Sociale wetenschappen: In dit vak gaat de aandacht naar de mens in al zijn facetten.Je bestudeert het fysieke, psychische en sociale welzijn van de mens.
natuurwetenschappen: In de lessen krijg he relevante informatie die je moet voorberijden op zowel een technisch-wetenschappelijke maatschapij als op je beroepsleven. De wetenschappelijke methode is een middel, je kennis en vaardigheden een doel. Je neemt zelf meer verantwoordelijkheid bij het uitvoeren van experimenten.
Praktijk voeding: In dit vak worden de technieken en vaardigheden die je in de tweede graad hebt geleerd verder geïntegreerd in de integrale opdrachten.
Integrale opdrachten: Je werkt aan vier competenties die je op het einde van de graad onder de knie moet hebben. De opdrachten worden alsmaar uitgebreider en intensiever.
Expressie: Dit vak is ook heel sterk verbonden aan de integrale opdrachten.
Sociale en technische wetenschappen is een polyvalente richting. Binnen deze studierichting vormen de maatschappelijke-sociale en de toegepaste wetenschappelijke vorming de twee pijlers van de opleiding. Er wordt vooral accent gelegd op de toepassingen van de natuurwetenschappen en de sociale wetenschappen. Bij het talenonderricht staan communicatieve doelstellingen voorop. Bovendien wordt ook de basiskennis van wiskunde en informatica bijgebracht.Deze richting is aangewezen voor leerlingen die wel interesse hebben voor wetenschappen, maar niet uitsluitend voor de abstract wetenschappelijke benadering.