Belevenissen in het land van de Magyaren - Kalandok a magyarok országában. Deze blog gaat over Hongarije (Magyarország), voor velen onder ons een vrij onbekend land, ver van mijn deur. Daarom tracht deze blog ons een beter inzicht te geven in dit land, zijn tradities, zijn cultuur, de anekdotes, de lokale gebruiken en evenementen, het landschap en vooral zijn boeiende geschiedenis .
- Ez a blog Magyarországról szól, sok külföldi szemében egy ismeretlen ország, amely messzén áll az otthonunktól. A weboldal sok érdekes kérdést megmagyaráz erről az országról, a hagyományairól, a kultúrájáról, viccekről, a helyi hagyományokról és eseményekról, a tájról és mindenekelőtt Magyarország feltűnő történetéről mesél.
18-11-2020
De kindertrein naar een nieuw leven - Jozefien Daelemans
Het paspoort van Teruszka Házi, die als zevenjarige Hongarije verliet. rr
Honderd jaar geleden vertrok de eerste kindertrein uit Boedapest, met daarin tientallen arme en ondervoede kinderen die een tijdje zouden aansterken bij pleeggezinnen in het buitenland. Het Rode Kruis en christelijke hulporganisaties hadden de hulpactie internationaal opgezet, omdat Hongarije zwaar getroffen was na de Eerste Wereldoorlog. Door het Verdrag van Trianon (1920) verloor het land twee derde van zijn grondgebied. Ouders die niet meer voor hun kinderen konden zorgen, konden die zo een kans op een beter bestaan geven.
In totaal vertrokken tussen 1920 en 1930 zon 50.000 kinderen naar België en Nederland voor een verblijf van zes maanden tot enkele jaren. Een deel van hen bleef na hun vakanties voorgoed bij hun pleegouders. Een van hen was mijn grootmoeder, Teruszka Házi. Toen ze zeven was, werd ze samen met haar achtjarige zus, Erzsébet, op de trein gezet richting Antwerpen een kartonnen doos met wat spullen onder de arm, een identiteitspas rond haar hals. Door een administratieve fout moest Teruszka moederziel alleen verder reizen naar het Nederlandse Hengelo, terwijl Erzsébet naar een Kempisch pleeggezin ging. Mijn grootmoeder zou later trouwen met een Nederlander en emigreren naar Turnhout om dichter bij haar zus te zijn.
Het is een vergeten geschiedenis, maar naar schatting migreerden enkele duizenden kinderen definitief naar België en Nederland, al dan niet op vrijwillige basis. De overgrote meerderheid van hen waren meisjes. Ze trouwden met een Nederlander of Belg en bouwden hier een leven op. Omdat familienamen worden doorgegeven via vaderskant, is hun aanwezigheid vandaag amper zichtbaar. Ook mijn naam draagt geen spoor meer van de Hongaars-Nederlandse roots van mijn moeder. Ze zijn er nochtans wel. Het is een van de vele onbelichte migratieverhalen die Europa rijk is en die onze gelaagde identiteit hebben vormgegeven.
Honderd jaar geleden rekende Hongarije op de gastvrijheid van zijn buurlanden, vandaag sluit het de deur voor wie vlucht voor armoede en oorlog
De familie van mijn moeder woonde in de Kempen, maar sprak Vlaams met een Nederlandse tongval. Aan de muur hingen Hongaarse spreuken. Wanneer we bij mijn grootmoeder op bezoek waren, aten we net zo lief goulash als beschuit met muisjes of stoofvlees met frietjes. Een deel van de familie is gezegend met een Hongaars vel, dat in de zomer nooit verbrandt. Een ander deel is bleek en blond, zoals mijn Nederlandse grootvader. Die mix van tradities en genen is voor ons gewoon en tegelijk bijzonder, het maakt mijn moeders familie uniek, zoals zoveel Europese families. Vandaag heeft 23,3 procent van de Vlaamse bevolking migratieroots, dat is bijna een op de vier.
Het is pijnlijk om te merken dat honderd jaar na het vertrek van de eerste kindertrein net Hongarije een van de meest onverbiddelijke Europese landen is voor migratie. Waar het land een eeuw geleden rekende op de gastvrijheid van zijn buurlanden, sluit het vandaag de deur voor wie vlucht voor armoede en oorlog. Uit getuigenissen van insiders blijkt hoe de Hongaarse publieke omroep vluchtelingen demoniseert en de bevolking tegen hen opzet. Journalisten krijgen de opdracht minstens één negatief migrantenitem per dag te publiceren(DS 14 november). Van solidariteit met de buurlanden is bij premier Viktor Orban al helemaal geen sprake. Hij stemde maandag tegen de Europese meerjarenbegroting en het corona-herstelfonds, waardoor hij de EU in een diepe crisis stort(DS 17 november).
Migratie is een onlosmakelijk deel van ons voortbestaan. Toch is dit geen eenzijdig hoeraverhaal over migratie, laat staan over massale interlandelijke adoptie van kinderen uit oorlogsgebieden. Sommige pleegouders haalden bijvoorbeeld een Hongaars meisje in huis als gratis meid. Mijn grootmoeder was een van hen. Ze moest al haar Hongaarse spullen verbranden omdat die vies waren, en werd gestraft door haar kille pleegmoeder wanneer ze Hongaars praatte. De christelijke organisaties die de plaatsingen regelden, deden dat niet altijd alleen uit naastenliefde, maar ook om katholieke zieltjes te werven. Ook was de reis voor veel kinderen een traumatische ervaring. Mijn grootmoeder worstelde met depressies en zou haar hele leven met heimwee terugdenken aan haar geboorteland.
En toch. Het verhaal over de kindertreinen vertelt hoe mensen 100 jaar geleden hun hart openden voor wie het minder goed had. Ook al had Hongarije meegevochten met de vijand, ook al waren de mensen hier zelf aan het bekomen van een gruwelijke oorlog en de daaropvolgende Spaanse griepepidemie. Het merendeel van de 21.000 Hongaarse kinderen kreeg in België een warm welkom. Onderzoekster Vera Hajtó schrijft in haar publicatieDe Hongaartjes, Belgisch-Hongaarse kinderactiesdatonder meer inDe Standaardreportages verschenen over het onrechtvaardige verdrag van Trianon en de bittere ellende in Boedapest. Dat wekte empathie op bij burgers en potentiële gastgezinnen. Enkele lokale kranten publiceerden zelfs Hongaarse woordenlijsten om de gesprekken tussen nieuwkomers en Vlamingen makkelijker te maken. Mensen zagen erop toe dat de kinderen niet vervreemdden van het Hongaars en Hongaarse onderwijzeressen reisden rond om de kinderen te bezoeken. Dat alles in een tijd zonder internet of computers, en waarin mensen het met een pak minder moesten doen dan vandaag.
Als we wat vaker deze onbelichte verhalen vertellen in plaats van alleen negatieve verhalen over migratie, zouden we een heel ander beeld krijgen van nieuwkomers en mensen op de vlucht. Helaas begrijpen mensen als Orban dat maar al te goed.
Bron: Standaard.be Jozefien Daelemans is schrijver. Haar column verschijnt tweewekelijks op woensdag.
Heinekenâs Hongaarse rode ster en over ander schuimend gerstenat. Door Andras Csengö
Freddy Heinekenheeft Nederland als bierland definitief op de wereldkaart gezet. Inmiddels is Heineken het grootste internationale biermerk in de wereld, hoofdsponsor van de voetbal Champions League, Formule 1, Holland House tijdens de olympische Spelen en wat al niet. Het grappige is dat Heineken bier vroegerHeinekens pils in Nederland nu niet bekend staat als een zogenaamd premium lager. Nog niet zo lang geleden was het Heineken pijpje voornamelijk in een lelijke bruine fles verkrijgbaar, de vriendelijker ogende internationaal groene kleur is inmiddels de standaard in Nederland.
Veel zichzelf zo noemende bierkenners in de Nederlandse polder menen dat Heineken een waterig biertje is, men zweert bij merken alsGrolsch, Hertog Jan, Jupileretc. Dezelfde bierkenners worden op het moment dat ze één stap over de Nederlandse grens zetten plotsklaps Heinekenfans. In de Griekse tavernas, Spaanse tapasbars, Arubaanse salsaclubs, op Egyptische stranden etc nu ja, voor de Coronapandemie dan bestellen ze uitsluitend een Heineken lager en leggen aan buitenlands uitgaansvolk enthousiast uit dat het biertje van wijlen biermagnaat Freddy top of the world is. Herkenbaar? Wie de schoen past, trekke hem aan. Het toont wat mij betreft aan dat Heineken bijna als nationaal Nederlands erfgoed beschouwd kan worden.
In Hongarije is Heineken uiteraard allerwegen verkrijgbaar en is het gerstenat het grootste buitenlandse premiumbier in het schap. Hongaren zijn niet zulke grote bierdrinkers als de Hollandse, het scheelt echter niet zo veel: Hollanders circa 70 liter per jaar per hoofd van de bevolking, Hongaren 60 liter. Heineken is bij Hongaarse jongeren trendy, de bekenderode ster op het etiketdoet hen doorgaans niet denken aan oude communistische symbolen. In het jaar 2000 was die rode ster nog niet zo stralend, alleen de lijntjes van de ster waren rood gearceerd. De binnenzijde van de ster was wit, want een volle rode ster was en is een communistisch kenmerk dat volgens de Hongaarse wetgeving nog steeds verboden is. De ster werd in de latere jaren rood ingekleurd en daarmee kwam de firma Heineken in de juridische problemen. Inmiddels zijn deze gladgestreken, men heeft de zaak afgesloten met een lekkere kouwe klets. Tja, de rode ster van Freddy linken aan een communistische dictatuur? Beetje ver gezocht, nietwaar?
Kom je ook nog andere Nederlandse biermerken in het karpatenbekken tegen? Jawel, maar mondjesmaat,Bavariabijvoorbeeld is wel verkrijgbaar maar ik heb de indruk dat Hongaarse bierliefhebbers dit pilsje geografisch ergens in Beieren/Duitsland rangschikken. Interessanter is het te hebben over het Hongaarse bierassortiment. Welk lagerbiertje is het waard om uit de Tesco-schappen te plukken? Het hele Hongaarse supermarktlandschap staat vol met die afzichtelijke Tesco-panden die aan de stedenranden verantwoordelijk zijn voor een landschapvervuiling waar je U tegen zegt. Van de grote Hongaarse merken kan ik vooralDreheraanbevelen. Dit bier op de markt gebracht in de Monarchistische tijd door Antal Dreher niet echt een Hongaars klinkende naam overigens is van uitstekende kwaliteit, vooral van de tap niet te versmaden. Voor een liefhebber van donker of bokbier is Dreher BakDE keuze. Niet die dure BelgischeLeffe bruinof of een ander duur Belgisch biertje kopen, gewoon een halve literfles Dreher Bak. De helft goedkoper en nog meer volume ook!
Over Belgisch bier gesproken. Natuurlijk komen de mooiste (speciaal)biertjes uit België, dat is nu éénmaal een feit van algemene bekendheid. Mijn favoriete speciaalpint isWestmalle tripel, dat is naar mijn mening het beste speciaalbier van deze aardbol. De Belgen zijn hier zee fier op en dat is volledig terecht. Iets minder kinderachtig zouden ze kunnen doen over Heineken pils dat in hun ogen een minderwaardig lagerbier is. Kijk, en dat is nu klinkklare nonsens, ik heb een donkerbruin vermoeden dat hier sprake isvan immense jaloersheid en afgunst. Waarom? Want Heineken is nog zelfs te vinden in de bierkiosk aan de voet vanMount Everest,maarJupilerniet. EnStella Artoisook niet .
Is hetAmerikaanse Bud(weiser)trouwens te koop in Hongarije? Ja, sporadisch en dan nog voor de hoofdprijs natuurlijk. Nooit kopen, niet te zuipen, dan adviseer ik nog liever een Heineken 0,0. Inmiddels heeft de firma Heineken het trauma van Bucklerreeds lang achter zich gelaten. Geweldig Drink and Drive bier dat alcoholvrije Heineken en dat komt in Hongarije goed van pas vanwege het zogenaamde zero tolerance beleid. Tot 0,25 promille zon beetje één biertje is er nog net geen sprake van een misdaad in Hongarije. Alleen in het geval je achter het stuurwiel plaatsneemt natuurlijk. Boven deze grens wacht U een zware boete en een rijontzegging tot Sint Juttemis. Er wordt meer en meer gecontroleerd dus sowieso nooit doen! Nog even terug naar (Bud)weiser. Met het risico dat U deze mop met een stevige kern van waarheid! reeds kent: wat is de overeenkomst tussen het drinken van een Bud en de liefde bedrijven in een kano? Both are fucking close to water!En dan heb ik het nog niet eens gehad over Bud light de nog lichtere variant van dit Amerikaanse merk. In de Europese Unie zou deze lightversie eigenlijk onder een andere naam verkocht moeten worden. Welke naam dan?Spa rood ..
De gemiddelde Joe sixpack in deVerenigde Statenzal al deze bierinformatie een worst zijn, hij kent namelijk geen ander bier, dan zijn Bud. Ook geen andere president trouwens. Hoe die heet? drie keer raden!
In de hemel is geen bier, daarom drinken we het hier!
Kunnen we ons straks ook laten inenten met dat Russische (Spoetnik V) vaccin? Andras Csengö
Ja, daar heeft U niet van terug, hè? Voor de niet-Russisch verstaanders onder U:ik ben succesvol ingeënt met het Russische Spoetnik V-vaccin!.En ziet U, het heeft nog een paar prettige bijwerkingen ook! Inmiddels is dit een Coronagrap met eenSacharovbaardvan een half jaar, maardeze André van Duinachtige running gagblijft leuk. De gestelde vraag in de titel van dit artikel is echter doodserieus. De kans is namelijk aanwezig dat ook in diverse EU-landen hetRussischevaccin zijn intrede zal doen, bijvoorbeeld inHongarije
De inmiddels door het Coronavirus getroffen Hongaarse minister van Buitenlandse ZakenPéter Szijjártóheeft reeds bevestigd dat de Russen binnenkort een eerste lading testvaccins sturen die door de Hongaarse laboratoria gecheckt zal worden. Hiernaast meldt de minister datHongarijegeïnteresseerd is in alle werkende vaccins vanPfizertot die van deIsraëlis die zich op dit moment in de finale fase bevinden. Mooi toch, Hongarije lijkt er alles aan te doen het massaal vaccineren zo snel mogelijk te realiseren.Productie van het Spoetnikvaccin in Hongarije is een kwestie van tijdpocht Szijjártó in sweatshirt op zijn Facebookaccount.
De cijfers spreken trouwens toch voor zich? Het Pfizer-vaccin levert een 90% bescherming in de controlegroep,maar hetSpoetnik V-vaccinmaar liefst 92%! Ja, ja, het verschil is echter dat Pfizer de officiële protocollen met betrekking tot de ontwikkeling van het vaccin volgt, maar dat geldt niet voor het Russische wondermiddel. De derde massale testfase is voor het gemak maar even overgeslagen, Poetin heeft pijlsnel zijn akkoord gegeven voor het inenten van militairen en zorgpersoneel. Naar verluidt heeft één van zijn dochters ook een prikje gekregen, maar de grote leider zelf durft het (nog) niet aan. Afgezien van zijn vaste getrouwen dient ieder ander voor eenPoetin-audiëntietwee weken in quarantaine vertoefd te hebben .
Afgezien van het overslaan van de derde fase ishet probleem dat er niets gepubliceerd of gerapporteerd is, dus eigenlijk weet niemand wat er nu gaande is. Dit is niet mijn gekleurde mening maar die van meer dan 92% van de (virus)deskundigen all over the world. Er overheerst daarom dus nog een flinke dosis scepsis bij de meeste landen en hunRIVMs. Minus Poetinvriendjes alsLoekasjenkoen de Venezolaanse schurkMaduronatuurlijk. Maar schoorvoetend bewegen de Hongaren althans hun regering en andere Oost-Europese landen in de richting van het Kremlin. OokIndiaschijnt al 100 miljoen doses van de Russen besteld te hebben.
De Russen zijn nu toch een beetje wakker geworden.Inmiddels hebben Russische medici ook volgens de medische (virus)wereld een betrouwbaar onderzoek gepubliceerd met bemoedigende resultaten, Wel, wel, waren we misschien toch iets te voorbarig geweest? Geenszins, bij een nadere bestudering van het onderzoek blijkt dat het om76 proefpersonengaat.76!Lekker representatief ook. Bovendien was niet één van de proefpersonen ouder dan60 jaar. Maar welke personen bevonden zich ook maar weer in de hoogste risicogroep?
Op basis van dit soort onderzoeken kan er natuurlijk nooit sprake zijn van het verantwoord distribueren van dit vaccin. Dat is pas echt spelen met de gezondheid van je bevolking! En dan niet alleen ten opzichte van ouderen met een kwaal, maar ook kinderen, jongeren en alle andere volwassenen van middelbare leeftijd die zich willen laten inenten! En dan heb ik het nog niet eens over een andere Russische publicatie inThe Lancet gerenommeerd medisch vakblad die grotere (controle)groepen betreft, maar volgens een hele rits van internationale wetenschappers is vervalst. De gekopieerde grafiekjes waren zelfs met het blote oog waar te nemen. Het gaat slecht met Rusland, hun wetenschappers kunnen niet eens fatsoenlijk data vervalsen. Dat vond ik wel één van de leukste reacties die op één van de medische fora werd gegeven ..
Als volgende klap op de vuurpijl meldden de medici van het Russische instituut dat het vaccin ontwikkeld heeft Gamaleya dat ze zichzelf alvast ingespoten hebben met Spoetnik V. Een absolute no-go als je de officiële protocollen erbij haalt. Zelfs in de Russische pers werd hier schande van gesproken. Ik sluit overigens niet uit dat de medici eenoekazehebben gekregen uit het Kremlin, als U begrijpt wat ik bedoel . Ook duiken er steeds meer verhalen op waaruit blijkt dat de overheid een tactiek van dwang en schmierentoepast. Schmieren? Voorbeeld: mij is 30 duizend roebel geboden (330 euro) Bron: een werknemer van de afdeling Stadseigendom bij deMoskousegemeente die anoniem wil blijven. Bij medewerkers van de Moskouse metro ging ging het al net zo
De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat het Spoenik-vaccin wellicht toch veilig zal blijken te zijn. Maar deze conclusie kan alleen getrokken worden als er in een (medisch) betrouwbaar land noot: niet Rusland een officiële derde (controle)fase achter de rug is. Tot die tijd is het massaal inenten van bevolkingen gezondheidstechnisch een veel te groot risico.
In 1957 schoten de Russen als eerste een raket de ruimte in, de eerste satelliet die een baan om de aarde beschreef was een feit. Naam van de raket:Spoetnik 1. De Amerikanen hadden het nakijken en moesten in de (ruimte)achtervolging. De metafoor met de vaccinwedloop ligt voor de hand. Ik vrees echter dat deze Spoetnik V wel eens bij de echte lancering in miljoen stukken zou kunnen knallen. En staan toch weer de Amerikanen als eerste op deCovidio 19 planeet. Met een Amerikaanse (vaccin)vlag en een Pfizerampul in de hand.
Zo, het is weer mooi geweest, ik verwen mezelf met een Spoetnik. Ja, ja, de oudere lezers zullen zich ditschuimende frisdrankjenog wel kunnen herinneren. Een belangrijk ingredient voor Spoetnik was de frisdrankExota. Waar dit merk om bekend staat?Spontaan exploderende flessen met verwondingen tot gevolg ..
Ingredienten Spoetnik: men neme een 0,2 liter limonadeglas, men vulle het met een theelepel suiker en een scheutje koffiemelk. Daarop schenken we Exota, waardoor het goedje gaat bruisen als een whirlpool.
Tot slot. Volgens mij is de huidige (rijksoverheid)slogan die het vaccineerenthousiasme moet vergroten een beetje versleten:
On the 23rd of October in 1956, Hungarian students and young workers staged a peaceful demonstration in Budapest to protest against the ruthless Communist dictatorship forced onto the country by the Soviet Union at the end of the Second World War. The protesters drew up a list of sixteen demands aimed at changing the hopeless political situation in Hungary.
Major streets and public squares were the scenes of heavy combat between freedom-fighters and invading Soviet troops during the 1956 Hungarian Revolution.
To commemorate the heroes of October 23, 1956, we have compiled a gallery of beautifully colored pictures showing the sites of the uprising on the iconic Budapest streets. Join us as we travel back in time to 1956 with the help of archive photos fromFortepan:
Karinthy Frigyes (Verpeléti) road at Móricz Zsigmond square. (Fortepan/Ádám Klausz)
men reading the newspaper Hungarian Freedom at the Móricz Zsigmond Móricz square, at the corner of Villányi street. In the background: the building of Kaffka Margit High School (now St. Margaret High School) on the left, the corner building on Himfy Street on the right. (Fortepan/Ádám Klausz)
Cartoon flyer of Mátyás Rákosi with the inscription, this gnome is the most despicable killer and traitor of the Hungarian people! The rope is too little for him! (Fortepan/Ádám Klausz)
Corvin (Kisfaludy) alley next to the cinema, opposite Kisfaludy Street. (Fortepan/Ádám Klausz)
Üllõi út, Grand Boulevard intersection, with the Kilián barracks in the background. (Fortepan/Ádám Klausz)
Corner of Üllõi street and the Grand Boulevard, with the Kilián barracks. In the foreground, a wreck of an ISZ-3 tank. (Fortepan/Ádám Klausz)
Pollack Mihály square. At the tank pipe, the building of 14 Bródy Sándor street (the corner of Puskin and Bródy Sándor street). (Fortepan/Ádám Klausz)
Széna square, facing to Vérmezõ road and the Széll Kálmán (Moszkva) Square. (Fortepan/Béla Heinzely)
Stalin Square (today Ötvenhatosok tere) with the remnant of the Stalin statue. (Fortepan/Gábor Tamás Rátonyi)
featured photo: Hungarian flag hanged from the first floor balcony of the house number 6 in Kossuth Lajos street, facing the Astoria intersection. (Fortepan/Miklós Horváth)
Bron: Hungary Today Deze dag is in Hongarije een nationale feestdag -dit jaar werden de herdenkingen overschaduwd door de er heersende corona crisis
Hongaars en Hollandse/Vlaamse Moppentrommel - andras csengo
Hongarenhebben wel degelijk gevoel voor humor. Vooral in de communistische tijd was het raadzaam om fijnzinnige en verborgen grappen te maken over het communistische systeem en zijn leiders. Dat type humor werd namelijk niet begrepen door de toenmalige Hongaarsegedachtenpolitie,ÁVHgenaamd (Állami Védelmi Hatóság ofwel de Hongaarse veiligheidsdienst). Mannetjes in zwart- of bruinleren jassen braken vaak hun hoofd over allerlei vreemdsoortige cartoons, maar konden er meestal geen chocola van maken.
En Nederlanders? Humor te over,Hans Teeuwen, Theo Maasen, André van Duin, Gordon. Moet ik nog even doorgaan? Ok, Gordon parkeren we even bijPatty Brard, lijkt me ook een prachtig huwelijkskoppel. EnVlamingen?Herman Brusselmans, Philippe Geubels, Urbanus (van Anus),Goedele Liekens. De laatste voor de broodnodige seksuele humor natuurlijk. OverWalen(reserve-Fransen) hebben we het maar even niet en overDuitsersal helemaal niet.
