Niet de vrouw die naast ons woont, nu en dan een pilletje te weinig neemt en dan roept en tiert als er een auto wat scheef voor haar deur staat.
Niet de kleine Marokkaanse Marseillaan die mij spontaan aanspreekt als ik met een draagbare generator onder de arm voorbij wandel. Zijn vrouw is une Gantoise maar hij heeft zijn hart verloren in Bretagne. Zijn tandarts is al jaren overleden, te zien aan de twee overblijvende half weggerotte stukjes tand die zijn mondholte bevolken.
En is het dan de tijd van het jaar? Neen, niets vreemd aan. Met een Indian summer die hopelijk nog moet komen.
Of de drukte op de Ledebergse markt misschien, de tram die afgeladen vol zit met koopjesgeile randbewoners. Neen, niets vreemd aan, ze komen elke week.
Zelfs haar lach klinkt nu vertrouwd. En ook waarmee ze moet lachen.
Ik ben de enige vreemdeling in huis.
Mijn hart is een vreemd hart.
Mijn vreemde geest hoort niet meer thuis in mijn vreemd lichaam.
Een lichaam dat de afgelopen weken zinnelijk bruiste, als een boog gespannen stond, dat verviel in extremen van genot, in eindeloos passionele nachten tot half zeven, dronken van verliefdheid en de tripel, met de ochtenden daarop monsterachtig grote katers die me steeds opnieuw samen met alle door mijn pokdalig bestaan veroorzaakte miserie over de afgrond duwden.
Is goed of is fout ik weet het niet.
En nu moet ze lachen met een grap die zo oud is dat ik niet meer weet wanneer we er voor de eerste keer moesten om lachen.
Middenveld is de prijs die je betaalt voor een leven zonder ups en downs. Een kabbelend leven waarin je rustig aan kan rondwandelen, nu en dan genieten van de goede dingen des levens zonder risico op al te veel afgronden of kwaadaardige katachtigen wiens enige reden van bestaan het verkopen van een ochtendlijke uppercut is.
Maar de zon schijnt nu wel onophoudelijk overdag en hoewel de nachten nog wat moeilijk zijn, is er daar ook wel sprake van enige beterschap. Of toch tenminste van nachtrust, want in volle zee is ze onvindbaar.
Hoewel je je natuurlijk wel kan afvragen of het herontdekken van het middenveld echt beterschap is.
A fond of niet.
Plankgas met het haar in de wind in een Mercedes 280 S cabriolet terwijl drieduizend geuren en kleuren alles prikkelen wat er maar te prikkelen valt.
Of tegen dertig kilometer per uur in een Toyota Aygo met de airco op aanmodderen.
Was ik maar in New York in de herfst waar Central Park zo mooi kleurt in de Indian summer.
Was ik maar een schrijver van columns die over seks gaan.
En dan in New York wonen in een bohémien appartement en verder niets anders hoeven te doen dan nu en dan eens verliefd worden op rijke vrouwen van boven de vijftig die mij, behalve dat ze mij van alles bijbrengen op het erogene vlak, ook nog eens onderhouden en leuke cadeautjes geven.
In ruil voor de passie breng ik ze ook en passant nog wat Frans bij. Dat staat naar het schijnt erg chique in NY City.
Tussendoor kan ik me terugplooien en lekker vintage zijn in mijn fantastisch appartement met vloeren met ongelijke brede houten planken, hier en daar een flauw verlicht donker hoekje met een tafeltje waarop een fles en twee glaasjes op een zilveren plateau uitnodigend staan te wachten op de volgende onverwachte bezoeker.
Oh ja, mijn slaapkamer is erg maritiem ingericht, met veel wit en blauw geschilderd hout, een ruw houten lambrisering en schelpjes op de badkamer. Net of je zo van het strand komt en je verwacht van de zee te zien door het raam in de living.
En volgende week zijn ze dan weer weg met hun sexy bloemetjeskleedjes en uitgestelde orgasmes, de vriendinnen. No regrets, op naar de volgende en het liefst eentje met een huis aan de Hamptons en een petit yacht. Er bestaat al een serie en twee films over.
Maar neen. Geen Hamptons en ook geen zee voor mij. Geen yacht en ook geen sexy bloemetjeskleed.
Ik zit in Gent op mijn middenveld aan mijn bureau enkele passionele wonden te likken terwijl de dag alweer naar regen gaat.
Tot de wolkbreuk in mijn hoofd alle registers opentrekt en ik mezelf niet meer kan volgen. Wat moet ik nu beginnen, waar kan ik je strelen, je minnen, ik kom van de aarde en jij woont bij de godinnen.
Maar ik kan nu eenmaal niet zo goed overweg met godinnen. Te wispelturig, hun goddelijk karakter houdt geen rekening met aardse eentonigheid.
Ver boven het middenveld spelen zij hun goddelijke zelf, cirkelen als gieren boven onze zielen tot één van de middenvelders een zwakte vertoont en ze zich tegen een duizelingwekkende snelheid naar beneden storten. Waarna ze zich te goed doen aan onversneden passie met het verse zieltje.
Learn how to fall before you learn to fly. Dat is een beetje de samenvatting van de zomer van 2010. Bezint eer ge begint.
Eenmaal bezonnen, ruk ik je de kleren van het lijf. We zakken samen door het bed. Emmenez-moi au bout de la terre.
Zolang we daarna maar wakker worden in mijn vintage wereld vol houten plankenvloeren en schelpjes waarna we lekker pannenkoeken bakken en een lange strandwandeling maken in de warme Indian summer. In NYC.
De blaadjes vallen van de bomen en kleuren de stoep goud. Het wordt tijd om een rolkraagtrui uit de kast te halen.
Nooit eerder hield ik zo van de aanstormende herfst.
Ik ben Jan Stephorst
Ik ben een man en woon in Gent (België) en mijn beroep is .
Ik ben geboren op 06/07/1964 en ben nu dus 60 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: schrijven, scheepvaart, jazz, oude auto's, Frankrijk.
carpe diem