Een speler staat in buitenspelpositie als deze dichter bij de doellijn van de tegenstander staat dan de bal en de vóórlaatste tegenstander (inclusief de doelman). Dit geldt niet wanneer de speler zich op zijn eigen speelveldhelft bevindt.
De twee laatste verdedigers kunnen zowel een verdediger en de doelman of twee gewone verdedigers zijn. Een verdediger telt ook mee als hij zich achter de doellijn bevindt. Als de speler zich op dezelfde hoogte als de voorlaatste verdediger bevindt (of met de twee verdedigers tegelijkertijd) staat hij niet in buitenspelpositie.
In buitenspelpositie staan is niet tegen de regels. Het kan pas strafbaar zijn als een medespeler de bal naar deze speler speelt op het moment dat deze speler in buitenspelpositie staat. Een speler wordt alleen voor zijn buitenspelpositie bestraft indien hij, op het moment dat de bal wordt geraakt of gespeeld door een medespeler, naar het oordeel van de scheidsrechter, actief bij het spel betrokken is door: