Reisverhaal Ecuador & Galapagos
Inhoud blog
  • Dag 16 • Dinsdag 5 april 2016 Tintoreras Islet Santa Cruz
  • Dag 15 • Maandag 4 april 2016 Vulkaan Sierra Negra
  • Dag 14 • Zondag 3 april 2016 Santa Cruz-Isabela
  • Dag 13 • Zaterdag 2 april 2016 Guayaquil-Baltra(Galapagos)-Santa Cruz
  • Dag 12 • Vrijdag 1 april 2016 Cuenca-Cajas Nationaal Park-Guayaquil

    Zoeken in blog


    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     


    05-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 16 • Dinsdag 5 april 2016 Tintoreras Islet Santa Cruz

    Om 7u ontbijt en na een korte taxirit varen wij met een lokaal bootje vanuit Puerto Villamil naar het schitterende, ongerepte Tintoreras Islet.

    De Galapagos eilanden zijn miljoenen jaren geleden ontstaan door vulkaanuitbarstingen diep in de zee. Door een lavalaag op een andere lavalaag werden langzaam zo’n 13 grote eilanden, 20 kleinere eilandjes en 100 losse rotsen gevormd, 1000 km van het vaste land verwijderd. Hier was dus geen leven. Al het leven dat er nu is, heeft zijn weg gevonden of door de zee of via de lucht. Zaadjes die door tropische stormen per ongeluk op de eilanden neerstreken, grote boomstronken die door overstromingen op het vasteland de zee in werden gesleurd. Boomstronken vol met dieren die minstens 2 weken zonder zoet water en schaduw kunnen overleven. Daarnaast hebben deze dieren zich moeten aanpassen naar de leefomstandigheden die ze daar troffen. Zo zijn er twee soorten leguanen: de landiguana en de marine iguana. De tweede is bijzonder omdat deze zichzelf heeft geleerd voedsel uit de zee te halen. Na in de zee geweest te zijn, moet hij zichzelf weer opwarmen in de zon. Deze zwarte marine iguanas liggen vaak bij elkaar en op elkaar. Het zout dat ze binnen krijgen met eten, kunnen ze niet kwijt, dus dat spuiten ze door hun neus naar buiten. Hilarisch gezicht. Ook zijn er zo’n 13 verschillende soorten Darwin finches (vinkjes) en reuzeschildpadden. Allemaal hebben ze zich aangepast aan de eilanden. Het ene eiland heeft namelijk laag aan de grond voedsel, het andere hoog. Sommige schildpadden hebben daarom een soort zadelschild, waardoor ze met hun nek bij hoger voedsel kunnen. En de ene Darwin finch eet besjes – kleinere snavel – en de andere weer cactusvruchten – spitsere langere snavel. Ook de drie verschillende zeestromen die hier bij elkaar komen zorgen voor vreemde combinaties. Vanaf Antarctica en Patagonië komen onder andere pinguïns, walvissen, orka’s en zeehonden. Uit het Caribische gebied komen flamingo’s, schildpadden en tropische vissen.

    Voor wij naar Tintoreras Islet trekken vaart de schipper van ons bootje door de baaien op zoek naar de lang verwachte en gezochte blauwvoet Jan-van-Genten. Ze zijn hier in troepen te zien en ze vliegen over onze hoofden zonder zich iets aan te trekken van onze camera's die klikken.  Wij zien en een troep pinguïns die echt zit te poseren. Wij genieten ook van de pelikanen en de blauwe reigers die het idyllische plaatje kompleet maken.

    Na  ons boottochtje zetten wij voet aan wal. Tintoreras Islet is het thuis van onder meer de ‘Tintoreras’ (witpuntrifhaaien), pinguïns, zeeleeuwen, krabben, zeeschildpadden, blauwvoet Jan-van-Genten, pelikanen en zeeleguanen. Het landschap bestaat uit merendeel grote brokken zwart lavagesteente met vaak witte korstmossen erop. Wij wandelen naar een baai waar wij de zeehonden zien spelen en een grote zeeschildpad komt af en toe lucht scheppen. Een schitterend plaatje op onze laatste dag Galapagos. Wij lopen langs een soort kanaal in het lava waar veel witpuntrifhaaien huizen maar nu geven ze niet thuis.

    Na onze wandeling gaan we terug aan boord om in de buurt te gaan snorkelen tussen de (ongevaarlijke) haaien en ontelbare tropische vissen. Jean geniet en spartelt in het water als een jong veulen dat de eerste keer op de wei komt. Hij ziet wel de haaien, de schildpadden, de zeeleguanen en een grote inktvis maar dan onder water....

    Terug naar het hotel waar we nog over 3 kamers beschikken dus er wordt om beurt gedoucht. Een laatste lunch op Isabela en we keren per speedboot in ca. 2,5u terug naar Puerto Ayora op Santa Cruz. De boot was veel kleiner dan bij onze vorige overtocht en de zee is ook een stuk ruwer, maar nu wordt niemand zeeziek. Zouden wij al zeemansbenen gekweekt hebben?

