Mijn bakstenen orgie van glimmende tegelvloeren en plastieken ramen en deuren is nog altijd van mij.
Mr. Badmeester en zijn boekhoudende vrouw hebben de verkoop van het huis bij de notaris nog wat uitgesteld. Hopelijk hebben ze genoeg geld.
Ik pendel tussen Kortenberg waar Kreng nu plots het licht gezien heeft en duchtig experimenteert en Aalst waar ik ook volop mijn duistere kantjes exploreer op zoek naar mijn nieuwe ik.
Het roken van sigaretten is in haar ogen een rebelse daad. In mijn ogen is het eerder een ongezonde daad.
Ze is nu plots positief tegen het leven gaan aankijken. Het is eerder een pose, een gemaakt positivisme dat je ook per honderd gram zou kunnen kopen in de Hema of bij Leenbakker. Enkel nog kokend water toevoegen en goed blijven roeren en je nieuwe ik is een feit.
Ik krijg de indruk dat alles eventjes stilstaat en ik midden in het vacuüm zit dat gecreëerd is door allerlei nakende ingrijpende gebeurtenissen.
Juist op de rand balancerend tussen Kreng en Bé, tussen een huis en geen huis, tussen wilde fun en doffe ellende.
Het enige waar ik zeker van ben, is mijn eigen lichaam en dat ik mij eens goed wil laten gaan. Mentaal en fysiek proeven van de goede dingen des levens.
Vandaag vrijdag is een eerste zomerse lentedag in mei. Ik moet niet werken want ik was vorige zondag van dienst. Vijftig haveloze, tandenloze bejaarden hadden een schip afgehuurd voor een boottochtje. Omdat de helft in een rolstoel zat en de andere helft te slecht was om te stappen maar nog niet in de rolstoel wilde, moest ik ze helpen inschepen.
Tien dozen incontinentieluiers voor de zekerheid, tien flantaarten (het enige dat ze zonder veel moeite kunnen inslikken zonder te kauwen) en vijfentwintig rolstoelen met urinesporen gingen door mijn handen.
Goed dat we met zoveel helpers waren, anders had hun boottochtje maar tien minuten kunnen duren tussen inschepen en ontschepen.
Vanavond is er een fuif in Club Tropicana, een café waar ik nog wel eens kwam in de tijd dat ik mij nog maar om de week hoefde te scheren.
Eens kijken in mijn kleerkast: linnen hemd, short, espadrilles, that should do the trick.
Celina Gonzales doet haar best met El Carretero. Dakje open, zonnebril en dikke sigaar in mijn gezicht. Ik parkeer de Dyane nonchalant vlakbij de Grote Markt en slof naar het café. Eerst terrasje doen nu het nog warm genoeg is.
Het volk stroomt toe. Schoon volk, alleen spijtig van mijn witte benen. Telkens als de deur opent, hoor ik zwoele muziek naar buiten glippen.
Het is heet binnen. Mensenlief, kotje vol en ik worstel me tussen de bezwete lijven door naar de bar om mijn tweede Cuba Libre te bestellen. Is dat daar Tom? Yip. Tom is het anarchistische familielid van een van de zelfvoldane koppels die zich tot mijn vrienden beschouwen.
Hij is blijkbaar ook alleen, of nee toch niet. Hij staat te praten met Bé!!
Bé draait zich om en lacht. Wow, wat een blik. Ik bestel nog twee Cuba Libres en een pintje voor Tom. Maar hij weigert mijn pintje want hij moet achter de bar helpen om zijn anarchistische huishuur te kunnen betalen.
Ik sta hier een beetje alleen met Bé tussen driehonderd andere lichamen. Bé begint te dansen en ik volg. We kunnen voorlopig niets anders doen want de muziek staat te hard om nog te kunnen converseren. Wie kan trouwens nog blijven stilstaan bij Coati Mundi? Me no pop I, you no olive oil!
Bé danst heftiger en heftiger, schudt met van alles en nog wat, gooit haar zwarte krullen achteruit zodat haar bezweet gezicht blinkt in de spots. Haar blik wordt per Cuba Libre zwoeler.
Plots voel ik haar hand op mijn blote been.
Que pasa, que pasa? Ik kijk haar aan en ze slaat haar armen rond mijn hals. Ze kust mij. Lang. Hevig. Ik moet wat lucht krijgen. We gaan buiten naar het terrasje terwijl we en passant nog een Cuba Libre bestellen. Het is verdomme ferm koud geworden buiten en we staan allebei nat in t zweet. En het is al drie uur s nachts. Eigenlijk weet ik niet goed meer waar of wie ik ben. Ik ben dronken van Bé en de Cuba Libre. We waggelen arm in arm naar de Dyane die ik alleen maar op slot doe.
Slaap bij mij zegt Bé.
Natuurlijk, de dochters zijn op vakantie bij hun vader wat andere perspectieven opent dan linzensoep eten en verhaaltjes voorlezen.
Daarbij, ik ben te zat om nog ordentelijk naar huis te kruipen.
Mensenlief, het lijkt wel eeuwen geleden dat ik nog mijn arm om iemand sloeg. Ik voel mij zestien jaar, mijn lippen zijn gezwollen en doen pijn van het kussen. Het vaatje met zelfvertrouwen broebelt over door het overschot aan testosteron in mijn lijf. Ik, de macho? Bé voelt zich geborgen en legt al stappend haar hoofd op mijn schouder.
Ja, doe maar schatje, ik zal je recht naar huis brengen. Gescheurde kledingsstukken vliegen in het rond terwijl het bad volloopt. Plons en daarna rollen in verse witte lakens. Heavy, man, Bé laat me werkelijk de hoeken van de kamer zien. Duidelijk een ervaringsdeskundige. Waar heeft ze zich al die jaren verstopt?
Zaterdagochtend om tien uur word ik wakker. De zon schijnt nogal oorverdovend door de grote ramen van de kamer binnen. Bé is al weg. Het ruikt beneden naar oude thee en er liggen broodkruimels en een briefje op de tafel dat ze naar haar werk is. Dedju, het is waar, ze geeft op zaterdag les aan de academie. De lucht is blauw maar het is een flink stuk kouder dan gisteren.
Maar ik heb geen kou in mijn shortje als ik met super elastische benen naar mijn Dyane huppel.
Ik ruik nog helemaal naar Bé. Er komen gelijk rozenblaadjes door de uitlaatbuis van de auto in plaats van de gebruikelijke gassen.
Het zou moeten mogelijk zijn om het weer af te stemmen op je gemoed. Enkel nog regen op begrafenissen en communiefeesten, zon op dagen van verliefdheid en succes. Kwestie van wat complementair te werken.
Morgen moet ik Kreng afhalen in Kortenberg om de inboedel te verdelen. Het contrast kan niet groter zijn.
Eerst vlotjes naar huis waar ik in de brievenbus een enveloppe vind die afkomstig is van de familie Badmeester. Op dertig juli wordt het huis geschreven bij de notaris. Tegen één augustus moet ik een ander onderkomen hebben voor mijn nieuwe ego, Maurice De Dikke Kat, mijn muziekcollectie en mijn drie fantastische autos. Ik heb ook nog ergens een oude legermoto staan.
Kan niet zo moeilijk zijn, of toch. Als ik maar op tijd lekkere wijn en dikke sigaren koop en nu en dan eens met een exotische auto naar Zeeland trek
Swingend loop ik door de Delhaize om een minimum aan eten te kopen. De muziek van gisterenavond klinkt nog na in mijn hoofd.
Van Kreng mocht ik uitsluitend naar de Aldi voor inkopen. Het is als een strafkamp voor al wie van het goede leven wil proeven. De chocolade smaakt er bijna als chocolade, van de wijn krijg je bijna geen hoofdpijn en er speelt bijna muziek in de winkel. En dan al die Duitse voedingsmerken, brrrr. Lederhosenland is niet meteen een garantie op onvergetelijke culinaire uitspattingen. Schinken, Kartoffeln, Zwiebeln, Thüringer Bradwurst und Sauerkraut. Waarom zou je Duitse foie gras kopen?
De enige attractie in de Aldi is de zelfkant van de maatschappij die er in bonte kleuren en voorzien van diverse opties voorbij sloft. Trainingsbroeken met naaldhakken eronder. Bierbuiken met gele colbertjes, een Hawaïhemd en een petje van een biermerk op de ongeschoren kop. Mannen zonder nek. Vrouwen met een kapsel uit de jaren tachtig.
Bij een blik op de parking begrijp je meteen waar Daewoo al die autos is kwijtgeraakt.
Zaterdagavond krijg ik een uitnodiging voor een etentje bij Pieter en Helga.
Het korte spannende uitspattingsgevoel van dit weekend is even voorbij.
Terug naar de wereld van de stabiele relaties, gezinnen met twee kinderen, spaghetti Bolognèse, een grijze Audi A4 en FC De Kampioenen waar ik, nog steeds swingend, eens ferm de goede orde zal verstoren.
De tam tam heeft goed gewerkt: ze zijn al uitgebreid gebriefd over mijn escapades met Bé.
Helgas onderlip toont één en al afkeuring voor mijn in haar ogen promiscue gedrag. Een getrouwde man met een gescheiden vrouw die ouder is en al twee dochters heeft!
Life goes on, baby. Maar dat kan ze met haar conservatieve hersentjes niet aan want hun leven is in hun gedachten al voorbij.
Morgen is er een fietstocht van de Bond der grote en jonge gezinnen. Of ik niet meefiets? No way! Ik zie de opluchting op hun gezicht.
Kreng zit boos voor haar uit te staren als ik om zestien uur de E40 opdraai richting Brussel. Ik had niet gedacht dat het zo vlot zou gaan. Voor het gemak heb ik haar alles gegeven behalve mijn echt persoonlijke spullen en de drie schroothopen van autos omdat ze toch geen rijbewijs heeft.
De wasmachine, de droogkast, de diepvries, het televisietoestel, het salon, de eetplaats en zelfs de slaapkamer: alles is voor haar. Als ze erop uit was om eens ferm ruzie te maken, was het een gemiste kans. Daarom is ze nu zo boos. En daar ben ik eigenlijk blij om.
Ze moest het eens weten waar ik straks naartoe rij terwijl ze als new born positivo aan haar zelfgerolde stinksigaret lurkt.
Ik ben Jan Stephorst
Ik ben een man en woon in Gent (België) en mijn beroep is .
Ik ben geboren op 06/07/1964 en ben nu dus 60 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: schrijven, scheepvaart, jazz, oude auto's, Frankrijk.
carpe diem