Belevenissen in het land van de Magyaren - Kalandok a magyarok országában. Deze blog gaat over Hongarije (Magyarország), voor velen onder ons een vrij onbekend land, ver van mijn deur. Daarom tracht deze blog ons een beter inzicht te geven in dit land, zijn tradities, zijn cultuur, de anekdotes, de lokale gebruiken en evenementen, het landschap en vooral zijn boeiende geschiedenis .
- Ez a blog Magyarországról szól, sok külföldi szemében egy ismeretlen ország, amely messzén áll az otthonunktól. A weboldal sok érdekes kérdést megmagyaráz erről az országról, a hagyományairól, a kultúrájáról, viccekről, a helyi hagyományokról és eseményekról, a tájról és mindenekelőtt Magyarország feltűnő történetéről mesél.
08-05-2013
De Hongaarse kinderactie of de Hongaarse kindertreinen 1923-27 - a magyar gyerekek Belgiumban 1923-27 - De case Paul Van De Velde - A vallomása Paul Van De Velde
Akasztó, Brakel, Deinze. Vorig jaar verscheen op deze blog een artikel over de Hongaarse kindertreinen die Hongaarse weeskinderen o.a. naar Belgenland brachten voor een vakantie in de periode 1923-27. Op dit artikel kwam een reactie van de direct betrokkene m.n. Paul Van De Velde (daarenboven was hij via zijn voormalige werkgever af en toe in het land van de Magyaren - ze hebben er een heuse fabriek) die rechtstreeks afstamt van een vader (Reszö Hauczinger - later Van De Velde) die in België kwam met de treinen, er bleef bij een familie, later geadopteerd werd door die familie Van De Velde. Van die vader is de betrokkene een afstammeling. Hij brengt, exclusief voor deze blog, zijn geïllustreerd verhaal dat hieronder is weergegeven. Een getuigenis die kan tellen...een fantastisch verhaal. - Overigens leven in Vlaanderen nog vele van deze afstammelingen van treinkinderen, verenigd in zgn. Hongaarse clubs -. Over de club in o.a. Rumbeke verscheen reeds info op deze blog...
Een kort historische situering omtrent, HONGARIJE
Rond 1900 hadden zowel Oostenrijk als Hongarije dezelfde persoon als staatshoofd. In Oostenrijk heette die dan KEIZER en in Hongarije noemde men hem KONING. In 1867 werd Franz Jozef tot koning van Hongarije gekroond. Hij bleef dat tot 1916, het jaar waarin hij stierf. Karel IV werd zijn opvolger, Karel IV was de echtgenoot van Keizerin Zita en de vader van Otto Van Habsburg. Hij hield het slechts 2 jaren uit en op 16 november 1918 werd dan ook de Volksrepubliek uitgeroepen . Door toedoen van de geallieerden richtten de socialisten, samen met de communisten, in 1919 een Radenrepubliek op met als kopstuk Béla Kun. In 1920 werd na de verkiezingen de monarchie terug een Koninkrijk Maar zonder Koning, Miklós Horthy werd aangesteld als Rijksbestuurder. In datzelfde jaar 1920 ondertekende Hongarije, gedwongende vrede van Trianon . Hierdoor verloor Hongarije 2/3 van zijn grondgebied en 3,5 miljoen Hongaren werden bij Roemenië, voormalig Tsjecho-Slowakije en voormalig Joegoslavië ingedeeld. In 1921 deed Koning Karel IV tweemaal een mislukte poging tot staatsgreep, dit had tot gevolg dat het Huis Habsburg definitief van de troon vervallen werd verklaard.
In de twintiger jaren werd onder Premier Graaf Betlen aan de consolidatie begonnen. De kerk kreeg meer invloed,sociaal democraten, socialisten en communisten werden verboden. De kleine burgerij en landbouwers verzeilden in de oppositie, het leger werd bevoorrecht. Het leven werd er zodoende niet beter op. In die periode kon men in vele lagen van de bevolking spreken over schrijnende armoede. Dit is ook het tijdperk waarin Hongaarse kinderen, die ondervoed waren, naar België en Nederland werden gebracht. Alleen met de bedoeling om ze hier op krachten te laten komen.
Volgens een uiteenzetting van Senator Lionel Vandenberghe, in oktober 2006, ging het over een caritatieve immigratie. Naar schatting zouden tussen 1923 en 1930 ongeveer 21.500 Hongaarse kinderen in Belgiëzijn toegekomen. Het eigenaardige aan geheel deze organisatie is dat men niet kan achterhalen wie uiteindelijk, als hogergeplaatste verantwoordelijke, zich met dit comité bezig hield. De Hongaarse treinkinderen zoals men ze noemde, werden quasi uitsluitend bij Vlaamse mensen ondergebracht.
Tussen 1923 en 1925 werden duizenden kinderen met
treinen naar België gebracht . De meesten van hen waren meisjes , alhoewel in mindere mate ook jongens. Velen zijn hier gebleven maar toch keerden na verloop van tijd heel wat van hen terug naa hun thuisland . Naar verluidt keerden de jongens vroeger terug dan de meisjes . Een reden daarvoor is niet echt gekend , maar er
wordt wel verteld dat er enige terughoudendheid bestond tegenover de nogal wilde HUNSE KARAKTERTREKKEN van de jongens. Deze kindertreinen, met vele Hongaartjes, leven nog steeds in het collectief geheugen van Vlaanderen en bij velen, nu nog, roept de naam Hongarije het beeld van "armoede" op...intussen is er wel veel veranderd natuurlijk...In menig familiefotoarchief, in Vlaanderen, is wel een of andere foto van hun 'Hongaartje" terug te vinden...
Deze kinderen werden door toedoen van de kerk en de
kloosters ondergebracht bij welstellende burgers . Enkelen zijn ook tot priester of kloosterzuster gewijd . De meestemeisjes belandden bij de notabelen van de gemeente en werden opgeleid als hulp in het huishouden , de jongens daarentegen werden ingeschakeld op de boerderijen.
VAN HONGARIJE NAAR BELGIE .
De treinen die vanuit Boedapest vertrokken vervoerden duizenden kinderen , zon treinreis duurde soms vier dagen. Gedurende die treinreis mocht niemand de trein verlaten. Zowel eten, slapen, wassen en plassen moest gebeuren in een kleine schamele treinruimte. Alle kinderen kregen een nummer toebedeeld waarmee ze zich kenbaar konden maken tegenover het comité dat de hulpverlening had opgezet. Eén zon groep kinderen kreeg in de zomer van 1925 als eindbestemming, EINE bij Oudenaarde.
Op de foto : Reszö bij aankomst in Belgie , als vaandeldrager , met naast hem zijn zus Erszebeth .
Bij die kinderen waren Reszö (12 jaar) en zijn zus Erszébeth (17 jaar) Hauczinger. Zij hadden in Hongarije, door toedoen van het regime hun beide ouders verloren, en werden als weeskinderen naar Belgie gestuurd. In eerste instantie werd de groep kinderen opgevangen in het OLV klooster te Eine. Daar kregen zij door de kloosterzusters hun eerste woordjes Vlaams te horen. Om hen daarbij te helpen kregen ze een soort woordenregister (szótár), waarin de hoogst noodzakelijke woorden waren in opgenomen om zich verstaanbaar te maken bij hun toekomstige pleegouders.
Het bewuste vertaalbriefje waarmee de eerste woordjes Nederlands werden aangeleerd.
Na een korte aanpassingsperiode waarin de kinderen terug op krachten konden komen werden zij doorverwezen naar hun pleegouders. Dezen hadden reeds eerder door het comité, één of meerdere kinderen toegewezen gekregen. Daarin hadden zijzelf echter géén enkel voorkeursrecht. Het werd dit kind, en het was te nemen of te laten. De bedoeling was dat de kinderen 3 maand zouden verblijven bij hun pleeggezin en daarna zouden terug gestuurd worden naar hun thuisland. Reszö en Erszebeth, als broer en zus, bleven uiteraard samen en werden toegewezen aan de familie Van De Velde. Een vooraanstaande boerenfamilie uit Nederename. Het gezin Van De Velde bestond uit 3 zussen ( Clotilde 55 j , Marie 53 j en Herminie 49 j) en 2 broers (Omer 52 j en Alfons 44 j). Niemand van hen was gehuwd, zij leefden als welstellende "Jonkmans en Juffers". Omer Van De Velde was, als eerste schepen, binnen de dorpspolitiek zeer gewaardeerd. Binnen dit gezin werden beide kinderen, Reszö en Erszebeth, met open armen ontvangen. Één van de Juffers gaf hen privéonderricht en leerde beide kinderen lezen en schrijven. Terwijl Erszebeth huishoudelijke taken werden aangeleerd werd Reszö ingeschakeld bij het werk op de boerderij. Op die boerderij was ook een grote kolonie duiven die dienden onderhouden te worden. Reszo kreeg als 13-jarige de grote verantwoordelijkheidover de verzorging van die prijsduiven. Het zijn trouwens die duiven die later een grote rol hebben gespeeld bij het besluit van Reszö om definitief hier te blijven. Na verloop van tijd kregen beide kinderen een Vlaamse roepnaam, Erszebeth werd Elisabeth en Reszö werd algauw Roger. Die eerste drie maanden verliepen aan een snel tempoen aangezien de toestand in Hongarije niet echt veel verbeterd was kregen de pleegouders de mogelijkheid om het verblijf van hun pleegkinderen met nog eens drie maand te verlengen. Na die tweede periode (februari 1926) moest dan de keuze gemaakt worden. De kinderen die terug wilden konden dat doen onder het toezicht van het Comité. Wie bleef viel volledig onder de verantwoordelijkheid van het pleeggezin. De pleegouders werden verzocht een document te ondertekenen waarbij zij zich borg stelden. Erszebeth, die ondertussen bijna 18 was, besloot om terug te keren naar Hongarije, terwijl Reszö zich hier echt thuis voelde en hier bleef. Op die manier werden broer en zus een eerste maal van elkaar gescheiden. Reszö beleefde hier een zorgeloze jeugd en het armtierige Hongarije werd verdrongen tot ver in zijn geheugen. Via briefwisseling bleef hij in contact met zijn zus in Hongarije. In 1928 kwam er een eerste hereniging van broer en zus. Omer Van De Velde, als politiek ambtenaar, had het kunnen bewerkstelligen om Erszebeth naar Belgie te laten overkomen voor een korte vakantie. Zo konden zij samen de zomer van 1928 doorbrengen. In de dertiger jaren werd het alsmaar woeliger in Hongarije. Het leger sympathiseerde met de Duitse nationaal socialisten en dit leidde tot fascistisch gerichte organisaties. Zeker nà 1933, toen de nazi's definitief aan de macht kwamen onder het bewind van Hitler, nam de invloed van Duitsland in Hongarije toe. Niemand mocht nog het land uit en de tweede wereldoorlog maakte alles nog moeilijker. Alle contacten werden voor een tweede maal verbroken (of gedwarsboomd) en het duurde tot na de oorlog vooraleer er terug een brief in de bus viel. In 1949 werd Hongarije een Communistische Volksrepubliek. De nog bestaande industrie werd verder ten gronde gericht. Gebrek aan levensmiddelen en andere materialen leidden ertoe dat er een rantsoenering werd ingevoerd. Imre Nagy die dan premier was, werd door de Communisten aan de kant gezet. Hij kon niet beletten dat de Communisten het meer en meer voor het zeggen kregen.
1926 ReszöenOmer Van De Velde1928 -Reszö met Erszebeth en Omer Van De Velde
Ersebeth was tijdens die woelige periode in Hongerije gehuwd en was moeder van 3 zonen geworden. Reszö hadhet veebedrijf van de familie Van De Velde in handen genomen en werd zelfstandig landbouwer.Tijdens die oorlogsjaren was Juffer Clotilde Van De Velde overleden (1942) en het gezin onderging hier de oorlogsjaren met de alhier gekende ups en downs. Toch was er ook tijd om te ontspannen en zo maakte Reszö kennis met Paula Decordier uit Zingem. Zij moesten echter wachten tot na de oorlogsjaren om hun liefde te verzilveren. Zij huwden op 6 september 1950.Na hun huwelijk gingen zij inwonen op de boerderij. Paula ging zich bekommeren om de ouder wordende Juffers en jonkmannen. Reszö was ondertussen een volwaardige landbouwer geworden.
Reszö en Paula op hun trouwdag
Eens de oorlogsjaren voorbij waren werd het terug iets rustiger in Europa en werd het mogelijk om Ersebeth naar Belgie op vakantie te laten komen. Dit kon enkel als alles geregeld en betaald werd vanuit België. Zo werd het mogelijk om broer en zus enkele malen te herenigen begin de jaren vijftig. Enkel zij mocht de reis naar België maken, niemand van haar kinderen noch haar man, mocht haar vergezellen uit schrik dat zij niet meer zouden terugkeren naar Hongarije.
Erszebeth te Nederename 1954 Reszö met één van zijn prijsduiven .
Weldra was er uitbreiding in het gezin Hauczinger Decordier. In mei 1951 werd Jozef geboren, december 1952 kwam Paul en in november 1955 werd een dochter Hubertine geboren. Allemaal kregen zij de naam Hauczinger. Naast de vreugde om de geboortes was er ook het leed bij het overlijden van Juffer Marie Van De Velde (1956). Door het op korte tijd wegvallen van enkele leden van de familie werd er méér en méér met de gedachte gespeeld om de naam Van De Velde door te geven aan Reszö en zijn kinderen. In augustus 1956 werd een aanvraag gedaan tot naamsverandering. Op 1 augustus 1956 geeft Koning Baudewijn de machtiging tot naamsverandering. Het jaar nadien , op 9 augustus 1957, bevestigd het ministerie van Justitie dit besluit. Vanaf nu werd Reszö Hauczinger officieel Roger Van de Velde. 1956 was ook in Hongarije een belangrijk jaar. Het leger en het volk spanden samen en brachten Imre Nagy terug aan het bewind. Begin november trok het Sovjetleger Boedapest binnen en brak er een volksopstand uit. Arrestaties, gevangenisstraffen en zelfs terechtstellingen waren aan de orde van de dag. In die Volksopstand vocht ook een zoon mee van Erszebeth. Aan de zijde van het volk en het Hongaarse leger vocht hij mee tegen de Sovjettroepen. Begin 1957 werd het te warm onder zijn voeten en is hij noodgedwongen het land moeten ontvluchten naar Oostenrijk. Vanuit Oostenrijk kwam hij door toedoen van het rode kruis in contact met zijn Oom Reszö in Belgie. Hij kreeg de toelating als vluchteling om in ons land te verblijven en werd opgevangen in het gezin van Reszö. Hier huwde hij na enkele jaren een Belgische vrouw en kon alzo definitief in Belgie blijven. Op die manier kreeg Reszö toch nog een Hongaars familielid in zijn naaste nabijheid. Onder wisselende en armoedige omstandigheden heeft Hongarije het in die omstandigheden moeten uithouden tot de ineenstorting van het Communistische regime in 1989.In 1958 overleden Juffer Herminie Van De Velde en Jonkman Omer Van De Velde. Alfons bleef als enigeover van de broers en gezusters Van De Velde. De Boerderij kwam nu op naam Van Reszö te staan en in 1960 overleed eveneens Alfons. Het gezin Van De Velde Decordier werd groter , in september 1960 werd Peter geboren, de vierde in de rij. Reszö bouwde zijn veebedrijf stilaan af en begon in een textielfabriek te werken.
In de zestiger jaren werd het steeds makkelijker om Hongarije te verlaten en zo kon Erszebeth nog verscheidene keren op bezoek komen bij haar broer en zijn familie en zag zij tevens haar zoon Sandor terug. Toch begon begin de jaren zeventigde ouderdom door te wegen, Erszebeth was ondertussen bijnazestig. De lange treinreis werd te vermoeiend en zo bleven de familiebezoekjes stilaan achterwege. De bezoekjes deinden uit en het contact vervaagde stilaan.
Reszö van zijn kant heeft er nooit ook maar één keer aan gedacht om terug te keren naar zijn vaderland. Hij kon de miserie die hij ginds had meegemaakt nooit vergeten. Hier had hij een tweede thuis gevonden en hier wou hij leven en sterven.
Reszö overleed op 14 augustus 1985 , Erszebeth overleed in Boedapest in 1993 .
Paula Decordier overleed in september 2011
Een uittreksel van de geboorteakte, opgevraagd in 1947, om het huwelijk in 1950 tussen Reszö en Paula te kunnenvoltrekken. De akte werd vertaald naar het Frans.
Overlijdensprentje van Reszö (Roger)Van De Velde Hauczinger
De ontmoeting in Brakel. Eindelijk konden we mekaar in levende lijve ontmoeten in Brakel en Paul bracht een fantastisch verhaal en een schat aan documenten mee...een ware getuigenis. Die staat hierboven neergeschreven
Paul Van De Velde, met zijn interessante documenten en dito verhaal op bezoek in Brakel. De dames snuisteren in zijn familiealbum enne er werd een Hongaars wijntje geschonken
Roberto, Paul, Rita en Olga keuvelen over het land van de Magyaren...een gemeenschappelijke passie
Paul toont interessante foto's aan Rita en Olga. Voorwaar een familiealbum om u tegen te zeggen
De dames konden het snuisteren niet laten...Paul geniet mee...
Documenten en dito Foto's: Paul Van De Velde Bron & Tekst: Paul Van De Velde die in Hongarije nog verwanten (via zijn tante) heeft maar hun spoor bijster is. Opmaak: Roberto Het vorige artikel over de treinkinderen is te raadplegen via: http://www.bloggen.be/hongarije_brakel_be/archief.php?ID=1691504 en dan naar beneden scrollen tot het artikel van 07/12/2011.