Pasen Ik kijk uit mijn keuken raam Ondertussen maak ik het Paasontbijt klaar Ik dek de tafel met crocusjes en gekleurde eiëren En zie het voorjaar komt eraan! Ga nu vlug naar buiten Leg eiëren in de stuiken Ik hoor de bel ,vlug opendoen Mijn kleinkinderen komen ze zoeken! Wat een feest als de eitjes zijn gevonden De Paashaas wordt alom bewonderd De kinderen en wij genieten samen van een vrolijk Paasontbijt En zien door ons keuken raam De paashaas die in zijn vlucht nog wil, wat eitjes kwijt.
Daar hing Je aan het kruis, Je was dood voor drie lange dagen. Spijkers door Je handen en voeten geslagen. Je werd verlaten door Je eigen vader, zelfs Je beste vrienden hadden je verraden. Het is volbracht, waren Je laatste woorden, toch was dat niet het laatste wat we van je hoorden. Je verrees, Je stond op uit het graf. En zo verloste Je ons van onze straf. Het mooiste cadeau dat ons ooit werd gegeven. Jij stierf voor ons, maar dat bracht ons het leven. En op mijn beurt, geef ik mijn leven aan jou. En beloof ik U mijn eeuwige trouw. En ook al faal ik keer op keer, voor altijd bent U mijn Heer. Ik zing nu halleluja en k prijs Uw grote naam. Uw pad, is de weg die ik wil gaan.
Morgen is het pasen, ik wil snoep speelgoed en laarzen. Ik ga alles op rapen en krijgen tot ik begin te hijgen. Het is pasen! jaja ik heb snoep, speelgoed en laarzen
