Booh! Wij zijn Helena, Lina, Lamia en Jill! Ook wel bekend als de Kaboutertjes! Wij zitten nu op onze paddenstoel want in ons huisje hebben we geen bereik! Wij zijn klein dik roos en lelijk schattig!
Wij houden van een lekkernij, dus als u zin heeft kom dan eens een bezoekje brengen aan onze paddenstoel.
Wij kaboutertjes wonen in een Grote rode paddenstoel in het Kabouterbos! In onze Kabouterschool "Sint Kabouter College" (ook wel bekend als Pius X) bij de lessen techniek, moesten wij een blog maken de 'Techblog' niets speciaal dachten wij dus, we maken er iets kaboutersleuk van!!!
Helaas Pindakaas, We moeten nu gaan want de kabouterdans komt er nu aan!
Oh jee, oh jee, oh jee! Wat gaat de tijd toch vliegensvlug! Hier mensjes en kaboutertjes en weet ik veel wat het verhaal nog leest >.<” hier is
Het Vergeten Kind Deel 5!
Amora keek naar Amelia, die tot haar grootste verbazing recht op zat, klaar wakker. In het hulst van de nacht? Iets klopte niet aan het meisje, dacht ze. Amelia’s oogjes waren wijd open. Het blauw van haar irissen was grijs geworden. Ze startte met mompelen met diezelfde hoge, dromerige en hese stem als ze al een keer had gedaan. Toen ze het verleden van het mysterieuze meisje had verteld zonder het zelf te weten.
‘Ze riep, ze schreeuwde… maar niemand die haar hoorde… mensen ver… oneindig ver weg van haar en haar hoekje…lachten…hadden plezier…en niemand daar… die het wist… het gevoel…om Necari te zijn…’ Ze viel slap neer in haar bed en Amora besefte dat Amelia gewoon weer sliep ze stopte het arme meisje in. Het was een mooi meisje. Ze had een vrij donkere huid en heel donker bruin haar. Haar helderblauwe ogen kwamen prachtig uit met haar huid en haar. Amora was een beetje jaloers op der. Zij had gewoon doorsnee kastanje bruin haar en groen bruine ogen.
hier zijn we weer met ons Kaboutergezaag over serieuze zaakjes.
Deze keer hebben we het over vrachtwagens en hun bestuurders.
Omdat wij zo minuscuul klein zijn was de vrachtwagen gigantisch groot.
Maar we leven nog. (gelukkig)
Met onze kleine beentjes zijn we in dat gigantische geval geklommen
en hebben we uitleg gekregen van een echte vrachtwagenbestuurder.
We leerden bijvoorbeeld dat een vrachtwagenchauffeur meer moet kunnen dan alleen zijn "Monster truck" besturen.
Hij moet bijvoorbeeld heel goed zijn in talen. Nederlands, maar ook de talen van onze buurlandjes en de hoofdtalen. Engels, Frans, Duits en Nederlands moet de bestuurder zeker onder de knie hebben.Niet alleen moet hij zomaar een babbeltje kunnen slaan in een ‘vreemde’ taal ook moet hij kaarten kunnen lezen. Ze moeten namelijk hun route zelf kunnen uitstippelen. Onze eerste kleine reactie was zoals bij vele andere: een GPS! De meneer keek ons een beetje boos aan en zei iets van… de jeugd… lui… technologie onbetrouwbaar… GPS kan uitvallen… wij doen het op de ouderwetse… en… betrouwbare manier….Niet dat we niet goed hebben opgelet of zo iets in die aard 0=) maar je kent het wel het gepreek over dat de jeugd geobsedeerd is door technologische rommel! Niet dat ze ongelijk hebben… maar het is geen misdaad of zo… Maar oké ander onderwerp. Dus ze moeten ook heel goed kunnen kaartlezen en routes uit stippelen. Ze moeten ook heel goed met gedetailleerde documenten en heel erg ordelijk zijn. Ze moeten ook zelf lading vast maken en deze moet nauwkeurig en stevig uitgevoerd worden. Dat vrachtwagenchauffeur een simpel beroep is, is dus nonsens.
De Cabine, zijn thuis.
De cabine is het voorste deel van de vrachtwagen van waar uit de chauffeur zijn voertuig bestuurd. Hier zit hij voor al zijn karweien.De cabine is voor zien van een stoel, stuur, gas- en rempedalen, schakelaar... kortom alle benodigdheden om het gigantisch grote voertuig te besturen. Omdat hij er zoveel tijd in doorbrengt geeft de bestuurder er meestal een fleurige en eigenzinnige tint aan. Maar dat is niet het enige. De cabine is ook uitgerust met een tachograaf. Dit is een apparaat waar men een kaartje in steekt. Op dat kaartje wordt alle gegevens geregistreerd. Die gegevens zijn hoe snel de bestuurder rijdt, waar de vrachtwagen zich bevindt en of hij genoeg of te veel pauzes inlast. (Een vrachtwagen chauffeur mag slecht 4,5 uur aan een stuk rijden, dan is hij verplicht een pauze te nemen om op krachten te komen van drie kwartier, dan mag de bestuurder weer 4,5 uur maximum de baan op gaan.Deze regel is tegen vermoeidheid en het inslaapvallen tijdens het rijden)
Na een lange afwezige tijd zijn we terug! sorry, voor de storing. Maar dus, we zijn terug!
Met een prachtig spannend verhaal van wie nu ook alweer? Ah ja… van mij! Ghie!!
Hier is: Het vergeten kind deel 4!badoeweej: het is een kort stukje.
Ze stond er nog steeds. Amora kneep en kwetste zich zelf. Het waren te vergeefse pogingen wakker te worden. Ze kneep haar ogen dicht. Na een tijdje opende ze hen weer in de hoop dat het meisje verdwenen zou zijn. Maar ook dit plan wou niet werken. Het mysterieuze meisje stond er nog altijd. Amora probeerde dan maar gewoon te slapen. Maar ook dat lukte niet. Na een lange tijd doezelde Amora eindelijk in. Bijna, nog enkele secondetjes geduld en ze was er. Haar eindbestemming was eindelijk in zicht. Dromenland. Maar het mocht zo niet zijn. Ze kwam terug, duizend keer sneller als ze er heen ging,terug bij haar bewustzijn. Klaarwakker was ze weer. Iets had Amora gewekt, maar ze kon geen woorden of uitleg vinden voor wat haar precies had wakker gemaakt.
Er komen nu ineens een paar want ik was een tijdje op reis naar Smurfenland! Later verslag van mijn avontuur! Hier, mijn kabouterliefhebbers, komt het volgende deel van Het Vergeten Kind geschreven door Sleepy…met andere woorden…ikke…
Amelia kreeg haar normale doen terug. ‘mooie naam.’ Zei Amelia alsof er niets was gebeurd. Ze geeuwde met brabbelde ondertussen iets. ‘oké, liefje, ik breng je naar je kamer.’ Antwoorde Aquila zo normaal als mogelijk. Ze trilde nog steeds van de naschok. ‘Ik wil niet dat ze alleen is, wil je bij haar in de kamer slapen?’ vroeg de vrouw zo zacht als ze maar kon aan Amora. Dat wou ze graag. Ze wou dit kleine onschuldige kindje evenmin alleen in een kamer laten slapen. Er rustte nu een verantwoordelijkheid op haar schouders. Aquila belde naar de ouders van Amora die haar de volgende middag kwamen ophalen.
Amora schrok wakker. Het duurde een tijdje voor dat haar ogen gewend raakten aan het donker. Ze keek om haar heen. Ze bevond zich in een kleine, typische meisjes kamer. Ze lag op een matras die op de grond lag. Naast haar slaapplaats stond een prinsessenbed waar een meisje van ongeveer acht in lag. Het meisje woelde onrustig maar sliep duidelijk te vast om wakker te worden. Amora hoorde een deur piepend opengaan. Ze keek op. In de deuropening stond een klein meisje met een vuil, mager gezichtje en lange kapotte donkere haren. Ze droeg een oud versleten jurkje met een oudroze kleur. Het was vuil en gescheurd. Amora herkende het kind. Het was het meisje dat ze die avond had gezien op het einde van de straat. Ze had Amora gesmeekt haar niet te vergeten. Het betekende blijkbaar veel voor het meisje. Ze wou het meisje helpen en haar nooit meer te vergeten, maar ze kende het meisje niet eens. Amora worp weer een kort blik naar de deur.
HAllo kaboutervrienden! Omdat wij orgineel zijn hebben wij een paar leuke bijnaampjes! En omdat wij kaboutertjes zijn hebben wij gekozen voor de kabouters van Sneeuwwitje.
In het Kabouterbos vertelt Groot Kaboutertje veel verhaaltjes.
Groot Kaboutertje leest die voor net voor het slapen gaan.
Maar die verhaaltjes gaan niet over kaboutertjes of prinsesjes die lang en gelukkig leven!
Het zijn ook niet echt kleine kindertjes verhalen. Want het zijn geen mooie sprookjes maar griezelverhaaltjes.
Omdat ik later ook Groot Kaboutertje wil worden heb ik een verhaaltje geschreven in de onze Kabouterstijl!
Het vergeten Kind.
Ze keek om. Niets. En opnieuw hoorde ze fluisterend haar naam. Ze keek weer. Op het einde van de straat stond een meisje. ‘Amora…’ fluisterde ze. Amora hoorde het helder al was de afstand tussen hen beiden erg groot. ‘Vergeet me niet, Amora, alsjeblieft’ Wie was het meisje? ‘Wie… wie ben je?’ riep ze. De bewoners van de straat kwamen over de ramen hangen om te zien wat er aan de hand was en wie hen had gewekt van hun knusse slaap.‘Tegen wie schreeuw je, mens?’ vroeg een onbeschofte vrouw met krulspelden in haar zwarte haren. ‘Tegen haar!’ Amora wees naar het meisje. Ze keek nog steeds naar Amora. ‘Er is niemand!’ verschillende buren riepen instemmend. ‘Jawel, zijn jullie blind? Zie je het niet? Er staat daar een meisje! Kijk dan!’ riep Amora wanhopig. Zag niemand haar? Ze stond er zo duidelijk. Het magere, vuile gezichtje keek nog steeds naar Amora. Haar blik was strak en je kon er geen emotie van aflezen.Er kwam naast de chagrijnige vrouw een klein meisje uit het raam hangen. ‘Mama, waarom roep je zotegen dat meisje?’ vroeg ze. Het meisje keek naar Amora. ‘Ze schreeuwde tegen iemand die er niet is, Amelia.’ Zei de vrouw nu poes lief. ‘Dat is niet zo goed! Maar, mama, wie is dat meisje daar?’ Amelia lief. En ze wees met haar kleine vingertje naar het meisje aan het einde van de straat. Amora was blij dat ze iemand had gevonden die haar begreep en haar ook zag. De vrouw keek ongerust naar haar dochter en legde haar hand op haar voorhoofdje. ‘Meisje, er is niemand.’ Vertelde ze Amelia. ‘Mama, jawel, daar staat een meisje. Ze ziet er niet proper uit. Moeten wij haar in bad steken?’ vroeg ze aan haar mama. Ze keek haar dochtertje bezorgt aan
‘Amelia er is niemand!’ zei de vrouw al een beetje gefrustreerd. ‘jawel, mama, doe niet zo dom!’ zei ze boos tegen de vrouw. ‘Mevrouw, ik zie haar ook. Ze fluisterde mijn naam en smeekte al fluisterend haar niet te vergeten. Mevrouw, uw dochtertje ziet haar ook. Geloof haar, ze verteld de waarheid!’ legde Amora de vrouw uit. Ze keek naar de andere buren, twijfelde en zei dan snel: ‘Ik nodig je uit hier te blijven logeren, ik wil niet dat je alleen naar huis moet.’ Dat had Amora niet zien aankomen. ‘Nee, dank u, dat is heel aardig. Maar mijn ouders, ik moet naar huis, het is slechts een 15 tal minuutjes lopen.’ Ze was bang maar deed haar nuchter en dapper voor. ‘Nee, als je de nummer van je ouders geeft zal ik ze verwittigen.’ Ze verdween uit het raam. Enkele seconden later verscheen ze ion de deur opening met een paarse kamerjas aan. ‘Kom maar naar binnen.’ Zei ze lief. Amora deed het. Ze zag er niet gevaarlijk uit en je kon iets vertrouwelijks van haar gelaat aflezen. Amora keek nog één keer naar het meisje aan het einde van de straat en mompelde dat ze haar niet snel zal vergeten.De vrouw stelde zich voor al Aquila. Het kleine meisje lachte lief terwijl ze trots haar naam zei. ‘Ik ben Amora Lost.’ Antwoorde ze op vraag van Amelia. ‘wauw, Lost, klinkt verloren…’ haar blauwe oogjes sperde zich open het haar stem klonk dromerig. Fluisterend ging ze verder. ‘en… vergeten… alsof ze nooit…heeft bestaan.Niemand… die haar kwam helpen… niemand die haar miste… haar hoogst eigen moeder… was haar zelfs vergeten… in een hoek koud als ijs met slechts een beetje water en een stukje oud brood… met haar ooit zo mooi roze jurkje op blote voetjes… verliet haar ziel haar bevroren lichaampje… dat daar nog steeds half ingevroren zit… in de hoek…’ Aquila had enkele pogingen ondernomen om haar dochtertje wakker te schuddenmaar Amora had haar tegengehouden het was de geschiedenis van het meisje dat ze niet mocht vergeten!