Wielertoerist door de jaren heen. Wielerseizoen 2003.
Wielertoerist door de jaren heen
Wielerseizoen 2003
Met een totaal van 12.361 kilometer in 120 dagen en een gemiddeld van 103,008 kilometer per dag gereden te hebben was wielerseizoen 2003 een van mijn beste seizoenen die ik meegemaakt heb. Dit allemaal individueel, met toertochten van de Vlaamse Wielrijdersbond waarvan ik lid geworden ben vanaf 1 januari 2003 en in clubverband waarvan ik ontslag als lid genomen heb, op vrijdag 6 juni 2003. Van de 36 ritten die in het weekendprogramma stonden heb ik er 4 niet kunnen rijden door slecht weer of familiale verplichtingen. Bij slecht weer, overvloedige regen reed ik niet. Het voorjaar was goed, de zomer was prachtig en het najaar was prima. Dus van januari tot midden oktober droog met weinig of gene regen.
Individueel:
Werkdagen en weekend: 10357 km
Toertochten Vlaamse Wielrijdersbond:
Gereden voor trofee Power Cyclist Goud.
1. Zaterdag 2 april Bazel Ronny Van De Vijver Classic. Vanuit Beveren met fiets. 179 km.
2. Donderdag 1 mei Denderleeuw Ronde van Vlaanderen. 136 km.
3. Zaterdag 10 mei Zelem-Halen De Acht van Zelem. 148 km.
4. Zaterdag 31 mei Oedelem De Fanddriën Briek Schotte. 130 km.
5. Zaterdag 21 juni Wommelgem Wommelgemse Kempenrit. 142 km.
6. Zaterdag 12 julli Schaffen Mario Aerts Classic. 125 km.
7. Maandag 21 julli Beverst-Bilzen Tocht der Lage Landen. 130 km.
8. Zaterdag 2 augustus Trois-Ponts Saen Kelly. 131 km.
9. Zaterdag 6 september Rillaar Roland Liboton. 123 km.
Samen goed voor 1244 km.
Trofee in ontvangst genomen op 6 maart 2004 in de sporthalte Tienen.
In clubverband op zaterdag:
Van maart tot einde mei :760 km.
Ontslag genomen als clublid W.T.C Machuit Zwijndrecht op vergadering van vrijdag 6 juni 2003.
Gereden dagen en kilometers per maand
Maand
Dagen
Km/maand
Januari
3
156
Februari
13
1005
Maart
16
1477
April
13
1375
Mei
14
1636
Juni
17
1745
Juli
17
1956
Augustus
12
1446
September
10
1214
Oktober
1
86
November
3
198
December
1
67
Zaterdag 3 mei 2003
Hellegat, Nederland-Zeeuws -Vlaanderen Polderrit
Vertrek aan lokaal St-Machuit te Zwijndrecht om 12:00 uur met de Bosuilen uit Deurne
Een rit naar het Hellegat, zonder het Hellegat te zien.
Een rit van 110 km, die er maar in totaal 78 km waren.
Een rit met een gemiddelde van 24.5 km/uur
Een rit met veel zon en wind.
Een ritmet veel pech die wemoesten inkorten.
Aan de start met 14 uit de kluiten gewassen Machuiten en nog 3 Bosuilen, pus 1 bosuilin, die de stormen gingen bedwingen in de polders en raper terug waren dat ze dachten. We waren ongeveer een tiental kilometers van ons lokaal of daar melde zich al ene met een lekkeband aan. Terwijldeze bijna hersteld was schoot ene bosuil wakker, die hoorde dat zijn bandje afging. Bosuilen hebben een scherp gehoor. Vlug hersteld en weg waren we. Op de viaduct in Vrasene verloor ene persoonzijn regenjasje, het regende toch niet, maar ja ge kunt nooit weten, dan maar vlug opgeraapt.In Meerdonk was het weer prijs, een fietspomp tussen frame en achterwiel. Zo worden de banden niet opgepompt. Pomp eruit gehaalden hop terug op weg. Oef.... voor hetzelde geld had ik er gelegen. We waren nog niet goed op Nederlandse bodem, weer een lekke band, herstellen en hop weer weg. Ter hoogte van Lamswaarde keerde we terug huiswaarts. Hellegat lieten we links liggen. Met de wind van achteren reden we aan een flink tempo naar de Graauw. Tussen Graauw en Emmadorp was het speeltijd. We konden ons eens goed uitleven à la Merckx. Vervolgens Prospeer Polder, Verrebroek, Kallo en Zwijndrecht richting lokaal. Tijdens de ritmet wind voordeel is er nieuwe rage ontstaan, vermoeide personen duwen als de wind van achteren komt om zo zelf niet in de problemen te komen. Daar aangekomen in ons clublakaal werden we getracteerd met drank en boterhamen. Er werd nog nagepraat en ieder ging voldaan naar huis. De Bosuilen naar Deurne en de Machuiten verspreide zich in het Waasland.
