het werk, deel 1
  • nieuwsgierig aagje
  • hoe ik het leven leerde relativeren
  • een schizofrene situatie?
  • gênante situaties, deel 3 : waarom ik bijna naar de andere kant van België verhuisde
  • Spanje versus...
  • onze Jimmy...
  • de metafoor van het uitheemse bloemetje
  • als de rook in mijn hoofd is verdwenen...
  • van zelfspot naar misplaatste arrogantie
  • leren ontsnappen uit een hokje (part III)
  • toch enkele etiketje (part II)
  • geen etiketje nodig (part I)
  • een tussendoortje : een column tot ergernis van de columnist
  • verkeerd geparkeerd
  • Geen Stalk Machine voor mij, Geen Speelgoed Mobieltje voor mijn dochter
  • roddelrubriek 1 : mijn buurvrouw is een bitch en ik ben een watje
  • het bewijs dat Jezus bestaat (of alleszins toch doet alsof)
  • gênante situaties, deel 2 : stank voor dank
  • op 'hoge' voet leven
  • gênante situaties, deel 1: pedagogische incompetentie
  • en nu... ?
    lees me

    Bovenvermelde titel kan zielig klinken, maar ook je nieuwsgierigheid aanwakkeren, je uitnodigen om deze blog te lezen. Uiteraard beoog ik dit laatste... Mocht je jezelf in één van de de personages van de teksten herkennen, dan vergis je je schromelijk. Mijn identiteit blijft geheim. Als je niet met zekerheid weet wie ik ben, hoe kan je er dan van overtuigd zijn dat het over jou gaat? Trouwens, neem het me niet kwalijk als je er niet zo fraai uitkomt. Soms is het nodig voor de verhaallijn om hier en daar wat te overdrijven. Feiten en fictie vloeien in deze blog vaak in elkaar over. Alleszins wens ik je veel leesgenot. Voel je vrij om een reactie te plaatsen... Hoe je mij kan aanspreken, vind je terug in het vertelsel van 1 mei 2011.
    29-04-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.gênante situaties, deel 3 : waarom ik bijna naar de andere kant van België verhuisde
    Het menselijke brein is tot veel in staat, tot héél veel zelfs, ook dat van mij.  In mijn geheugen had ik een bepaalde gebeurtenis volledig uitgewist, en door één simpele handeling kwam ze terug aan de oppervlakte, als verwijderde vulpenstreken die na verloop van tijd opnieuw door de tintenkiller heen schemeren.  Alhoewel? Ik druk me helemaal verkeerd uit.  Het betrof geen simpele handeling, althans niet voor mij. Ik heb immers mijn kleerkast uitgemest.  En laat nu opruimen mijn allerallerzwakste vaardigheid zijn en dat is dan nog op zijn allerallerzachtst uitgedrukt. Echter, af en toe a woman 's got to do what a woman 's got to do.  Destijds wou ik absoluut geen inloopkast. Als je in zo een dressing kruipt, moet je mooie rechte stapeltjes kunnen maken om te vermijden dat je bedolven wordt onder de kleren als je te dicht langs de schappen strijkt.  Nogal wiedes dus, dat ik een ouderwetse kleerkast heb, met stevige deuren die mijn slordige hoopjes netjes verbergen, doch die inmiddels zó volgestouwd is dat een drastische uitdunning van de inhoud zich opdrong.

    In mijn kleerkast vind je een allegaartje van kleren.  Ik hou zowel van natuurstoffen, vooral linnen, in aardentintenkleuren, als van synthetische stoffen in felle kleurtjes, pastel daarentegen is minder mijn ding.  Ik hou van rokjes en kleedjes, niet te kort wegens kromme benen, en van broeken, niet te laag in de taille wegens een zichtbaar zwangerschapsrestant, van nonchalant, wegens mijn aard, en van chique, naargelang de gelegenheid... meer toch van nonchalant, van peperduur, wegens exclusief, en van spotgoedkoop, wegens spotgoedkoop. Ik heb geen Trien en Suzan nodig om me te zeggen wat me flatteert en wat niet.  Toch kan ik de professionele hulp van een ongeveinsd eerlijke verkoopster wel waarderen. Ook mijn man geeft graag stijladvies, al pakt hij het zelden subtiel aan.  Menig verkoopster heeft me al een glas louterend spawater willen aanbieden om, naar de gelijknamige reclame, in zijn gezicht te flatsen. Meestal geef ik er dus de voorkeur aan om alleen te gaan shoppen.