    In de late namiddag is er nog gelegenheid om door Puerto Ayora te lopen en nog de laatste souvenirs op de kop te tikken. We genieten hier in een brede straat waar allemaal restaurantjes hun tafeltjes op straat gezet hebben, van ons afscheidsdiner en daarna slapen wij een laatste keer op de Galapagos. Morgen begint onze tocht terug naar huis.

    HOTEL Hotel Lobo de Mar Charles Darwin Avenue Puerto Ayora Ecuador 



































    05-04-2016, 00:00 geschreven door Jean en Marleen  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 15 • Maandag 4 april 2016 Vulkaan Sierra Negra

    Om 8u15 vertrekken we vanuit Puerto Villamil en rijden we met een open busje naar de Sierra Negra (Spaans voor Zwarte Vulkaan) vulkaan bij Santo Thomas. Na een half uurtje stappen wij uit en denken we te kunnen beginnen aan onze tocht maar daar denkt een dikke ranger anders over. De regeltjes in het nationaal park zijn nog maar eens veranderd en wij moeten meer dan een halfuur wachten want er mag maar een beperkt aantal bezoekers tegelijk in dit park.

    Na een halfuurtje op de bank beginnen wij aan onze klim en er wordt gepuft en gezweet. Het zout pikt in onze ogen maar we geven niet op en bereiken uiteindelijk de top. Door een mooie groene vegetatie lopen we omhoog langs een redelijk steil en soms glibberig pad. Eenmaal boven is het uitzicht niet in een blik te bevatten. Deze krater is zo immens groot, hier voelen wij ons zo klein....Het uitzicht is prachtig op een enorme vulkaan krater. De Sierra Negra heeft naar verluidt de op een na grootste caldera ter wereld. De krater is ongeveer 91 meter diep en heeft een diameter van 9 ½ kilometer!  De diameter van deze vulkaan is de op een na grootste ter wereld (grootste is de Ngorongoro die wij zagen in Tanzania), en nog steeds actief! In 2005 is deze vulkaan voor het laatst uitgebarsten. Vanwege het type vulkaan zijn dit hele rustige uitbarstingen. Wij zien de spleten in de lava en de rode, bruine en zwarte lavastenen. Als iedereen wat is bekomen van de klim geeft Eduardo een uitleg over het ontstaan van deze krater. Het rare is dat de lava doordat hij deels in de zee loopt, het eiland aan die zijde 200m groter heeft gemaakt. De camera’s doen hun werk en na nog een laatste blik beginnen wij aan de afdaling.

    Na onze 3u durende wandeling worden wij weer opgepikt door onze open taxi maar de rit duurt niet lang want wij vallen in pan: de dieseltoevoer verstopt. Er wordt wat aan gepruld en we starten terug. Wij worden aan het restaurant gedropt maar de Nederlanders beschouwen het als bekeken en wij nodigen onze gids dan maar uit om samen met ons te eten. Eduardo loopt de voeten onder zijn lijf uit om het ons naar de zin te maken en raar maar waar: het eten gaat erop vooruit.

    Om 13u30 vertrekken wij om te snorkelen bij Playa Concha Perla. Het snorkelmateriaal wordt opgehaald en wij lopen door de mangroves en rotsen via een houten loopbrug naar de Laguna Concha de Perla.  Jean en Sofie zijn bij de dapperen die zich van het ponton in de blauwe zee wagen. Visjes in alle kleuren, zeeschildpadden en een zeehond maken het een prachtige ervaring. Na het snorkelen trekken wij naar een standje om van een frisse pint te genieten en naar de spelende zeehonden te kijken. Wij zitten hier een paar meter van de pier "El Embarcadero" en er is een kleine kolonie zeeleeuwen, die de plaats gebruiken om te rusten. Zij geven dan ook een show op het strand en duiken door de golven.

    Om 18u trekken wij terug naar het hotel voor een douche en dan terug naar het restaurant. Eduardo zijn inspanningen leveren op want het eten wordt met de keer lekkerder en terug geven de Nederlanders verstek. De zeevruchtensoep wordt gevolgd door een lekker stukje tonijn met vruchtensap om je lippen bij af te lekken. Wij wandelen terug naar het hotel en om 22u wordt het weer heel stil. Wij slapen lekker in een kamer met 4 bedden en een zalige airco die je bijna niet hoort. De temperatuur van 34° overdag zakt amper naar 28° ’s avond en een briesje voelt buiten aan als een haardroger.

    HOTEL La Gran Tortuga Puerto Villamil - Isabela Island Ecuador 





















    04-04-2016, 00:00 geschreven door Jean en Marleen  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    03-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 14 • Zondag 3 april 2016 Santa Cruz-Isabela

    Om 8u, na het ontbijt staan we klaar om naar Isla Isabela te vertrekken. Een vrachtwagen brengt onze valiezen naar de haven en wij gaan te voet. In de haven worden alle valiezen gecontroleerd, ook de handbagage en alles wordt weer verzegeld en de gids betaalt hiervoor. Met een klein platbodembootje varen we naar een speedboot, tweemaal 200 pk, die wat verder in de haven ligt te dobberen. De bagage wordt overgeladen en iedereen kruipt van de ene boot in de andere en we gaan buiten op het achterdek zitten.

    Gelukkig is de zee kalm en het gaat alles vlot. Na een 45 minuten wordt Carol plotseling zeeziek en gelukkig hebben we verpleegsters aan boord. Alles wordt netjes opgeruimd en het tapijt in zee gewassen. Het is alsof er niets gebeurd is. En er gebeurt ook weinig, op de twee en een half uur durende tocht is er niets te zien behalve de opspattende golven en het witte sop dat ons boot achter laat. Bij het naderen van Isabela, zien we een pinguïn en een paar zeeleeuwen samen met pelikanen op een vissersboot. Opnieuw moeten we overstappen op een platbodembootje en de verzegeling wordt van de koffers gedaan. Een oude Toyota met geïmproviseerde laadbak waar we met elf inkruipen en onze valiezen op het dak worden gestapeld, rijdt ons in 5 min. naar ons hotel, in een brede zandweg. Het lijkt best in orde.

    12u30 verzamelen wij om te gaan eten. Eduardo gaat met ons naar het lobsterrestaurant, maar wat op ons bord komt is heel wat minder. De 3 vegetariërs in de groep vinden het gewoon slecht, de anderen hebben een typisch streekgerecht, maar we hebben al veel beter gegeten.

    Na het middagmaal staat onze Toyota daar terug om ons naar de flamingo’s te brengen: even slikken; een tiental vogels in een grote vijver. Een totaal ander beeld dan we op tv gezien hebben.

    Dan naar het Giant Tortoise Breeding Center. Hier worden schildpadden gekweekt en grootgebracht om later in de natuur uitgezet te worden. Hier zien we wel veel schildpadden: de volwassen kweekdieren en jongere, die bijna klaar zijn om de natuur in te gaan. De rest is dicht, ook het bezoekerscentrum. Het is zondag vandaag. Dan terug onze Toyota op naar een natuurgebied aan zee: veel leguanen en pelikanen.

    Wij rijden terug naar het hotel en zij die willen gaan zwemmen, kunnen handdoeken krijgen en moeten om 19u terug zijn voor het diner. Er wordt wat gemord omdat wij terug naar hetzelfde restaurant moeten en na wat aandringen, telefoneert Eduardo om de geit die op het menu staat te vervangen door vis.

    Sofie, Jean en ik wandelen naar het strand naast de haven en wij zien hier wel 50 zeeleguanen die uit de zee komen en de laatste zonnestralen trachten op te vangen op de donkere stenen van een huisje op het stand. Ze kruipen zelfs to op het houten terras op de eerste verdieping. Wij zien een mooie zonsondergang.

    Terug naar het hotel en daarna wandelen wij naar het restaurant en het eten is al iets beter dan ’s middags maar zelfs ik zou het beter kunnen en dat wil al wat zeggen ….

    Om 20u30 gaat iedereen moe naar zijn kamer want de temperatuur van ca. 35° eist zijn tol.

    HOTEL La Gran Tortuga Puerto Villamil - Isabela Island Ecuador 



























    03-04-2016, 00:00 geschreven door Jean en Marleen  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    02-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 13 • Zaterdag 2 april 2016 Guayaquil-Baltra(Galapagos)-Santa Cruz

    De telefoon rinkelt om 5u. Opstaan, vlug klaarmaken want onze vlucht van Guayaquil naar Baltra op Galápagos een klein eilandje ten noorden van Isla Santa Cruz, is om 8u 35. Om 5u45 staat er een ontbijtbuffet klaar, maar niemand heeft echt honger. Dan maar naar de bus en rond 6u20 vertrekken we naar de luchthaven, vijf minuten te laat, want onze gids Armondo was niet tijdig gewekt. Aan de ingang wordt nog de laatste info doorgegeven en dan laat onze stoere Ecuadoriaan ons alleen achter.

    In de luchthaven moeten we eerst een visum kopen voor de Galapagos voor 20 dollar. Alle valiezen en handbagage worden “grondig” gecontroleerd op Ecuadoraanse wijze en verzegeld. Een beetje consternatie, want onze vlucht staat nergens aangekondigd. Alles komt terecht, Baltra gate 5 en met tien minuten vertraging stijgen we op. Na een zachte vlucht van 1u45 landen we op Baltra. Eerst pascontrole en dan 100 dollar betalen om de Galapagos binnen te mogen. Opnieuw controle van de bagage, ze zoeken vooral groenten, fruit en zaden. Marleen heeft haar banaan dan maar rap opgegeten. Eduardo, onze natuurgids voor Galapagos staat ons op te wachten en samen nemen wij de lijnbus, die ons naar een veerboot brengt voor Santa Cruz.

    Vanaf hier reizen we een half uur verder per bus naar de hooglanden van dit eiland, waar we de Galapagos reuzenschildpadden kunnen bewonderen. Bij een groot restaurant, met veel autocars en volksdansanimatie, gaan wij op zoek naar de schildpadden. We vinden negen reuze exemplaren. Eduardo legt het verschil uit tussen mannetjes en vrouwtjes, schat de leeftijden (tussen 40 en 80 jaar) en vertelt over de voortplanting. We zien ook een aantal beroemde Galapagosvinken. Daarna lunchen we ook in het restaurant, maar zonder de dansers.

    Na de ontmoeting met de reuzenschildpadden dalen we af naar het plaatsje Porto Ayora, gelegen aan de zuidzijde van het eiland Santa Cruz. Ons hotel, een beetje vergane glorie, ligt op wandelafstand van de haven. Sofie, Karel en Lieve hebben een kamer met balkon en zeezicht, Marleen en Jean slapen in de kelder, wel met privé zwembad. In de namiddag bezoeken we het Darwin Research Station waar we hopen meer te weten te komen over de reuzenschildpadden. We zien twee soorten schildpadden, twee landleguanen en een paar vinken en andere vogels. Het grootste deel van het centrum is gesloten voor renovatie. We wandelen terug naar ons hotel, langs de winkeltjes, waar ik een hoed koop want de hitte is hier overweldigend. We ontmoeten twee zeeleeuwen en twee poserende pelikanen. Om 19u verzamelen wij om te gaan eten aan de vismarkt, een sfeerloos restaurantje, met een beperkte keuze. Aan de overkant van de straat is er feest, lokale muziek en folkloristische dansen, prachtig. We flaneren nog op een lokaal marktje, waar Karel een T-shirt koopt en oorbellen. Rond 9u30 ons bed in, het was een lange dag.

    Diner en overnachting in Puerto Ayora. 

    HOTEL Hotel Lobo de Mar Charles Darwin Avenue Puerto Ayora Ecuado 

















    02-04-2016, 00:00 geschreven door Jean en Marleen  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    01-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 12 • Vrijdag 1 april 2016 Cuenca-Cajas Nationaal Park-Guayaquil

    Vandaag opnieuw vertrek om 8u30, hetzelfde ontbijt als gisteren en regen. We rijden naar Guayaquil, meer dan 4u in de bus, maar na een uur stoppen we in het Cajas Nationaal Park. Dit gebied ligt op 4000 m hoogte en kenmerkt zich door een merkwaardige mini plantengroei en meer dan 200 meren van meer dan 1 ha. We worden opgewacht door natuurgids Leonardo, die ons in het Engels zal begeleiden, verrassend genoeg kent hij ook veel termen in het Nederlands. We volgen een stukje de Incatrail van Peru tot Quito. We wandelen ruim boven de boomgrens en alle plantjes, mossen en korstmossen zijn aangepast aan de extreme weersomstandigheden, we zien gentianen, lupinen en nog een ganse reeks bloemen, waarvan we de namen al vergeten zijn. Aan de hand van voorbeelden legt hij ons ook de evolutie van de aanwezige plantengroei uit. Buiten een meeuw zien we geen vogels en geen vlinders. Na ongeveer anderhalf uur wandelen, trakteert onze gids ons op een koffie in het bezoekerscentrum en dan de bus in naar Guayaquil.

    Rond 13u30 pauzeren we nog even aan een tankstation om een hapje te eten en dan begint de afdaling van 4000m naar de zee. Het is een onwaarschijnlijke ervaring om op een paar uur van 15°C naar 36°C te gaan, maar ook zien we hier veel grondverschuivingen en op één plaats is de weg voor de helft weggezakt. Van de boomloze vlakte, langs het nevelwoud terecht te komen in een tropische plantengroei met palmbomen, bananen, mango, ananas, rijst en cacao. Dan komt de drukte van de grootstad, Guyayaquil, de grootste stad van Ecuador met meer dan 3 miljoen inwoners. Ons hotel ligt op wandelafstand van de stroom en is een mastodont, maar wel alles chic en proper.

    Wij haasten ons naar het park tegenover het hotel, waar ze voor het eerst kennismaken met de leguanen. Daarna wandelen we met Armando nog een uurtje op de promenade langs de rivier en dan is er tijd voor een afscheidsdrankje. Linde en Jada stellen voor onze chauffeur George en Armando voor het avondeten uit te nodigen. Samen eten we in het restaurant van het hotel. Morgenvroeg nemen we afscheid van het vasteland waar meestal tussen de 2000m en 4000m hoogte reisden en in totaal 1500km aflegden. We vliegen dan naar de Galapagos. 

    Reisafstand Cuenca-Guayaquil ca. 250 km, reisduur ca. 4 uur.                                                                            HOTEL Continental Chile & 10 de Agosto Guayaquil Ecuador  

























    01-04-2016, 00:00 geschreven door Jean en Marleen  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    31-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 11 • Donderdag 31 maart 2016 Cuenca

    We vertrekken pas om 8u30, dus een rustig ontbijt in de stijlvol gerenoveerde patio van ons hotel. Naast een keuze van eieren à la carte, ter plaatse gebakken, is er niet veel meer buiten confituur. Het hotel, Inca Real, ligt midden in het oude stadsgedeelte, dus moeten we niet ver stappen om aan de eerste kerk te komen, de Marianokerk. Ze ligt achter een bloemen- en plantenmarkt. We kunnen de kerk maar even bekijken, omdat er een eredienst bezig is. Aan de overkant van de straat hebben we meer geluk. De nieuwe kathedraal is open en tot negen uur kunnen we er rond wandelen en fotograferen. Deze neoromaanse kathedraal, volgens onze gids barok, is gebouwd in 1885. Opvallend is de overvloed aan roze marmer. De oppervlakte is enorm, 10.000 mensen zouden erin kunnen. Buiten vallen de twee onafgewerkte torens op, zonder klokken, omdat de constructie te zwak zou zijn voor het gewicht, zeggen ze. Opvallend zijn ook de drie blauwe koepels, waarvan ze èèn binnen aan het restaureren zijn.

