Er is zoveel gebeurd sedert ik een paar jaar geleden afscheid nam van deze website. Fulltime werken en daarbuiten een leven proberen te leiden, mijn beestjes... eigenlijk geen excuus, maar ook het ondenkbare gebeurde 2 jaar geleden.
Op 3 weken tijd moest ik afscheid nemen van mijn grote held, de enige man waar ik ooit naar op keek en degene aan wie ik altijd een voorbeeld nam. We hadden hetzelfde karakter, dus we konden ook wel eens kibbelen, maar de band tussen ouder en kind, daar komt niemand tussen. De zuiverste liefde die je in je leven kan krijgen is die van je ouders. Da's één van de redenen waarom ik op een gegeven moment heb gezegd: nu is het goed geweest. Mijn wereld, dat zijn mijn ouders. Je moet weten dat mijn zus al een tijd uit huis is, en getrouwd met een doorwinterde narcist (volgens één van mijn familieleden gaat het verder dan narcisme, en dat maakt mij ergens een beetje.... niet bang, hoewel, maar op mijn hoede). Ze is er al 20 jaar bij, dus ik moet niet vertellen in welke mate ze gebrainwashed is, maar sedert het overlijden van mijn vader maakt ze het bonter dan ooit. Als mama haar één keer in de maand ziet, dan is het veel. Alles is belangrijker dan dat. Geld verdienen, off-shore racen verzorgen in het buitenland, kleintje (dat inmiddels 20 is) opvolgen en slaafs voor haar man (die in pensioen is) zorgen. Laatst was ze hier een keer, en plots moest ze weg want haar man moest nog eten krijgen. Waarop ik de opmerking maakte: 'kan die nu zelfs niet koken? Hij is de hele dag thuis. Gij gaat werken, ge moet kuisen (en nog niet gelijk met welke emmer - verhaal volgt later -) en wassen, strijden én koken. Seriously. Het enige dat die vent doet is hele dagen 'de straat gaan doen' en op smoelenboek, sociale media en youtube zitten.
Papa is overleden op zijn verjaardag. Wie overlijdt er nu op zijn verjaardag? Welke God kan zo gemeen zijn een kind zijn papa te ontnemen op zijn verjaardag? Ik kan er mij niet mee verzoenen. En de eerste die zegt: hij was toch 83: wat voor een verschil maakt dat? Ik heb 46 jaar samengeleefd met papa en we deden nagenoeg ALLES samen, zeker sinds mama slecht uit de voeten kan. Mijn zus heeft daar geen ook voor. Zelfs nu, na het verlies van papa, negligeert ze mama. Misschien is ze nog altijd boos over het verschil in erfenis, maar da's geen reden om ons bot en bitter te woord te staan. Ach, ik maak er mij niet meer druk in, al zie ik dat mama er in af ziet. Ze zegt dikwijls: moest ik op uw zus moeten rekenen om voor mij te zorgen, ik zat er al onder. Ze denkt echt dat zorgen voor maar een boodschapje doen is. In werkelijkheid is het al wat anders. Maar daarover ook later meer. Ik heb zoveel te vertellen dat ik het gevoel heb van de hak op de tak te springen.
Papa's ellende begon pas drie weken voor hij overleed. Tot op de dag van vandaag ben ik nog steeds aan het zoeken naar WAT het in hemelsnaam kon zijn? Hij was kerngezond, al heeft mijn neef wel gelijk dat ie een beetje vermagerd was, op een jaar tijd. Maar mijn grootmoeder, de mama van mijn papa, had dat ook ineens, ze was ietwat mollig, en ineens slank, maar heeft dan nog 12 jaar geleefd, dus dat wil niets zeggen. Het begon met een eetprobleem. Hij had het gevoel dat slikken niet goed ging. We zagen dat hij minder snoepte en ik deed er alles aan om hem zachte dingen klaar te maken. Vol-au-vent, korstjes van het brood snijden, patatjes prakken... het hielp niet. Ik zag dat hij nog gewicht verloor. En dan, kort na de 31ste december kwam daar een niet te verklaren pijn bij. Het kwam uit zijn onderrug, dus hij dacht zelf weer aan een verschot, maar het straalde uit naar zijn bil. En daar verging hij met momenten van de pijn. Dokter, zware pijnstillers, ontstekingsremmers en kinesiste... niets bracht soelaas. Dan uiteindelijk beslist naar het ziekenhuis terug te keren. Deze keer werd hij opgenomen. Achteraf stel je je duizend vragen. Hadden we dat beter niet gedaan? Was de uitkomst beter geweest? Ik weet 1 ding zeker: ik kan beter voor papa zorgen dan die urenkloppers. Op de geriatrie werd hij gelegd! Mijn sterke, slimme, jong-van-geest en supergrappige papa. Ik was zoooo boos. Maar goed, de commentaar: boven de 70 gaat iedereen naar de geriatrie. Niets tegen in te brengen. En papa was als de dood voor ziekenhuizen. We nemen altijd kamers alleen, ik kon in het verleden ALTIJD in de voormiddag al bij hem komen (hij had enkele banale ingrepen ondergaan in het verleden) maar nu hield de hoofdverpleegster voet bij stuk. Ombudsdienst... geen praten aan. Een mens zonder menselijkheid, veronderstel ik. Zou nooit hoofdverpleegster mogen worden en haar personeel deed dikwijls hun beklag over haar, maar goed. Op maandag 15 november zag ik een verpleegster die mij zei: 'hij heeft de hele voormiddag achter uw mama geroepen, alsmaar Katleen, Katleen...' en ik zei: 'Katleen dat ben ik. Waarom heeft u mij in godsnaam niet opgebeld?'. Ze schokschouderde en zei: het ging geen verschil gemaakt hebben, je mag niet binnen, weet je nog?'. Ik had hem dan uit dat ziekenhuis moeten weghalen, maar ze waren plots in een stroomversnelling gekomen qua onderzoek (na 2 weken bijna niets te hebben gedaan!). Volgens mof-dokter (een duitser die daar naar mijn mening gewoon rondliep en keer, in plaats van zijn verantwoordelijkheid te nemen, wou hij niet eerder onderzoeken doen dat hij mijn huisarts had gehoord (die was een week op reis!). Terwijl de man in een groepspraktijk zat, en ik dat tegen mof-dokter zei. Ik ben zooooooo boos op die geriatrie-dokter, zo ontzettend kwaad. Mocht het zijn volk zijn, hij had misschien meer moeite gedaan. Soit, de woensdag, 17 november, kreeg hij sondevoeding via de halsader, en twee dagen later verloor hij de strijd. Men moet het geweten hebben, want de verpleging zei: 'vanaf morgen mag u in de voormiddag een paar uurtjes komen.'. Waarop ik doodverbaasd zei: 'heh? Wat? okey, fijn.'. Je moet weten, 2021 was het eind van de Corona, de 2 personen per dag regel gold nog, en mijn zus wou per se gaan, en mama zei: jij moet gaan want hij vraagt altijd naar u.'. Waarbij ze haar eigen plaats afstond. Ze durfde niets zeggen tegen mijn zus, omdat die zich altijd benadeeld voelt, maar tot op de dag van vandaag ziet ze nog altijd af in het feit dat ze hem die laatste dag, zijn verjaardag nota bene, niet meer zag. Bovendien is mijn zus in de late namiddag al vertrokken. Soit, toen we die middag binnen kwamen, zat hij recht op in zijn bed, ogen helder en klaar open en hij probeerde iets te zeggen, maar omdat hij door de antibiotica een infectie in de mond had, begrepen we het niet. Er kwam een 'aan' in. Wou hij zeggen: het gaat niet gaan, of het is gedaan? Het blijft gissen. Ik zei dan maar: slaap maar papa, slapen is uw beste genezing, ge krijgt voeding, nu zal het wel beteren.'. Nee dus. Ik bleef iedere dag tot 5 na 20 u. Omdat ze zijn parameters nog eens namen. Hij sliep rustig, zijn parameters normaal, zijn zuurstof wat verlaagd. Dus gaf ze een beetje meer zuurstof. Ik gaf hem een kus op zijn voorhoofd en ging naar huis. Toen ik thuis kwam, was ik min of meer euforisch, ik vertelde mama: 'nu gaan we vooruitgang boeken, hij probeerde te praten. Maar heeft rustig geslapen, de hele namiddag.'. Net toen ik mij wou ontkleden, ging de telefoon. Een gesprek dat ik nooit ga vergeten. 'Mevrouw, we hebben uw papa naar intensieve moeten brengen, want hij had een hartstilstand.'. Ik kraste meteen: 'Oh God, en ik kom net van daar, ben nog maar net thuis, ik kom direct, alstublieft...' maar de arts onderbrak mij: 'mevrouw, mevrouw, rustig, ik denk dat u mij niet begrepen hebt. We hebben echt alles gedaan om hem te reanimeren, maar zijn hart wou niet meer.'. Ik stortte in, ben beginnen roepen en tieren en krijsen... 'papa kan niet dood zijn; ik heb hem gezien, hij was rustig, zijn parameters waren goed.'. Mama begon ook te roepen. We hebben mijn zus ingelicht en zijn terstond naar het ziekenhuis gereden. Die nacht staat op mijn netvlies gebrand. Mama,mijn zus, haar dochter en ik, rond het lichaam van papa. Ze hadden gereanimeerd. Lang genoeg? Duizend en één vragen en geen één die er uit kwam. Een laatste oprecht contact met mijn zus in de parking van het ziekenhuis. Ze zei dat ze mij graag zag. De laatste keer. Van daaraf ging het pijlsnel bergaf: psychische manipulatie is nog wreder dan fysische... En vandaag ben ik mijn zus verloren, over een proces van bijna 2 jaar. Ze is bitter, heeft overal commentaar op en is in niets meer de gevoelige, lieve zus die ik heb gekend. Ik heb er inmiddels met heel veel pijn in het hart - die niet weg gaat - afstand van kunnen nemen. Maar op mama weegt het door. Mijn zus weet wellicht niet dat net een maand na het overlijden, haar man ons opbelde in verband met geld. Ik zeg niet meer. Hij verbrak alle contact met ons. Mama had hem niet misdaan of miszegd: maar hij had nog een bedrag dat hij geleend had open staan, en durft haar gewoon niet meer onder ogen komen. Bovendien heb ik haar het gesprek laten meeluisteren, toe hij mij belde. Ik ben beginnen wenen en zei: zijt ge nu serieus dat, een maand nadat papa gestorven is, gij belt in verband met geld? Papa ligt nog maar in zijn graf en gij durft over geld beginnen?'. Waarop hij woord voor woord antwoordde: jamaar, ik begrijp dat wel hoor, dat ge verdriet hebt. Ik heb ook geweend voor uw papa en ik heb zelfs niet geweend voor mijn papa.'. WTF? Wie zegt nu zoiets? Ik heb het gesprek kort beëindigd. Twee maand later zwiept hij mij van facebook. Hij leeft zijn vrouwen uit. Mijn zus is zijn derde huwelijk. Zijn eerste vrouw heeft hij uitbetaald met geld van de tweede, en om de tweede uit te betalen, heeft hij mijn zus haar spaarboek opgesoupeerd. Ik spuug op zo'n mensen. Het kan altijd eens fout lopen, en scheiden: geen probleem. Maar als uw hele leven om geld draait... Ik vertel later nog wel hoe alles begonnen is, vooraleer mensen denken dat dit een heksenjacht op mijn schoonbroer is. Verre van. Als mijn zus gelukkig is, kan het mij niet schelen. Maar ze klinkt verbitterd... ze is veranderd, hard, meedogenloos, niet meer mijn zus van vroeger. En ik weet niet of ik er compassie moet mee hebben of haar dooreen wil rammelen van: 'word wakker!'. Het zijn mijn zaken niet, ware het niet dat mama er overduidelijk in af ziet.
Alles draait om geld. Voor mijn mama haar openhartoperatie kreeg, stond iedereen hier op het terras. Mijn mama drukte haar bezorgdheid uit dat - als er met haar iets gebeurde - er nog niets op papier stond. Hij (mijn schoonbroer) zei: 'maar we gaan Kay niet direct uit huis gooien hoor, maak u geen zorgen.' Euhm wat? Mijn papa stond er bij en zei niet veel, maar het was een verstandige man, hij zal het wel begrepen hebben. Ze zaten ooit in onze botenclub, achter de toog, iets te drinken. Mijn schoonbroer kwam binnen en zei tegen onze gebuur: 'Ah, mijnen toekomstige buurman!' en zag dan pas mijn ouders. Ik denk dat papa dan gezegd heeft: we moeten ons kleine tegen die geldwolf beschermen. Want dat is wat ik nu hoor van papa's vrienden: 'Kay'ke, hij had hem door hoor. Maar uw pa hield het diplomatisch. Tja, dat laatste, daar heb ik helaas geen eieren van gegeten. Ik ben nogal rechttoe, rechtaan, trek mij van de rest niets aan.Toen mama de operatie goed doorstaan had, en alles terug zijn normale beloop ging, hebben ze de huizen in een schenking gezet. En voor ons de succiessierechten al betaald. Een cadeau waar je normaal op uw knieën voor valt, maar er zat een verschil op de eigendommen (hoewel volgens ons het appartement te weinig werd geschat) en mijn schoonbroer wou dat geld. Waarop mijn ouders categoriek neen zeiden. 'Omdat ik voor hen zorgde'. Wassen, kleden, boodschappen, koken, wassen, strijken, kuisen... maar ik sputterde tegen: daar wou ik geen geld voor, ik deed dat uit liefde. Na alles wat mama en papa voor ons deden, vond ik dat de normaalste zaak die er was. Maar ze hielden voet bij stuk. Er kwam een gigantische discussie op gang, en ik begrijp mijn zus, ze voelde zich benadeeld, maar eigenlijk was dat niet het geval. Toen ik tegen mama zei dat het inderdaad niet eerlijk was maakte ze de rekening: al de EF-reizen, de tripjes naar Trademark, het jaar studeren in Spanje met ongelimiteerde kredietkaart, de trouw van een half miljoen, ze had één auto voor op mij, ze betaalden de reparatie van haar laatste auto (mijn schoonbroer belde: ja, haar auto is kapot, maar ik betaal dat niet.'. Ze waren toen al lang getrouwd. Dus mijn ouders zo lief om dat voor haar te betalen.), haar hele inboedel van het huis (maar ook echt ALLES).... dat stond ik allemaal achter. Dus neen, ik moest geen compassie hebben, zo was het eerlijk en daar mee uit. Het is wel waar dat het mij verwonderd zou hebben, mama en papa deden altijd evenveel voor allebei, ze zouden nooit één kind op het andere benadelen. Maar mijn zus voelde dit zo aan, mijn schoonbroer wakkerde dat allemaal nog verder aan... echt serieus, ge wilt niet weten wat we hier al meemaakten, maar geld doet vieze dingen met mensen. En daarmee sluit ik mijn betoog af voor vandaag. Wat ik eerder aanhaalde daar kom ik nog op terug. Nu ben ik moe. Uitgeput. Straks nog koken voor mama dus even rusten. Slaap zacht en koester wie je lief hebt. Want op een dag, of op 3 weken, is het gedaan met ons. En dan doen al deze verhalen er niet meer toe.
Mensen. Eigenlijk geen onderwerp om over te schrijven. Tja, sorry. Ze liegen, bedriegen, zijn egocentrisch, ze zijn zogenaamd begaan met elkaar want als ze in de krant lezen dat een mens werd vermoord zijn ze de gespeelde verontwaardigdheid zelve, maar als ze iemand de lotto zien winnen komt afgunst op de loer liggen. Om nog maar niet te zeggen dat ze zich soms verkneukelen in de miserie van een ander als het die ander ook maar een millimeter beter gaat dan zichzelf.
Dus wat moet ik in godsnaam schrijven over mensen? Dat er ook liefde is? Aja, liefde. Zo eentje die 20 jaar duurt maar dan eindigt in een passioneel drama, of een scheiding of een 'laat ons nu eens elkaar het leven zuur maken'. Liefde onder mensen is zo voorwaardelijk. En toch blijven we het zoeken, toch blijven we er naar verlangen. Omdat het alleen zijn zwaar om dragen is in deze koele, berekende wereld.
En vriendschap? Die waar je niet op eieren moet lopen is zeldzaam (ik heb er zo eentje en ben daar immens dankbaar voor), meestal doen mensen alsof, knikken en doorgaan maar vanbinnen iets anders denken en afstand nemen.
Is iedereen zo? Nee hoor, we gaan allemaal zeggen dat onze eigen moeder en vader, onze beste vrienden en onze kinderen anders zijn, maar de eigenschap om onszelf voor de ander 'weg te cijferen' zit echt niet in onze genen. Op een paar uitzonderingen na. Ik durf zeggen zo'n uitzondering te zijn, maar ik geef dan eigenlijk ook bitter weinig om mezelf. Eigenlijk ben ik gestorven op 9 mei 2014, de dag dat ik mijn grote en enige liefde verloor. Mijn kindje, mijn alles, het enige bestaan waarvan ik kan zeggen dat haar hartje enkel voor mij klopte. Hoe belachelijk dat voor iemand ook mag klinken, zij was... bijzonder. Vier pootjes pure liefde, twee oogjes oprechtheid en een staartje vol bevestiging. Dogs are my favorite people...
En nu leef ik om te dienen, om er voor mensen te zijn waar ik van overtuigd ben dat ze over hondse kwaliteiten beschikken. Mensen die eerlijk, onberekend en oprecht zijn, die geen oordeel vellen als ze een andere mening zijn toegedaan, mensen die mij de triestheid in mijn hart kunnen doen vergeten omdat ze mij nodig hebben. Mensen die ik warmte en liefde en vriendschap kan geven gewoon door er te zijn als mezelf. Zo wil ik leven, en dat geef ik nooit op. Ik heb zoveel meer liefde en vriendschap te geven dan ik er zelf nood aan heb, maar in deze maatschappij komt dat vreemd over, denk ik dan toch. Kan je zeggen: hey, ik vind jou een toffe peer en ik weet dat je het moeilijk hebt, kom dus maar hier voor een luisterend oor, een knuffel en wat verstrooiing? Komt nogal aanmatigend over hé? En net dat bedoel ik, dat maakt mij bitter. Dat mensen overal iets gaan achter zoeken.
Waar is de spontaniteit, de levendigheid, het verlangen en vooral de dromen? Geven we die op naarmate ons loonbriefje hoger wordt, naarmate onze werkuren opgedreven worden? Is dat grote huis en die dikke auto dan zo belangrijk (ik weet het, hypocriet want ik woon ook in een groot huis, heb ook een deftige bak onder mijn gat en over uitgaven moet ik niet nadenken)? Moeten we onze miserie wegsteken achter een façade van uiterlijke schijn?
En dan de hamvraag: ben ik zelf gelukkig? Jawel; als ik mensen gelukkig kan maken of kan helpen, dan komt er nog eens zo'n warm gevoel bovendrijven, maar op mezelf? Ik zei het al, 9 mei 2014 was ook mijn sterfdatum, tot daarvoor was ik gelukkig. Wat er ook mis ging, verkeerd liep of welk drama zich ook voltrok, ik zei altijd: maar ik heb nog steeds de liefde van mijn leven bij mij. Sommige mensen of dieren zijn soulmates bij de eerste blik, dat had ik met haar. Ik werk onregelmatige uren, maar zij ging exact 15 minuten voor ik thuis kwam voor het raam zitten. Toen ze oud en ziek werd sliep ze in de kamer hiernaast, en ik werd wakker als zij wakker werd, wetende dat ze mij nodig had, dat ik haar pijn kon verzachten door haar hoofdje op mijn borst te leggen. Ze werd rustig door mijn hartslag te horen. De rust die ook mijn hart binnensloop als ze in mijn armen lag kan met geen pen worden beschreven. Haar knuffels gingen tot op het bot en ik durf echt stellen dat ik niet echt gelukkig meer ben geweest sedert haar fysieke verlies. Soulmates zoek je niet, die kom je tegen. Maar aangezien ik bitter weinig buiten kom is daar weinig kans toe. Ik betrap mij erop dat miss positivo hier, de laatste tijd wel meer dan eens wat traantjes plengt omdat ik niet echt meer weet voor wie of wat mijn hart nog slaat. Ik heb niet het gevoel dat iemand mij nog echt nodig heeft... pas op, ik ben niet depressief hoor, verre van zelfs, begrijp dit schrijven niet verkeerd. Ik zoek de solitude zelf op, dus ik zal mij nooit beklagen over eenzaamheid dat zou pas belachelijk zijn-, maar ik mis mijn soulmate, en ze komt niet meer terug, als is ze (cliché, I know) ook nooit vertrokken en leeft ze verder in mijn hart.
Ze is in de tuin begraven, in onze pergola die ik zelf volledig heraangelegd heb. Het is een monument geworden en zelfs dat is nog niet genoeg. Elke dag doe ik er kaarsjes branden en bid ik om een hereniging, als ik in het buitenland zit neem ik haar fotokadertje mee en brand ik daar een kaarsje bij. Ik wil dat ze ziet dat ik haar mis en haar nooit zal loslaten. Mensen die dit lezen zullen mij voor gek verklaren, maar wie nooit eerder een soulmate had kan dit niet begrijpen. En ik had al een paar honden, maar nooit een band zo sterk als met haar. Twintig jaar lang, twintig jaar pure, zuivere liefde en vriendschap. En als ik morgen sterf, dan zullen we terug samen zijn, dankzij het boek van Eben Alexander ben ik daar nu nog meer dan daarvoor van overtuigd. Het is mijn uiterlijke wens dat ik (ja, ik ben van gedachten veranderd) gecremeerd wil worden en dat mijn urne bij mijn schat in de pergola moet staan. Tot die dag komt, zal ik die pergola blijven verfraaien en wat mensen daar al dan niet van denken laat mij stoïcijns koud: who cares? Ik ga mijn weg, en al wie wil meewandelen is welkom, ik heb warmte, liefde en vriendschap genoeg. Misschien vind ik ooit op een dag nog een soulmate, maar als dat niet het geval is zal ik daar niet bitter over zijn doch met eeuwige dankbaarheid vasthouden aan het gegeven dat ik er tenminste eentje gehad heb tijdens dit leven.
En als ik later sterf en door de hemelpoort ga, dan zie ik het zo voor mij: een gigantische tuin met bloemen en beestjes, en in het midden daarvan een kopje dat plots de lucht in schiet, een neusje dat begint te trillen als het mij opmerkt en vier pootjes die niet snel genoeg kunnen lopen om tot bij mij te geraken en zoals vanouds in mijn armen te springen. En op die dag, die ene dag, zal ik weer leven. En laat ik haar nooit meer los, nooit...
Vandaag met dikke traanoogjes maar nog steeds vol liefde,
Kay.
'Kay, zeg nu eens eerlijk, wat is het mooiste cadeau dat je jezelf kan wensen?'. Diep vanbinnen weet ik het antwoord: een nieuwe voet. Maar goed, even realistisch blijven. 'Raad eens...' plaagde ik terug. 'Hm, geen juwelen of dure dingen, zover ken ik je. Bovendien koop je zelf toch alles wat je nodig hebt, verwend nest.' de vriendin in kwestie sloeg aan het gokken. En eigenlijk moest ik zelf moeite doen om iets te vinden. Ik geef niet om geschenken. Als mensen mij om een hint vragen zeg ik altijd: 'ach, ik heb een dvd-collectie, een bon is altijd goed' maar da's zo vaag. En eigenlijk: ik koop mijn films aan voor een prikje in het buitenland. Nee, wie mij echt kent weet dat een cadeau voor mij geen geld mag kosten. En als het dat wel moet: beestjes.
Met beestjes kan je niets misdoen. Hamsters, parkieten, een hond... zolang het maar niets materieels is. Of zo'n roos met een superdik hartje, maar ik zei het al eerder: ik heb die in de tuin en die vind je niet in de bloemenwinkels. Of een appeltje met kaneel en nootjes uit de oven. Of gewoon de auto nemen, naar zee rijden en daar met de rug in het zand naar de sterren turen. En als het een man betreft: de sterren uit de hemel vrijen, lol.
Een mooi cadeau vervult het hart met een onwezenlijk gevoel en bind de ziel van 2 mensen, daar moet geen geld aan te pas komen. Mijn mama weet dat als geen ander. Niemand kent mij zo goed als zij. Gevolgd door mijn beste vriendin, denk ik. Al loopt die laatste ook elk jaar ongemakkelijk omdat 'ze zo moeilijk een geschenk voor mijn verjaardag vind' terwijl ze mij dat het hele jaar door al geeft: haar vriendschap.
Eigenlijk is onze vriendschap zo verwonderlijk: ze kon mijn moeder zijn maar we zijn echte zielsverwanten. Denken dikwijls hetzelfde, hebben dezelfde zin voor humor, dezelfde interesses en ze is even gevoelig en gehecht aan dieren als ik. Ik geef weinig om leeftijden. De meeste van mijn vrienden zijn stukken ouder, in relaties had ik nooit iemand van mijn leeftijd, en zelfs als kind besefte ik dikwijls dat ik niet dacht zoals de anderen. Als ik een dood beestje vond, dan moest dat begraven worden. Als ik iemand zag huilen, of ik die nu kende of niet, dan moest ik die troosten, als ik op school zag hoe een stoere jongen (twee koppen groter dan ikzelf) een meisje met een gips aan haar arm sloeg, sprong ik er bovenop want dat was zo onrechtvaardig, als ik een hond van een boot in het water zag vallen dan sprong ik zomaar in het water (middenin een sas, vlak achter een binnenschip dat elk moment kon beginnen malen, spontane maar domme kip die ik was) om hem te redden... nu ja, het leven met Kay is op zijn minst wel avontuurlijk te noemen, zoveel is zeker. En ik ben zeker dat mijn ouders dat heel stiekem wel fijn vinden want mijn verhalen worden door hen overgeleverd aan al wie het wil horen. Voor mij betekent dat soms wel eens wat schaamrood op mijn kaken, maar ach, wat zou het. Ik ben wie ik ben, en da's dikwijls lachen geblazen. Een vriendin zei recent nog: 'Kay, gij maakt nu toch eens altijd van alles mee, ik ken echt niemand zoals gij.' (godzijdank voor de mensheid, lol) Maar het is waar, ik kom soms in de vreemdste situaties terecht, soms grappig en soms penibel, maar zelfs uit de penibele slaag ik mij meestal uit met een kwinkslag.
Want waarom je anders voordoen? Vroeg of laat valt het masker af en wat dan? Ben je mooier of minder mooi dan je spontane zelf? Don't know, en ik wil het niet weten ook. Als ik zin heb om te lachen, lach ik, en als ik zin heb om stomweg een potje te huilen, dan huil ik. Mijn lijf is een vat emoties en het deksel staat er meestal maar losjes op. Alleen op het werk ben ik een toonbeeld van beheerstheid en professionalisme. Al kan ik uit mijn krammen schieten als er gelogen of bedrogen wordt (en helaas: ik zit in een internationaal bedrijf waar bazen elkaar de hoogte in likken en niets te gortig is om een sportje hoger te klimmen, bah)... soms denk ik er aan van job te veranderen maar ik heb een vaste benoeming bij de staat, een mooi salaris, een mooie en boeiende functie met veel verantwoordelijkheid, ik mag veel naar het buitenland en als klap op de vuurpijl: ik doe mijn werk graag. Dat laatste is toch nog altijd het belangrijkste.
Maar ik dwaal af. Een mooi cadeau... hmm... eens een paar maand niet moeten werken. De tijd nemen om mijn roman af te maken en uit te geven. Want hoe avontuurlijk en moedig ik ook ben, die drempel kom ik niet over.
En de tijd hebben om eens alles af te werken dat ik nog moet doen. Man, mijn lijstjes worden enkel langer. Momenteel heb ik alle voegen in de badkamer vervangen, het plafond geverfd, paar tegeltjes vervangen, nieuwe kraan aan het bad geïnstalleerd en de silicones vernieuwd. Er staat nog zoiets als een cinema-zaal op mijn lijstje ook, maar dat schuift al jaar en dag op. Zucht.
Verder dan dat weet ik het niet. Daar ga ik nu eens een goed nachtje over slapen.
Of toch: het mooiste cadeau is eentje dat ik al een tijdje moet ontberen en eentje dat er misschien nooit meer komt: een hartstochtelijke kus en een stomende vrijpartij... zal wellicht voor een volgend leven zijn, maar ik denk dat dat nu net het fijne aan het leven is: want wat als we geen dromen meer hebben? Als alles vanzelfsprekend wordt? Dan hoeft het voor mij ook niet meer. We zijn niet verantwoordelijk voor onze talenten, maar wel voor de keuzes die we maken. Die van mij heet 'solitude'. Een mooi woord voor gekozen eenzaamheid. En warme kussen en tedere vrijpartijen... die doe ik mezelf cadeau in elke fijn verweven droom tussen slaap en waken. Als je je lichaam loslaat voor de nacht maar je onderbewustzijn je laat genieten van een ontspannen dagdroom die werd opgeslagen.
En als ik niet kan slapen, dan zit ik meestal op de trap voor het huis, starend naar het kabbelende leiewater en een nacht-'eendje' dat voorbij drijft omdat het net als ik de slaap niet kan vatten. Ik hou van de stilte, het geeft de mogelijkheid om je hart te lezen, om te dromen en heel even te ontsnappen aan alles wat nog moet en nog zal komen.
Het voorbij zien kabbelen van al die druppeltjes maakt mij ook nederig, want wij zien water, maar eigenlijk zijn dat honderd miljoenen druppeltjes die samensmelten tot iets dat zo mooi is dat het je de adem beneemt. Water... het zal mij altijd blijven beroeren... god, ik hou van water...
The greatest thing you'll ever learn, is just to love and be loved in return...
Onregelmatige blog hé, I know. Te weinig tijd, al moet ik toegeven dat ik aan het terugschroeven ben op werkvlak. Meer tijd voor mezelf aan het maken en dat smaakt naar meer. Of het houdbaar is weet ik echter niet. Ik hou van mijn werk, maar ik begon mezelf te verliezen in het verwaarlozen van mensen rondom mij. Mensen die mij weliswaar niet nodig hebben (wie wel?) maar van wie ik weet dat ze op tijd en stond wel eens wat fun kunnen gebruiken van een gekke doos met al even gekke ideeën.
Bovendien de opmerking gehoord van een goede vriendin dat het weer eens een slechte periode is, zo met het vallen van de bladeren. Ze verloor haar man en zit gelukkig niet stil, maar toch overmant de eenzaamheid haar van tijd tot tijd en al zal ik nog liever doodvallen dan het toe te geven: eenzaamheid is het hele jaar door mijn middle name, al geniet ik uitzonderlijk goed van het alleen zijn, dus ik weet hoe ze zich voelt. Contradictio in terminis.
Maar we moeten door, met negatief zijn haalt een mens geen gram, ik blijf bezig, net als zij. Het enige verschilpunt tussen haar en mij is dat zij nog hoopt op een nieuwe liefde, terwijl ik ver weg blijf van mannen en relaties. Hell, ik draag zelfs een trouwring om potentiële waaghalzen af te schrikken (maar helaas moet ik toegeven dat dit niet altijd werkt, zucht).
Vraag me niet naar het waarom. Bindingsangst? Nee. De mannen die ik heb gekend waren best ok, maar geen lifetime material. Ben drie keer ten huwelijk gevraagd en heb het evenveel keer naast mij neergelegd. Had ik dat niet gedaan dat was ik wellicht al drie keer gescheiden. Niet dat ik zo moeilijk ben (hoewel ik echt nooit, maar dan ook nooit zal trouwen, enkel en alleen omdat ik er het nut niet van in zie. Als bewijs naar de buitenwereld? Een relatie is tussen twee mensen, daar heeft niemand iets mee te maken en moet vooral niet 'bewezen' worden), maar ik ben niet de vrouw waarvoor mensen mij nemen. Ik ben diep vanbinnen het onschuldige prinsesje gebleven dat verlangt naar de niet-bestaande-witte-prins-op-het-paard en liever teert op dromen en fantasieën dan dat ze met minder genoegen neemt. Wat seksueel dan misschien wat frustraties oplevert, maar oppervlakkige one night stands zijn aan mij niet besteed - al heb ik mij wel bezondigd aan een aantal more night standjes - en ik beschik inmiddels over een arsenaal aan funny speeltjes waarmee ook dat euvel van de baan is verholpen.
Ik verlang wel naar tederheid, passie, vurige seks, maar vooral ook naar een soulmate. Iemand bij wie ik mezelf kan zijn en vooral die ook zichzelf bij mij kan zijn. Die ik kan verwennen, verrassen, kan doen lachen en huilen (van ontroering, wel te verstaan). Maar aangezien ik ouder en wijzer ben geworden en vooral mijn dromen niet wil verloochenen heb ik dus beslist dat ik alleen blijf en al die verlangens in mijn dromen beleef. Niets zieligs aan, mooi zelfs, alleen het wakker worden valt soms een beetje tegen, lol.
Van de vier mannen met wie ik samen was zijn er drie die mij terstond zouden terug willen. En eerlijk: al mag je denken dat het mijn ego streelt: ik walg van dat idee. Laat mij verduidelijken waarom (en misschien zal je dan begrijpen waarom ik echt niet happig ben om ooit nog een relatie aan te gaan).
Eentje ervan is immers inmiddels getrouwd maar 'ik zou mijn vrouw zo verlaten mocht je mij nog een kans willen geven'. Alsjeblieft zeg, denkt hij dan echt dat zoiets aantrekkelijk is? Arme vrouw. En arme kinderen, want ja, die heeft hij inmiddels ook. Gezien zijn dokterspraktijk vindt hij vroeg of laat wel een minnares, maar of hij daardoor gelukkiger zal worden...
Een ander heeft zich (volgens hem door mij, omdat ik immers niet wou trouwen of samenwonen) op de drank gestort en staat op het randje van de afgrond. Maar wat wil je dat ik zeg? We hebben allemaal onze spoken in de kast en ik weiger verantwoordelijkheid op te nemen voor een man die verdorie 15 jaar ouder is dan ikzelf maar zich gedraagt als een spoiled little brad terwijl hij alles, maar dat ook alles mee heeft om van zijn leven een succes te maken, 2 diploma's inclusief (al geef ik daar echt geen moer om, maar het biedt inderdaad wel perspectieven om een mooie job te vinden). Volgens mij trek ik drankorgels aan, ofwel is het echt mijn schuld dat ze beginnen drinken (so not) maar nummer vier vertoonde tot heel recent nog stalkersgedrag.
Volgens een collega is het mijn schuld, hij beweert dat ik 'seks uitstraal' (oh my god? Wie vindt nu zoiets uit? Bovendien heb ik op het werk een uniform met een blouse die tot de nek dichtgeknoopt is en hang ik allerminst de femme fatale uit.) Nu ja, die collega is ook niet echt een referentie, hij is meer dan twintig jaar getrouwd en maakte ooit de opmerking: 'een minnares als gij zou ik moeten hebben: eentje die geen man zoekt, rijk is en naar het schijnt een hete is in bed'. Ik was lichtjes in shock en zette hem terstond op zijn plaats (al is het een van mijn bazen, I don't give a damn) maar dan kwam de aap uit de mouw: partner vier had uit bed geklapt en zo kwam nog sneller dan snel een streep onder relatie nummer vier. Ik ben nogal ouderwets op dat vlak: uit bed wordt niet geklapt, hoe braaf of stout of kinky het bedverhaal ook mag zijn: het is een verhaal tussen twee mensen.
Over relatie nummer drie weid ik dan weer niet uit. Mijn pijnpunt. En pijnpunten moet je laten rusten. Wie in het verleden leeft heeft immers nooit een toekomst. Ik denk dat ik voor de eerste keer echt verliefd was en ondanks mijn afkerigheid om te trouwen spraken we (na vijf jaar samenzijn) over kinderen. Kort daarna kwam het tot een gemene breuk. Eentje die ik mij niet meer voor de geest wil halen maar een stuk uit mijn hart heeft gescheurd. Als ik zeg dat ik veel liever bedrogen geweest was, dan weet je het wel. Idd, sorry, er bestaat erger dan bedrogen worden... Mijn hart is intussen geheeld, er zijn jaren over gestreken, maar de littekens blijven. Doch niet in die zin dat ze mijn verdere leven bepalen. Daar ben ik te sterk en onafhankelijk voor. Anderhalf jaar terug zag ik hem in het station. Hij kwam in mijn richting en wou mij overduidelijk aanspreken, maar ik heb mij demonstratief omgedraaid met een luid 'durf niet hé'. Geen praatjes na de vaak. We hebben nooit uitgepraat wat er gebeurd is, maar ik ben - nadat ik opgestapt ben zoveel te weten gekomen dat ik mij altijd de vraag gesteld heb of ik dan zo blind van verliefdheid was dat ik in vijf jaar tijd niet één keer doorheen zijn masker kon kijken. Zijn ego zal wel gekwetst geweest zijn, maar ik kan niet schijnheilig doen. En ik heb ook geen zin meer om leugens aan te horen.Voor mij is er maar één weg: rechtdoor, eerlijk en rechtvaardig. Op een dag vertrok hij naar het werk, en 's avonds was ik weg, inclusief mijn persoonlijke spulletjes. Hetgeen we samen kochten liet ik achter. Ik zei het al: geld is voor mij niet belangrijk, de waarde van het leven zit in de emotie, in de eerlijkheid en oprechtheid van de mens, niet in mijn portefeuille of bankrekening.
Ik ging weer thuis wonen en tot op de dag van vandaag heb ik mij dat niet beklaagd, al kan dat voor menigeen zielig lijken. Hier bestaat het nog: wederzijds respect. Ik ga mijn gang, ik geef en ontvang veel liefde en genegenheid en ik weet tenminste dat ze eerlijk en oprecht is.
Maar ouders zijn geen partner. Soms verlang ik naar de geborgen armen van een man. Samen snoezelen in de zetel met een goede actiefilm, samen klussen met fijne erotische intermezzo's, gezellige fietstochtjes in de kou en dan samen warm douchen, of gewoon op een zomernacht samen de sterren tellen en er lekker op los fantaseren... Maar twee seconden daarna denk ik al weer: ah nee, liever gelukkig (maar soms eenzaam) alleen dan ongelukkig met twee. Of met twee om toch maar niet alleen te moeten zijn (zo zijn er veel), of om financiële zekerheid te hebben (beware of the money-diggers), of voor de kinderen, of voor het materiële.... daar krijg ik dus kippenvel van. Blij dat ik financieel op mijn pootjes sta, zelfs al geef ik er geen zier om, het maakt mijn leven toch makkelijk. Ik zou nooit afhankelijk willen zijn...
Maar eerlijk is eerlijk: ik word niet makkelijk verliefd dus moet ik daar niet snel mijn hoofd over breken. Gelukkig maar. En toch gebeurde het recent, je weet wel, de vlindertjes in de buik, de kriebeltjes onderaan... zucht, ik had gehoopt zoiets nooit meer te moeten voelen. Want het maakt het leven gecompliceerd, het brengt verlangens naar boven die irrealistisch zijn. Bovendien kent de man in kwestie mij nauwelijks. Ik hem daarentegen iets beter, althans, denk ik toch. Via een vriendin, zijn tante, kom ik al eens iets te weten en ik ben (op relatie nummer drie na dan toch) een krak in het inschatten van mensen. Hoe ik hem zie: als iemand die ook geen zier geeft om uiterlijk vertoon of financieel vermogen, als iemand die familie op nummer 1 zet (heerlijk!), die zijn leven on hold zou zetten voor zijn dochter (want die heeft ie) en die kan genieten van de kleine dingen in het leven. En als toemaatje straalt hij stoere, rauwe seks uit. Toen ik hem met zijn vrouw bezig zag als hij bij zijn tante en nonkel (de man van mijn vriendin, een schat van een kerel; hij is inmiddels helaas gestorven maar ook hij droeg zijn neefje op handen en dat zegt voor mij ook al veel. Want die man van mijn vriendin was er eentje van goud, iemand die heel goed mensen kon wikken en wegen en heel wat wijsheid in pacht had) op bezoek was dacht ik altijd al: wauw, dit is nu eens liefde, zo dicht bij elkaar, zorgzaam, lieve woordjes... Zij genoot er wel van maar ik vond wel dat ze niet leek te beseffen wat ze in handen had. Noem het intuïtie want jaren later kreeg ik gelijk: ze heeft hem bedrogen en daarmee een breuk in de fundering van hun huwelijk geslagen. Hij doet nog steeds verwoede pogingen om de barst te vullen, maar ik vrees dat het onbegonnen werk is. Volgens hem is ze niet eerlijk, en jammer maar helaas: zowel in vriendschap als in relaties is eerlijkheid nu eenmaal de eerste vereiste om te kunnen groeien in harmonie. Hoe kan je de harmonie dan herstellen als 1 van de 2 niet eerlijk is? En ondanks het feit dat ik een serieuze boon voor hem heb, hoop ik dat ze er toch in slagen hun relatie te redden. Voor hun dochter (een schat van een meisje) en voor hemzelf. Maar of het mogelijk is... Zij is uit ander hout gesneden: ze geeft wel om uiterlijk vertoon, het leven moet een feest zijn, eentje met veel toeters en bellen. En ze zal wel van hem gehouden hebben op haar manier, want anders hou je het geen twintig jaar vol, maar er was een aanleiding om hem te bedriegen. Hij die alles voor haar deed... Zoiets doe je niet. Het kan verkeren, plots niet meer zijn wat het was, maar ga dan uit elkaar, begin een nieuw leven. Of praat en probeer te redden wat te redden valt (zeker als er een kind in het spel is) Dubbelleven daar is echter geen excuus voor, da's respectloos naar de bedrogen partner toe. Da's pijn doen.
En mensen kunnen pijn doen, maar ze staan er niet bij stil. Omdat 99 procent van de mensen zichzelf op nummer 1 zet. En daar slaat iedereen de bal mis. Want waar het in het leven echt rond draait: in vriendschap of liefde, moederschap, vaderschap of zelfs gewoon kennissen waar je om geeft: iemand belangrijk vinden is die iemand boven jezelf kunnen zetten. En daar draaien zoveel relaties op stuk. Die ego-tripperij. Wat wil ik, wat moet ik... en niet: wat kan ik voor die ander doen... triest. Liegen is nog zieliger. Want al zal de waarheid wel een tijdje pijn doen, de leugen snijdt dwars door de ziel en die pijn verdwijnt nooit.
En nu cijfert hij zich dus weg, voor zijn dochter en voor een liefde die hij altijd trots heeft gedragen maar nu als een lappendeken om zijn schouders wappert. De littekens zijn geslagen en zullen op moeilijke momenten boven water blijven komen. Ik zou zo niet kunnen leven. Maar hij doet het. Voor zijn dochter. En omdat hij zijn vrouw nog graag ziet? Ik help het hem geloven maar zelf doe ik dat niet. Zelfs na 50 jaar en tien kinderen zou ik mijn partner nooit kunnen vergeven dat hij mij met een ander bedroog. Elkaar controleren, regels en geboden opleggen, wantrouwen maar toch wanhopig vastklampen. Schrik om het financiële, schrik om een kind... enkel dat laatste kan ik begrijpen. Maar zoveel opgeven, jezelf zo hard wegcijferen; dat betekent dat je ook je dromen opgeeft. En wie stopt met dromen, begint te sterven. Wordt hard. Verliest zichzelf. Het is een doodlopende straat... hopelijk vinden ze ergens een hekje, een brugje...
Het leven draag zoveel interessants met zich mee. Ik verraste mijn vriendin met een weekendje Maastricht en toen ze haar verjaardagscadeau kreeg begon ze spontaan te huilen. Wel, ik kreeg het warmer van die reactie dan van alle cadeaus (op Snoopke na dan) die ik ooit zelf kreeg. Het kan zo'n deugd doen om voor mensen te zorgen, zoveel oprechte vriendschap en liefde dragen je verder dan luxe en geld kunnen betalen. En ik was happy. Had haar man beloofd dat ik voor haar zou blijven zorgen, dat ik er zou zijn. En ik hou woord. Niet dat dat moeilijk is, ze is zelf een schat van een mens met het hart op de juiste plaats. Ik wens haar met heel mijn hart een nieuwe liefde toe, ze verlangt er zo ontzettend naar. Voor haar hondje werd een logeeradres gevonden: bij haar neefje, jawel. Toen we het beestje op het eind van het weekend gingen ophalen lag haar neefje ziek in de zetel. Eén klein gestolen moment bevond mijn vriendin zich met zijn vrouw en dochter in hun keuken en ik had zo'n zin om hem een dikke (weliswaar vriendschappelijke, want ik ben een superouderwets trezeke: van getrouwde mannen blijf je af) knuffel te geven, maar het bleef bij wat afstandelijk heen en weer gepraat. Achteraf gezien maar goed, ik kan soms te spontaan zijn en het zou wellicht ferm idioot, om niet te zeggen aanmatigend overgekomen zijn. Maar zo ben ik, altijd bezig met mensen en gevoelens, ik ga nooit veranderen hé. Al wil ik dat eerlijk gezegd ook niet echt. Ik leef zo graag op mijn emoties, kan zo diep genieten van stomweg een vogel die uit mijn hand komt eten, ik stop om naar een spontane regenboog te kijken en leg mij in de zomer zo graag op mijn rug op het terras naar de sterren te kijken en dat stemt mij... rustig. De hele wereld kan mij gestolen worden als een hond tegen mij opspringt of als ik 's nachts (ik ben een nachtuiltje) naar de donkere, rustgevende Leie zit te staren.
En in mijn hoofd schreef ik dus ook al honderd scenario's om mijn vriendin, haar schoonzus, diens zoon en zijn dochter terug gelukkig te zien. Aan fantasie heeft het mij nooit ontbroken, ik was de wanhoop van de leerkrachten: 'Kay leert heel goed en snel, maar ze lijkt soms zo afwezig, ze is overgevoelig en ze heeft een tomeloze fantasie, dat kan niet hoor, daar moet u iets aan doen'. Mijn arme ouders. En nu kan ik er enkel om lachen, want 24 jaar later is het nog erger geworden, maar mijn fantasie heeft mij door de moeilijke momenten van het leven gedragen en met mijn overgevoeligheid heb ik al zoveel mensen gelukkig kunnen maken. Dus wat zou het. Harder worden? Nee dank u, de wereld is hard genoeg.
Waar mijn pad mij draagt weet ik niet, naar ik vermoed zoals ik verwacht: ik ga voor mijn ouders zorgen en daarna... tja, als de engeltjes mij roepen dan ga ik zonder spijt en dan organiseer ik daarboven de grootste reünie die ze ooit meemaakten. Ik heb al te veel mensen en dieren moeten afgeven die in mijn hart bleven wonen, hopelijk zie ik ze ooit terug. Op dit moment is dat mijn enige wens voor mezelf. Heb wel veel wensen voor anderen: dat mijn ouders lang mogen leven, dat mijn tante haar gezondheid stabiel blijft, dat mijn neef (eigenlijk meer een broer dan een neef) en zijn zalige gezin nog lang van hun gezinsgeluk mogen genieten, dat mijn vriendin eindelijk een nieuwe liefde mag ontmoeten, dat een kameraad zijn weg mag vinden na zijn scheiding, dat mijn vriendin haar neefje de kracht vindt om of te vechten voor wat overblijft van zijn huwelijk, of om door te gaan en eindelijk ook eens zichzelf in het middelpunt kan leren plaatsen... ik moet al eens hard nadenken over wat ik mezelf zou toewensen. Een nieuw pootje misschien?
En liefde... het is een werkwoord dat doet lijden maar ook de mooiste sensaties kan overstijgen. Bestaat in zoveel vormen en versies. Wat de relationele betreft heb ik een streep getrokken. Met mijn verstand dan toch, want mijn hart zal al wel eens een sprongetje maken, mijn verstand houdt de bovenhand. Bovendien ben ik gezegend met een vlotte babbel, dat schrikt ook wel wat af. En wat dat neefje van die vriendin betreft: oogcontact vermijden (ik zie hem gelukkig niet echt veel), want ik vrees dat ik een hele slechte actrice ben en ik kan niet liegen. En ogen... zucht, ogen zijn de spiegel van de ziel, helaas, en de mijne zijn een open boek.
Mijn leven is met de jaren fel veranderd, maar het is desondanks nog steeds mooi; eenzaam maar mooi: eerlijk, oprecht, zuiver en... eindig. En ja, het leven heeft zijn bittere momenten, maar soms hebben we die nodig om daarna het zoete des te harder te appreciëren.
Op een dag, kort bij of ver af, ruilen we het aardse voor het hemelse en als ze mij dan vragen: 'wat heb je verwezenlijkt, daar beneden?' dan kan ik naar alle waarheid zeggen: ik ben eerlijk en rechtvaardig door het leven gewandeld, ik heb voor mensen en dieren die ik in mijn hart draag gezorgd en ik heb geprobeerd hen gelukkig te maken...
De liefde van mijn leven is dementerend. Mijn liefste kleine meisje. Mijn klein pluizig wollebolletje verliest van tijd tot tijd haar heldere blik, maar is aanhankelijker dan ooit. Aandoenlijk hoe de periodes zich afwisselen: nu weer eens levendig, dan neigend naar complete apathie, maar bovenal één constante: liefde, pure liefde. Helder of niet, ze is onmiskenbaar. En zuiver, eerlijk, oprecht het is een liefde die tegen geen andere opweegt; de liefde van een dier. Je hoeft je nooit af te vragen wat ze van je denkt, wat je geeft wordt zonder morren aanvaard en weerspiegeld. Eén blik zegt meer dan duizend woorden. Dierenliefde. Zoveel sterker dan eender welke mensenliefde. Dieren scheiden enkel in de dood. Zoals het hoort. Liefde is voor altijd, kent geen grenzen en beschermen gaat tot in de dood. Of hoe wij mensen een serieus voorbeeld kunnen nemen aan de dierenwereld.
Misschien trek ik mij daardoor meer en meer terug uit de mensenwereld. Mensen doen pijn, zijn hard en meedogenloos en staan in de eerste plaats stil bij zichzelf, daarna pas bij de eventuele wereld rondom zich, en alles buiten die cirkel kan hen gestolen worden. Zo koud, zo egoïstisch Wat kan die ene doen voor mij, betekenen voor mij zo verkeerd. Het moet zijn: wat kan ik doen voor de ander, wat kan betekenen voor die ander een denkwijze die bijna uitgestorven lijkt. Een denkwijze die niet alleen op liefde maar ook vriendschap moet slaan. Dieren geven niet om je status, je looks of wat er op je bankrekening staat, een knuffel, lekkere hapjes en samen tijd doorbrengen, das het enige waar ze om geven.
Ik doe het anders dan de doorsnee mens. Ik leef voor mijn hond zoals mijn hond voor mij leeft. Mensen die moeite hebben met dieren passen niet in mijn leefwereld en ik laat ze ook niet toe. Mijn hond is altijd al een barometer geweest wat mensen betreft: als mijn hond ze niet moest, dan zat het er dik in dat ook ik de nodige afstand bewaarde. Zo beestje, zo baasje en omgekeerd.
Ik vrees de dag dat ik haar moet afgeven. Na 19 jaar ligt die dag op de loer, en ik kan op geen honderd bladzijden beschrijven wat ik al allemaal heb verzonnen om haar leven te rekken. Pacts met hierboven, kaarsjes in alle uithoeken van de wereld (ik was vroeger in de vliegsector actief) en talloze bezoeken aan bedevaartsoorden. Baat het niet, dan schaadt het niet, is mijn motto daaromtrent. Of mijn houding gezond is, valt zeer zeker te betwijfelen, maar ik ben wel open, eerlijk en oprecht. En das meer dan van het gros van de bevolking kan worden gezegd.
En zo sluit ik mij af van alle maatschappelijke opleggingen. Me and my dog wordt heel letterlijk beleefd, geleefd, en zo ben ik gelukkig. Ik durf zelfs heel grofweg stellen dat mijn hond diegene is die mij recht kan houden. Weet niet of ik mij zonder haar nog nuttig zou voelen. Niemand heeft mij echt nodig; zij wel. En ik heb haar nodig. Ik stel mij dikwijls de vraag of mensen kunnen sterven van verdriet. Dieren wel, dat weet ik, heb er een wetenschappelijk artikel over gelezen. Kan een hart letterlijk breken? Kunnen emoties zo de overhand nemen dat je hart stopt als het verbond tussen twee harten wordt verbroken? Ik geloof van wel.
Mijnogen zijn nat van de tranen bij het idee dat ik haar ooit moet afgeven, wat zal dat geven als het dan daadwerkelijk ooit zover komt? Mijn hart is bezwaard met het idee dat ik het hare op een dag niet meer zal voelen, zoals altijd als ze bovenop mij ligt te slapen. Mensen rondom mij leveren de overbodige commentaar: jamaar, het gaat ooit gebeuren. Ge moet realistisch zijn. Ze heeft toch een mooi leven gehad. Waarop ik meestal repliceer: tja, ik moet ook ooit gaan. Ge moet realistisch zijn, er gaan alle dagen mensen van mijn leeftijd dood. En ik heb een mooi leven gehad. Bereid dus maar al een feestje voor, want jullie moeten vooral mens blijven hoor, na mijn dood. Niet huilen, niet rouwen, maar aanvaarden en blij zijn dat we samen zoveel mooie momenten hebben gekend.. Bullshit, maar goed, ik zal maar aannemen dat mensen die zaken zeggen uit bezorgdheid. Theorietjes zijn zo fenomenaal goed opgesteld, maar het leven is geen theorie, het leven overkomt je. Een hart kan je niet besturen, het stuurt jou.
Dus help mij hopen dat mijn lieverdje nog een paar jaartjes bij ons mag slijten, en dat ik haar nog heel wat gelukkige momenten kan bezorgen. Want uit haar geluk, put ik het mijne. Als het met haar goed gaat, kan ik de wereld aan. Als het met haar niet goed gaat, stort mijn wereld in.
En dat, net dat, is hoe ik het leven wil leven. Drijvend op emoties, niet op ratio of berekendheid. En als dat mijn leven een beetje korter maakt dan enkel nog deze bedenking: beter een kort en gelukkig leven, dan een lang en ongelukkig. Als wij later het aardse voor het hemelse inruilen, kunnen mijn wollebolletje en ik aan de hemelpoort in ieder geval deze vraag naar waarheid met een dikke ja beantwoorden: heb je ooit onwaarschijnlijk, onvoorwaardelijk en onberekend liefgehad?. En das volgens mij één van de betrachtingen in het leven.
Dank je wel, lief wollebolletje, mijn hartje, mijn schatteke, mijn allerliefste snoezepoepke, dank je wel dat ik je graag mag zien, en dank je wel dat jij mij graag ziet. Onze liefde zal de grenzen van leven en dood overschrijden
Wanneer is liefde over? Wanneer vergeet men wat men samen heeft bereikt en meegemaakt? Wanneer gaat liefde over in onverschilligheid, soms zelfs haat? Na te zijn bedrogen, belogen of in de steek te zijn gelaten? Kan je zoiets verteren? Ben je daarna nog in staat om ooit nog zo intens lief te hebben als voordien? Want liefde moet spontaan zijn, moeiteloos en alles omvatten. Vertrouwen en overgave zijn de basis van een relatie. Ik kan mij indenken hoe zwaar zoiets moet wegen op een mens, vooral als die mens maar één werkelijk doel had in zijn leven, namelijk zijn gezin.
Als je alles waar je in geloofde en voor leefde kwijtraakt, wat doet dat met een mens? Ik kan het niet helpen dat ik mij triest voel bij die gedachte. De man in kwestie leek in alles een mens om te bewonderen; hij droeg zijn vrouw en kind op handen, stond altijd klaar voor familie en vrienden en kwam altijd over als intelligent, grappig en down to earth. Ik hoorde mij destijds nog tegen zijn inmiddels overleden oom zeggen dat hij echt wel de perfecte man leek, zo nog eentje van de oude stempel inzake menselijke waarden. Zal hij er in slagen om in de toekomst diezelfde waarden hoog te houden of zal de teleurstelling, de vernedering en het verdriet hem omlaag halen?
Zou zijn vrouw beseffen wat ze deed? Wat ze in de weegschaal smeet? Zou ze aan haar kind hebben gedacht? Aan het kind of de vrouw van die ander? Ik ben helaas ook van de oude stempel; mijn ouders zijn 50 jaar getrouwd, en al zullen ze in die 50 jaar ook wel hun discussies hebben gekend, vreemdgaan stond niet in hun woordenboek. Dat is iets waar je zelfs niet aan denkt als je respect hebt voor iemand, toch?
Kan hun relatie nog worden gered? Ik help het hen hopen, vooral dan voor hun kind, maar een kind kan geen twee mensen samenhouden wiens harten uit elkaar groeien. Ze zullen professionele hulp nodig hebben, maar zelfs dan stel ik mij de vraag hoe je zoiets herstelt? Ik vergelijk liefde altijd met een bouw, als de fundering van die bouw barst, dan kan je pogingen ondernemen om ze te herstellen, de barsten opvullen, maar je zal ze altijd blijven zien, blijven voelen. Liefde zou zich niet moeten herstellen, daar werd ze niet voor ontworpen, liefde is geen opgave, maar een teder gegeven tussen twee mensen dat slechts kan blijven bestaan als ze zich in elkaar kunnen verliezen.
En net dat laatste is datgene waarvoor ik hoezeer ik er ook naar verlang, eerlijk is eerlijk verzaak aan relaties, er eigenlijk niet meer in geloof en er om die reden eigenlijk ook niet meer wil aan beginnen. In deze maatschappij slagen mensen er niet meer in om de ander boven zichzelf te stellen. Je verliezen in iemand betekent dat die iemand belangrijker is dan je voor jezelf bent. En das moeilijk in deze rotverwaande, materialistische en hoogdravende maatschappij. Uiterlijk, geld, status, bezit, titel, etc. schijnen alles over te nemen. Wat anderen denken is de maatstaf, wat anderen doen, moet je ook doen, of liefst zelfs nog beter. Mensen zijn kuddedieren geworden en het ergste van al: ze beseffen het zelf niet.
Ik heb zon ontzettende bewondering voor mensen die er in slagen om elkaar op nummer één te zetten. Maar als ik dan alle relaties rondom mij aanschouw en evalueer, dan val ik al snel terug met mijn pootjes op de grond, beter gelukkig alleen dan ongelukkig met twee: hoe cliché dat ook klinkt, ik zeg dat heus niet om de eenzaamheid die al eens de kop opsteekt het hoofd te bieden, het is gewoon de rauwe, naakte waarheid. Er zijn zoveel mensen die aan een relatie beginnen enkel en alleen omdat ze zich eenzaam voelen. Lichtelijk idioot, zon relaties zijn bij voorbaat gedoemd om te mislukken. Dostoyevski zei ooit: in order to love simply, it is necessary to know how to show love. En dat kan alleen als het gevoel juist zit.
Laat mij dan maar afsluiten dat ik iedereen heel veel liefde en warmte toewens, en mijzelf veel kracht om de liefde te blijven afweren, want soms is dat een moeilijke opgave door het verlangen ernaar...
Water. Ik leef van water, op water, aan water en door water. Er is niets zaliger dan bij een hevige plensbui buiten door de tuin te dwalen en je lekker nat te laten regenen. Mijn lange haren hangen dan in krulsliertjes rond mijn gezicht te bengelen en mijn wimpers functioneren als natuurlijke ruitenwissers voor de druppels die uit het gelid dreigen te lopen. Na een tijdje krijg je het wel koud en wordt het tijd om binnen een stevig warm bad te nemen, met veel schuim en een lekkere scrubbeurt zodat je met een babyvelletje onder de flanellen lakens kan duiken. Ze mogen mij eender welke TV-avond ontnemen voor dit kleine stukje avontuur. Op zon momenten voel ik mij los van de wereld. Iedereen zou dit eens moeten ervaren, het heeft hetzelfde effect als bij avondschemering aan de vloedlijn van een strand met je blote voeten door het water te gaan crossen. Een ultiem ontspanningsmoment.
Een tijdje geleden zaten we weer op het randje van overstromingsgevaar. Het huis was veilig, maar ben wel tot voorbij mijn middel het water in gegaan om de twee boten te gaan lossen, zo snel steeg de rivier
Voor mijn gevederde vriendjes was dat het aards paradijs: niet meer uit het water moeten klimmen of vliegen, ze kunnen zo, hup, van de Leie de oever op. Grappig. En dan vooral ook de attitude. Kijk, je kan het zon klein beestje maar nageven, maar mochten ze kunnen spreken dan ben ik er best van overtuigd dat ze zouden snateren: Nu is het onze beurt. Look and weep. Om nog niet te spreken over het feit dat ze de hoorn des overvloed zomaar voor hun snaveltjes gepresenteerd krijgen: de oppervlakte van oevers en tuinen verzadigd met regenwormen en kleine keversoortjes, die met hun kriebelige pixelpootjes niet snel genoeg het droge kunnen opzoeken. Delicatesse. Vervroegde Kerst en Nieuwjaar voor mijn fladderkonijntjes.
Hoe de simpele dingen des levens het Leven aangenamer kunnen maken, zelfs in complete en pure eenzaamheid. Mijn duifjes bleven lekker droog in de spar boven mijn volière schuilen, ik zag ze denken: die is goed gek, direct kan ze haar pluimen niet meer bewegen. Met mijn laarzen en met mijn teddyfleece gevoerde regenjack heb ik het echt wel een tijdje uitgezonden. Eigenlijk tot op het moment dat ik dacht: dit zou fijn zijn om met iemand te delen. Lekker gek doen in de regen, daarna samen een heet bad en een gezellige vroeg-naar-bed-avond. En plots viel de veer weer stil. Er was geen opwinden meer aan. De kou die er al een tijdje was, drong plots door en met een paar zielige tranen op mijn wangen die leken op duivelse regendruppels die zich in mijn wimpers verschanst hadden ben ik dan maar naar de veilige warmte van een heet stoombad vertrokken.
Wanneer gaan de tranen van gemis plaats maken voor tranen van geluk ik probeer er niet te veel stil bij te staan. Als ik het moeilijk heb probeer ik mijn quotes-boekje na te lezen: if today is perfect, why would there be a tomorrow, soms hebben we moeilijke momenten nodig in dit leven om naderhand beter te beseffen wat we wél in onze handen hebben. Feit is: soms stapelen die slechte momenten zich op, en op, en op... en je stelt je de vraag hoe lang je het nog kan volhouden.Maar je moet volhouden. Omwille van het zoete dat op een dag toch volgt. Niets kan immers zo bitter blijven, vroeg of laat komt het zoete, en hoe weinig ook: de smaak van zoet zal altijd het bittere overheersen.
Rewarding? Misschien niet. Zoveel bitterheid, zo weinig zoet maar waarom spelen mensen met de Lotto of de Euromillions? De kans is immers ook minimaal. Feit is dat we allemaal dagelijks bezig zijn met het zoeken van dat minimale. Nuttig zijn, je nuttig voelen, liefde geven en liefde terugkrijgen, er zijn voor elkaar, desnoods met twee tegen de wereld Daar worden tranen uit geboren die enkel door een andere hand kunnen worden weggeveegd. Tranen die je zelf wegveegt blijven kleven aan de ziel.
Ik heb zoveel in het leven om dankbaar voor te zijn: ik groeide op in luxe, en niet alleen financieel, want wie mij kent weet dat ik enkel papier en stylo nodig heb om gelukkig te zijn. Als ik kan schrijven, dan kan ik mijn ding doen, kan ik zoveel frustraties en verdriet wegschrijven, zoveel geluk ontwerpen door mijn tomeloze fantasie haar gang te laten gaan. Maar mijn echte luxe zijn mijn ouders en mijn hond, alle mensen waar ik om geef en mijn beestjes.
Neem mij alles af, behalve dat en mijn eindeloze fantasie. Ik hou van sprookjes, of ze nu klassiek of modern zijn, en ik hoop ook op een dag een onderdeel van zon sprookje te mogen zijn, zelfs al zou het niet dat van mij zijn. Hans Christian Andersen zei ooit: Stories make you famous, but fairytales make you immortal. Ik heb al honderden verhalen meegemaakt en geschreven, maar roem is niet iets wat mij interesseert, onsterfelijk zijn eigenlijk ook niet, ik ben nieuwsgierig naar wat ons hierna wacht, maar sprookjes ik wil gewoon een leven dat verandert in een sprookje en liefst met mij in de hoofdrol en niet alleen.
One day is your life, when you find that youre always lonely het lied verdient een ander einde. Net zoals mijn leven een andere wending verdient. Maar zoveel beloften hebben mij cynisch gemaakt, ongelovig, achterdochtig Ik zie u graag, ik zie u doodgraag, niemand die u ooit liever zal zien dan ik, jij bent gewoon te mooi om waar te zijn, leven met u is als in een droom, waaraan heb ik u verdiend. Het zijn zinnetjes waar mensen geld voor zouden geven om ze te horen; ik heb ze al allemaal mogen horen en om goudeerlijk te zijn: ik zou er geld voor geven mocht ik ze nooit moeten aanhoren hebben. Want woorden zijn maar woorden en deze draaiden allemaal uit op leugens. Voortaan zal een woord nooit nog het pleit winnen op een daad.
En met deze sterke woorden heb ik een blogje vol weemoed gevuld. Geduld. Vroeg of laat wordt het beter, misschien niet zuiverder of eerlijker, maar wel beter.
Vandaag veel werk verzet, maar ook even bezonnen. Voor het eerst sedert lange tijd weer eens plaats genomen achter de piano. Het was warempel een verademing, ik was vergeten hoe ontzettend relax ik er van word. Mijn vingers moesten wel even warmlopen, maar eens gelanceerd heb ik één na één mijn lijfstukken erdoor getingeld. En heel even was ik weg van de wereld. Ik heb al een paar keer een buitengewoon on-aards gevoel mogen ervaren, maar het was eeuwen geleden dat ik nog zo diep kon gaan. Muziek is de wijn die een glas stilte vult
Ik ben ook eindelijk gestart met mijn research voor mijn storyboard. Jawel, na alle maffe, melancholische en met passie beladen schrijfsels die ik ooit uit mijn mouw heb geschud, ga ik eindelijk eens proberen om iets met die droom aan te vangen. Binnen een jaar of twee weten we of het ergens toe zal leiden. Ik geef mezelf namelijk twee jaar om dit project af te ronden. Lijkt lang, maar naast mijn bestaande werk zal het krabben worden, wat tijd betreft
De liefde heb ik opgegeven, mijn brein lijkt rusteloos, er schieten honderden ideeën door mijn hoofd. Piekeren helpt een mens niet vooruit hé, dan kan je beter productief aan de slag gaan met iets waar je door begeesterd bent, en waar is Kay meer door begeesterd dan door schrijven en film? En waarom geen poging om de twee te verenigen, zelf al is dat misschien te hoog gegrepen. Ik ben en blijf een dromer, en wat ik ook opgeef of op moet geven in dit leven; nooit zal ik mijn dromen verloochenen.
De magie van het witte doek ontsnappen uit de werkelijkheid, jezelf verdrinken in het hoofdpersonage, in vervoering raken door meeslepende filmmuziek het is een droom om mensen zo ver te kunnen brengen. Ik ga het proberen. Ambitieus? Pfft, niet echt. Een overschot aan fantasie en een hoop frustratie die geen zoden aan de dijk brengt. Als het leven niets aflevert dat voldoening schenkt, dan kan je niets anders doen dan zelf voldoening zoeken of gewoon een nieuw leven creeëren. Bij de pakken blijven zitten past niet echt bij mij, al geef ik grif toe dat ik zo ook mijn momenten heb.
En dit gezegd hebbende, ga ik een beetje verder werken. Aan allen die deze blog lezen: enjoy life, en ik wens jullie veel liefde, veel dromen en de kan om die dromen tot uitvoering te brengen!
I dream, so I am... only one life to go... so little time...
One day I'll fly away, leave all this to yesterday... why live life from dream to dream, and dread the day that dreaming ends... do you know where you're going to, do you like the things that life is showing you... zoveel vragen en zo weinig antwoorden. En hoe meer een mens nadenkt, hoe minder hij er wijs uit raakt. Zo veel keer waarom? Gewoon omdat. En de omdat's hebben geen reden, net zoals het leven geen vaste tred heeft. Er bestaat geen vaste lijn, veeleer stippellijntjes, met hele korte adempauzes om tot het besef te komen dat niets eindeloos is, en mensen vergankelijk.
Is het overigens nodig om alles te weten? Zou het iets veranderen aan wie we zijn? Waar we voor staan? Is egocentrisme een ziekte of gewoon eigen aan de menselijke natuur? Bestaat er meer dan we onszelf durven voorhouden of gaat het licht daadwerkelijk uit als we onze ogen voor het laatst sluiten? En toen we ze lang geleden voor het eerst open deden, was dat na een volledige formattering van ons vorig leven, of blijven er stukjes hangen op onze harddisk?
Feit is dat we hier nu zijn. Bestaan. Met of zonder reden, en al dan niet voor onszelf dan voor een ander. Het leven, een queeste. Gaat het om de wie ben ik? of om de wie wil ik zijn? Om de waar ga ik heen of de waar wil ik naartoe? Welke mensen sluiten aan bij de manier waarop ik het leven tegemoet wil komen? Geen meelopers, geen ja-knikkers of stroopsmeerders, maar mensen met karakter, doorzettingsvermogen, een tikje verbetenheid (dat in mijn geval al eens naar koppigheid durft te neigen) en bovenal een gezonde portie relativeringszin. Aan dat laatste is er bij mij ook nog serieus werk aan de winkel; zorgeloos wegdrijven op een grenzeloze fantasie maakt de mindere momenten immers zoveel minder koud, eenzaam en oneindig...
Verlangen, dromen, hopen, liefhebben, koesteren, proeven, durven, geloven, waken, beschermen, knuffelen, kijken, voelen... een mensenleven lijkt echt te kort, de menselijke geest kan het werkelijke zijn niet begrenzen, er moet meer zijn... Willen. Ik wil dat er meer is...
Het wordt stilaan zomer en ik geniet... van de eerste nestjes eendjes, van mijn parkietjes die aan het broeden zijn, van mijn hond die letterlijk met toegeknepen oogjes tegen de zon in glimlacht als ik na het werk thuiskom, van de treurwilgen die naar me zwaaien aan de overkant van de Leie, of meehuilen als de regen met bakken uit de hemel valt, van een zwoel lenteonweer die mijn onrustige natuur weerspiegelt in het door de wind bespeelde Leiewater, van de geur van YlangYlang als ik mijn haren was, van een frisse zomercocktail, van blote voeten in het met dauw bezaaide ochtendgras, van beklijvende filmmuziek, van een blik vol verlangen naar liefde, van mensen en dieren, maar vooral dieren omdat ze zo ontwapenend eerlijk zijn, van alles en niets maar vooral van de stilte...
Stilte die aanzet tot verlangen en dromen, tot hopen op liefde, waken over wat je koestert en durven beschermen waar je in gelooft, stilte die alles omvat van een knuffel tot onstuimige seks, tot een blik vol verlangen zoveel intenser dan een climax die meestal door ongeschreven woorden wordt verkracht. Stilte die opvult en vervult. Niets hoeven zeggen maar toch zoveel betekenis hebben. Voor elkaar of voor jezelf.
Ik hou van drie puntjes...het betekent dat er nog iets komt, iets verwacht wordt, of dat iets nog niet af is... net zoals het leven nooit af zal zijn...
Geboren worden en sterven... of alles wat daartussen ligt... eenvoudigweg vervat in één woord van vijf letters: leven. Vijf letters, vijfendertig miljoen betekenissen, en zelfs in de afgelopen vijfendertig jaar ben ik er in de verste verte nog niet achtergekomen hoe een mens dat het best aanpakt...
Valentine... filling paper with breathings of heart...
14 februari. Valentijn. Gecommercialiseerde liefde, geforceerde uitspraken aangevuld met teleurgestelde gezichten als alles niet uitdraait zoals men het in gedachten had, of zelfs een occasionele breuk hier en daar waar de storm al langer luwde dan de liefde.
En toch heeft het zijn charme. Maar niet voor mij. Ik ben verzot op rode rozen, zo van die dikskes met een gesloten hart (die vind je nagenoeg niet in de winkel) die zo ontzettend lekker ruiken naar voorjaar, leven en voorspoed. Want zelfs geluk heeft een geur. Maar wat die rozen betreft: niet op Valentijn dus.
Ik zie overigens meer romantiek in het thuiskomen en lekker knus tegen je geliefde aankruipen in een voorverwarmde zetel, dan opgezette etentjes met veel poeha die handenvol geld kosten . Een paar bakjes tapas, een fris glaasje bubbels en de hele avond de liefde bedrijven op alle mogelijke manieren met op de achtergrond een melige, romantische film vind ik het absolute summum om een samenzijn te vieren. Voor mijn part alle dagen. Old fashioned girl. Mja, eigenlijk wel.
Of een chalet huren vlakbij een meertje en dan speels skinnydippen in het schijnsel van een volle maan, met op de steiger een flesje bubbels en een superzachte badjas op wacht. Na het zwemmen een kampvuurtje maken, hotdogs met vers gegrilde worstjes maken en verhalen verzinnen tot een gat in de nacht. Dan samen de slaapzak in (een dubbele, wel te verstaan) en vrijen tot het daglicht de nachtelijke zwoelheid verpest, het tekort aan nachtrust ophalen in de chalet onder een warm donsdeken en bij het ontwaken samen een verkwikkende douche nemen om vervolgens te gaan watersporten op het meer.
Of door aanspoelend zeewater kuieren, telkens opnieuw gevangen genomen worden door aanspoelende golven, opgelicht door het fluor van de algen en de opkomende maan laten genieten van een steelse kus. Beloftes maken waarvan je weet dat ze enkel in dromen bestaan en het water sprookjes laten aanbrengen die s morgens in hun betovering door het zonlicht worden gebroken. Op je rug in het zand de sterren tellen en je afvragen waar je later je plaatsje krijgt: dicht bij de kleine beer of in de schaduw van de Canis Majoris
Wat dan ook, romantiek hangt voor mij vast aan donker, aan nacht, aan water, aan maan en sterren en aan mystiek. Er zijn nu eenmaal zaken die de romantiek makkelijker losmaken: bepaalde muziek, bepaalde geuren In ons leven zijn zoveel herinneringen doorsponnen met kleuren, geuren en geluiden. Zo heb je mensen die bijna moeten braken bij de geur van een natte hond, ik hou van die geur, dan denk ik aan de bad-perikelen met Scrufke en Snoopke waarna ik er meestal uitzag als de winnares van een miss wet T-shirt contest. Of je komt thuis en in de oven staan appeltjes met kaneel, en het hele huis ruikt naar die zoete mengelgeur van vanille en kaneel De zwoele geur van ylang ylang in de badkamer, hyacinten in de slaapkamer en een frisse oceaan-geur in de dressroom. Alles overstijgende filmmuziek, het kwaken van de kikkertjes hier aan de Leie in de zomer, het blaffen van een hond verloren in de nacht en het ruisen van het aanstromende zeewater Karmijnrode nagellak, diep-blauwe ogen, heldergroen gras blinkend van de dauw en oranje-rode gensters van een uitdovend haardvuur
Zucht. Romantiek. Zo ontzettend mooi. En al ga ik er dit jaar in mijn eentje van genieten, mijn tijd komt nog en ik haal de schade wel in. Later, ooit of misschien nooit. Maar ik heb ze gedroomd en gevoeld. En dat kan niemand mij nog afnemen.
Geniet van de romantiek, alleen of met zijn twee, en gebruik altijd en overal je fantasie. Want die maakt het leven zoveel verrassender, zoveel boeiender, zoveel waardevoller