Welkom allemaal op onze website. Wij zijn 2 studenten die de opleiding bachelor kleuteronderwijs volgen in de hogeschool West-Vlaanderen in Brugge. Momenteel zitten wij in ons 2de jaar van onze 3-jarige opleiding. Voor ons is het heel belangrijk dat kinderen zich goed in hun vel voelen. In de les van Agogische Vaardigheden leerden we over het thema pesten. Wij, als toekomstige leerkrachten, moeten hier zeker goed mee kunnen omgaan. Pesten kan niet! Het kan heel zware gevolgen hebben voor het kind, het kan zelfs leiden tot zelfmoord! Alsook zijn verdere leven kan erdoor beïnvloed worden. Daarom hebben wij deze weblog over het thema 'pesten' opgemaakt. Je kan er heel veel informatie vinden over pesten, websites, boeken, films, krantenartikels en nog veel meer. Wij hopen dat jullie iets hebben aan deze site en jullie deze informatie nuttig kunnen gebruiken. Alsook hopen wij dat eventuele pesters die deze site bezoeken zich bewust zullen worden van wat ze aanrichten.
Je moet zeker ook niet laten om iets achter te laten in ons gastenboek of ons forum. Voor vragen kunnen jullie ons altijd een mailtje sturen.
In elke klas van 25 kinderen worden er gemiddeld 3 of 4 kinderen gepest. Dit betekent dat er in de ganse wereld miljoenen kinderen gepest worden!
Wat is pesten? Pesten is het uitoefenen van geestelijk en/of lichamelijk geweld door één of meerdere personen tegenover één persoon. Dit gebeurt langdurig en herhaaldelijk, en zo dat de pesters de gepeste met opzet pijn willen doen. Het gaat altijd om een verstoord machtsevenwicht, waarbij de gepeste relatief machteloos is.
Vaak gaat het om één pester die steun krijgt van een aantal anderen. De pester geeft de aanzet tot de pesterijen, maar hij of zij pest niet alleen. Rond de pester verzamelen zich nog anderen, ze vormen samen een pestgroepje.
Wat is plagen? Plagen is meer als grap bedoeld en is onschuldiger. Het gebeurt eerder tussen 2 enkelingen (één tegen één) en niet steeds tussen dezelfde personen. Het situeert zich meer binnen het 'sociale spel', waarbij kinderen hun de omgeving aftasten (wie is wie?) en zoeken naar ieders plaats in de groep.
Wat is ruzie maken? Ruzie maken is zeker niet hetzelfde als pesten. Bij ruzie is er niet noodzakelijk een ongelijke machtsverhouding, zodat de kinderen dit vaak zelf kunnen oplossen. Dit is meer een éénmalige gebeurtenis, die niet zo'n langdurig karakter heeft als pesten.
Direct en indirect pesten Direct pesten: 'recht voor je raap' pesten, als iedereen kan zien of horen dat er gepest wordt Indirect pesten: 'stiekem pesten', het valt minder op, pesten als anderen het niet kunnen zien
Indirect pesten is moeilijker om het aan anderen duidelijk te maken. De persoon aan wie je het vertelt zal snel zeggen: het is gewoon toeval of zal jouw minder snel geloven.
Een voorbeeld: De pester is niet altijd degene die de trap uitdeelt. Het komt ook voor dat de pestkop een ander kind de opdracht geeft iemand te schoppen. Als de pestkop een kind aanspoort om te pesten, dan pest de pestkop indirect en de schopgever direct.
Hoe wordt er zoal gepest? *10 tot 12 - jarigen: vooral fysiek pesten (slaan, schoppen, aan kleren trekken,...) --> vooral bij het kiezen van groepen * 12 tot 14 - jarigen: meer verbaal en via de houding die ze aannemen tegenover iemand (onvriendelijk doen)
Enkele voorbeelden van pesten: cyberpesten, fietsbanden platsteken, kauwgum in het haar plakken, negeren, doodzwijgen, na de bijeenkomst van de jeugdbeweging opwachten, beledigen, bezittingen afpakken, cadeaus eisen, als slaaf behandelen, roddelen,...
Ter info: Een geliefkoosd Japans pestspel draagt de naam 'Ajuin'. Om het te kunnen spelen moet het slachtoffer wel een kleed dragen. De pesters tillen de rok of het kleed van het kind tot boven het hoofd en binden het dan dicht. Op die manier staat het gepest kind weerloos te kijken: het kan niets meer zien en het heeft de handen niet langer vrij. Het moet ongetwijfeld een heel kleinerende en kwetsende ervaring zijn als men jou op die manier voor schut zet.
Cyberpesten Tegenwoordig is het cyberpesten in populariteit erg toegenomen.
Meer info over cyberpesten kan je vinden in de bundel 'pesten in het jeugdwerk' of op de website van klasse: http://www.klasse.be/eerstelijn
De rechten van het kind Er zijn nog altijd de rechten van het kind. Deze rechten kan je vinden op http://www.kinderrechten.nl of in het boek: Pesten wat vind jij ervan? geschreven door Trix Van Dugteren.
Bron: VAN DUGTEREN, T., Pesten wat vind jij ervan?, Lannoo, Tielt, 2006, 72 pagina's.
We hebben een bundel gevonden over pesten in het jeugdwerk. We vonden het nuttig om dit hier op te plaatsen omdat de meeste kinderen tijdens de vakanties wel eens naar een opvangplaats gaan waar men ook soms in contact komt met pesten. In de bundel vindt je: - algemene informatie - hoe pesten aanpakken - werkvormen om leiding te sensibiliseren - spelen rond pesten - informatieve spelen - jeugdboeken over pesten
Er zijn al heel wat scholen die een pestactieplan opgesteld hebben of hieraan werken. Met een pestactieplan kan men pesten voorkomen. Het is heel belangrijk voor de kinderen en hun ouders dat er gewerkt wordt aan pesten, dat de ouders of kinderen weten dat ze er niet alleen voor staan, dat er maatregelen genomen worden. Wij hebben één pestactieplan uitgekozen van de school GBS Eindhout. Dit is een kleuter- en lagere school. Dit zijn de onderdelen die besproken worden in dit pestactieplan:
Bij de toegevoegde bijlagen kun je verschillende uitgewerkte activiteiten vinden die men in de kleuterklas kan gebruiken. Om het in het lager onderwijs te kunnen gebruiken kun je dit meer uitbreiden, moeilijker maken,...
We hebben hierbij ook zoveel mogelijk verschillende leergebieden proberen aan te halen. Hierbij gebruikten we het leerplan van het GO! onderwijs.
Het is belangrijk om te voorkomen dat kinderen pesten of gepest worden. Dit kan gans hun leven beïnvloeden of gevolgen hebben tot. Wij hebben geen folder gevonden van een school (daar worden meestal pestactieplannen gebruikt), maar we vonden wel op het werk (in een bejaardentehuis) een folder die het pesten tegengaat. In die folder wordt uitleg gegeven over pesten en hoe men te werk gaat, waar men terecht kan wanneer men met pestgedrag te maken heeft. We vonden het heel bijzonder en heel goed dat er ook bij volwassenen aandacht besteed wordt aan pesten. Ook bij hen kan het nog ernstige gevolgen hebben eventueel zelf tot zelfmoord leiden. Bij de toegevoegde bijlage kan je de folder bekijken. Wellicht zijn er wel op nog werkplaatsen zo'n folder te vinden.
Dit is één getuigenis van een moeder. Haar dochter wordt al jarenlang gepest. Op internet, tv, de krant, de radio, tijdschriften kan je honderden getuigenissen vinden van mensen die gepest werden, gepest worden, of iemand familie/vrienden hebben die gepest worden. Wij hebben willekeurig één getuigenis uitgekozen omdat deze getuigenis ons echt aangreep. Als moeder of vader van een gepest kind sta je machteloos, je probeert om dit zo snel en goed mogelijk op te lossen maar dit is niet altijd evident.
Hilde (42):'Mijn dochter wordt al jaren gepest.' Acht kilo viel Bieke af, denkend dat ze dan minder in de kijker zou lopen. Maar het pesten ging gewoon door. "Wij hebben letterlijk en figuurlijk alles in huis om ons enig kind van een goede opvoeding en een onbezorgde kindertijd te laten genieten. Maar genieten doet Bieke zelden of nooit: ze is altijd op haar hoede, ze heeft donkere kringen onder haar ogen van het piekeren, ze kan ook agressief uit de hoek komen als reactie op de strijd tegen haar kwelduivels die nu al drie jaar duurt. Bieke is nu negen, ze zit in het vierde leerjaar en in die klas zitten ook twee pestkoppen, die haar dagelijks op school het leven zuur maken. De school grijpt niet in en voert nog steeds geen pestbeleid zoals veel andere scholen doen. Haar twee juffen met een duobaan zijn wel van goede wil, maar op het gebied van pesten helemaal niet ervaren. Ze doen hun best, maar er verandert weinig. Ze zeggen bijvoorbeeld tegen Bieke dat ze het zich allemaal niet zo moet aantrekken, maar wie ervaring heeft met echt gemeen pestgedrag, weet dat dat een advies is waar je niets aan hebt. Toch is onze dochter beslist geen doetje of een zielig kind, integendeel. Ze is heel mondig, eerlijk en oprecht. Maar ze is ook een perfectionist die strikt en rechtlijnig denkt en weinig ruimte heeft voor fantasie. Als kleuter was ze zelfs een haantje-de-voorste in de klas. In het eerste leerjaar kwam ze in conflict met Tanja, een kind dat thuis heeft geleerd dat communiceren betekent dat je er desnoods maar op los moet slaan, als je maar overwicht hebt. Ze koos Bieke als slachtoffer uit voor haar plagerijen en pestgedrag. De meester van de eerste klas ging daar op een heel goede manier mee om. Hij greep in als kinderen te ver gingen, ook in het pestgedrag. In de tweede klas kreeg Tanja versterking van een nieuweling, een meisje met precies dezelfde opvoeding. Ik heb ondertussen alles gelezen wat er over pesten geschreven is en ik ben zeker eens met de vaststelling, dat pesters vaak onzekere kinderen met faalangst en een laag zelfbeeld zijn, die steun bij elkaar zoeken. De andere kinderen in de klas van achttien waar Bieke nu inzit, zijn zo bang voor die twee aanvoerders, dat ze uit angst liever partij kiezen voor hen, dan voor Bieke. Die heeft geen enkel vriendinnetje, wordt zelden uitgenodigd op een verjaardagsfeestje, is bijna altijd alleen. Het kind werd hiervan zo depressief, dat ze als achtjarige zei: "Mama, ik wil niet meer leven". Haar hobby is zwemmen, maar de invloed van de pesters strekt zich ook tot daar uit. Kinderen willen vaak niet met haar spelen of zelfs niet naast haar zitten. Ze houden afstand van haar met als gevolg dat ik mijn dochter met de dag zie vereenzamen. Laatst is het zelfs tot fysiek geweld gekomen en is Bieke van de trappen geduwd op school. Het breekt soms mijn hart hoe ze lijdt onder het pesten zelf en we niet in staat zijn om er een halt aan toe te roepen. Gelukkig kan ze met mij alles bespreken wat in haar omgaat, maar een vriendinnetje vervangen, dat kan ik niet. In haar poging om bij de groep te horen is erg ver gegaan. Ze werd vanwege haar molligheid vaak uitgescholden voor 'dikke olifant' en 'tientonner' en toen bedacht ze dat ze misschien wel vrienden zou krijgen als ze slanker was. Ze gaf me te kennen dat ze wilde afvallen. Nu stond ik daar wel achter, maar ik heb Bieke toch goed duidelijk gemaakt dat ik van haar hield zoals ze is, en dat ze mollig ook net zo mooi is. Met behulp van de huisarts is ze echter in korte tijd acht kilo afgevallen. Met een ongelooflijke wilskracht heeft ze zich alles ontzegd wat ze lekker vond, en dat vond ik bewonderenswaardig en eng tegelijkertijd. Veel volwassenen zeiden tegen Bieke dat ze er zo goed uitzag, wat haar wel eens zou kunnen laten denken dat ze inderdaad vroeger niet goed of mooi was. Ik weet dat zoiets de aanzet tot anorexia kan zijn, zeker bij zulke perfectionistische kinderen als Bieke. Ze was dan wel slanker, het pesten hield niet op. Het zijn vaak kleine futiliteiten, maar de aanvoerster Tanja is zo geraffineerd dat ze zich er altijd uit weet te liegen. Ik hoorde laatst dat haar broertje op dezelfde school ook zulke moeilijkheden veroorzaakt. Hij dreigde een tijdje geleden zelfs Bieke te "vermoorden", als ze nog ruzie durfde maken. Bieke is inmiddels in therapie bij onze huisarts, een jonge vrouw die haar aan het praten krijgt over wat er in haar omgaat, om er op objectieve en een verwerkende manier mee om te leren gaan. Ik hoop dat het op de lange duur zal helpen om haar van littekens te vrijwaren. Er wordt me vaak gevraagd waarom ik geen andere school voor mijn dochter zoek. Het zou inderdaad een oplossing kunnen zijn om alle oude patronen eens te doorbreken, en ik heb het ook serieus overwogen. Maar het moet ook de beslissing van mijn dochter zijn, zij moet de stap willen zetten. Ik stel er mijn hoop op dat de wegen van Bieke en Tanja zullen scheiden als ze naar het middelbaar onderwijs gaan, maar er is ondertussen dan al zoveel kapot gemaakt. Ik zie mijn dochter steeds stiller en teruggetrokkener worden,ze zit slecht in haar vel en ze heeft vaak geen fut of energie voor dingen, die zo normaal zouden zijn op haar leeftijd. Ik heb ten einde raad hulp gezocht bij een Nederlandse zelfhulpgroep op Internet, want als ouder van een gepeste sta je er volkomen alleen voor. In deze groep bevinden zich gepesten en ouders van gepesten en samen delen we onze ervaringen en proberen oplossingen te zoeken, actie te ondernemen, alles wat maar mogelijk is om de strijd aan te binden tegen het pesten. Je hele energie kruipt in het onderwerp pesten, je bent er dag en nacht mee bezig, want het is verschrikkelijk om mijn vrolijke, levenslustige dochter van weleer steeds meer te zien veranderen in een eenzaam kasplantje. Ik zal alles in het werk stellen om daar verandering in te brengen.
Groepsbevorderende spelen Groepsbevorderende spelen kunnen we onderverdelen in kennismakingspelen, indelingsspelen, vertrouwensspelen en samenwerkingsspelen. Groepsbevorderende spelen zijn spelletjes die gespeeld worden om de sfeer in de groep goed te houden, om pesten te voorkomen. Zorgen dat iedereen aanvaard wordt zoals hij is.
1) Kennismakingsspelletjes
- Chinees portret: De groep wordt in 2 gelijke teams verdeeld, die elk aan de andere kant van het lokaal staan. Binnen elk team spreekt men gebaren af om elke speler van het andere team uit te beelden. Bv.: iemand met lang haar wordt uitgebeeld door naar de haren te wijzen, iemand die groot is door in de lucht te wijzen,... Op een bepaald teken gaan de teams op 2 rijen tegenover elkaar staan, iedere speler met drug naar het andere team. De begeleid(st)er kiest (in stilte) uit elk team een speler en zet deze in het midden, met de rug tegen elkaar en het gezicht naar hun eigen team. Er wordt weer een teken gegeven en de andere spelers draaien zich om. Zij moeten door middel van de afgesproken gebaren duidelijk maken wie er achter de rug van hun speler staat. De 2 spelers proberen zo vlug mogelijk elkaars namen te noemen.
- How do you do? Wanneer de muziek begint te spelen, lopen de spelers vlug rond in alle richtingen en proberen alle contact te vermijden. Als de muziek stopt, schudt elke speler de hand van de dichtstbijzijnde persoon en vraagt zoveel mogelijk persoonlijke informatie tot de muziek weer begint (een zestal seconden). Dit proces wordt herhaald. De spelers moeten telkens ieamnd anders groeten. Het spel loopt door tot iedereen elkaar ontmoet heeft.
- Waar of niet waar? Verdeel de spelers in kleine groepjes van 3 of 4. Eén speler stelt zichzelf voor, zegt zijn naam en vertelt dan 3 feiten over zichzelf - 2 zijn waar, 1 moet fout zijn. Bv.: ik verjaar in juni, ik heb een hond, mijn lievelingseten is spaghetti. De andere spelers proberen te raden welke de foute bewering is. Stel zo jezelf beurtelings voor en vul 3 'feiten' in. Je kan dit spel voorbereiden door eerst het spel 'how do you do?' te spelen.
- Handen tasten De deelnemers gaan per 2 zitten, en nemen de tijd om in stilte elkaars handen te verkennen. Bv: harige handen, lange vingers, warme handen, klamme handen,... Na een tijdje wordt 1 persoon uit de hele groep geblinddoekt. De rest gaat in een kring zitten. De geblinddoekte bestast nu één voor één alle handen en probeert de handen van zijn.haar partner te herkennen. Men mag blijven proberen tot men de handen van de partner herkend heeft. Het is wel belangrijk dat je de spelers vooraf vertelt dat het geen gokspelletje is, maar dat ze echt moeten proberen de handen van de ander goed in zich op te nemen. Het spel wordt bovendien in stilte gespeeld zodat de spelers niet herkend worden aan hun stem. Dit spel doet het ook uitstekend als vertrouwensspel bij een groep die elkaar al wat langer kent. Uiteraard zijn variatis mogelijk: kuiten, neuzen, oren, voeten,...
- Uitbeelden De groep wordt in 2 gelijke teams verdeeld, die elk aan de andere kant van het lokaal staan.Binnen elk team spreekt men gebaren af om elke speler van het andere team uit te beelden (bv. iemand met lang haar --> naar haren wijzen, iemand groot --> door in lucht te wijzen,...) Op een bepaald teken gaan de teams op 2 rijen tegenover elkaar staan, iedere speler met de rug naar het andere team. De leid(st)er kiest (in stilte) uit elk tema een speler en zet deze in het midden, met de rug tegen elkaar en het gezicht naar hun eigen team.Er wordt weer een teken gegeven en de andere spelers draaien zich om. Zij moeten door middel van de afgesproken gebaren, duidelijk maken wie er achter de rug van hun speler staat. De 2 spelers proberen zo vlug mogelijk elkaars naam te noemen.
2) Indelingsspelletjes
- Paard & ruiter Je kan je groep vragen zich als paard & ruiter op te stellen. Vriendjes zullen dan waarschijnlijk samen een duo vormen. Als dit gebeurd is zeg je dat de ruiters een groep vormen en de paarden een andere. Zo kan je voorkomen dat goede vrienden telkens samen in een groep zitten.
- Neuzen kleuren Je maakt in een groot stuk karton een gat ter hoogte van de neus. Je leden kunnen er dan één voor één hun neus door steken: ze krijgen dan een kleurtje op hun neus geschilderd. Ze weten zo zelf niet welke kleur ze krijgen en je kan zelf de groepjes vormen.
- Blind kiezen Eén persoon wordt geblinddoekt. De begeleider wijst één voor één alle speler aan en vraagt telkens in welke groep deze speler zit. De geblinddoekte persoon noemt telkens een groep,bv.: "groep één" of "groep twee", maar moet er wel op letten aan elk van de groepen evenveel kinderen toe te wijzen.
- Toevallige overeenkomsten Maak groepjes van kinderen met dezelfde schoenmaat, dezelfde geboortemaand, dezelfde haarkleur, hetzelfde huisnummer, dezelfde kledingstukken, beginletters van voornamen. Je kan ook kleurtjes of getallen uit een zak trekken en dezelfde kleuren of getallen vormen dan één groep.
- Touwtjes ontwarren Neem één stuk koord per 2 deelnemers. Houd al deze koordjes bij het midden vast in je vuist. Alle kinderen trekken nu aan 1 van de uiteinden van een koordje. Laat vervolgens de touwtjes los. De kinderen ontwarren nu de touwtjes zonder het uiteinde los te laten en ontdekken wie hun 'kompaan' is.
- Mama mango Je hebt "sets" van reepjes papier, waarop je "gelukkige families" (in de vorm van soortnamen van fruit) hebt opgeschreven. Het aantal in elke familie hangt af van het aantal deelnemers dat je in de groep wilt. Bv.: voor groepen van 4 kan je 4 reepjes papier maken met: grootmoeder mango, moeder mango, vader mango en baby mango. En zo ook met bananen, sinaasappelen, granaatappels, enzovoort... Er moeten evenveel strookjes papier zijn als het aantal spelers. Elke speler krijgt een strookje papier en loopt rond in het lokaal. Ieder wisselt zo dikwijls mogelijk zijn stukje om.Als je "fruitkom" roept, kijkt iedereen naar zijn stukje papier om te zien tot welke familie men hoort en begint zijn fruitnaam te roepen (bv. "Mango - mango - mango!") tot de hele familie bij elkaar is. De familie zit neer zodra ze volledig is: grootmoeder onderaan, vader op haar schoot, moeder op zijn schoot en baby op haar schoot. Je kan dit spel verschillende keren spelen en dan aankondigen: "Blijf in jullie groepen, we gaan een spel beginnen..." (Voor kleuters kan je dit een beetje aanpassen: gemakkelijkere fruitsoorten nemen, niet op de schoot van elkaar laten zitten,...)
3) Samenwerkingsspelen en vertrouwensspelen
- Reuzenslang Er worden groepen gevormd van ongeveer 4 personen. Iedereen gaat achter elkaar op de buik liggen en pakt de enkels van zijn voorganger vast. Deze slang moet een hindernissenparcours volgen. Opmerking: probeer eerst al eens gewoon vooruit te komen vooraleer je hindernissen invoegt.
- Uitbrekertje Eén persoon wordt aangeduid om uit de kring te breken. De rest van de groep vormt een stevig gesloten kring en probeert de aangeduide persoon in de kring te houden.
- Inbrekertje Hetzelfde spel, maar de aangeduide persoon moet nu in de kring proberen te geraken.
- Wirwar We maken een grote kring en geven elkaar een hand. Iedereen sluit de ogen. Op een bepaald teken loopt iedereen naar het midden en pakt daar 2 vrije handen vast. Nu opent men de ogen en probeert men de knoop te ontwarren. Het kan dat er meerdere kringen ontstaan en dat er knopen ontstaan die niet te ontwarren zijn. (Dit spel is meer geschikt voor het lager onderwijs.)
- Vrije val Een kring wordt gevormd. Eén persoon gaat vrijwillig in het midden staan en sluit de ogen. Een blinddoek is soms spannender. De vrijwilliger laat zich zo stijf als een plank vallen. De hele groep heeft de taak de vrijwilliger op te vangen zodat die niet op de grond valt. (Dit spel is meer geschikt voor het lager onderwijs.)
- Evenwichtskring Alle deelnemers vormen een kring, schouder aan schouder. De spelers gaan afwisselend met het gezicht naar binnen en naar buiten staan. Men neemt stevig de polsen van zijn buren vast. Op een afgsproken teken leunt iedereen naar voren, steeds verder, zonder een stap te verzetten. Houdt de evenwichtscirkel stand? Op een teken kan iedereen weer recht komen en naar de andere kant leunen. Handige tip: voor je de polsen loslaat kan je best terug recht gaan staan.
- Wie ben ik? Iedereen is geblinddoekt en probeert een welbepaalde speler te vinden en al tastend te herkennen. Let wel op dat de ruimte goed afgebakend is en dat niemand ergens tegenaan loopt.
- Koekjesmachine De spelers zetten zich in 2 rijen met de gezichten naar elkaar toe. Door elkaar bij de polsen of armen vast te nemen wordt een platform gevormd. Zorg dat de rij goed aansluit. Een speler gaat nu op het platform liggen en wordt over de armen verder "gehusseld". Help het 'koekje' wel op het platform... en er ook weer af. Let ook op dat er niet te hoog wordt gegooid.
- Klimmen in de lucht Alle spelers staan bij elkaar. Eén speler (al dan niet geblinddoekt) zet een stap in de lucht. Een andere speler speelt hierop in en gaat op handen en knieën met zijn rug onder de voet van die ene speler staan. Zo kan die speler van hieruit weer een andere stap in de ruimte zetten, in een willekeurige richting. De anderen moeten ervoor zorgen dat de speler stappen kan blijven zetten.
- Over een touw geraken Een touw wordt op een bepaalde hoogte opgespannen. De gehele groep staat voor het touw. Nu moet de groep aan de overkant van het touw geraken, door elkaar te helpen om op één of andere wijze over het touw te geraken.
- Enveloppenspel Elk groepje krijgt het aantal enveloppen dat er leden in een groep zijn. Het aantal leden duiden we hier voor de gemakkelijkheid aan met de variabele X. Er zitten dus X leden in een groepje. In iedere envelop bevinden zich X kartonnen vierkanten in stukken geknipt. De leden moeten proberen de verschillende stukjes karton zo samen te brengen, dat elke groep X vierkanten van gelijk formaat vormt. dus voor elk lid één vierkant. Er is slechts één oplossing juist, hoewel het tamelijk gemakkelijk is 3 of 4 gelijkwaaridge vierkanten te maken en enkele reststukken over te houden. Spelregels: * niet spreken * geen enkel gebaar maken om aan elkaar te tonen dat men een bepaald stuk wil * niemand mag een stuk karton van een ander aanraken en zeker niet nemen * men mag spontaan één of al zijn stukjes geven aan de andere leden van de groep, of in het midden van de tafel leggen Materiaal: * een X aantal enveloppen per groepje * in iedere omslag: een X aantal vierkanten
- Twee vierkanten maken met een touw Iedere speler is geblinddoekt. Eerst lopen de spelers wat rond. Op een bepaald ogenblik zegt de leid(st)er dat er 2 touwen van verschillende grootte in het lokaal verspreid liggen. De spelers moeten nu hiermee geblinddoekt 2 vierkanten maken.
- Vierkantzitten 4 stoelen worden in een vierkant gezet. 4 personen gaan elk op 1 stoel zitten. Zij moeten op de schoot kunnen liggen van die persoon die achter hen zit. Zitten de leuningen van de stoelen wel goed? Als iedereen neerligt, dan gaat een buitenstaander stoel voor stoel wegnemen, en ongelooflijk maar waar: iedereen blijft in z'n positie.
- Geblinddoekte ketting Eén "ziende" leidt de groep, niemand mag praten. Er is wel non-verbale communicatie toegelaten, zoals knijpen in de handen, het been vasthouden van iemand anders...
Niet competitieve spelen
- Groei - groei Een spannend spel, zonder ongezonde competitie. We beginnen met bv. 1 toverfee, 3 jagers, 4 stropers, 6 konijnen en de anderen zijn worteltjes (de aantallen kan je aanpassen volgens de grootte van je eigen groep). Deze zijn allemaal te herkennen aan hun specifieke geluid. De toverfee loopt rond en roept "tover-tover", de jagers lopen rond en roepen "jaag-jaag", de stropers lopen rond en roepen "stroop-stroop", de konijnen lopen rond en roepen "knaag-knaag". De worteltjes staan ter plaatse en roepen "groei-groei", terwijl ze met hun armen wuiven. Als er een konijn een worteltje tikt dan wordt het worteltje een konijn. Als een stroper een konijn tikt wordt dat konijn een stroper. Als de jager een stroper tikt wordt de stroper een jager. Als de fee een jager tikt dan wordt die de fee en wordt de fee een worteltje. Het spel heeft een hoog ritme omdat haast iedereen achter iemand aanzit en zelf ook wordt achterna gezeten. Het spel eindigt meestal vanzelf als er bv. na een tijdje geen wortels meer zijn. (Voor kleuters kan je minder personages nemen: bv wortel, konijn en fee,... je kan ook een kenmerk aanbrengen in plaats van het te roepen.)
- Piu - piu Het piu-piu-spel is een inlevingsspel. De spelers beelden zich in dat ze kuikentjes zijn. Lieve, zachte, donzige kuikentjes. Al die kuikentjes zijn verdrietig want ze zijn allemaal hun moeder kwijt. Voor het spel begint worden alle spelers geblinddoekt. Ze zitten verspreid over de ruimte. Dan komt de spelbegeleid(st)er rond met tikjes. Alle spelers krijgen 1 tikje op hun schouder, behalve 1 speler, die krijgt er 2. Deze speler krijgt tijdens het spel de rol van moederkip toebedeeld. Alle andere spelers zijn kuikentjes. Van zodra een speler voelt dat hij of zij 2 tikjes heeft gekregen mag die zijn blinddoek afnemen. Deze speler zet zich ergens in de ruimte, om het even waar. Op die plaats bevindt zich dan het nest. Tijdens het spel mag de moederkip zich niet verplaatsen, ze blijft op haar nest zitten. Al de andere spelers, de kuikens, blijven geblinddoekt. Zij moeten op de tast (kruipen of lopen, afhankelijk van de staat van het lokaal) hun moeder gaan zoeken. Wanneer ze een ander wezen aanraken dan weten ze natuurlijk neit of dit een kuiken of hun moeder is. In dat geval vragen ze "piu-piu?" Als dat andere wezen antwoordt met "piu-piu!" dan weten ze dat het ook een kuiken betreft. Als dat andere wezen niet antwoordt, dan weten ze dat ze de moederkip gevonden hebben want de moederkip krijgt de opdracht om niet te antwoorden op de "piu-piu" vragen. Vanaf dat moment mag het kuiken de blinddoek afnemen en zich bij het nest voegen. Het kan dan geamuseerd toekijken hoe de andere kuikens (het worden er steeds minder) verder zoeken. Spelregels: * Tijdens het spel: muisstil, enige wat je mag horen is '"piu-piu" * Belang: kuikens die moederkip gevonden hebben muisstil blijven, om het nest niet te verraden. Krijs dus niet: "Joepie, ik heb ze gevonden!" * Alle spelers spelen het spel eerlijk. Ze blijven geblinddoekt tot ze het nest gevonden hebben * Spel is afgelopen als alle kuikens de moeder teruggevonden hebben
SPELEN ROND PESTEN
- Citroen-citroen In een kring staan allemaal stoelen. Iedere speler die op een stil zit, zoekt voor zichzelf een grappige spotnaam. Eén persoon staat in het midden. Wanneer deze 2 spotnamen roept, moeten de spelers met deze spotnamen van stoel verwisselen. De roeper zal dan proberen op een stoel die vrij komt te gaan zitten. Wanneer de roeper: "citroen-citroen" roept, verwisselt iedereen van plaats. (Voor kleuters kunnen beter de gewonen namen gebruikt worden.)
- Pest-pictionary Dit spelletje kan gebruikt worden als basis om een gesprek te beginnen. Het spel verloopt zoals gewone pictionary maar de tekeningen hebben telkens te maken met pesten.
- Spel aanpassen aan de situatie (pester - gepeste) Bv.: kind wordt gepest door ander kind omdat het te dik is, niet sportief is, altijd verliest bij een spelletje,... De leiding besluit paard en ruiter te spelen. De kinderen staan per 2. De "ruiters" moeten proberen elkaar van hun "paard" te duwen. Niemand wil echter bij het "dikke kind" staan. Maar... de leiding zet de pestkop samen met de gepeste. De pestkop is ruiter en de gepeste is paard. Omdat het gepeste kind nogal struis is, winnen zij echter elke keer van alle anderen. Al gauw wil iedereen bij het gepeste kind staan.
- Stimulatietoneel/rollenspel 1) Individueel brieven/getuigenissen laten lezen, dan de groep in 3 verdelen en de kinderen spelen een aantal situaties na. Enkele voorbeelden: * Bert, een stille jongen, weet hoegenaamd niets af van het feit dat men hem zit op te wachten als hij na de activiteit naar huis gaat. Jan, Melanie en Bart wachten Bert op om hem te pesten. Bert kan ze niet ontvluchten en Jan, Melanie en Bart halen gemene streken uit tot Bert begint te huilen. * In de snoepwinkel staan Lies en Franky te kiezen. Plots stappen Luc, Bert en Gert de winkel binnen. Deze plagen het tweetal. Ze stoppen onder andere snoepgoed in de zakken van Lies en Franky. Aan de kassa gekomen merkt de verkoopster dat er iets niet pluis is. Hoe dit verder afloopt zoek je zelf uit. ... --> Er na de rollenspelen evalueren!
2) Een spel dat de kinderen goed kennen wordt gespeeld zoals het altijd gespeeld wordt. Maar na een tijdje wordt het spel stilgelegd. Er worden opdrachten gegeven voor een rollenspel i.v.m. pesten: * Er worden duidelijke afspraken gemaakt * Er worden 2 & 3 pesters aangeduid en 1 gepeste (geen zwakker kind) Het spel wordt hervat. De pesters beginnen het slachtoffer te pesten, de leid(st)er gaat hier niet op in. Laat de situatie echter niet uit de hand lopen! Na een poosje wordt het spel opnieuw stilgelegd en wordt er geëvalueerd. Het spel wordt hernomen en de verschillende reacties van de andere kinderen worden uitgeprobeerd. Ook deze reacties worden achteraf geëvalueerd.
- Poppenkast Je kan vertrekken van een poppenspel om in een groep kinderen "gevoelige" of moeilijke onderwerpen bespreekbaar te maken. Dit kan vooral interessant zijn als sommige kinderen zich wat geremd voelen om in een groep hun mening te zeggen. Zij kunnen zich immers 'verschuilen' achter hun pop. Een echte poppenkast heb je hier zelfs niet echt voor nodig. Een groot doek (gordijn) waarboven de poppen uitsteken kan volstaan.
- Kunstwerk Samen een kunstwerk maken dat eraan herinnert dat deze groep PESTVRIJ is. * Met recyclagemateriaal wordt een constructie gemaakt waar duidelijk "plagers" inzitten (zoals een deur die gebarricadeerd is maar wel een mat met "welkom" voor de deur). Bv. een jeugdgroep gooide al het oude materiaal dat hen deed denken aan slechte herinneringen (strafwerk, ezelsoren, proces verbaal, lekke fietsband,...) op een brandstapel en organiseerde een kampvuur. * Met lijm en kleefband worden alle voorwerpen met een slechte herinnering aan elkaar gekleefd. Het kan in één kleur geschilderd worden of met plaatser overgoten worden zodat het een echt kunstwerk wordt. Dit werk kan een vaste plaats krijgen zodat er steeds aan herinnerd wordt.
- Werken rond gevoelens Kinderen beschikken over een groot vel papier, verschillende kleuren verf en dikke penselen. De begeleider schetst situaties waarin de kinderen ervaren wat 'pesten' en 'gepest worden' betekent. Bij elke situatie staan de kinderen even stil bij de gevoelens die opgeroepen worden. Daarna kiezen ze de kleur die het best overeenkomt met dat gevoel en zetten dit op papier, groot of klein, dik of dun, afhankelijk van het gevoel.
- Meneer Ivo en meneer Tono De kinderen krijgen de tekening van meneer Ivo in vooraanzicht te zien. Ze beschrijven hoe hij er uit ziet: zijn kledij, zijn gezicht, zijn baard, gelaatstuitdrukking, enz... Dan mogen ze raden wat hij in zijn hand achter zijn rug verborgen houdt. Men vraagt elk kind zijn antwoord te motiveren. Eventueel kan iedereen zijn antwoord tekenen of opschrijven. Blijf hier niet te lang bij stilstaan. Het is vooral de vergelijking tussen de twee mannen die de eigenlijke vooroordelen aantoont. De vraagt: "Wat verbergt hij achter zijn rug?", wordt best pas gesteld na de vergelijking tussen de heer Tono en de heer Ivo. Voor de oplossing gegeven wordt, bekijken de kinderen ook meneer Tono in vooraanzicht. Opnieuw beschrijven de kinderen zijn kledij, zijn baard, zijn gelaatstuidrukking, hoed,... en raden ze wat de heer Tono achter zijn rug verbergt. Ook hier geven de kinderen voor elk geraden voorwerp een verklaring. Dit wordt ook opgeschreven of getekend. Nu krijgen de kinderen beide mannen gelijktijdig langs achter te zien. Na de eerste verassing bespreek je uitvoering het pro en contra van deze raadseloplossing.
- Verborgen vriendje Maak evenveel briefjes als er kinderen zijn. Op elk briefje schrijf je een naam uit de groep. Deze briefjes worden in een doos gestopt. Ieder kind mag een naam trekken maar mag aan niemand vertellen wiens naam het is. Als een kind zijn eigen naam trekt, legt iedereen zijn briefje opnieuw in de doos en wordt er opnieuw getrokken. De naam die men getrokken heeft, blijft een dag of een week lang een groot geheim. Voor die jongen/meisje gaat men die week extra vriendelijk zijn, men gaat hem/haar extra helpen of verwennen met anonieme "verassingen". Je mag je vriendje niet rechtstreeks benaderen, je mag wel 'boodschappers' gebruiken. Niemand mag echter namen verklappen! Het is niet de bedoeling cadeautjes te kopen; de kinderen moeten zelf hun creativiteit laten werken. (Bij kleuters kan je dit toepassen met symbooltjes in plaatst van namen.)
- Secret mission Je kan met de kinderen een soort 'contractje' maken waarin ze beloven op te treden tegen pestgedrag. Dit kan bv in de vorm van een 'geheime opdracht' of een 'levenscontract'.
- Affichecampagne Er worden verschillende slogans opgegeven bv: pesten... ik doe er niet aan mee!,..." Met deze slogans maken de kinderen affiches. Die worden in en rond de lokalen opgehangen. Nadat de affiches zijn voorgesteld in de andere leeftijdsgroepen wordt er samen een pestvrije milkshake gemaakt en wordt er gedronken op een pestvrije toekomst. Eventueel kan je stickers laten ontwerpen die dan in de groep verdeeld en/of verkocht worden. Met de opbrengst kan je dan een groepsbevorderende activiteit doen.
- Telefonisch interview Laat de kinderen bellen naar de kindertelefoon. De kinderen stellen vragen: waarom belt men, wat zijn verschillende pest-manieren,... Daarna wordt er een rollenspel gespeeld. enkele kinderen zijn mensen van de kindertelefoon, enkele andere kinderen spelen dat ze op een of andere manier gepest worden en vragen raad. Daarna wordt in de groep gekeken of de antwoorden die de 'telefonisten' gaven, goed waren. Er kan op die manier een gesprekje gevoerd worden over wat je moet doen als je gepest wordt en over gevolgen van pesten. (Dit spel is meer geschikt voor lager onderwijs.)
- Werken rond een lied of een gedicht De kinderen beluisteren een lied of een gedicht. Ze krijgen de tekst ook op papier zodat ze de inhoud kunnen mee volgen. Bij kleuters kan men de inhoud bespreken zo weten ze ook waarover het gaat.
- Gedichten en verhalen Enkele gedichtjes rond dit onderwerp tegen de muur zetten aan tot nadenken. Misschien kunnen de kinderen voor het slot van de namiddag of de opening van de activiteiten rond dit onderwerp iets in elkaar steken. Op weekend of op kamp kan je ook een degelijk kinderboek over dit onderwerp gebruiken.
- Postenspel * Groepsverdeling: ingedeeld in evenveel groepjes als er posten zijn. Er wordt daarbij voor gezorgd dat de kliekjes wat uiteen gehaald worden en niet al de "grootste bekken" in één groepje zitten, Je kan bv. een leuk indelingsspelletje spelen. * Organisatie: op het terrein worden 5 posten gemaakt. De groepjes moeten van de ene naar de andere post trekken en daar telkens een opdracht uitvoeren. * Opdrachten: samenwerkingsspel, rollenspel, derde variant, slogans en posters maken, groepsbevorderende spel, een 'rap' maken over pesten * Nabespreking: inspelen op wat ze zelf zeggen over het spel, over hun ervaringen met pesten,...
- Verwerking en slotfeestje Activiteitennamiddag afronden met een creatieve en speelse verwerking, en dit op zo'n manier dat er een resultaat zichtbaar blijft in je groep. Verdeel de kinderen in kleine groepjes van 4 à 6. Ze werken elk een opdrachtje uit en presenteren het resultaat ervan op het einde van de namiddag (laatste halfuur). Enkele vb: * toneel * slagzinnen * ...
- Informatieve spelen Je kan deze verkrijgen bij het Centrum Informatieve Spelen: Naamsesteenweg 164, 3001 Leuven, tel.: 016/222517, fax: 015/295099
Je kan nog meer spelletjes vinden op: - www.spelinfo.be - www.jeugdwerknet.be/spelen - www.scoutsengidsenvlaanderen.be/veldwerk/spel/ - www.chiro.be/artikel.php?id=814 - www.padvinder.net/spelletjes.htm - www.jengaalst.be/sportenspel/filter.asp - www.scouting.nl/static/algemeen/speltips/spel.html - www.google.be --> kan je ook interessante spelletjes vinden
- DAVIS JOHN A., The Ant bully, film Lucas Nickle is een speelse jongen en laat met zijn waterpistool een mierenhoop onderlopen. Als straf krijgt hij nu zelf ook de lengte van een insect en moet hij ook zware arbeid verrichten. Hoewel hij dit moet doen, probeert hij tegelijkertijd uit te dokteren hoe hij weer een normale jongen wordt.
- DE JONG, M., Bluebird, film, donderdag 25 februari 2005. Bluebird gaat over Merel, een meisje van twaalf. We volgen haar op de huid en zien wat er gebeurt als ze zomaar, van de ene op de andere dag, gepest wordt. Merel zwijgt over het pesten - tegen haar ouders, en ook tegen Kasper, haar gehandicapte broertje met wie ze een hechte band heeft en veel tijd doorbrengt. Het pesten geeft haar leven een harde duw in de verkeerde richting, maar Merel blijft balanceren, net op het randje...
- VAN BALTHAZAR, N., BenX, film, 26 september 2007.
De film is gebaseerd op Balthazars eigen boek 'Niets was alles wat hij zei', dat gebaseerd is op een waargebeurd verhaal. In Gent pleegde een jongen (Tim) zelfmoord door van het Gravensteen te springen, omdat hij op school gepest werd. Het pesten in combinatie met het Syndroom van Asperger, een vorm van autisme zou deze jongen tot waanzin gedreven hebben, bleek uit de afscheidsbrief die Tim schreef aan zijn moeder. Balthazar kent de moeder van deze jongen persoonlijk. Zijn filmdebuut is ter nagedachtenis en een eerbetoon aan hem.
De film wil de kijker duidelijk maken welke de gevolgen kunnen zijn van pesten en iedereen aansporen de school leefbaarder te maken.
Bij alle films staat hieronder de links om een stukje van de film te bekijken.