    Waarbij mijn echtgenoot me wel mag, neen moet, helpen is de finishing touch als ik me aankleed.  Wat dat betreft bezigen wij een omgekeerd rollenpatroon.  Ik ben niet degene die zijn das (die hij trouwens nooit draagt) netjes moet knopen, noch dien ik witte pellekens van zijn schouder te vegen of zijn schoenen te poetsen.  Omgekeerd heb ik wel assistentie nodig, zelfs al vanaf mijn ondergoed.  Mijn BH-bandjes zitten nagenoeg altijd verdraaid, mijn borsten lijken er somtijds vanonder of vanboven uit te willen muizen.  Mijn man zorgt ervoor dat alles netjes in de verpakking blijft zitten en dat de lintjes perfect aangespannen zijn. Ook met mijn bovenkledij heb ik een gigantisch probleem.  Vooral als ik gehaast ben, wat nogal vaak voorvalt, weet ik zelden welke knoop met welk knoopsgat accordeert.  Mijn kraag zit naar binnen geplooid en/of mijn broekspijpen naar buiten.  Mijn hulpvaardige echtgenoot waakt erover dat ik steeds fatsoenlijk voor de dag kom.  Dat ik géén hulp nodig heb bij het uitkleden, lijkt hij - vreemd genoeg - niet altijd even goed te begrijpen.

    Bij het uitmesten van mijn kleerkast kwam ik een stijlvolle lange linnen jurk van Sarah Pacini tegen. Zo'n tijdloos geval.  Ik weet niet goed wanneer ik 'm gekocht heb, misschien zelfs al in de vorige eeuw, maar het blijft draagbaar spul. Het is een eenvoudig ontwerp, dus makkelijk om aan te doen.  Sarah Pacini ontwerpt ook kleren waarbij je, ik althans, een handleiding nodig hebt om te weten hoe je ze moet dragen.  Deze jurk was dus niet zo.  Alleen... kreeg ik de ritssluiting op de rug niet alleen dicht.  Heeft vast en zeker ook met mijn gebrek aan lenigheid te maken, terwijl ik inmiddels best wel sportief te noemen ben.  Toen mijn oudste dochter een jaar of drie was, mocht ze mij al eens helpen met de zipper, als ik het tenminste niet vergat te vragen.  Zo heb ik eens half gekleed in een volle schoenwinkel gestaan.  Eén van de andere klanten vroeg me tactvol of het de bedoeling was dat de tirette van mijn jurk openstond. Niet dus!  Ze stelde me voor om de ritssluiting dicht te doen en ik heb haar aanbod dankbaar aanvaard. Gênant, maar het kan nog erger...

    Het voorval met de rok, die ik droeg op de eerste communie van onze jongste dochter, deed me bijna verhuizen naar de andere kant van België.
    't Is te zeggen, een rok kon je het bezwaarlijk noemen.  Het was eerder een groot stuk linnen textiel, opgesmukt met gerafelde reepjes en sobere stiksels.  Je moest hem rond je middel draperen zodanig dat  de drukknopen zich volgens het male-femaleprincipe aan elkaar konden vastklampen.  Er waren er vier op een rij, maar mijn lapje stof was te smal - of was mijn middel te breed? - zodat slechts twee van de vier koppeltjes herenigd konden worden.  De verkoopster zag er echter geen graten in en ik vertrouwde haar blindelings.

    Er was geen vuiltje aan de lucht tot na de overheerlijke hoofdschotel. Op dat moment besliste ik om een sanitaire stop in te lassen en verzadigd hees ik me van tafel.  Ik had er totaal geen erg in dat de verstrengelde mannetjes en vrouwtjes van mijn drukknopen ondertussen noodgedwongen gescheiden waren onder invloed van een uitgezet buikje.  Nietsvermoedend wandelde ik naar de damestoiletten. Toen ik echter een zestal meter had afgelegd, gebeurde het onvermijdelijke....  Onverwachts dwarrelde mijn wikkelrok neer.  Neen, stortte neer, anders lijkt het alsof ik het had kunnen verhinderen.  Niet dus.  Mijn reflexen waren echter fenomenaal.  Ik griste de lap stof van de vloer, spurtte sneller dan Kim Gevaert terug naar mijn zitplaats en begon vervolgens onbedaarlijk te lachen.  Enkel mijn schoonzusje had het zien gebeuren, maar ik had zo snel gereageerd dat  het leek alsof ze het gedroomd had.  De rest van onze gasten had er geen flauw benul van waarom ik zo zat te gieren.  In deze context kon ik er inderdaad de humor van inzien.  Stel je echter voor dat dit tijdens de viering in de kerk was gebeurd!  De kerk van ons dorp heeft het uitzicht van een veredelde sporthal, dus geen zuilen om je achter te verschuilen, noch een biechtstoel om je in te verstoppen...  Mocht dit dus enkele uren eerder voorgevallen zijn... Ik had het bestorven.

    Wat er nadien met die rok gebeurd is?  Gelukkig had mijn schoonzus een veiligheidsspeld bij, zodat ik die bewuste dag toch nog zorgeloos van het feest heb kunnen genieten.  Vervolgens is ie onverbiddelijk in een vergetelhoek van mijn kleerkast beland.  Weggooien of tot poetsdoek degraderen kon ik 'm niet, daarvoor vond ik hem te speciaal en te duur. 
    Zojuist heb ik hem even gepast. Vier jaar later en duizenden jogkilometers verder zit hij als gegoten.  De drukknopen kunnen zich eindelijk alle vier van hun belangrijke taak kwijten.

    Zou ik het riskeren om hem eens naar mijn werk aan te doen?  Het is een berekend risico, ik ben immers nog nooit mijn onderbroek vergeten aan te trekken.  Dear Murphy, laat het uitgerekend dan niet de eerste keer zijn!

    Grz

    Sloddervoske

    29-04-2011 om 00:00 geschreven door wiebenik  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    22-04-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Spanje versus...

    In een waanzinnige vlaag van complete verstandsverbijstering beslisten mijn man en ik ettelijke jaren geleden onder mijn impuls om een reis naar Spanje te boeken.  Na enkele jaren Duitsland - wegens dichtbij, goedkoop en kindvriendelijk - wou ik deze keer wel eens een gecertificeerd ticketje naar de zon.  Mijn man, in wezen een globetrotter in vlees en bloed, door mijn toedoen én tot grote verrassing van zijn ouders, ten langen leste op nauwelijks 8 km  van hun deur definitief gestrand, ging akkoord.  Zelfs al was deze bestemming zoveel banaler dan zijn vroegere avontuurlijke reizen naar o.a. Thailand, Ecador en zijn geliefde Nepal.  Ook Europa had hij in zijn jeugdjaren interRail- en rugzakgewijs doorkruist, uitgezonderd het uitermate toeristische Spanje. 

    De hoofdreden echter van onze landenswitch was onze bejaarde automobiel. Met zijn zeventien werd hij door ons te oud bevonden om letterlijk grenzen te overschrijden.  Anderzijds vonden we hem nog uitermate geschikt voor het alledaagse woon-en werkverkeer, waardoor hij, voorlopig althans, voor de schroothoop werd behoed.  Financiële redenen noopten ons tot een bus- in plaats van vliegreis.  Met het verschil van duizend euro kon ons gezin immers al heel wat paellakes verorberen en met meer dan dos cervezas de Spaanse dorst lessen.

    De bloglezer die nu een klaagzang over de busreis verwacht, komt bedrogen uit. Een twintiguur durende busreis in een luxe touringbus is, in tegenstelling tot wat je zou verwachten, wél een pretje.  Geen gezeur van de kinderen van 'duurt het nog lang' dankzij het gezelschap van jeugdige medereizigers en de grappige tekenfilmkes die de tijd doen voorbijrijden.  Geen gezanik van mijn partner over wanneer ik godverdomme eindelijk eens die landkaart ga vastpakken en vervolgens geen ergenis over mijn beperkte landkaartleescapaciteiten.  Iedereen kan een dutje doen zoveel en zolang hij wil, ook de persoon die in andere omstandigheden achter het stuur zit. 

    Zoveel te beter dat de lange busreis meeviel, zoveel te slechter was mijn eerste indruk van het zonnige Spanje.  Ik had me verwacht aan wuivende palmbomen en prachtige zeezichten, maar kreeg enkel spúúglelijke gebouwen te zien.  Was dit het land van Gaudi?  Die gebouwen hadden muchos uitstraling, dat wel... Lees: het afzichtelijke schijnsel van de platte commercie.  Enkel de schitterende zon weerhield me ervan om onmiddellijk mijn kar te draaien, en mijn kinderen en man natuurlijk ook.  Om de beurt werden alle busreizigers op hun bestemming afgezet.  Wij waren de allerlaatsten, niet toevallig hadden we voor een minder toeristisch kutplaatsje, oei 'k vergat de 's', gekozen, zijnde Calella.  Achteraf bleek ons kustplaatsje de minst slechte keuze.  Stel je voor dat we voor Lloret de Mar hadden gekozen.   Dan moesten we onze kinderen aanleren hoe hun voetjes de besmette spuiten op het strand kunnen ontwijken. En dan moesten we hen tevens uitleggen dat gebruikte kapotjes geen aangespoelde kwallen zijn die ze terug in zee moeten scheppen. 

    Ons hotel bleek gelukkig wel een voltreffer. Geen grand luxe, maar dat hadden we niet geboekt.  Trouwens, zoveel belang hechten we daar niet aan, als we maar warm en droog zitten en het eten te vreten is. Echter, al vanaf de eerste dag voelde ik me de vreemde eend in de bijt. Ten eerste was ik niet bloot genoeg gekleed. Tja, 'k heb helaas geen weelderige boezem om te showen en mijn kromme benen laat ik beter ook zoveel mogelijk bedekt, zelfs mijn tenen kunnen het licht niet goed verdragen.  Onbedoeld trok ik ikweetniethoehard de aandacht omdat ik de enige vrouw was zonder gelakte teennagels.  Hierdoor viel ik helemààl uit de toon. Bijgevolg werden mijn tien onnozele laagbijdegrondertjes op de tweede dag toonbaar gemaakt  Ik kocht een kitcherig paar glinsterende teenslippers en mijn man bracht, tegen mijn wil, roze - helroze nota bene, ik ben eerder een aardentintentiep - nagellak mee. Zijn vrouwen, zijnde ikzelf, onze jongste en onze oudste dochter, ondergingen zijn nauwkeurig lakwerk respectievelijk gelaten, uitermate gewillig en onder zachte dwang. Maar vanaf dan hoorden we er toch een beetje meer bij.

    Alhoewel?  Ook mijn bleke huid stak schril af tegen de gebronste hotelgasten.  Begrijp me niet verkeerd, beste bloglezer. Ik vind een licht getaande huid veel mooier dan de spierwitte variant.  Als het tenminste binnen de perken blijft.  Een blanke die het - lees: zichzelf - té bruin bakt, en dat gold m.i. voor minstens 80 % van de aanwezigen, vind ik even afstotelijk als een vaal geworden Jackson zaliger.  Iedere dermatoloog zal me trouwens gelijk geven: een zongebrande huid is in feite een zonbeschadigde huid.  Ach, dat volwassenen met hun tere schild doen wat ze willen, maar sommige kinderen liepen erbij als vervellende slangen. Waarlijk om bij te janken, terwijl het niet eens mijn eigen wurmen waren. 

    Na enkele dagen begon tevens ons afwijkend gedrag op te vallen.  Blijkbaar was het de gewoonte om vroeg in de ochtend je  badhanddoek op een ligzetel aan het zwembad uit te spreiden om je alzo van een ligplekje te verzekeren.  Vervolgens diende je je kroost rond negen uur 's morgens te belonen met een lolly, al is me de reden hiervoor tot op heden nog steeds niet duidelijk.  Diezelfde kinderen lagen een half uurtje later te relaxen aan het zwembad met een xxl zak chips binnen handbereik.  Zwembandjes hadden ze niet nodig, ze bleven wel drijven op hun vet.  Stipt om half zeven 's avonds moest je je opnieuw naar de eetzaal begeven. De chips, snacks, ijsjes, suiker-en kleurrijke frisdranken en andere snoeperijen waren dan min of meer verteerd. Niet alleen had je zo vroeg op de avond de meeste keuze aan het buffet, maar bovenal had je dan geheid een goede plaats in de bar zodat je een beter uitzicht had op de beste shows aller tijden.

    Het heeft dagen geduurd vooraleer wij dat mechanisme doorhadden. En zelfs toen we tot inzicht kwamen, bleven we koppig ons eigen gangetje  gaan.  Anderzijds gedroegen we ons evenzeer als onvervalste toeristen.  We bezochten tot twee maal toe Barcelona, ondanks dat onze reisoperator ons stellig afgeraden had om dit op eigen houtje te doen. Om ons voor pickpockets te behoeden had de hostess ons liever een kant-en-klaar daguitstappakketje verkocht, minstens drie maal duurder dan onze treinticketjes.  We werden figuurlijk omver geblazen door de sprookjesachtige gebouwen van Gaudi zaliger en waren terzelfdertijd content dat hij onze architect niet was geweest. We zouden de uitvoering van zijn ontwerpen immers nooit kunnen bekostigen.  Voor onze  jongste dochter pingelden we we af op een afschuwelijk flamencokleedje met dito bolletjesschoentjes, waarmee alle mintienjarigen in het hotel rondklakten.  En we verblijdden onze oudste telg met een veel te dure foto van de levende witte boa constrictor rond haar frêle nekje tijdens één van de avondshows.  Het vrolijke snoetje (van de baby die nooit lachte) was echter geld waard! We maakten een toeristisch boottochtje op de schijnbaar rustige zee.  Het zicht op de vissen, doorheen de glazen vloer, deed me abrupt besluiten om hen op een brunch te trakteren.  Gelukkig zette mijn echtgenoot bijtijds het raampje open, zodat ik achteraf het dek niet hoefde te schrobben.  Tenslotte kon ik mijn man zelfs overtuigen om één volledige halve dag aan het strand te gaan liggen, zoals de echte echten. 

    Kortom, we hadden een fantastische vakantie en ons besluit was unaniem.

    Binnen de drie maanden kochten we, voor de eerste keer in ons leven en in principe tegen ons principe, een spiksplinternieuwe auto om andere horizonten te verkennen. 

    Grz

    je toeristje

    22-04-2011 om 00:00 geschreven door wiebenik  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    15-04-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.onze Jimmy...
    Je kon hem een ordinaire bastaard noemen.  Geen grove belediging in zijn geval, eerder een subtiele verwijzing naar zijn sterke gestel, dat achteraf toch niet zo sterk bleek te zijn.
    Op de gekste plaatsen kwam je hem tegen, hij was altijd onderweg.  Al begroette ik hem iedere keer hartelijk met 'dag, Jimmy', antwoorden deed hij nooit, alleszins niet verbaal.  Toch liet hij me op een of andere manier telkens merken dat hij me wel mocht.

    Regelmatig kwam hij voor onze grote keukenschuiframen staan, vooral tijdens het eten.  Ik denk niet dat zijn verzorgers daarvan op de hoogte waren, want dan zouden ze het hem wellicht verbieden.  Het stoorde ons niet.  We wenkten vriendelijk naar hem en hij zwaaide, soms zachtjes maar vaak ook laaiend enthousiast, terug.  Hem aan tafel uitnodigen deden we principieel nooit, zelfs niet voor het dessert.  Hij was het type dat zich vanaf dan zou opdringen.  Je geeft hem één vinger en hij bijt zich vast in je hand.  Of hoe luidt dat spreekwoord ook alweer?

    Ook mijn bejaarde moeder zag hij graag.  Als ze buiten op het houten bankje zat, vleidde hij zich ongevraagd tegen haar aan.  Neen, grenzen kende hij totaal niet.  Doch wat anders als onfatsoenlijk wordt  ervaren, werd van hem zonder meer geduld.  Hoe dit kwam?  Misschien omdat zijn IQ beduidend lager lag dan bij de meeste mensen. Je kón gewoonweg niet boos zijn op hem.  Of lag het aan een slechte opvoeding? Ik denk het niet.  Het zat gewoon in zijn genen.

    Nochtans waren er mensen die hem liever opgesloten zagen.  Ze vonden hem een gevaar voor de maatschappij. Waren ze jaloers op zijn zwerversbestaan of hadden ze schrik dat hij hun kinderen zou aanranden.  Voor dit laatste was er geen enkele reden, hun vrees was nergens op gebaseerd, er waren nooit precedenten geweest.  Wij verboden onze kinderen alleszins niet om met hem om te gaan. Als hij echter aanstalten maakte om mee te gaan wandelen, raadden we hen aan om hem, zonder dat hij er erg in had, af te leveren bij zijn verzorgers. Je wist immers maar nooit...

    Hoe langer we hem kenden, hoe familiairder hij zich gedroeg.  Soms zelfs ietwat te vrijpostig naar mijn aanvoelen, ondanks dat kon ik het van hem wel hebben.  Lag het aan de onschuldige blik in zijn ogen? Hij straalde een ondefinieerbare goedmoedigheid uit. Niettemin bewaarde ik zelf steeds de nodige afstand, maar dat zegt misschien meer over mij dan over hem.  Ondertussen liet mijn moeder somtijds toe dat hij klunzig op haar zachte schoot kroop. Ook al was ie daar in principe wat te groot voor.

    Er zat geen regelmaat in onze ontmoetingen.  Dus had ik hem niet eens gemist toen ik vernam dat hij twee weken eerder plots gestorven was.  Ik werd er even stil van, moest niet huilen, wat ik in zulke situaties gemakkelijk doe, maar wel een keertje slikken.  Vooral toen ik vernam op wat voor een gruwelijke manier hij aan zijn einde was gekomen.  Hij was vergiftigd!  Door zijn verzorgers, nota bene, al was er van kwaad opzet geen sprake.  Er werd geen ruchtbaarheid aan gegeven, evenmin kwam er een vervolging.

    In ons Belgenlandje word je trouwens eerder schuldig bevonden zonder dan met bewijslast. Nuja, deze situatie kan je totaal niet vergelijken met de beruchte parachutemoord, maar eerder met de vader die zijn kind op weg naar zijn werk vergat af te zetten aan de crèche.  In tegenstelling tot vele anderen, kon ik, als uitgesproken warhoofd, wel begrip opbrengen voor die vader, ook al had het desastreuze gevolgen voor zijn baby die in de auto achterbleef.  Zo een man moet niet berecht worden.  Hij is immers al gedoemd om eeuwig de geketende gevangene te zijn van zijn immense schuldgevoel.  De liefde tussen de ouders moet trouwens al heel sterk zijn om dit als koppel te kunnen overleven.

    Ik geef toe, beste bloglezer, in vergelijking hiermee is het voorval met Jimmy slechts klein bier.  Wellicht zullen zijn verzorgers hun schuldgevoel wel te boven komen.  Ze maakten een inschattingsfout, doch fouten maken is menselijk, nietwaar?

    Ook ikzelf kamp met een klein schuldgevoel.  Als ik Jimmy die bewuste dag een zoet dessert aangeboden had, had hij misschien geen behoefte gehad aan een fleps voorgerecht. Zijn verzorgers hadden toevallig net hun tuin gesproeid en Jimmy beet enthousiast in een vergiftigde slak.  'k Wil er niet aan denken welke helse pijnen hij mogelijks heeft doorstaan, vooraleer de dood zijn intrede deed.

    Mocht ik  nog één herkansing krijgen, dan zou ik Jimmy, onze Jimmy, deze keer wél achter zijn fluwelen oortjes kriebelen om vervolgens mijn bezoedelde handen grondig te wassen.  Ik heb hem vaak proberen uit te leggen waarom ik hem niet - straffer nog - nóóit, aanhaalde.  Zijn domme blik verraadde me dat hij er geen snars van begreep.  Hoe meer ik zei, hoe harder hij kwispelde.  Hoe verder ik van hem wegliep, hoe dichterbij hij kwam.

    Ik troost me met de gedachte dat mijn onvermurwbare afstandelijkheid en weloverwogen ongastvrijheid 200% gerechtvaardigd waren. Ik ben immers 100% allergisch voor honden.

    Rust zacht, lieve Jimmy...

    15-04-2011 om 00:00 geschreven door wiebenik  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    08-04-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.de metafoor van het uitheemse bloemetje
    "Koen en ik gaan een kindje adopteren," kondigde mijn collega enkele jaren geleden enthousiast aan.  Kort na haar indiensttreding hebben Anke en ik elkaar stilzwijgend gepromoveerd tot goede vriendin.  Ze is nogal impulsief van aard en ik moet vaak lachen om haar voortvarendheid en dromerige langetermijnplannen.  Die bewuste keer was het menens, dat voelde ik direct.  Ze heeft een groot en warm hart.  Bijgevolg was ik er zeker van dat ze van een kindje dat ze niet zelf ter wereld heeft gebracht evenveel kan houden als van  haar eigen vlees en bloed.

    Twee jaar vóór de bewuste uitspraak was er reeds een Roosje ontsproten uit haar schoot.  Het zaaigoed was van uitstekende kwaliteit, de grond was vruchtbaar en had lang genoeg braak gelegen.  Helaas zou een tweede keer oogsten een onheilspellend risico inhouden.  Zodoende werd er enkel nog gezaaid en niet meer geoogst.  Anke en Koen vonden hun tuintje echter wat te klein en te kleurloos.  Daarom beslisten ze om een fleurig bloemetje te importeren.  Ettelijke keren veranderden ze nog van keuze van het land van herkomst, maar uiteindelijk hakten ze de knoop door.  Het zou een kindje uit Ethiopië worden.

    Het voelt een beetje vreemd aan, vind ik, dat je zo zelf de kleur van je kind kan bepalen.  Persoonlijk had ik graag een mulatje gebaard.  Zoooo schattig!   Maar als je met een blanke man gehuwd bent, ook al wordt hij in Griekenland versleten voor een Italiaan en in Italië voor een Griek, dan is dat niet zo evident. Anderzijds maakte ik me toch wat zorgen om haar keuze.  De meeste Belgen hebben niet in de smiezen dat een multiculturele samenleving dé toekomst wordt.  Herinner je je nog hoe drie koppels weigerden om zich te laten trouwen door Wouter Van Bellingen, louter en alleen omwille van zijn huidskleur?  Waren ze bang dat zijn zwarte kleur hun wittebroodsweken zou vergrijzen, hadden ze kindzijnde een ernstig zwartepietentrauma opgelopen of zijn ze gewoon kortzichtig en intolerant?  Wat er ook van zij, een massa mensen hadden gelukkig totaal geen begrip voor hun belachelijke beweegredenen.

    Mijn man en ik waren Koen en Anke zes jaar eerder vooraf gegaan met ons eigen kweekprogramma.  Vochtige potgrond, uitmuntend zaad en hemels voorbereidend werk leidden tot twee keer toe, met een tussenpauze van 20 maanden, tot een nieuwe soort. Twee bleke bloempjes, ontkiemd uit een ander zaadje in dezelfde broeikas, totaal verschillend van geur en kleur en terzelfdertijd met evenveel toewijding gekoesterd en verzorgd.  Niet volledig op dezelfde manier, maar volgens de specifieke noden van zijn soort.  Toch voelde het jongste bloempje zich regelmatig tekort gedaan.  Maar bovenal hunkerde het ernaar om het lieftalligst bevonden te worden.  De zaaigoedleverancier, noch de broeikashoudster kwamen aan haar vurige wens tegemoet.  De bekoorlijke schoonheid en de verrukkelijke geur van elk van de twee bloempjes waren immers uniek en onmeetbaar. Dus hoe zouden ze ooit kunnen kiezen?

    Maar wat als er een bloemetje bijkomt, ontstaan uit een anoniem zaadje op onbekend terrein.  Zullen de zaaigoedleverancier en zijn compagnon voor het product van hun concurrenten evenveel genegenheid kunnen opbrengen als voor hun eigen waren?  Zullen ze even hard hun best willen doen om dit bloempje te laten floreren?  Anke en Koen alleszins wel. Ze noemden hun uitheems bloempje niet voor niets 'Florian'.  Al was hij misschien niet het product van hun liefde, dan wel het quotiënt.  Voor hen twee evenwaardige bewerkingen die elkaar opheffen.  Hopelijk leert hun zoon, die inmiddels ruim twee jaar in ons Belgenlandje vertoeft, later ook goed tellen en begrijpt hij terzelfdertijd dat 'verschil' soms wel 'gelijk' kan betekenen.

    Een tijdje geleden werd Anke door twee simpele woordjes brutaal in de harde realiteit gesmeten. Ze kwam aan op het werk en stak meteen van wal. "Ik voel me zo hypocriet," begon ze. "We zijn naar een bijeenkomst geweest als voorbereiding op de eerste communie van ons Roosje. Amai, als je dan de pastoor bezig hoort, wat die allemaal van ons verwacht... Maar het ergste was de commentaar van de juffrouw.  Ze wou duidelijk maken dat iedereen welkom is in het huis van God.  En weet je wat ze toen zei?"  Alleszins niet veel goeds aan haar gezicht te zien. "Ze zei dat iedereen welkom is in het huis van God.  Écht iedereen, zei ze... zelfs een negerke!"

    Uiteraard deelde ik Ankes verbolgenheid over deze onbetamelijke uitspraak.  Al had de juffrouw het wellicht niet kwaad bedoeld, het was een wreed ongelukkige formulering.  Totaal ongepast bovendien voor iemand in haar functie.  Anke vroeg me wat ik ermee zou doen.  Ze had ervan wakker gelegen en wou de juf erover aanspreken.  Maar ze twijfelde, tenslotte zat Roosje bij haar in de klas en over enkele jaren ook Florian.  Zoals gewoonlijk zaten we op dezelfde golflengte.  Ik zou de juf er ook over aanspreken.  Niet onmiddellijk, maar quasi terloops bij de eerst volgende gelegenheid. 

    Thuis aanhoorde mijn man mijn verontwaardigde waterval van woorden.  Regelmatig knikte hij instemmend, doch uiteindelijk antwoordde hij laconiek: "Ik vrees dat Anke nog dikwijls wakker zal liggen..."

    Ik hoop van harte dat hij ongelijk heeft...

    Grz

    Ikbenhet

    PS Vandaag vertelde Anke me dat Koen en zij zich kandidaat hebben gesteld voor pleegzorg.  Fantastisch toch dat zij zich willen ontfermen over een gekneusd bloemetje, wiens wortels niet voor een stevige basis konden zorgen.  Ik ben ervan overtuigd dat ze erop zullen toezien dat het op termijn op eigen stengel in zijn vaasje kan staan, desnoods met een ijzeren draadje rond zijn kwetsbare steel.  Zelf zijn mijn vingers niet groen genoeg om zoiets te doen.  Of... misschien wil ik gewoon mijn handen niet vuilmaken...

    08-04-2011 om 00:00 geschreven door wiebenik  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    01-04-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.als de rook in mijn hoofd is verdwenen...
    Mijn allerslechtste eigenschap, beste bloglezer, is mijn extreme slordigheid in combinatie met een mateloze  nonchalantie. De mensen die me kennen kunnen bevestigen dat ik niet overdrijf, integendeel, ze zullen dit hét understatement van het jaar noemen. Daarenboven ben ik ook nog eens een warhoofd, een verstrooide professor, maar dan zonder zijn bovengemiddelde intelligentie.  Te pas en te onpas slaag ik erin om vanalles en nog wat te verliezen.  Mocht ik al de tijd die ik verklungel met zoeken op een of andere manier kunnen recupereren, dan zou ik een zee, straffer nog, een oceaan, van tijd hebben om een boek te schrijven, zelfs al heeft geen kat tijd of goesting om het te lezen, of om handmatig een smyrnatapijt te knopen met de oppervlakte van tien voetbalvelden.

    Vorige week was ik weeral het slachtoffer van mijn eigen slordigheid. Ineens bleek mijn portefeuille van een bekend apenmerk spoorloos. Veel briefjesgeld zat er niet in, maar wel enkele belangrijke documenten zoals mijn identiteitskaart, rijbewijs en SIS-kaart.  Ook een hele reeks klantenkaarten waardoor ik toch heel wat interessante kortingen aan mijn shoppende neus zie voorbij gaan én een winnend win-for-life-biljet.  Gelukkig niet de periodieke maandelijkse geldschieter. Mocht dit het geval zijn, dan was ik nu al ruim 150 uren non-stop met mijn hoofd tegen een muur aan het bonken.

    Mijn hopeloze nonchalantie heeft als enig voordeel dat ik redelijk rustig blijf als ik weer eens wat ben kwijtgespeeld.  Bij mij is dat immers schering en inslag en in de loop der jaren is er toch wel enige gewenning opgetreden. Al moet ik toegeven dat het verlies van mijn portefeuille mijn zoekmotivatie meer aanwakkert dan de ontstentenis van een banaler voorwerp.  Op alle logische plaatsen, zoals mijn handtassen, jas- en broekzakken en auto, heb ik gezocht en ook op minder vanzelfsprekende plekken, aangezien ik een warhoofd ben. Evenmin echter blijk ik mijn geldbuidel diepgevroren of aan de kippen gevoerd te hebben.

    Vandaag begaf ik me dus eindelijk naar de politie om mijn stommiteit aan te geven.  Ik was er nooit eerder geweest en worstel helaas ook nog eens met een legandarisch oriëntatieprobleem. Hierover kan ik letterlijk een alfabet aan boeken schrijven, ik zit al aan de letter H van hopeloos. Volgens mij situeren al deze negatieve eigenschappen zich in hetzelfde hersenkwabdeel, dat bij mij overduidelijk onderontwikkeld is. Hopelijk is het geen voorloper van dementie, ik vrees er een beetje voor. Ik parkeer mijn auto op de ruim voorziene parking en vind wonderwel onmiddellijk mijn weg naar de deur.  "Waar kom jij uitgekropen?", vraagt de vriendelijke loketbediende, een vage kennis. Hoezo?  Ik blijk me dus een plaats op de personeelsparking toegeëigend te hebben.  Verschrikt vraag ik meteen of dat een boete zal opleveren, anders ben ik maar al te bereid om mijn auto te verplaatsen. Niet nodig.

    Na een korte uitleg over het doel van mijn bezoek, mag ik plaatsnemen in een wachtlokaal. Gelukkig zitten er geen andere criminelen.  Even later komt een inspecteur me afhalen.  Een grijze, neen witte, gemoedelijke opa met een penetrante geur.  Geen lijfgeur, alhoewel?, zo mag je het mogelijkerwijs wel noemen, hij is een verstokte roker. Ik schat hem 67 jaar, wellicht is hij minstens 10 jaar jonger. De levensbedreigende nicotine heeft zijn huid een anti-facelift gegeven, zijn gezicht ziet er dof en pafferig uit. Hij gebaart me plaats te nemen aan de andere kant van zijn bureau en spontaan wil ik hem een tiktakje presenteren. Mensenlief, zo rokers, die kunnen toch uit hun bek stinken! Slechts weinigen onder hen die dat beseffen.  Pas als ze zelf stoppen met roken realiseren ze zich wat ze hun niet-rokende medemens, gedurende al die jaren die in rook zijn opgegaan, hebben aangedaan.  Ik ben best wel tolerant ten opzichte van rokers zolang ze hun giftige dampen niet in mijn gezicht of gordijnen blazen.  Neen, geen actieve smoorder in mijn kot. Heb je trouwens al ooit eens zo een vleesgeworden asbak gekust, zelfs al is het zedig op de wangen? Moeilijk hoor om je weerzin te verbergen. Soit, ik dwaal af, het is zoveel makkelijker om over andermans  kwalijke eigenschappen te schrijven dan over de mijne.

    De ambtenaar begint ijverig te typen. Ik ben stiekem verbaasd dat hij zo vlot met de computer overweg kan. Hij zegt geen woord en ik zwijg ook wijselijk opdat hij zijn stinkmuil niet nodeloos zou opentrekken.  Woordeloos duwt hij me enkele papieren onder mijn gevoelige neus ter ondertekening.  Het ene document dient voor een geüpdate identiteitskaart, met het andere krijg ik een fonkelnieuw rijbewijs, gelukkig zonder   mijn rijvaardigheden opnieuw te moeten demonstreren. "Er is iets misgegaan met dit papier," walmt hij, terwijl zijn vergeelde vinger het betreffende document aanwijst.  "Het systeem heeft je naam er niet opgezet.  Ik weet niet hoe dat komt.  Maar het kan zijn dat ze dit niet aanvaarden als je ermee naar de dienst rijbewijzen gaat."  Wat voor een ambtenarenuitleg is dat?  Bij wie moet ik dan in hemelsnaam reclameren?  Bij mijn vriend, de politie? "Kan u mijn identificatiegegevens dan niet gewoon met een pen invullen?" opper ik voorzichtig. "Neen, dat mag niet, de naam wordt altijd automatisch voorgedrukt op dat formulier."  Ik ben lichtjes verbouwereerd over zoveel stompzinnigheid. Voor mij ligt een  naamloos blad met enkel de handtekening van de snuggere inspecteur, zelfs een stempeltje ontbreekt.  Iedere zeldzame ambtenaar die zijn taak ietwat serieus aanpakt zal me geen nieuw rijbewijs afleveren op basis van zoveel onduidelijkheid.  Ik geef het niet op en maak gebruik van mijn assertieve vaardigheden die op de sociale hogeschool werden versterkt.  Uiteindelijk krijg ik de brave uniformman zo ver dat hij mijn gegevens manueel intikt waardoor hij alsnog een gepersonaliseerd exemplaar kan afdrukken. Oef! Ik rijd vlot van de parking af en gris nog net op tijd mijn gordel.

    Buiten alle verwachting om word ik op het gemeentehuis snel en correct verder geholpen.  Mijn rijbewijs wordt in een doorzichtig mapje gestoken.  Tegen mijn natuur in wil ik het onmiddelijk veilig in mijn portefeuille opbergen.  Mijn goede voornemen wordt gedwarsboomd omdat het verlies van dat ding nog steeds een feit is.  Wat ook een feit blijft is mijn gebrek aan oriëntatie.  Ik weet begot niet meer waar mijn auto geparkeerd staat.  Toevallig hebben marktkramers het marktplein ingenomen, waardoor mijn zicht belemmerd wordt en ik nog minder weet waarheen.  Ik besluit van de nood een deugd te maken en koop frisse groenten, verse vis en een gebakje. Dat heb ik wel verdiend, vind ik en terzelfdertijd moet ik aan mezelf toegeven dat dat eigenlijk helemaal niet het geval is.  Na het marktplein ettelijke keren doorkruist te hebben, sla ik eindelijk de juiste weg in.

    Onderweg geniet ik van de onverdiende kattetong. Ik besef niet dat een vrouw die op straat eet even ordinair oogt als een rokende voetgangster. Bepakt en bezakt nader ik de auto.  Gewoontegetrouw tast ik alvast in mijn jaszak naar de sleutel met afstandsbediening. Ik tast en ik tast en ik tast.  Zeg dat het niet waar is... Ligt mijn sleutel tussen de peren of tussen de pateekes?

    Grz

    Sloddervoske

    01-04-2011 om 00:00 geschreven door wiebenik  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)


    Archief per maand
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    uit gemak
  • synoniemen

  • uit sympathie
  • Luctor
  • Eilish
  • Miss C.
  • de bèkker
  • Geronimo
  • Zapnimf
  • ikzelf

  • E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs