Inhoud blog
  • Inleiding
  • Vragenlijst
  • Eindtermen
  • RAGO
  • OVSG
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    ICT in de basisschool
    Eindwerk van Elina Blondeel , Joke Baele, Nathalie De Clercq en Patricia Anciaux
    10-12-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Inleiding
    Goede avond iedereen,

    Wij zijn derdejaarsstudenten in de lerarenopleiding aan de hogeschool in Gent.

    Wij moeten om te kunnen slagen een eindwerk maken.

    Wij hebben dus gekozen om een eindwerk rond ICT in de basisschool te maken.

    Als vooropdracht hebben wij  in verschillende scholen vragenlijsten laten invullen. (zie puntje vragenlijst)

    Bij het terugkrijgen van de vragenlijsten hebben wij een zeer interessante vraag gekregen van een leerkracht.

    ' Wat staat er precies in de eindtermen en de leerplannen rond ICT'.

    Deze vraag is de basis van ons eindwerk.

    We hebben alles over ICT in de eindtermen en de RAGO/OVSG leerplannen opgezocht . (zie punt eindtermen, RAGO, OVSG)

    10-12-2006 om 20:30 geschreven door 3LLO  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (2 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vragenlijst

    1. Hoeveel jaar maakt u al gebruik van ICT in uw klaspraktijk, dit schooljaar inbegrepen?

    …………… jaar

    2. Hoe frequent zet u ICT in tijdens uw lessen? Gebruik de gegeven cijfers om te

    antwoorden.

    (Indien u meer dan 3 vakken geeft, kies dan de 3 vakken waaraan u de meeste tijd

    besteedt.)

    0 nooit

    0 een paar keer per jaar

    0 een paar keer per trimester

    0 een paar keer per maand

    0 een paar keer per week

    0 dagelijks

    Vak 1: …………………………

    Vak 2: …………………………

    Vak 3: …………………………

    (Indien u voor bepaalde vakken nooit of slechts een paar keer per jaar ICT gebruikt:)

    3. Wat zijn volgens u de belangrijkste redenen waarom u geen of slechts zelden gebruik maakt van ICT in deze vakken?

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    4. Welke maatregel of voorziening zou het gebruik van ICT in uw klaspraktijk het meest stimuleren?

    (Kruis uw antwoorden aan of vul zelf aan, maximaal 3 antwoorden!)

    Maatregel

    1. de verbetering van de infrastructuur

    2. meer (educatieve) software en ondersteunend materiaal

    3. financiële hulp (bijv. sponsoring)

    4. meer professionalisering (via nascholing)

    5. betere interne communicatie rond ICT

    6. een beter uitgewerkte onderwijsvisie voor ICT

    (noden, doelen, leerlijn, leerplan,…)

    7. (meer) personele ondersteuning in de school

    (door ICT-coördinator, directeur,…)

    8. organisatorische maatregelen

    (roostering, tijd beschikbaar maken,…)

    Andere:

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    Uw ICT-expertise.

    5. Op welk niveau beheerst u onderstaande vaardigheden met betrekking tot het gebruik van ICT? Gebruik de gegeven cijfers om te antwoorden.

    (Niet alle vaardigheden zijn van toepassing voor elk onderwijsniveau, laat indien nodig het vakje leeg.

    0 ik beheers deze vaardigheid niet

    0 ik ben beginner in deze vaardigheid

    0 ik beheers de basis van deze vaardigheid

    0 ik ben gevorderd in deze vaardigheid

    ICT-vaardigheden

    technisch

    1. technische vaardigheden m.b.t. het gebruik van ICT

    2. didactisch gebruik van bureaupakketten

    3. werken met multimedia

    4. ontwikkelen en onderhouden van een website

    5. oplossen van de meest voorkomende ICT-problemen

    pedagogisch-didactisch

    6. inzicht in het beleid van de onderwijsoverheid over het

    gebruik van ICT in mijn leergebieden / vakken

    7. selectie en evaluatie van educatieve software geschikt voor

    mijn leergebieden / vakken

    8. integreren van educatieve software in mijn leergebieden / vakken

    9. kennis van de mogelijkheden die het internet te bieden heeft

    voor mijn leergebieden /vakken

    10. gebruik van ICT als didactisch hulpmiddel bij mijn thema's / vakken

    11. gebruik van e-learning ter ondersteuning van mijn lessen

    ICT-vaardigheden

    organisatorisch

    12. helpen uitwerken van een beleidsvisie over ICT-gebruik in mijn school

    13. helpen bij de organisatie van geïntegreerd ICT-gebruik in mijn school

    Kunt u eventueel aangeven voor welke specifieke ICT-activiteiten u een beroep moet doen op iemand anders?

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

    10-12-2006 om 20:29 geschreven door 3LLO  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Eindtermen

    Muzische vorming: domein media

    • Algemeen

    De kinderen realiseren de aangeboden kans om audiovisuele boodschappen en signalen te selecteren, te onderscheiden en te overwegen.

    Zij begrijpen en interprete­ren de communicatiemiddelen en hun samenstellingen van beeld en geluid. Zij realiseren de moge­lijkheden om zelf met een fototoestel, een videocamera, een microfoon, een cassetterecorder ... te communiceren en te reflecteren over de opna­me.

    D.w.z.: het onderwijs in het domein "media" verwijst hier naar de audiovisuele bood­schappen in hun omgeving en de mediawereld in het bijzonder

    Bij muzisch zijn en handelen gaat het niet alleen om het evalueren van produkties of vertolkin­gen, maar vooral om het waarderen van processen. Het muzisch handelen binnen het onder­wijs kent een grote plaats toe aan beschou­wing. Alhoewel beschouwin­gen moeilijk meetbaar zijn, zijn ze wel bespreek­baar. De activiteiten van de kinderen kunnen op diverse manieren en op verschillende tijdstippen besproken worden.

    · Horizontale samenhang:

    Bij muzisch zijn en handelen gaat het niet alleen om het evalueren van produkties of vertolkin­gen, maar vooral om het waarderen van processen. Het muzisch handelen binnen het onder­wijs kent een grote plaats toe aan beschou­wing. Alhoewel beschouwin­gen moeilijk meetbaar zijn, zijn ze wel bespreek­baar. De activiteiten van de kinderen kunnen op diverse manieren en op verschillende tijdstippen besproken worden.

    • Leerlingen

    5.1 over de massamedia voldoende infor­matie inwin­nen.

    5.2 beeldsignalen waarnemen zodat men opvallend goede en minder geslaag­de dingen kan doorzoe­ken en her­ken­nen.

    5.3 de werking en de produktie van de media onderzoeken.

    5.4 eenvoudige audiovisuele informa­tie uit de eigen omgeving herken­nen, onder­zoeken en vergelij­ken naar betrouw­baar­heid, eenzijdig­heid of opper­vlakkig­heid.

    5.5 ervaren dat een visueel beeld al dan niet verge­zeld van een nieuw ge­luid steeds een nieuwe werke­lijkheid kan op­roepen.

    5.6 soorten van eenvoudi­ge he­den­daagse audio­visuele opna­me- en weerga­vetoe­stel­len (infor­matie­dra­gers) aanwijzen, be­noemen en ze creatief bedie­nen.

    5.7 een eigen audiovisuele taal gebruiken en het massale audiovisuele aanbod een relativerende plaats toekennen.

    Wereldoriëntatie:

    · Algemeen

    Wereldoriënterend onderwijs is gericht op

    - het ontwikkelen van basiscompetenties bij jonge kinderen die hen in staat stellen met vertrouwen zichzelf en hun omgeving steeds verder en diep­gaan­der te exploreren.

    Dit houdt in dat ze de nodige inzichten verwerven om zichzelf, hun omge­ving en hun relatie tot hun omgeving te begrijpen, dat ze vaardig worden om in interac­tie te treden met die omgeving en dat ze een positieve houding ontwikkelen ten aanzien van zichzelf en hun omgeving.

    - het ontwikkelen van interesse voor het leven van mensen, nu en in het verleden, hier en elders in de wereld.

    - het ontwikkelen van een basishouding van openheid en respect ten aanzien van de natuur, mens en maatschappij.

    - het ontwikkelen van basisvaardigheden om zelfstandig met informatie te leren omgaan.

    • Domein technologie

    2.10 kunnen in hun omgeving informatiever­werkende toepassingen herkennen.

    • Domein maatschappij

    4.1 kunnen illustreren hoe door tech­nolo­gi­sche ont­wikkelingen en veran­derde be­hoef­ten de arbeids­markt en -situatie verandert.

    4.8 kunnen aangeven dat hun gedrag be­ïnvloed wordt door de reclame en de media.

    Leren leren

    2 De leerlingen kunnen verschillende informatiebron­nen ge­bruiken.

    Dit houdt in dat ze:

    2.1 in eenvoudige naslagwerken zelfstandig informatie opzoe­ken via alfabetische inhoudsopgave en regis­ter.

    2.2 bij een onderwerp trefwoorden aanduiden in een reeks.

    2.3 onder begeleiding, een documentatiecentrum consulteren bij een concrete opdracht, waarbij catalogi worden ge­bruikt, materiaal doeltreffend moet worden opgespoord en informatie moet worden geselecteerd en bondig genoteerd.

    2.4 uit opgegeven radio- en televisie- pro­gramma's, kran­ten en tijdschriften, ge­vraagde gegevens noteren.

    2.5 naar aanleiding van een opdracht bij de juiste personen informatie vragen.

    10-12-2006 om 20:25 geschreven door 3LLO  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.RAGO

    RAGO

    Muzische Vorming

    1ste graad:

    o       5.1 goede en minder geslaagde beeldsignalen herkennen.

    o       5.2     verschillende stemmingen die door beelden en geluiden opgeroepen worden afzonderlijk onderscheiden.         

    o       5.3     een aantal eenvoudige hedendaagse audiovisuele opnamen en weergavetoestellen (informatiedragers) aanwijzen, benoemen en beperkt bedienen

    o       5.4     audiovisuele beelden en klanken uit eigen leefwereld herkennen en inzien dat bepaalde audiovisuele aanbiedingen hen kunnen beïnvloeden en andere niet

    o       5.5     eenvoudige audiovisuele signalen als informatiebron herkennen en de boodschap die ze doorgeven ontdekken.

     

    2de graad:

    o       5.1      goede en minder geslaagde beeldsignalen herkennen en vergelijken

    o       5.2      de verschillende stemmingen die door beelden en geluiden opgeroepen worden combineren.

    o       5.3      eenvoudige hedendaagse audiovisuele opnamen en weergavetoestellen (informatiedra­gers) die het groot publiek kent en gebruikt aanwijzen, benoemen en technisch bedie­nen.

    o       5.4      een eigen audiovisuele taal ontwerpen en het massale audiovisuele aanbod omvatten en een plaats geven.

    o       5.5      eenvoudige audiovisuele informatie uit de eigen omgeving verzamelen, herkennen en vergelijken.   

     

    3de graad:

    o       5.1      beeldsignalen waarnemen zodat men opvallend goede en minder geslaagde dingen kan doorzoeken en herkennen.

    o       5.2      ervaren dat een visueel beeld al dan niet vergezeld van een nieuw geluid steeds een nieuwe werkelijkheid kan oproepen

    o       5.3      soorten van eenvoudige hedendaagse audiovisuele opnamen en weergavetoestellen (informatiedragers) aanwijzen, benoemen en creatief bedienen

    o       5.4      een eigen audiovisuele taal gebruiken en het massale audiovisuele aanbod een relative­rende plaats toekennen

    o       5.5      eenvoudige audiovisuele informatie uit de eigen belevingswereld herkennen, onder­zoeken en vergelijken

     

    Attitudes:

    o       6.1            blijvend nieuwe dingen uit hun omgeving ontdekken.

    o        6.2            zonder vooroordelen naar kunst kijken en luisteren (Het audiovisuele aanbod relativeren en de televisietijd waardevol gebruiken, vergen het  nodige inzicht, zonder vooroordelen ten opzichte van programma's, programmamakers, zenders, zuilen, ...)

    o        6.3            genieten van het muzisch handelen waardoor hun expressiemogelijkheden verruimen. (Beeld- en geluidssignalen waarnemen en onderzoeken, zowel als het creatief handelen met  combinatiemogelijkheden van beelden, klanken, geluiden, muziek en tekst, verruimen de expressiemogelijkheden en staan borg voor een intens genieten van het muzisch proces dat hierdoor op gang gebracht wordt.)
    (Het leren hanteren en creatief bedienen van audiovisueel materiaal schept nieuwe mogelijk¬heden om expressief  aan de slag te gaan.Dit nieuwe muzisch handelen creëert een ander soort genieten van de eigen expressie.Een videofilm verwezenlijken, een reclamecampagne uitbouwen, een luisterspel technisch realiseren, ... zijn allemaal expressiemogelijkheden waar kinderen wel degelijk van kunnen genieten.)

    o       6.4            vertrouwen op hun eigen expressiemogelijkheden en durven hun creatieve uitingen tonen.
    (Het creatief  werken met combinatiemogelijkheden van beelden, klanken, geluiden, muziek,   teksten, ... vraagt durf, vindingrijkheid en creatief inzicht.)

    (Om creatief om te gaan met informatiedragers allerhande, is niet alleen vertrouwen in  eigen kunnen noodzakelijk, maar ook een dosis durf, spontaniteit en inventiviteit.)

    o        6.5 respect betonen  voor uitingen van leeftijdgenoten, behorend tot eigen en andere culturen
    (Bij het creatief werken met informatiedragers zullen verschillende meningen moeten aangehoord en onderzocht worden. Bij gebruik van apparatuur zullen keuzes moeten gemaakt worden en compromissen gesloten. Samen praten, met respect voor elkaars mening, overtuiging en cultuur, zal het muzisch proces gunstig beïnvloeden)

    (Om gerichte keuzes te maken in het media-aanbod met het oog op het relativeren van en het aanpassen van de gebruikte televisietijd zal zonder vooroordelen en respectvol moeten gepraat worden over de herkomst, de cultuur, de (ideologische) achtergronden, de artistieke en/of commerciële waarde, het opzet van en de impact op, ...Om in het consumptie-aanbod op zoek te gaan naar kwaliteitsverschillen en gebruiksfuncties moet iedere mening, overtuiging en traditie gerespecteerd worden)

    (
    Om in groep te werken aan diverse media-realisaties en gezamenlijke onderzoeken te doen, is het noodzakelijk het nodige respect op te brengen voor alle deelnemers, ongeacht hun mogelijkheden en inbreng.
    )

    Wereldoriëntatie: technologie

    2de graad:

    o       communicatiemiddelen zoals een telefoon, fax, in zeer algemene termen omschrijven (bijv.: telefoon - een gesprek voeren over een afstand, fax - een tekst via de telefoonlijn doorsturen naar een andere fax-gebruiker,... ;

    o       in een in de klas opgestelde computer onder begeleiding, een tekst invoeren, zelf een eenvoudige opmaak realiseren, de tekst printen en opslaan op een gegevensdrager;

    o        

     

    3de graad

    o       om met een computer te werken moet je exact juiste procedures volgen;

    o       een gewone diskette bevat minder opslagruimte dan een harde schijf, een CD-rom of een CD-I;

    o       om met de computer te faxen hebben we een modem nodig;

    o       Internet is een netwerk van computernetwerken.

    o       we elektrische voeding afnemen via een aansluiting op het elektriciteitsnet, van  batterijen of  van zelf opgewekte elektriciteit (fietsdynamo);

    o       een bestand van een computer kan opgeslagen worden op een gegevensdrager (de harde schijf, diskette,...);

    o       je met electronische post bliksemsnel geschreven berichten overal ter wereld kunt rondsturen naar mensen die ook aangesloten zijn op het internet ...;

    o       internet via het wereldwijde web een enorm grote schat aan informatie aanbiedt

    o       voorbeelden geven van communicatiemiddelen die niet functioneren wanneer ze niet aangesloten zijn op het elektriciteitsnet

    o       op een in de klas opgestelde computer een tekst invoeren, zelf een opmaak realiseren, de tekst printen en opslaan op een gegevensdrager

    o       een zelfopgeslagen bestand terugvinden om er verder op te werken

    o       een E-mail versturen en ontvangen;

    o       kunnen op een E-mail het adres van de afzender terugvinden

    o        aan de hand van een zoeker (browser) documentatie opzoeken op het wereldwijde net

     

    10-12-2006 om 20:24 geschreven door 3LLO  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.OVSG

    OVSG

    Visie op media:

    De technologische evolutie confronteert ons met steeds meer media. Er wordt hierbij niet alleen aan kranten, tijdschriften, boeken, foto's, tekeningen, dia's, radio-uitzendingen, televisieprogramma's, maar ook aan computersoftware, cassettes, cd's, cd-rom’s ... gedacht. De wijze waarop onze communicatie verloopt heeft heel wat veranderingen ondergaan.

    Het onderwijs in media wil daar ten volle op inspelen, want media behoren tot de dagelijkse leefwereld van de kinderen. Van jongs af worden ze geconfronteerd met allerlei mediaboodschappen en ze gaan daar veelal onbevangen mee om. In de school mag dat niet onbesproken blijven. Vaak gaan de kinderen door die dagelijkse omgang te passief, te weinig creatief en te onkritisch met media om. Hier ligt voor de basisschool een belangrijke taak. De kinderen moeten zo vlug mogelijk de nodige vaardigheden en attitudes ontwikkelen om optimaal aan de huidige mediacultuur te kunnen deelnemen en bewuste mediaconsumenten te worden.

    Algemene doelstellingen:

    o Van media genieten

    o Kritisch met media leren omgaan

    o Media selectief en bewust leren gebruiken

    o Kennis en inzicht verwerven in de betekenis van media

    o Inzicht hebben in de taal van woord, beeld en geluid

    o Creatief met media kunnen omgaan

    4 Leerlijnen:

    1. Wat kunnen we over media leren?

    o De kinderen ervaren beelden, geluiden en combinaties daarvan die gebracht worden via verschillende media.

    o De kinderen beseffen dat hun wereld doordrongen is met audiovisuele boodschappen.

    o De kinderen weten dat beelden en/of geluiden iets vertellen

    o De kinderen ervaren dat een werkelijkheid kan voorgesteld worden door beelden en/of geluiden

    o De kinderen ervaren dat beelden en geluiden effect op elkaar kunnen hebben

    o De kinderen ervaren dat eenzelfde boodschap via verschillende media kan overgebracht worden

    o De kinderen kunnen een aantal veelvoorkomende begrippen in verband met de media begrijpen en hanteren

    o De kinderen kunnen het effect bespreken van beelden, geluiden en combinaties daarvan in de media.

    o De kinderen weten dat de media verschillende functies kunnen hebben.

    o De kinderen zien in welk media-aanbod aan welk behoeften voldoet

    o De kinderen kunnen de effecten van het verspreiden van eenzelfde boodschap via verschillende media met elkaar vergelijken en verwoorden.

    o De kinderen zien in dat het variëren van het beeld en/of het geluid een andere werkelijkheid kan oproepen

    o De kinderen weten dat beelden en/of geluiden verschillend kunnen geïnterpreteerd worden afhankelijk van de invalshoek waarmee de ontvanger tegen de boodschap aankijkt

    o De kinderen weten dat beelden en/of geluiden verschillend kunnen geïnterpreteerd worden afhankelijk van de invalshoek waarmee de ontvanger tegen de boodschap aankijkt

    o De kinderen zien in dat beelden, geluiden en boodschappen een subjectieve weergave van de werkelijkheid zijn.

    2. Hoe kunnen we omgaan met opname- en weergavetoestellen?

    o De kinderen kunnen audiovisuele media technisch bedienen

    o De kinderen kunnen de audiovisuele media functioneel bedienen

    o De kinderen kunnen voldoende informatie inwinnen over audiovisuele middelen om ze zelfstandig te hanteren

    o De kinderen kunnen de audiovisuele media technisch hanteren om een product te realiseren

    o De kinderen kunnen boodschappen overbrengen via verschillende media, rekening houdend met hun verschillende mogelijkheden en beperkingen

    3. Hoe kunnen we media creëren?

    o De kinderen maken combinaties tussen beelden en/of geluiden

    o De kinderen brengen een volgorde aan in een reeks van voorwerpen, beelden en/of geluiden zodat ze een geheel vormen

    o De kinderen kunnen zelf combinaties van beelden en/of geluiden maken

    o De kinderen kunnen een gegeven uit de werkelijkheid voorstellen met beelden en/of geluiden

    o De kinderen creëren nieuwe werkelijkheden door het variëren van beelden en/of geluiden

    o De kinderen kunnen een boodschap overbrengen

    o De kinderen kunnen verschillende media gebruiken om een boodschap over te brengen

    o De leerlingen kunnen zender en ontvanger verrekenen in het overbrengen van een boodschap

    o De kinderen kunnen op een creatieve wijze mediaproducten aanmaken

    4. Hoe kunnen we met media omgaan?

    o De kinderen kijken en/of luisteren naar allerlei mediaproducten.

    o De kinderen kunnen mediaproducten aandachtig bekijken en/of beluisteren

    o De kinderen kunnen de inhoud van mediaproducten met eigen woorden vertellen

    o De kinderen kunnen waardering opbrengen voor en genieten van mediaproducten van: zichzelf en anderen;de eigen cultuur;andere culturen.
    Ze kunnen die waardering verwoorden.

    o De kinderen genieten van het waarnemen van mediaproducten en worden zich bewust van de eigen voorkeuren.

    o De kinderen kunnen reflecteren op het eigen mediagebruik en motiveren hun programmakeuze

    o De kinderen kunnen een bewuste keuze maken uit het media-aanbod gebruikmakend van programmaoverzichten

    o De kinderen kennen een relativerende plaats toe aan het massale media-aanbod

    o De kinderen benaderen de media kritisch

    o De kinderen ervaren dat beelden en/of geluiden verschillend kunnen geïnterpreteerd worden, afhankelijk van de context waarin ze voorkomen

    o De kinderen kunnen mediaproducten beoordelen volgens een (eigen) referentiekader

    10-12-2006 om 20:24 geschreven door 3LLO  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (7 Stemmen)

    Archief per week
  • 04/12-10/12 2006

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Inhoud blog
  • Inleiding
  • Vragenlijst
  • Eindtermen
  • RAGO
  • OVSG


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs