Liefde, ik blijf het toch een vreemd beestje vinden. Het is het schoonste beestje dat er is en het meest vervuilende in the mind. Het is iets heel kleins en iets heel groots tegelijkertijd. Te klein om echt te duiden, te groot om het soms te vatten. Heel aanwezig en heel veraf. Vreemd
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Iedereen heeft het nodig, maakt niet uit in welke vorm, maar het is wel de drug der eeuwige verslaving op de één of de andere manier. Soms wil ik zo graag afkicken, gewoon omdat het me verstikt. Muren die op me afkomen, deuren die sluiten
het word benauwd en mijn ademhaling gaat snel, veel te snel. Het enige wat ik dan denk is
ga weg. Maar tegelijkertijd denk ik ook
niet voor altijd, gewoon even maar. Toch vraag ik me af of liefde zo werkt. Kan je verlangen dat iemand je liefde geeft, heel graag ziet, je overlaadt met dat warmte dat liefde vaak kan zijn en tegelijkertijd eisen dat de ruimte er moet zijn om dat warme, koudweg en botweg te ontlopen? De benen te nemen wanneer het zich aandient?
Kan je liefde even op hold zetten, of is dat zo één van die beestjes dat zich niet laat dwingen en laat controleren. Soms denk ik van wel, want het overvalt je soms zo hard. Ik kan soms helemaal warm worden, overstromen van liefde, die ik wil delen met iedereen die ik tegen kom en dat zonder enige aanleiding. Maar wanneer ik helemaal warmloop en mijn omgeving even niet kan openstaan voor al die warme gloeden, wat gebeurt er dan? Is dat een parasiet in je relatie? Is liefde de ondermijner van de liefde? Moeten we daar alert voor zijn dan, wat naar mijn gevoel helemaal indruist tegenover wat liefde hoort te zijn?
Ik weet het niet goed.
|