    Voor de kathedraal ligt het park Parque Caldèron, als hart van deze koloniale stad. In 1999 werd het stadscentrum opgenomen als Unesco werelderfgoed. We wandelen langs het park naar de oude kathedraal, die we niet bezoeken. Onder de galerijen, die zich rondom heel het park bevinden, lopen we naar het huidige gemeentehuis, een merkwaardig neoclassistisch gebouw. Hier komt de bus ons ophalen om naar de enige panamahoedenfabriek van Ecuador te rijden. Wanneer we toekomen, staan er een aantal dames met reuzezakken thuis gemaakte onafgewerkte hoeden te wachten. Hoed na hoed wordt gecontroleerd door de eigenares zelf en goed bevonden of afgekeurd. Vervolgens volgen we het hele proces van kleuren, vormgeving, bijknippen, op maat maken en een label innaaien. Dan wordt het leuk. Onze dames kunnen niet aan de verleiding weerstaan, om de mooiste maar ook de meest extravagante hoeden te passen, ermee te poseren en zich te laten fotograferen. Eentje kopen zal voor een volgende keer zijn. Om 11u30 zitten we opnieuw in de bus om naar El Turi te rijden. Hier heb je een prachtig panorama over de stad. Tegen 13u00 zijn we terug aan het hotel. De namiddag hebben we vrij. We volgen de raad van Armado en zoeken de Calle Larga op, om daar een broodje te gaan eten, op een terrasje aan de oevers van de rivier. Gelukkig is het een overdekt terras, want het regent weer. Gedaan met eten en opgehouden met regenen, we wandelen langs de winkeltjes terug naar het centrum. Marleen kan niet aan de verleiding weerstaan om een paar stoffenwinkels binnen te gaan, terwijl Jean de portemonnee gaat bijvullen. Aan het park eten we nog een ijsje en drinken we een cappuccino. Karel gaat al terug naar het hotel en de rest van ons groepje ontdekt per toeval nog een ponchomarkt, een art en craft centrum met spulletjes. Tegen 18u30 trekken we opnieuw naar het restaurant van gisteravond, we eten scampi’s, kip op zijn Ecuadoraans en Sofie houdt het bij een soepje. Cuenca, de derde grootste stad van Ecuador heeft een prachtige stadskern, maar in de buitenwijken is het wel een stuk armer. 

    HOTEL Inca Real General Torres

























    31-03-2016, 00:00 geschreven door Jean en Marleen  

    Reageer (1)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    30-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 10 • Woensdag 30 maart 2016 Guamote-Alausi (treinrit)-Cuenca

    Om 5u kruipen we onder ons dik donsdeken vandaan want om 6u30 vertrekken we al voor een rit van 1u naar Alausi. De wolken hangen laag en we vrezen weer voor een bewolkte dag. Van de treinverhalen uit eerdere reisverslagen is weinig meer over. We mogen niet meer op het dak, we mogen niet meer de deuren open hebben, de ramen kunnen maar een klein stukje open, kortom door de veiligheid (wat goed te begrijpen is overigens) is dit een “gewone” treinreis geworden zonder enig spektakel. Natuurlijk, het is een prachtig natuurgebied waar we doorheen rijden, maar eigenlijk valt het me een beetje tegen want de wolken hangen ook heel laag. We gaan het laatste stuk zigzaggend omlaag, kijkend in een diep ravijn met een spectaculair uitzicht omdat het dalingspercentage hier meer dan 5.5% is. Na 13 km!  worden we daar in de vallei door lokale folkloredansers begroet. Bij de zogenaamde Nariz del Diablo (duivelsneus) stappen we na 13 km! uit. De locomotief wordt aan de andere kant van de trein gezet en na een bezoek aan het museum en een kopje koffie gaan we eer richting Alousi, het eindpunt. Gelukkig zijn de wolken weg en is het uitzicht nog mooier dan bij de heenreis.

    Daar aangekomen hebben we nog een halfuurtje om in de winkeltjes te snuisteren: Karel koopt twee tafellopertjes en ik ééntje. Net naast het winkeltje staat een vrouw een varken uit elkaar te halen en is de slager hier op de stoep.

    We rijden met de bus richting Ingapirca (in Quechua taal betekend dit “muren van de Inca”) een overgebleven nederzetting van eerst de Caňaris en de Inca’s.

    Onderweg stoppen wij bij een benzinestation om iets eenvoudig te eten te kopen en er wordt chips en koekjes gekocht. We mogen niet teveel tijd verliezen want het is nog een lange rit en de wegen liggen er zeer slecht bij door aardverschuiving die ontstaan zijn door de zware regens van El Ninjo van de voorbije nacht. Wij moeten ook nog een heel stuk onverharde weg doen.

    Bij Ingapirca krijgen we een stortvloed over ons heen en Armando, onze stoere Ecadoriaanse gids trilt van de kou. De Inca's waren oorspronkelijk uit Peru afkomstig (hoofdstad Cuzco). In enkele decennia veroverden ze bijna de gehele Andesregio, alle andere indianenvolkeren bruut onderwerpend. In de noordelijke cordillera, waar nu Ecuador ligt, bleven de autochtone indianen (vertegenwoordigd met stammen zoals de Quito's, de Cañari's, de Otavaleño's) zich langdurig hardnekkig verzetten. Dertig jaar nadat zij zich gewonnen hadden gegeven verschenen de Spaanse conquistadores op het toneel. Zij maakten door leugens en bedrog, maar ook door superieur wapentuig, taai doorzettingsvermogen en geluk korte metten met de Inca's. Ook wisten ze handig het onderlinge wantrouwen en de bestaande vetes tussen de Indianen uit te buiten. Dus een vaste voet aan de grond in Ecuador hebben de Inca's niet lang gehad. Er zijn dan ook weinig bouwwerken van hun aan te treffen, in tegenstelling tot het kernland Peru waar je er bij wijze van spreken over struikelt, althans op de Altoplano.

    Hoewel Ingapirca gereconstrueerd is spreekt het niet echt tot de verbeelding. De muren zijn er te gekunsteld in elkaar gezet. De stenen passen niet overal precies (een kenmerk van de grootse Inca-architectuur), ja er is zelfs hier en daar cement gebruikt. Kortom, het heeft geen hart.   

    Kletsnat kruipen wij terug de bus in voor een laatste 90min.  De vegetatie onderweg is prachtig. Het lijkt wel een tropisch landschap. Onderweg hebben we een aantal keren oponthoud omdat er aardverschuivingen zijn geweest. Wij zitten ook in de provincie die de grootste melkproductie heeft van het land. Overal zie je koeien en ook wel schapen, lama’s en zelfs varkens grazen. Als we de omgeving afspeuren zien we dan wel telkens een vrouw of oudere man ineengedoken over de kudde waken. We gaan terug de bergen in, naar Cuenca, een stijlvolle en aangename provinciestad met fraaie koloniale gebouwen en rustieke pleinen. De oude en nieuwe stad worden van elkaar gescheiden door de bruisende Rio Tomebamba. Het hart van de koloniale stad is El Parque Calderón, dat wordt geflankeerd door de oude kathedraal uit 1557 en de nieuwe uit 1885.

    We logeren in een oud pand vanuit begin jaren 1800 en wij krijgen een grote kamer aan een binnenplein. Cuenca is het centrum van de Panama-hoeden industrie en het is bovendien een prettige stad om te wandelen, bijvoorbeeld langs de rivier of langs de bloemenmarkt op de Plazoletto del Carmen, de souvenirs- en gebruiksartikelen-markt San Francisco Market. Karel, Lieve, Sofie en wij twee gaan naar het centrale plein op aanraden van Armando en eten ons buikje weer vol. We maken nog een wandeling door de mooi verlichte stad en kruipen tegen 22u onder de wol.

    Reisafstand Guamote-Cuenca ca. 255 km, reisduur ca. 4,5 uur.

    HOTEL Inca Real General Torres 































    30-03-2016, 00:00 geschreven door Jean en Marleen  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    29-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 9 • Dinsdag 29 maart 2016 Baños-Guamote

    Om 8u30 hebben we ons ontbijt al op en genieten nog even van de gezellige eetzaal in hotel Isla Baños. We kijken vol goede moed naar de bergen want de wolken hangen niet zo laag als de vorige dagen. Armando gaat niet in op ons voorstel om nog even naar een uitkijkpunt op de Tungurahua vulkaan te rijden wegens tijdsgebrek. Dus vertrekken wij richting de hoogste vulkaan van Ecuador, de Chimborazo (6310 m). Een afbeelding van deze vulkaan prijkt middenin het wapen van het land.

    Na een tijdje stoppen we op een panoramapunt en kijken uit op een vallei. Groener dan dit gras heb ik nog nooit gezien! Foto’s om van te genieten. We rijden verder en hoe hoger we komen hoe minder de begroeiing. We krijgen onze cocapillen en kauwen ze langzaam op in de hoop dat de onthouding van alcohol gisteren er mee zal voor zorgen dat we geen last krijgen van hoogteziekte (de hoofdpijn en duizeligheid). We zijn wel blij met de viervoeters in de weiden langs de weg. Wij krijgen ze allemaal te zien; de lama’s, de alpaca’s en de vicuna’s(zeldzame kameelachtigen, familie van de lama en alpaca). Deze laatste waren bijna uitgestorven maar door invoer vanuit Peru lopen er nu terug 6000 in ’t wild rond. Af en toe wordt gestopt om foto’s te nemen en langzaam aan de hoogte te wennen.

    De bus brengt ons tot aan de parkeerplaats, gelegen op 4800 meter. Vandaaruit kunnen wij omhoog klimmen naar de berghut Refugio Whymper op 5000 m hoogte. Vermits de wolken laag hangen heeft dit weinig zin en we merken nu al dat we letterlijk de longen uit ons lijf lopen. Door de ijle lucht gaat ons hart sneller kloppen om ons lichaam te voorzien van de schaarse zuurstof. Drink veel water en luister goed naar je lichaam is hier de boodschap. 

    Nergens ben je zo ver van het centrum van de aarde verwijderd als op Volcán Chimborazo in het hart van Ecuador. De Chimborazo is met zijn 6.310 meter misschien wel twee kilometer minder hoog dan zijn Aziatische concurrenten, maar door de bolling van de aarde op de evenaar is hij vanuit de wereldkern gezien toch echt het hoogste punt.

    In de hut krijgen we cocathee te drinken en we blijven niet te lang want Edwin voelt zich niet lekker: is het van de steak gisteren of van de hoogte? Jean vindt een vos in de buurt van de berghut en weer klikken de camera’s.

    We dalen langzaam af en de vergezichten op welk punt dan ook, zijn letterlijk adembenemend wel bedenkend dat de gemiddelde levensverwachting voor mannen hier slechts 60 jaar is en in de rest van het land 79.  We krijgen een lunchpakket met een lekkere smos om onderweg op te peuzelen. De chips, banaan en chocola bewaren we want het is te veel.

    Om 16.00 uur komen we aan in onze bestemming, Inti Sisa (in de door de Indígenas gesproken taal Quichua, betekent dit zonnebloem) in het slapende stadje Guamote. We worden welkom geheten door Sarah, een blanke Belgische. Vrijwilligers uit België en Nederland runnen op dit moment het Inti Sisa project (lagere school, landbouwschool, Engelse les, naaimachineles, hosteria Inti Sisa) in Guamote en omgeving. We genieten vrij tot 19.00 uur zodat we even het stadje in lopen. We kijken onze ogen uit; een spiksplinternieuw treinstation waar eens in de 4 weken! een trein komt. Vlees wordt in grote hompen in de laadbak van een pick-up vervoerd. Veel kleurrijke mensen die het volgens ons “niet al te breed hebben”. Het is een grote levendige authentieke markt met veel fotomomenten, ware het niet dat veel Indígenas niet van fotograferen houden en boos worden of zich afwenden wanneer ze zien dat de camera op hen is gericht. Af en toe wordt voor het nemen van een foto geld gevraagd. Het is voetbal op TV en de mannen staan in dikke drommen op de straat en zelfs op de sporen naar de reuze flatscreens te kijken. Dit herinnert ons aan de eerste zwartwit-televisie in België.

    In dit dorp wonen 2 groepen mensen, de Mestiezen (afstammelingen van de Spanjaarden die niet in klederdracht lopen) en de Indiga’s (afstammelingen van de oorspronkelijke bewoners, de indianen en die lopen wel in klederdracht). In Ecuador woont ± 25% Indiga’s maar in Guamote is dit 90%. We zitten hier dus in het echte “oude Ecuador”.

    Om 19u krijgen we een eenvoudige maaltijd in het hotel. We slapen in een kamer van het pas uitgebreide logeergedeelte met een bed van 4m breed en alles mooi en netjes op de eerste verdieping en uitzicht op de sfeervolle binnenhal. De uitbreiding maakt het mogelijk om meer gasten te ontvangen en de opbrengst daarvan wordt gebruikt voor de financiering van de activiteiten van Inti Sisa.

    Reisafstand Baños-Guamote ca. 150 km, reisduur ca. 4 uur.

    HOTEL Centro Educativo IntiSisa Vargas Torres y Garcia Mo Guamote Ecuador



























    29-03-2016, 00:00 geschreven door Jean en Marleen  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    28-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 8 • Maandag 28 maart 2016 Baños

    8u ontbijt. Het regent en daardoor is er voor de mogelijke activiteiten geen interesse. Het voorgestelde alternatief van Armando heeft ook geen zin, daar de bergen in de wolken liggen. Na overleg beslist de ganse groep met taxi’s naar de dierentuin te gaan. Alleen Sandra doet het nog wat rustig aan. Om 10u vetrekken we naar de zoo, waar we 2 dollar armer na 10 minuten aankomen, samen met de zon. We zien er vele vogels en zoogdieren, die we gehoopt hadden in het regenwoud te zien, maar hier was het zeer de moeite: papegaaien, condors, apen, een beer, een jaguar en nog vele andere dieren in een ruime kooi in een prachtige natuurlijke omgeving. De tapir steelt de show, door voortdurend door onze groep door te wandelen. Tegen 12u keren we terug naar de stad.

    We gaan samen met Carol en Leonie eten bij Pappardelle, een Italiaans restaurant met pizza in alle maten. Een aanrader. Na de koffie gaan Lieve, Marleen en Sofie winkelen en Jean en Karel mogen mee om de pakjes te dragen.

