Computers durven wel eens sputteren.
In het gedicht 'Zeg computer' maakte een jongetje zich kwaad op zo'n computer met kuren.
Ook wij hadden al eens problemen met toestellen die niet doen wat ze moeten.
Onze boze gevoelens kan je in onderstaande gedichten lezen.
ZEG LAMPJE!
Zeg, lampje,
het is geen rampje
maar een ramp!
Ik heb je 's nachts wel nodig, hé!
Je zou het ook moeten weten,
want je noemt NACHTlampje.
Oooo zo ambetant!
Ik kan nu niet zien,
o rare trien!
En zo kan ik niet naar het toilet
door dat donker zicht.
Ooooh, ik haat het zo
dat ik je niet kan aanleggen!
Ik zou het tegen de maker moeten zeggen.
(Eva)
ZEG TELEVISIE!
Zeg, televisie,
waar is mijn opname?!
Het is weg, dat is echt niet leuk!
Door jou, televisie,
kan ik niet meer kijken naar mijn opname.
Ik ga dan maar gewoon TV kijken, zeker!!!
Zeg, televisie,
wil je nu werken of niet?!
Anders zit ik mij te vervelen
en dan, wat moet ik dan doen?
Ik kan niet buiten spelen, want het regent.
Ik word niet graag nat!
(Emmily)
ZEG RADIOWEKKER!
Zeg, radiowekker,
al die lichtjes
al die plichtjes,
zal mijn wekker
nu nog een keer afgaan?
Zeg, radiowekker,
Mag de radio nog aan?
En waarom hoor ik steeds bzzzz?
Waarom zo'n raar geluid?
En dan nog zo luid!
(Martha)
ZEG TV!
Zeg, tv,
ga eens zappen,
laat mij zappen!
Maak lawaai,
maak geluid!
Zeg, tv,
geef eens kleur
en geen brandgeur!
En nu maar hopen
dat ik een nieuwe mag kopen.
Zeg, tv,
geef eens beeld...
geen effect!
Nu maken dat je werkt.
Ik ga slapen,
want 'k zit hier maar te gapen.
(Marie)
|