Zaterdag 31 mei 2003. Flandriën Briek Schotte. Semi klassieker-135 km.(W-VL)
Vertrek: 7:30 tot 12:00 uur. Oedelem - Sporthal Den Akker-Sportstraat.
Met auto vertrokken om 6:15 te Beveren, Bruno opgepikt in Zwijndrecht, om zo richting Oedelem te rijden. Rond 7:40 waren we terplaatse. Inschrijven, wat eten en drinken en om 8:00 begonnen we aan onze tocht van 132 km. Eerst richting St-Joris waar we het kanaal Gent-Brugge kruisten om zo naar Maria Aalter, Poeke en Grammene te rijden. Hier reden we de Leie over naar Kruishoutem. Daar begon het parcours heuvelig te worden. We waren aan de poort van de Vlaamse Ardennen. Nokere, Wortegem, Gijzelbrechtegem en Kaster. In Kaster kregen waar we een heuse klim te verwerken. Recht op de trappers en maar stoempen, maar eens boven, een prachtig panorama. Dan bergaf naar Tiegem. Op een bepaald moment zaten we op een verkeerd spoor. Door een onduidelijke wegbewijzering waren we misgereden. We waren niet alleen. Gelukkig werden we terug op de goede weg gezet door een wielerminnend persoon. Zo moesten we niet terug bergop. In Tiegem moesten we de Tiegemberg op. Nog niet in de helf van de beklimming was de controlepost. Kaart laten stempelen en de nodige krachten opdoen om de rest van de Tiegem te doen. Zo naar Anzegem, Nokere, steeds golvend tot we richting Olsene reden. In Olsene wou ik mijn ketting op de buitenplaat leggen, naar die liet het afweten. Bruno wist er raad mee, stoppen, ketting op buitenplaat, beugel afstellen en hop verder rijden. Dentergem, Aarsele en Kanegem. In Kanegem werden we aan de kerk opgewacht door Briek Schotte, gezeten op zijn stalen ros, met rugnummer 3, IJzeren Briek. Natuurlijk was daar onze laatste controlepost. Stempel, bevoorrading, wat drinken, foto genomen aan het beelden dan verder. Met nog 35 km voor de boeg , sloten we aanbij een groepje van 10 personen. Vervolgens reden we door Ruislede, Beernem en Moerbrugge waar we een paar kasseistroken te verwerken kregen. Ons groepje spatte uiteen en Bruno en ik reden met ons tweetjes verder richting aankomst. Blij dat onze 132 km er op zaten want het werd steeds warmer. We hebben gereden over landelijke wegen en door pitoreske dorpjes. Hier en daarlangs hoofdwegen met fietspaden in zeer slechte staat. Voor ons was het een prachtig parcours met als hoogtepunt het beeld van Briek Schotte in Kanegem. Een echte Flandriën. Ons gemiddelde was 25,6/u en de afstand 130 km.
Zaterdag 2 augustus 2003. Sean Kelly - Ardense Pijl - Klassieker-135 km.
Vertrek : 8:00 uur tot 10:00 uur. Stade De Henrimoulin - Trois-Pont - Provincie Luik
s Morgens 5:00 heel vroeg uit de veren. Met de auto Kris en Bruno oppikken om zo richting Trois-Ponts
te rijden. Om 7:20 uur bereikten we onze bestemming. Inschrijven, eten en klaarmaken om onzetocht , met 8 pittige beklimmingen aan te vatten. Bij het vertrek was het frisjes tot we aan de beklimming begonnen van de Côte de Wanne na km 10. We waren ineens opgewarmd. In Wanne reden we bergaf, ik op eigen tempo. Omdat ik geen meester ben in het dalen, vond ik 50 per uur snel genoeg. We fietsten richting Trois-Ponts om zo op de baan uit te komen dierichting Coo-La Gleize leide om wat verder rechts af te slaan naar Francorchamps. Daar werden we opgewacht door een stel fotografen die ons op beeld vereeuwigden. Toen zaten we er nog fris bij. Een beetje verder in Ruy begonnen we aan onze tweede beklimming Côte du Rosier na km 30. Tussen al die beklimmingen en afdalingen was er niets vlak. We moesten met de beentjes veel kracht zetten maar ook met ons kopke rijden. Op eigen tempo dus. Naar de volgende beklimming de Côte du Maquisard na km 44. Eens boven moesten we nog duizend meter rijden om aan de eerste controlepost in La Reid aan te komen. Stempeltje, eten en drinken, drinkbussen vulen, want het begon warmer te worden. Dat gingen we in de loop van de dag aan den lijve ondervinden. Na een kwatiertje zetten we onze tocht verder richting Côte de la Redoute na km 56. We reden door de kleine straatjes van Remouchamps om zo de beklimming aan te vatten naast de autostrade. In het begin ging het vrij goed tot we van de autostrade weg reden. Het meest steile stuk begon en ik moest al mijn krachten bundelen om dat molshoopke te bedwingen. Gelukkig was dat geen lange klim. Eens boven was het een voldoeningom dat bergske overwonnen te hebben. Weer een berg bedwongen. Op naar de volgende: de Côde de Chambralle km 64. Telkens bij het klimmen en dalen van een Côte hadden we prachtige panoramas. De Col de Rideux op km 91, was toch een van de langste en hoogste in het parcours. Dat heb ik toen ook ondervonden, want eens aan de steilste stukjes had ik niet veel over. Indien ik nog een honderdtal meter meer had moeten rijden dan had ik voet aan de grond gezet. Gelukkig was daar boven de controlepost die van harte welkom was. Het was daar een hekseketel om aan drinken te geraken. Kaartje stempelen, wat eten en drinken.Ondertussen waren we overeengekomen dat we ieder, op ons eigen tempo verder gingen rijden. Côte de la Fosse km 109. Daar kreeg ik het eventjes moeilijk met mijn beentjes. Ze draaiden vierkant, dus op eigen tempo naar boven, wat voedsel en drank genuttigd. Na enige tijd kwam ik terug in mijn ritme. Dan in dalende lijn naar Côte de Villettes op km 122. Het was dus nog eventjes op de tanden bijten, om over dat bergske te geraken, en zo aan te komen in Stade de Henrimoulin - Trois-Ponts. Het gemiddelde was 21,5/u. De afstand 130 kilometer.
Gelezen inHET LAATSTE NIEUWSvan donderdag 19 november 2009
Zeeuws Vlaanderen
Nederlandse grensstreek is verkeersproblemen beu
Vlaamse wielertoeristen negeren alle regels
Ze ergeren de lokale bevolking. Daar komen steeds meer scheldpartijen en agressie van.
Ze lappen het verkeersreglement aan hun laars.
Beveren 29 november 2009
Ik heb het hier in België niet anders geweten dan dat de wielertoeristen het verkeersreglement aan hun laars lappen. Niet tegenstaande dat zij hier vanaf vijftien fietsers twee aan twee, dus reglementair, de baan op mogen.
We hebben hier in België drie soorten fietsers:
De recreant-fietser die trapt om recht te blijven en te genieten. Regelmatig stoppen. Snelheid: 15 km/u
De wielertoerist die alleen of in groep er een sappig tempoke op nahoudt en toch nog geniet. Een à twee keer stoppen naargelang de afstand. Snelheid: 25 à 30 km/u
De koersbeesten in groep waar iedereen uit de weg voor moet. Briesen en vloeken want ze moeten snel terug in hun clublokaal zijn, om rijkelijk vocht tot zich te kunnen nemen om terug op hun positieven te komen. Lukt niet altijd. Snelheid: 35 km/u en meer
Ik ben geboren in 1945. Rij met de fiets al van jongsaf aan en met de auto vanaf mijn 18 jaar. Sinds mijn 36 jaar ben ik een wielertoerist in hart en nieren. In het begin reed ik alleen en dit vanaf 1981 tot en met 1987. Vanaf 1988 ben ik in clubverband beginnen rijden en dit tot en met 2004 om daarna vanaf 2005 terug alleen te rijden onder de hoede van de Vlaamse Wielrijdersbond. Niet tegenstaande rij ik af en toe nog eens met mijn vrienden. In al die jaren reden weregelmatig in groep of ik alleen over de grens bij onze Noorderburen. Wij wisten dat we daar verplicht waren op de fietspaden te rijden. Het is er aangenaam rijden op goed onderhouden fietspaden die breed genoeg zijn. t Is wat anders dan hier in België. Als ge hier op een fietspad of weg moet rijden... Ik schaam me als Belg. Putten, bulten en slecht zichtbare fietsborden. Ge moet hier nogal wat acrobatentoeren uithalen om op een smal fietspad op en af te geraken en dan moet ge er nog rechtop kunnen blijven. Voorbij steken is gevaarlijk want dan moet ge de baan op en dan terug op het fietspad met die hoge randen. Dan spreek ik nog niet over de vele slecht onderhouden fietspaden en ook nieuwe fietspaden met hindernissen zoals in Bornem (De Weert). Toch ben ik ook positief, want er zijn hier en daar toch nog goede fietspaden, aangenaam om op te rijden. Maar voor hoelang...
Met automobilisten heb ik een goede ervaring. Ze geven gemakkelijk voorrang bij oversteekplaatsen of zetten zich aan de kant. Ze rijden traag op smalle wegen en laten je passeren. Dan steek ik mijn handje omhoog als teken van dank. Bij oversteken: houd wel oogcontact, want tenslotte, ge hebt niet altijd voorrang. Natuurlijk is er altijd ene tussen die niet op fietsers gesteld is en begint te toeteren achter je als hij niet gemakkelijk kan voorbijsteken. Daar moet ge voor oppassen en zeker geen vingerke opsteken want dat is zo goed als een rode lap voor die automobilist. Vele fietsers lokken wel eens agressie uit met op de baan de pipo uit te hangen. Op het fietspad, het fietspad verlaten, de rijbaan op en weer op het fietspad. Een gevaar voor zichzelf en andere weggebruikers. Als automobilist is dat geen aangename ervaring als ge zo een bende wielerzotten voor je ziet rijden. Veilig voorbijsteken is onmogelijk. Het is soms moeilijk om elkaar toegevingen te doen om alles vlot te laten verlopen. Daarom probeer ik zoveel mogelijk landelijke en stille wegen te berijden om de drukke en gevaarlijke plaatsen te mijden. Toch altijd opletten want ge zijt nooit alleen op de baan. Opgepast, ook ik maak weleens overtredingen door omstandigheden zoals fietspaden en wegen in zeer slechte staat, glas en hindernissen.Dat komt ge allemaal tegen als ge veel toertochten maakt hier in Belgie. Dat zijn ook dingen waar wij ons als wielertoerist kunnen in ergeren.
Dagboek van een wielertoerist 1 - Wielerseizoen 2009
Januari-Februari 2009
Zijn normmaal de voorbereidingsmaanden, om fietsprogramma en fiets in orde te brengen voor het wielerseizoen 2009. Maar wegens mijn verkoudheid dat mij, al van verleden jaar parten speelde, is er nog niets in orde gekomen. Ondertussen zijn we 17 februari, verkoudheid is aan de beterhand, na wat consultaties bij de dokter. Mijn fietsprogramma is in orde, maar de fiets nog niet. Deze week zullen we er eens aan beginnen. Normaal was ik de baan al op, nu zal dat pas voor volgende week zijn. Nu nog hopen op droge dagen. Om dan in maart aan mijn 29 ste wielerseizoen te beginnen. 21 Februari, fiets is in orde maar met de gezondheid nog niet. Weer op consultatie geweest bij dokter. Maandag een bloedafname, en donderdag de uitslag. Nu maar afwachten hoe het verder verloopt. Zaterdag 28 februari 2009 gestart met fietsen, kilometerstand 0. Mijn eerste 52 kilometers zitten erop, aan een gemiddelde van 21 km/uur, en dit na 6 maanden niet gefietst te hebben. Heeft mij deugd gedaan.
Start wielerseizoen maart 2009 Maart Hoopvol begonnen aan het wielerseizoen. Zaterdag 7 maart- Branst 60 km Zaterdag 21 maart-Moerzeke 82 km April Zaterdag 4 april-Hagelandrit-Turnhout 129 km Zaterdag 11 april-Scheldeprijs-Schoten 193 km Zaterdag 18 april-Saeftinghe Classic-Bazel 159 km Zaterdag 28 april-Duffel fiets-Duffel 145 km Mei Zondag 17 mei-Schelderoute Temse-61 km Zaterdag 23 mei-Knooppuntenroute Waasland 121 km Zondag 24 mei-Knokke-Heist-Riante polderlandroute 52 km Juni Zaterdag 13 juni-Rit W.T.C De Reisduif-Temse 110 km Dit was mijn laatste rit gereden in het wielerseizoen 2009. Was regelmatig aan het sukkelen met de gezondheid (verkoudheid en andere kwaaltjes) waardoor mijn prestaties ondermaats waren. Ik hoop voor volgend jaar beterschap.
Dit is mijn eerste persoonlijke blog. Ik heet u als bezoeker hartelijk Welkom!
Ik ga me eens voorstellen. Mijn naam is John De Belder. Geboren op 20 november 1945 te Merksem. Woonachtig te Beveren. Mijn hobby, fietsen, wielertoerist in hart en nieren. Hoe ik er aan begonnen ben? Van jongsaf was ik gepassioneerd voor het wielrennen, vooral de Ronde van Frankrijk. Met zijn wielergoden Anquetil, Poulidor, Simpson, Van Steenbergen, Van Looy, Merckx en nog zo veel meer. Merckx heb ik persoonlijk niet gekent maar toch hebben we eind november 1964 samen onze opleiding in het leger gedaan te Gent in de Leopoldkazerne. Patrick Sercu heeft er ook zijn legerdienst volbracht. Merckx lag aan de Waalse kant ik aan de Vlaamse kant. Hij ging regelmatig met de fiets trainen, ik moest legeroefeningen doen, putten graven om ze daarna terug te vullen. Voor Merckx ben ik beginnen te supporteren vanaf het jaar 1965. In mijne jonge tijd gebruikte ik wel de fiets om naar school te rijden en boodschappen te doen, maar van toertochten was er nog geen spraken . Dat is pas later begonnen in het jaar 1981 op 36 jarige leeftijd. Door toedoen van men collega's op het werk, Stafke Druyts en William De Couwer, die wielertoeristen waren, overhaalde me om het ook eens te proberen. Een racefiets had ik toen niet, Wel ene gewone fiets die piepte en kraakte langs alle kanten en de ketting zag bruin van de roest. Deze deed dienst om boodschappen te toen in het dorp. Ge hoorde me al van ver dat ik in aantocht was. Na wat gesleutel, olie en vet, nieuwe ketting, kreeg ik dat gepiep en gekraak eruit. Maart 1981, fiets was in orde, klaar voor de eerste tocht. Afgesproken met schoonbroers en vrienden om op zaterdag namiddag een toertje te doen van om en bij de 40 kilometer, Beveren-Doel-Beveren. Prachtige zonnige dag, mooi fietsweer. Vertrokken richting Doel, toen nog polder, over viaduct Expressweg, we hielde er een strak tempo op na. Wat tamelijk ging, zo naar onze bestemming, keerpunt Doel. Aan de Molen op de dijk hebben we halt gehouden, pintje gedronken, om daarna onze terugtocht aan te vatten naar Beveren. Met het achterwerk dat al wat pijn deed en stijve beentjes in de maak moesten we terug over de viaduct Expressweg. t' Jonge wat heb ik afgezien, t'was percies of ik reed de muur van Geraardsbergen op. Natuurlijk zondag zo stijf als een hark. Vanaf toen ben ik regelmatig wat gaan fietsen, en ik voelde dat het beter ging. Einde maand mei 1981 heb ik dan een tweedehandsracefiets gekocht. Op zondag 7 juni 1981, na een tochtje van 25 kilometer, ben ik officieel wielertoerist geworden. Vanaf toen heb ik mijn kilometers bij gehouden. Regelmatig ging ik op zaterdagnamiddag en zondagvoormiddag tochtjes doen die opliepen rond de 50 kilometers. Lange afstanden en kuitenbijters liet ik nog wat achterwegen. Dat zou maar pas voor het jaar daarop zijn. Zo heb ik dan toch dat jaar een slordige 1342 kilometers bijeen gereden.