    De ligging van Baños, of officieel Baños de Agua Santa, is fenomenaal. Het toeristische dorpje wordt omringd door groene bergen en borrelende vulkanen. Al brengen die laatste het dorpje soms ook in de problemen. Vooral de Tungurahua vulkaan is berucht. De zwarte vulkaan torent 1800 meter boven Baños uit en is sinds 1999 weer actief. De afgelopen jaren zijn er een aantal uitbarstingen geweest, waarbij het stadje zelfs moest worden geëvacueerd. Maar over het algemeen is het rustig. En buiten de pijlen met evacuatieroutes die op de straten zijn gedrukt, lijken de 25.000 inwoners zich nergens zorgen om te maken. Voor toeristen is de vulkaan een attractie maar de wolken belemmeren het uitzicht en zo krijgen wij maar af een toe een glimp van de bergen te zien Het stadje zelf is vooral een verzamelplaats van resorts, hostels, restaurants, spa's, massagesalons, boekingskantoren en souvenirwinkels. Er heerst een vakantiesfeer. Zelfs onder de inwoners. In de vele kleine parkjes die het stadje rijk is, bladeren mannen door de krant en nemen groepjes vrouwen de laatste roddels door.

    We kopen nog wat eten en picknicken opnieuw in de tuin van ons hotel. Het werd uiteindelijk nog een prachtige zonnige dag.

    HOTEL Isla Baños Banos Ecuador 















    28-03-2016, 00:00 geschreven door Jean en Marleen  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    27-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 7 • Zondag 27 maart 2016 Amazone-Baños

    6u30 loopt de wekker af en het regent weer. Fris gewassen en geschoren, de valiezen klaar gezet en naar het ontbijt. Verrassing: een koninklijk versierde tafel met lokale ingrediënten, want Linde is jarig: 30 jaar. De verjaardagstaart wordt aangesneden en verdeeld en Linde wordt gefeliciteerd en gekust.

    De helpers van de Lodge brengen ondertussen in een open laadbak onze koffers in de pletsende regen naar de bus. ’s Avonds zijn ze nog helemaal nat.

    8u30 de bus in voor Banos. Het wordt een lange trip, langs een even mooi landschap als de heenreis. De regenwandeling laat nog wat sporen na en er wordt menig uiltje gevangen. We zijn blij, want Sandra is, na een dagje forfait er terug bij. Na anderhalf uur rijden stoppen we bij een balsaverwerkingsfabriek, eerst uit sanitaire noodzaak, daarna om de werkplaats te bezoeken. Het is Pasen en er wordt vandaag niet gewerkt. Normaal denken wij, maar nee, de vuilniskar rijdt rond, de wegenwerken gaan door en alle winkels zijn open.

    Eerst neemt Armando ons mee naar een lieve juffrouw, die ons allerlei lekkers laat proeven dat gemaakt wordt van suikerriet. Eerst een stukje suikerriet puur, dan een aperitiefje op basis van rum, wat snoepjes met coco, met nootjes, met sesamzaadjes enz. om te eindigen met pure aangelengde alcohol van ong. 45°. Een beetje vrolijker gaan we naar de werkplaats waar honderden gesculpteeerde stukken hout liggen. Balsa is een houtsoort uit het Amazongebied, dat zeer licht is en heel gemakkelijk te bewerken is. Bij ons gebruikt men Balsa voor o.a. modelvliegtuigen en maquettebouw. Het hout wordt bij de mensen thuis gebeeldhouwd en dan naar de werkplaats gebracht om afgewerkt en geverfd te worden. Hier worden door een tiental arbeiders vooral kleurrijke souvenirs gemaakt, veel papegaaien. Na het bezoek aan de fabriek, gaan we de winkel binnen, waar een ongelofelijke verzameling tentoongesteld is. Menig cadeautje verhuist naar de bus.

    Nog een half uurtje rijden en het is lunchtijd. We stoppen bij restaurant Miramelindo, stijlvol ingericht met een tropische tuin. De kelner stelt ons het dagbuffet voor: een keuze uit 12 slaatjes, aardappelsoep, 3 soorten vlees: kip, varken en geit en als vis, forel. Voeg daarbij nog rijst, aardappel en groentenlasagna. Als nagerecht: kaastaart, chocoladetaart (maar die was op) en passievruchtenbavaroi. Begin maar te kiezen. Zes van de groep kiezen voor het buffet en het is lekker, spijtig dat de btw niet inclusief is en dat men 10% extra rekent voor betaling met Visa.

    De waterval “Pailon del Diablo” ligt op vijf minuten rijden. Vanop de parking worden we geïmponeerd door de kracht van de rivier. We wandelen 300 m langs het water en komen aan een wankele hangbrug, waar we op moeten om de spectaculaire waterval te kunnen zien. Niets voor mensen met hoogtevrees maar wel een heel mooi uitzicht.

    Van de waterval naar Banos is het nog 20 minuten rijden. We komen toe in een bruisende stad (20.000 inw.) met winkeltjes, banken en restaurantjes. Toeristen zijn er genoeg. We checken in in hotel Isla de Banos, rustig gelegen aan de rand van de stad en de voet van de bergen. Er is wel een groot verschil tussen de verschillende kamers. Na het inchecken gaan we nog even de stad in op zoek naar een supermarkt voor wat eten. In de prachtige tuin, bij een watervalletje eten we onze vers gebakken broodjes op. Het wordt een beetje killig en rond 9u gaan we slapen.

    Reisafstand Tena-Baños ca. 140 km, reisduur ca. 4 uur.

    HOTEL Isla Baños Banos Ecuador

     





















    27-03-2016, 00:00 geschreven door Jean en Marleen  

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Archief per week
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 29/02-06/03 2016

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs