Meer dan honderd jongemannen uit de gemeenten die
vandaag deel uitmaken van de stad Hoogstraten, kwamen tijdens de Eerste
Wereldoorlog om het leven. Een veelvoud van hen werden, zoals dat indertijd zo
mooi omschreven werd, in bevolen dienst
gewond. Weer anderen werden voor de duur van de oorlog geïnterneerd in het
neutraal gebleven Nederland of belandden achter het prikkeldraad van een
krijgsgevangenkamp in Duitsland.
Met deze blog probeer ik de herinnering aan hen
nieuw leven in te blazen. In de eerste jaren die volgden op de Wapenstilstand
was dit vanzelfsprekend. De doden herinneren was een noodzaak voor de
rouwenden, maar de gewelddadige dood van zoveel jongemannen maakte die
herinnering ook tot een plicht voor de hele samenleving. Elke gewapend
conflict, elke oorlog verbreekt immers de normale patronen van leven en sterven
en die anomalie moest na 14-18 des te meer worden uitgelegd omdat het aantal
slachtoffers van een totaal andere schaal waren dan al wat men voorheen gewoon
was én omdat de doden eigenlijk burgers waren die uit alle geledingen van de
samenleving afkomstig waren. De meest van de Hoogstraatse gesneuvelden waren
ongehuwd, maar enkelen waren gehuwd en hadden al kinderen. Veel van hen waren
boerenzonen of arbeiders maar er waren ook bedienden, ambtenaren, studenten en
priesters onder de gevallenen. De meesten van hen hadden voor het uitbreken van
de oorlog wellicht niet verder gereisd dan Antwerpen of Breda, maar enkelen van
hen zouden ver van huis in Nederland, Engeland, Duitsland, Frankrijk en zelfs
Congo aan hun einde komen. Sommigen hebben zelfs geen gekend graf en zijn tot
op de dag van vandaag officieel vermist gebleven wat het rouwproces voor de
nabestaanden zeker niet gemakkelijker heeft gemaakt
Vandaag, meer dan een eeuw later, is het
herinneren heel wat minder vanzelfsprekend geworden. De dood van deze
jongemannen liet een pijnlijke leegte achter in de Noorderkempen. Wat bleef was
enkel de herinnering. De herinnering, die een houvast en wellicht ook troost
bood na het vernietigende conflict dat zovele menselijke relaties had
kapotgemaakt. Maar deze herinnering verloor in de loop der jaren veel van haar
kracht en in feite zijn we vandaag de dag als gemeenschap vergeten wie deze
jongemannen waren. De steeds meer vervagende fotos, een paar brieven en de
namen op de oorlogsmonumenten zijn vaak de enige tastbare herinnering die er
nog van hen rest. Daarom deze blog tegen het Grote Vergeten. Opat u niet
zou vergeten dat achter elke naam op de oorlogsmonumenten in het Hoogstraatse
een mens en een verhaal, sterker nog, een tragedie schuilgaat
.
Wij zijn de doden thans. Maar kortgeleden
nog
levenden, die liefhadden en streden
voor dat
schoon land, waarvan wij zonen waren.
Nu liggen
wij alleen in Vlaanderens aarde,
In
Flanders Fields
Uit In Flanders Fields van Anton Van Wilderode
|