Dan de beloofde grappen. Beide hebben eigenlijk al een lange baard, maar met mijn commentaar erbij misschien toch interessant om te lezen. De eerste is er ééntje die Hongaren graag vertellen aanNederlanders/Vlaningen. Regelmatig maak ik mee dat een Hongaar in mijn bijzijn zijn al dan niet zakelijke partner de volgende smakelijke dijenkletser wil voordragen. Mijn advies luidt altijd: niet doen, want deze grap valt door mijn jááárenlange ervaring niet altijd in goede(polder)aarde. Zelfspot hebben Nederlanders in de regel wel, maar deze joke zorgt vaak voorboerenkiespijnlachjes.
Vooruit, daar gaat ie. Met een satanische ondertoon vraagt de Hongaar in kwestie aan Pieter Jansen of Baudewijn de Smedt of hij toevallig weet hoe de Nederlandse taal is ontstaan. Nee? Welnu,de taal verspreidde zich in de Lage Landen vanaf het moment dat een dronken Engelse matroos probeerde Duits te spreken.Na het uitspreken van deze zin wacht de Hongaar op een lachsalvo van den Hollander of den Vlamingh- dat uiteraard uitblijft. Ten eerste is de boodschap van de mop dat de Nederlandse taal een ratjetoe is van andere talen. Dat is nog tot daaraan toe maar dat de DuitseSprachehier bij wordt gesleept is vaak toch een beetje teveel voor de terekaaskopziel. Van Duitse ressentimenten is in in Nederland al lang geen sprake meer, met het verscheiden vanJules Deelderis dat hoofdstuk wel afgesloten. Maar nooit helemaal natuurlijk, want hoeveel voetballiefhebbers zijn er nog die besmuikt moesten lachen toen die Mannschaft in een vroeg stadium werd uitgeschakeld tijdens hetWK voetbalvan 2018 inRusland? Nou, ik in ieder geval wel .
(Noot: gek genoeg wordt voorgaande grap minder vaak aan Vlamingen voorgedragen. Hoe zou dat komen? Ten eerste menen veel Hongaren dat Vlamingen Vlaams Flamand spreken en dat is eigenlijk zo gek nog niet. Bij de zuiderburen klinkt het taaltje toch zachter. Hongaren menen dat Hollanders een nogal rochelend taalgebruik hebben.Krákogásin het Hongaars. Ja, daar zit wel wat in. Althans boven de grote rivieren ..)
Mocht U de Hongaar die deze verkeerde grap meende te moeten delen een koekje van eigen deeg geven, dan heb ik nog wel een tip ..Een Hongaarse minister bezoekt een kleine gemeente van 1500 zielen ergen in het noordoosten van Hongarije. Hij vraagt aan de burgervader welke de twee grootste problemen zijn in zijn woongemeenschap. Welnu zegt de dikbuikige en besnorde burgemeester, ten eerste is er sinds tijden geen huisarts meer in ons dorp te vinden. De laatste is in 2015 met de noorderzon vertrokken zonder dat er een vervanger is aangesteld. En dat is met al die ziekelijke bejaarde dorpsbewoners een serieus probleem. Right reageert de minister op populistische toon,dat gaan we regelen, let maar op. Gewichtig kijkend belt hij met het Hongaarse gezondheidsministerie. De aanwezige dorpsbewoners horen de minister driftigeoekazesgeven aan een medewerker van het departement.Begrepen Sanyi? Volgende week maandag dient om 8 uur s morgens de nieuwe huisarts zich te melden in zijn nieuwe standplaats. Nee, nee, ik duld geen tegenspraak.
Zo, das geregeldmeldt de minister met een grote zucht. Wat is het tweede grote probleem meneer de burgemeester? Wel, meldt de buikige snor met een grimlach, we hebben in ons dorp nog steeds geen mobiel bereik, onze overigens tweede hands smartphones kunnen we hier niet gebruiken. Gemeen grapje, hè? Helaas is dit in ieder geval voor wat betreft de (niet) aanwezigheid van huisartsen op het Hongaarse platteland de harde waarheid. Veel medici zijn in de loop der jaren richting West-Europa vertrokken, om in de meeste gevallen nooit meer terug te keren.
De braindrain is niet alleen een probleem in Hongarije, hetzelfde geldt voorPolen, Roemeniëen andere ex-oostbloklanden. Voordelig voor landen als Nederland waar huisartsen ook al niet bij bosjes te vinden zijn. Het zijn de onaangename kanten van het principe van vrij verkeer van personen in deEuropese Unie. Maar het is maar net van welke geografische kant je het bekijkt .
God geneest en de dokter strijkt het honorarium op(Bejamin Franklin, Amerikaans staatsman, 1706 1790)
August 23 â The Day the Holy Crown of St. Stephen Was Buried- De omzwervingen van deze beroemde kroon
On August 23, 1849, during the 1848-49 Revolution and War of Independence, former Prime Minister Bertalan Szemere buried the Holy Crown of Hungary in such secrecy that the Austrians did not find it until four years later.
The Hungarian crown and the coronation jewels had been kept by the Crown Guard at Buda Castle since 1790, with only short interruptions when the crown was held somewhere else. During the Hungarian Revolution of 1848/1849, the Holy Crown left the capital two times: the first time to be kept temporarily in Debrecen before being brought back to Pest. However, at the beginning of July, when enemy troops approached Pest once again, Prime Minister Bertalan Szemere kept the jewelry for a while in his own accommodation. Then, another route of escape was planned for the jewels.
This time, the Crown of St. Stephen was first brought to Szeged, then after a short stop at Nagyvárad the crown jewels were taken to Arad. Szemere wanted to make sure it was actually the real crown of St. Stephen in the transport box, so he followed in the footsteps of Sultan Suleiman and put the crown on his head as a test.
Shortly afterwards, however, the revolutionaries had to flee further and came to Orsova in the extreme southeast of the Bánát historical region, in todays Romania. There, they first buried the box in a house. However, when they realized that this had not gone unnoticed, they looked for a new hiding place and buried the crown in a forest near the border with the Wallachia region.
Szemere was unsure from the start what to do with the jewels, and he carried them with him at all times while he was in Transylvania. He even lied to the government commissioner, telling him that the boxes were hiding important documents. In August 1849, the prime minister buried the crown several times until he found its final hiding place.
After these events, nobody saw the crown jewels for years, although the Austrians were looking for them. However, a spy sent to London was able to provide crucial information by chance. He managed to find someone in the circles of Hungarian exiles there who knew the location of the hiding place. The box was finally found on September 8, 1853, by the Austrian authorities in Orsova. The crown was carried back to Budafok on the Danube with great splendour aboard the steamer Archduke Albrecht.
In 1916, in the middle of the First World War, a Hungarian kingwas crownedwith the Holy Crown of St. Stephen for the last time. Emperor Karl was crowned as Charles IV of Hungary together with his wife Zita in the Matthias Church.
In 1945, the St. Stephens Crown was brought to the West by Hungarian patriots on the legendary gold train, and later moved to the USA. It only returned to Hungary in 1978 as part of the negotiations on the return of war trophies from the final phase of the Second World War.
Since 2000, it has been kept together with the imperial orb and the scepter in the dome of the Hungarian parliament building in Budapest.
Saint Stephen â Who Was He, and Why Is He So Important? De beroemde Hongaarse koning Istvan ofte Stefaan
August 20th, the biggest national holiday of the country, is founding day of the Christian Hungarian state, as well as the feast of St. Stephen and the New Bread in Hungary. The founder of the Hungarian Kingdom and Hungarian statehood, King Stephen I, under whose rule the Christianization of the country started,died on August 15, 1038, and was only declared a saint after the conquest of Buda (1686). So, why do we celebrate the founding of the state on August 20th?
Stephen Is father, Géza, was the last fejedelem (essentially a tribal version of a king). From 972 until his death, Géza established European customs in the country to pave the way for his preferred heir, his son, Vajk. He invited missionaries to the country, established a convent, and ensured international recognition for the country by having his son marry the Bavarian Prince, Henrik II.s daughter, Gizella.
Vajk is the pagan name of Saint Stephen. After his father died, he needed to ensure his right to the throne. Even though Géza used primogeniture (the kings oldest son has the right to rule) to justify Vajks claim to be king of Hungary, the half-tribal society failed to adopt this custom easily, resulting in a destructive war between Vajk and Koppány, the second of whom claimed the throne based on the traditional Hungarian practice of seniority (the oldest man in the family is the heir). The future Saint Stephen defeated him and punished all his followers.
Upon successfully securing his claim to the throne, he began the actual work of managing the kingdom. After being baptized, he was crowned on the first of January, 1001 (or possibly the 25th of December, 1000), as Stephen I, with a crown that is said to have been a gift from Pope Silvester II. This present was a depiction of the Popes approval of Hungary and Stephen.
In 1001, he established an archdiocese in Esztergom which was essential to the independence of Hungary. This guaranteed that the Hungarian Catholic Church would be independent of the German one. It was during this time that the first monasteries and abbeys were being formed, these were crucially important in providing missionaries and priests for the nascent Hungarian Church. He made two codes of law, in which he protected the rights of the Church and encouraged the worship of Christianity, and punished those who refused to practice it. Ten bishoprics were established, of which two were archbishoprics. Cathedral chapters were formed, where clerics made religious certificates and official documents. This helped spread literacy in Hungary.
Bron: Hungary Today Voor de bijhorende foto: klik op de onderstaande link
Zigeunersaus wordt Paprikasauce Ungarische Art... of politieke "correctheid" ten top!
Verrek, memoreer ik in mijn recent artikel over deRoma/Zigeunerholocaustde zigeunersausnog in de kantlijn enUnileverheeft al gereageerd. Zo ziet U maar beste lezer, dat mijn columns wel degelijk maatschappelijk effect kunnen hebben. Knorr Zigeunersauce is niet meer en heet voortaanPaprikasauce Ungarische art. Althans inDuitsland ..
Helaas, het was niet de naamsverandering die ik heb voorgesteld. Welke dan? Geen, ik vind de benaming prima zo, maar Unilever meent in zijn ultieme politiek/maatschappelijke correctheid een schepje (saus) er bovenop te moeten doen. Hoe zal de vergadering in het Duitse bestuur Vorstand van deze wasmiddelen/worstenboer er hebben uitgezien? Serieuze voorstellen van de Duitse marketingafdeling werden waarschijnlijk met een powerpoint presentatie via een beamer op het grote scherm vertoond.Romasaucevielleicht een correcte benaming? Nein, nein, dan denkt de consument wellicht dat het sausje wordt omgetoverd in een Italiaanse bolognaise saus. De Duitse marketingdirecteur betoogt datpikante Paprikasaucezijn voorkeur heeft. Daarop meent de vrouwelijke Human Resources Director dat de saus overigens helemaal geen pikante smaak heeft, bovendien bevindt er zich ook tomato flavour in het rode goedje. Ja, ja, de Personalcheffin heeft er culinair verstand van zullen we maar zeggen en dat is in de Duitse Unileverdirectie een groot goed ..
Na veel nach Deutsche art beleefd gekissebis wordt voor Paprikasauce Ungarische art gekozen. het neveneffect van deze beslissing is dat de positie van Hongarije als hét paprikaland in de wereld wordt onderstreept. Dit is overigens niet helemaal terecht daar de oorsprong van de paprikafamilie inMidden-Amerikaligt.
Mooi voor de promotie van Hongarije op culinair gebied, maar Unilever slaat met deze beslissing wel vier keer de plank mis.
Ten eerste geeft de margarineboer feitelijk toe dat het tot nu toe keihard heeft gelogen. Zigeunersaus blijkt geen Roma/Zigeunerorigine te hebben dus de etnische groep van Roma heeft onterecht de credits gekregen voor deze lekkernij. Maar misschien waren Zigeuners sorry nu hou ik op met de Roma-uitdrukking altijd al zwaar beledigd dat deze smurrie op hun conto werd geschreven. Tja, wie zal het zeggen ?
Ten tweede zijn de Zigeuners nog furieuzer geworden vanwege wederom een actie die onderstreept dat ze worden achtergesteld ten opzichte van de Duitsers. Misschien voelt een deel van deze etnische gemeenschap zich wel in de kuif gepikt, omdat het Roma/Zigeunerschap van de Europese etnische kaart wordt geveegd. Zoals ik in mijn recente artikel heb geschreven ben ik nog nooit een Zigeuner tegengekomen die als Roma aangesproken wenst te worden. Sterker nog, men is er trots op
Ten derde stelt Unilever op deze manier de Zigeuners achter op de Hongaren. Immers, de Hongaren hebben deze saus bekokstoofden niet die arme Gipsys. Weer een Zigeunerpareltje aan de uitvindingssnoer afgerukt door die harteloze Duitsers. Maar bovenal worden Hongaren als betere sausbereiders gekwalificeerd.
Ten vierde krijgt Viktor Orbán op deze manier een politiek kontje van de multinational. Immers Hongarije = Paprika en Paprika = Hongarije. Dit past precies in het Hongaarse politiekeFideszstraatje, het land wordt alleen maar positiever op de kaart gezet. Wederom wordt Ungarn erwähnt in positief-culinaire zin. Als ikAngela Merkelzou heten wordt deze saus voortaan wel van het boodschappenbriefje geschrapt. Maar misschien houdt Angela sowieso meer van KnorrRindfleischsauce.
Maar nu alle gedroogde paprikatjes op een stokje, het is toch te idioot voor woorden dat Unilever op een dergelijke manier lippendienst wil bewijzen aan de politiek-correcte elite in Duitsland. Het is allemaal voor de bühne, de enige reden die achter deze beslissing schuilt is: een wit voetje halen bij de consumenten van Unileverproducten. Niets meer en niets minder. Het draagt alleen niet bij aan de verbetering van de maatschappelijke positie van Zigeuners in Duitsland en daarbuiten. Sterker nog, het is een reden voor de zeer rechtse politiieke partijAfDom (nog meer) te benadrukken dat immigranten het grootste gevaar opleveren voor de Duitse identiteit. Wat zegt U, overdrijf ik? Misschien, maar ik ben van mening dat dit weer een bouwsteentje is voor de verdere tweespalt in de Duitse samenleving. In de bundesländer van de ex-DDRweten ze wel waarover ik het hier heb
Tot slot nog een raad aan het adres van de populaire muziekbandthe Gipsy Kings. Voor hun komende toernee in Duitsland adviseer ik de manager van de band de naam tijdens de toernee tijdelijk te wijzigen inHungarian Paprika band. Je weet maar nooit of één of andere Duitse burgemeester een optreden van the Gipsy Kings in zijn stad verbiedt op basis van overwegingen van verborgen racisme.
Als ik het woord zigeuner(s) intyp op de Nederlandsewikipediapaginawordt automatisch dioorverwezen naar Roma. Het Duitse wikipedia wijdt nog wel een pagina aan het onderwerp onder de term Zigeuner. Schande natuurlijk, ik schrijf meteen een brief aan Unilever Deutschland met het dringende verzoek dat de multinational hevig zou moeten protesteren tegen deze uiterst racistische uitingen.
Voor de vorm juichtede centrale raad van Duitse Sinti en Romahet besluit van Unilever toe om te eindigen met het volgende statement: Voor ons staan de benamingen zigeunersaus en zigeunerschnitzel niet bovenaan de prioriteitenlijst. Wij, als raad maken ons veel drukker om het scanderen van zigeuners of joden met de bedoeling om te beledigen, bijvoorbeeld in voetbalstadions.
Het woord zigeuner heeft voor velen een negatieve bijklank en wordt door veel Roma als discriminerend ervaren.(bron: Wikipedia Nederland)
20th Century Fox verandert naam, de Hongaarse oprichter Vilmos Fuchs keert zich om in zijn grafâ¦..
Vilmos Fuchs, wie is dit nu weer? Welnu,Vilmos Friedis de oprichter van deFox Film corporation, het bedrijf dat later fuseerde tot20th Century Fox.Tja,nu wordt het verwarrend, Vilmos Fried? Dit is de geboortenaam vanWilliam Fox, de grote man achter het tot internationaal uitgegroeide filmbedrijf. De start was in 1915, maar het grote succes kwam pas later toen Vilmos besloot om in honderden bioscopen van bijna de ene dag op de andere destomme filmvoorstellingente vervangen door beeld en geluid tegelijk.
Vilmos Fuchs werd in 1879 geboren in het Hongaarse dorpjeTolcsva, gelegen in de provincieBorsod-Abaúj-Zemplén. Als kind van ouders met een Joods/Duitse achtergrond, dit nog even voor de volledigheid. Tolcsva bevindt zich helemaal in het noordoosten vanHongarije, midden in het beroemde wijngebied vanTokaj. De kleine Vilmos was amper 9 maanden oud toen het gezin in 1879 emigreerde naar de Verenigde Staten. InNew Yorkging Vilmos tot zijn 11e levensjaar naar school, maar dat was het ook dan op het gebied van zijn schoolse educatie. Geld verdienen en zijn droom waarmaken, dat was zijn drive, om te beginnen als afwashulp. Dit dorp Tolcsva bezochten wijzelf voor o.a. het aankopen van de beroemde Tokai wijnen.
In het jaar 1900 (op 21 jarige leeftijd) bezat hij al een eigen onderneming die hij 4 jaar later verkocht om een bioscoop te kunnen verwerven. Typisch een aankoop van iemand met een visionaire blik. In die tijd begonnen de stomme films op te komen,Charly Chaplinis er bijvoorbeeld groot door geworden. De combinatie van filmproducties en het vertonen van deze in zijn eigen bioscoopzalen was een sterk staaltje vanvoorwaartse integratie. Vilmos is ook degene die de naam moviestarheeft bedacht. De filmacteurs in plaats van de scenarioschrijvers en filmproducenten/regisseurs werden in het publicitaire zonnetje gezet. Dit klinkt anno 2020 vanzelfsprekend, maar was het in die tijd toch niet. Ja, en ook de uitdrukkingfilmsterkomt ons argeloze bioscoopbezoekers volledig logisch voor, maar dat had heden ten dage ook filmzon of filmdiamant kunnen zijn. Klinkt raar nietwaar, maar als U ermee zou zijn opgegroeid was één van deze omschrijvingen net normaal geweest als de term radio DJ. Of de uitdrukking pamperdie voor veel mensen vooral ouders van jong kroost synoniem staat voorluier.
In het grote depressiejaar van 1929 ging het mis voor Fox Film Corporation, geld voor bioscoopbezoek was tijdens de crisis in rook opgegaan, of opzij gelegd voor te verwachten nog slechtere tijden. In 1930 werden 90% van de aandelen overgenomen door verscheidene banken en daarmee was Vilmos de zeggenschap over zijn eigen company definitief kwijt. In 1936 werden Fox bedrijven alle failliet verklaard, maar daarnee was de ellende nog niet voorbij. William had voor de faillisementsrechtzittingen geprobeerd om de rechters om te kopen wat hem een gevangenisstraf van 6 maanden opleverde. Het was over en sluiten .
Na zijn vrijlating heeft Fox zich nooit meer bemoeid met de filmindustrie, als berooid man stierf hij in 1952 te New York. Daarvoor overigens al in 1935 fuseerde Fox Film Corporations met 20th Century, waarmee het wereldberoemde bedrijf/merk werd geboren. Bij geregelde filmkijkers is bovenstaande foto volgens mij in het geheugen gegrifd. Deze herinnering dreigt nu te vervagen want in 2018 namWalt Disney Corporationde toko over en er werd al lang gefluisterd dat de nieuwe eigenaar de naam van de firma zou willen wijzigen.
Tja, 85 jaar heeft 20th Century Fox bestaan, de erfenis van Vilmos Fried leeft verder in de filmgeschiedenisboeken, het is niet anders. DeBBCsuggereerde dat Walt Disney niet geassocieerd wil worden met de naam van het rechtse Fox, het conglomeraat van mediamagnaatRupert Murdoch. Daar kan ik mij wel iets bij voorstellen, TV-zender FoxNews is bijvoorbeeld één op één de leugenspreekbuis van ons allerDonald Trump.
Toch is het jammer, 20th century studiosklinkt toch algemener, eigenlijk tamelijk saai zou ik zeggen. Had de naam20th Century Starsniet eerder voor de hand gelegen? William Fox heeft immers de term moviestar bedacht en op deze manier had zijn erfenis toch verder geleefd. Bovendien was deze naam een stuk flonkerender geweest. Zoals blijkt beste lezer, is wederom niet om mijn advies gevraagd,such is life
Such is life? Hé, dat is een tekst vanSean Conneryin één van de Bondfilms, ik meen live and let die. Of was het toch thunderball? In ieder geval distribueerde 20th Century Fox exclusief enkele Bondfilms. Voorbeelden van eigen producties: de Star Warsreeks, Peyton Place, Titanic, the A team, Avatar, Alienreeks, Cleopatra, Heidi, the Simpsons, the sound of musicetc etc.
Veel van de producties staan nog steeds op ons netvlies gebrand en/of in ons geheugen gegrift. Één voorbeeldje?
Mooiste communistische bus ooit! Van Hongaarse makelij - De iconische Ikarus bussen - zowat de "Van Hool" van het voormalige Oostblok
Kijkt U nog eens naar het plaatje, volgens mij moeten busliefhebbers hun vingers aflikken bij het design van de Ikarus 55. In het begin van de jaren 50 werden de eerste protypes van deze buscoach vervaardigd. Samen met de Ikarus 66 waren deze twee types de paradepaardjes van de Csepel Autógyár, de bus/vrachtwagenfabriek gelegen aan de Donau in het zuiden van Boedapest.
Het type 55 werd gebruikt voor regionaal busvervoer, de 66 voor stadsvervoer. Hieronder vindt U een foto uit de brochure van het type 66, eigenlijk is het onvoorstelbaar dat zon kiekje werd toegelaten in de zwartste tijd van het communisme in de 50er en 60er jaren. Het bourgeois-karakter straalt gewoon van de foto af. Kijkend met een wat minder scherpe blik zou je zeggen dat Cary Grant met een jonge Catherine Deneuve bewonderend de modieuze lijnen aanschouwt van dit sublieme design. Monarchistische gebouwen op de achtergrond, kan het nog imperialistischer?
De Sovjet-machthebbers waren tevens gecharmeerd van de Ikarusbussen en verordonneerden in het kader van de beruchte 5-jarenplannen dat de bussen geïntroduceerd moesten worden in de meeste Warschau Pact-satellietstaten. Ik vermoed overigens dat er nog een andere essentiële reden aan deze beslissing ten grondslag heeft gelegen. Uiteraard was het niet de bedoeling van het Kremlin dat Hongarije een florerende economie zou worden, deze rol was slechts toebedeeld aan het Sovjetbolwerk zelf. Maar ja, in de eigen heilstaat was men slechts in staat dieselslurpende tanks te produceren. Ook al vermeldde het design/productieplan het vervaardigen van een bus, er rolde uiteindelijk toch altijd een tank van de lopende band af. Maar dat gold ook voor de constructievoorschriften voor tractors, brommers en gaskachels. Het productieresultaat was altijd hetzelfde: een tank .
Icarus vloog volgens de Griekse mythologie met zijn wassen vleugels te hoog en te dicht bij de zon, waardoor zijn vleugels smolten en de arme Icarus reddeloos in de Egeïsche zee stortte. Met andere woorden: hoogmoed komt voor de val ..Tot 1975 werden de Ikarussen voor de diverse communistische satellietstaten gebouwd, het was de glorietijd van de Csepel Autógyár. Daarna was het over en sluiten. Volvo liet tot 1980 nog 1000 Volvo Laplanders bouwen in de fabriek, maar in 1992 werd Ikarus definitief failliet verklaard.
De erfenis van de Ikarusbussen ja, in Hongarije met een K geschreven blijft echter in ons geheugen gegrift. En ook in het echie zijn er diverse gerestaureerde exemplaren voor de volgende generaties bewaard gebleven. De foto aan de kop van dit artikel vind ik welhaast iconisch. Het geeft me zelfs een beetje dat Peter Stuyvesant-gevoel, ook iets wat totaal niet in overeenstemming is met de communistische doctrine natuurlijk.
Nog steeds maakt het design van de Ikarusbus nog een futuristische indruk (althans bij mij), de vormen kunnen de tand des tijds met gemak doorstaan. Net als de Citroën DS de snoek zijn er voertuigen die eenvoudigweg letterlijk en figuurlijk nooit enige roest laten zien. Één van de revolutionaire vindingen voor Midden/Oost-Europa dan ..- was de plaatsing van de motor aan de achterzijde. Deze bobbel had de dood voor het design kunnen zijn, maar hier is het tegendeel het geval. De achterpukkel is in complete harmonie met de ronde lijnen van de bus. Maar ook de voorkant is niet verkeerd, geen grote zoeklichten bijvoorbeeld, maar subtiele koplampen, sommige zelfs mooi verborgen onder de voorbumper. Lyrisch ja, dat zou je ervan kunnen worden .
Ik heb een beetje gegoogled, want ik wilde natuurlijk wel weten welke ontwerper zich achter deze buscreaties verbergt. Verbergt? Ja, want van een communistisch design kun je hier toch niet spreken, de bussen moeten wel door een burger polgár zijn bedacht. Twee namen komen naar voren, György P. Horváth en Béla Zerkovitz, de eerste verantwoordelijk voor de mooie vormen, de tweede voor het technische design. Zowel de chauffeur als de reizigers hadden met de achterpukkeloplossing veel minder last van de lawaaierige motoren van die tijd. Het feit dat de communisten destijds toelieten dat busbouwers zich bekommeren om het gerief van passagiers is trouwens op zichzelf al een novum uit die brute periode van de geschiedenis. Maar ja, misschien reisden er in die tijd ook wel veel inlichtingenofficieren per bus. Om de medekameraden in de gaten te houden .
Of ik zelf als kleine jongen wel eens in zon Ikarus 55 heb plaatsgenomen? Verscheidene malen, maar de laatste keer was een iets minder positieve ervaring. Reizend vanuit het noorden van Hongarije naar Keleti Pályaudvar Station Oost in Boedapest gaf de motor er de brui aan. Hulp liet lang op zich wachten, maar de reparatie was succesvol zodat de reis hervat kon worden. We kwamen nog net op tijd aan om de internationale trein naar Wenen te halen. En dat was maar goed ook, want de volgende trein naar het vrije westen vertrok pas twee dagen later ..
Iedereen wil wel met je mee in de limo. Maar wat je nodig hebt is iemand die de bus met je pakt, als je limo kapot is. (Oprah Winfrey, Amerikaans TV Host 1954 )
Bron: Keek op de Week
Een Ikarus bus - type 66
Dit model zagen we ooit in het verkeersmuseum in Kiskörös
Op 14 juli 2016, 4 jaar geleden overleed één van de grootste schrijvers van de Hongaarse literatuur, Péter Esterházy. Zijn naam vermoedt een adellijke achtergrond, dat lijkt me duidelijk. Misschien is de de Esterházy-dynastie wel de meest bekende onder Hongaren én buitenlanders. Adel spreekt altijd tot de verbeelding, alle Europese Koningshuizen appelleren bij velen aan een sprookjesgevoel, dat zo nu en dan wordt doorbroken als één of andere burger met grote oren toetreedt tot het walhalla van de mensheid. Juist. Zijne Koninklijke Hoogheid prins Pieter van Vollenhoven, die dus.
In Hongarije en Transsylvanië is er oorspronkelijk veel adel te vinden lees het boek Kameraad Baron van schrijver Jaap Scholten maar eens , maar die is door de communisten wel aardig gedecimeerd. Vooral na de Tweede Wereldoorlog. Uiteraard werd de adel gezien als dé onderdrukkende vijand van het proletariaat, kameraad Stalin had ze eigenlijk allemaal met wortel en tak uit willen roeien.
Dit lot was de familie Esterházy ook beschoren, de Hongaarse staatsveiligheidsdienst ÁVH had het ook op de Esterházys gemunt, zijn opa bekleedde in de Monarchistische tijd tijdens de Eerste wereldoorlog nog de positie van Minister-President. Tja, dan was je natuurlijk het haasje bij die boertige en wraakzuchtige communisten in de donkerste communistische tijd van de vijftiger en zestiger jaren. Zo verging het ook de familie van Péter, toch lukte het de schrijver op de universiteit terecht te komen waar hij afstudeerde in notabene wiskunde.
Esterházy was een postmoderne schrijver, ééntje die de Hongaarse taal tot in de perfectie beheerste. Als non-native Hongaars lezer meen ik zelfs de schoonheid van zijn Hongaarse schrijfstijl te herkennen. Zijn meesterwerken Harmonia Caelestis bracht hij uit in de jaren 2000 en 2004 en betreffen de mooie en tragische familiekroniek van de Esterházys. Eigenlijk is het jammer voor mij dan dat de beide boeken vliegensvlug in het Nederlands werden vertaald, zodat ik voor een groot deel de gemakkelijke afslag heb genomen. Naderhand was het trouwens wel eenvoudiger Hongaarse delen uit zijn meesterwerken te lezen .
Deel twee betreft de verbeterde versie, omdat Esterházy na het schrijven van de eerste er achter kwam dat nota bene zijn vader regelmatig rapporteerde aan de Hongaarse geheime dienst. De schok bij Péter was groot, met name toen hij in de staatsarchieven ook zijn naam zag opduiken. Wat bleek? Vader Esterházy bespioneerde zijn eigen zoon en rapporteerde daarover tegen zon zwart-leren jas van de gevreesde ÁVH, Állami Védelmi Hatóság. Letterlijk in het Nederlands: de autoriteit tot bescherming van de staat. Meer precies: tot bescherming van de onderdrukkende moordenaarsbende van kameraad Rákosi en later kameraad Kádár.
De twee versies van Hamonia Caelestis zijn niet alleen een vertelling van een tragische familiegeschiedenis, maar ook die van het Hongarije uit de communistische tijd. Een tijd waarin de terreur tot in perfectie was georganiseerd, je kon immers evengoed door je beste vriend verraden worden, of door je zusje. Of in dit geval, zelfs door je bloedeigen papa. Deze triestmakende Hongaarse historie druppelt nog steeds door in de huidige Hongaarse samenleving waarin het niveau van onderling vertrouwen nog steeds op een ongezond laag pitje staat.
Péter Esterházy is helaas veel te vroeg van ons heengegaan, hij stierf nog maar vier jaar geleden op 66-jarige leeftijd aan alvleesklierkanker.
Pfoeh! Ok, laten we eindigen met met wat vrolijkheid en vertier. Péter heeft een beroemde broer, de gewezen voetballer Márton Esterházy. Deze was in zijn glorietijd 1980 tot 1987 een bloedsnelle aanvaller die met zijn donkere krullenkop verdedigers regelmatig zijn hielen liet zien. In 1984 deed hij Oranje de das door de winnende goal te scoren in een WK-kwalificatiewedstrijd. Nota bene in Rotterdam. Een dijk van een prestatie van de Hongaren tegen een Nederlands elftal dat bijvoorbeeld de volgende voetballers in zijn gelederen had: Ruud Gullit, WimKieft, Frank Rijkaard, Marco van Basten, Hans van Breukelen .Oranje haalde met deze namen het WK in Mexico niet eens, Hongarije was de eerste Europese ploeg die zich damals plaatste.
Ja, waar zijn de oude tijden gebleven, wat betreft het natione Hongaarse elftal zijn hiermee de internationale successen van de laatste 35 jaar wel verteld. Behalve het 3 -3 gelijkspel tegen de latere winnaar Portugal tijdens het EK van 2016.
Márton Esterházy begon zijn voetbalcarrière bij het clubje Csillaghegyi MTE, maar verhuisde als talent natuurlijk! naar Ferencváros. Daarmee is hij dus een zogenaamde Fradista geworden voor zijn leven. En van Ferenváros ben je geen supporter, nee het is een levensvorm/overtuiging. Dit gold ook voor Péter Esterházy. Zijn mooiste aubade aan de mooiste voetbalclub van Hongarije gaat als volgt:
Apropó Fradi. Engem úgy neveltek, hogy az ember fradista. Nem is nevelés ez, hanem valami nagyon magától értődő, egyszerű dolog, az ember úgy fradista, ahogy a nap süt vagy a fű nő.
In het Nederlands: Overigens Fradi. Ik ben op de volgende manier opgevoed: elk mens is Fradista. Maar het is eigenlijk niet het gevolg van opvoeding, maar iets vanzelfsprekends. Het is heel simpel, de mens kan niet anders dan Fradista zijn, op dezelfde manier als het gras groeit en de zon schijnt
Amen
Péter Esterházy, schrijver, 1950 2016)
Nog een tip voor boekliefhebbers, Esterházys boek, stroomafwaarts langs de Donau, een persoonlijke roman die U kronkelend langs de Donau voert door de Midden-Europese geschiedenis. Gewoon bij bol.com te koop.
Society - Why is Trianon still so devastating for Hungarians even after 100 years?
The Treaty of Trianon, signed on 4th June 1920, is still a social trauma for many Hungarians even though a hundred years have passed. According to György Csepelis representative survey in 2010, 66% of respondents, which grew to 68% two years later, have called Trianon the greatest tragedy in Hungarian history. The revolution of 1956 and the subsequent retaliation is in second place, while the Holocaust, the persecution of Jews and their deportation is the third most tragic event in Hungarian history.
24 writes that, according to the findings of Publicus Institute in 2018, 73% of Hungarians believe that the Trianon Treaty was the most tragic event in the long history of Hungary. In 2020, this number rose to 83%, with no relation to political beliefs among respondents.
Even according to an international poll conducted by the Pew Research Centre this year, two-thirds of Hungarians agreed that certain parts of neighbouring countries should belong to Hungary to this day.It is completely understandable why Hungarians, who have directly become minorities and who even experience discrimination directly because of the treaty, find it difficult to accept the event, but how did the detachment of areas affect those who were not directly involved in it? Why do they experience it as a trauma, and how can a historical event survive in the public consciousness? Why does the Treaty of Trianon still hurt after 100 years?
Historical traumas affect us from generation to generationWe know a lot of things about the nature and effects of personal trauma. However, we do not know as much about stressful events remembered for generations by people belonging to a group or a nation. The Treaty of Trianon is a collective, historical trauma for many Hungarians.
Certain events can, in fact, cause shock, anxiety, or depression without direct personal involvement.
This phenomenon was first observed in the children of Holocaust survivors, but later, the same behaviour was detected in other groups, and the theory got confirmed. Such historical trauma can be a one-time event, but it can also be centuries of discrimination and oppression. The latter, long process obviously has a stronger effect on the condition of direct survivors and their offspring as well. According to some research, the effect passed on through generations can be psychological, but it could also be social, cultural, neurobiological, or, according to some, it could even be genetic.
The perception of such traumatic events by individuals, however, can be greatly influenced by their communities. The events that have happened in the past but that are still active parts of contemporary culture will legitimately affect the current state of mind of people and their interpretation of current problems as well.
Therefore, a collective trauma can be felt not only by those who are directly connected to it via the experience of discrimination, or those that have family photos or memories connected to the event, but also by other people through various social and political phenomena, symbols, or actions that remind the group or nation about the incident.As a result of historical trauma, a collective victim identity is often developed when a group of people believes that they are the victim of other groups or tragic events, thus creating a kind of collective reality for their members. To experience this, one needs to identify with the group, feel direct continuity with the events of the past, and experience such a defeat as ones own. This victim identity can increase the sense of togetherness of affinity of the group towards its members. It can reduce stress, or even motivate members to take action.
Politics can bring remembrance by various meansIt is certainly understandable that there is more talk about the Treaty of Trianon, because of its centenary, but it has been an important element in Hungarian politics for the past few decades. Between the two world wars, the Hungarian government devoted a lot of their assets to shaping the belief of retaliation and revisionism. This, however, has greatly changed after 1945. The Treaty of Trianon became a taboo subject, and it was not possible to talk about it. Even though it was a taboo, according to later surveys, the issue of Hungarians across the border still interested many at the time.
The demolition of villages in Romania in 1988 and the discussions about the planned Bõs-Nagymaros dam brought the question of the situation of Hungarians living over the border to the forefront, and people living in mainland Hungary began to show solidarity to minority Hungarians in neighbouring countries. After the regime change, part of the revisionist program between world wars was reinstated.
The topic of Trianon became mainstream in politics and history in the 2000s, and today, more and more social scientists (such as Ignác Romsics, György Csepeli) consider it a social trauma that still deeply affects Hungarians today.The loss of territory was in itself devastating, but it is likely that all the suffering of World War I and the period right after, along with the Spanish flu, is part of that experience of loss, and it might be why that particular trauma is so severe.
Because it is the centenary of the event, it is understandable that issues related to the peace treaty now concern even more people, but over the past decades, various political and cultural reminders have shown us how to interpret Trianon properly. In 2010, the Parliament accepted the National Unity Day, and since then, June 4th is a national Memorial Day in Hungary. There is a memorial museum in Várpalota which, according to its creators, is one of the bravest, most important, and most effective institutions of Hungarian cultural memory policy. There is an internet database called the Köztérkép (Public Map), which is independent and is maintained by voluntary work. The database has collected a total of 254 Hungarian monuments and works of art that are in some way or another connected to the Treaty of Trianon. The rock opera Trianon, based on personal recollections, directed by Gábor Koltay, debuted two years ago, for example, and commemorations were held on 4th June 2020 all over Hungary.
Although it is a sad and devastating event of Hungarys past, such tragic events are the ones that truly bind us Hungarians together and inspire us to keep on fighting.
Mint az öt millió Magyar, akit nem hall a nagyvilág. Vertaling: Zoals de 5 miljoen Hongaren waar de wereld maar niet van hoort. Voorgaande is een zinsnede uit het meest populaire nummer van de band Ismerős Arcok (bekende gezichten). Het is zon beetje het tweede Hongaarse volkslied geworden dat door jong en oud geregeld woordelijk wordt meegezongen. Het is geen aanklacht, geen zielig huilie huilie lied, geen oproep tot fout nationalisme. Nee, het lied is een uiting van de hervonden Hongaarse identiteit die lang onder een laag van onderdrukking, frustratie en een huizenhoog minderwaardigheidscomplex verborgen lag.
4 juni 2020 is wat mij betreft geen dag om te politiseren. De totstandkoming van het verdag of het dictaat van Trianon op 4 juni 1920 was een tragische historische vergissing én misdaad, dit is geen politieke beoordeling maar een oorverdovend feit. Op deze dag past het herdenken van de vreselijke consequenties die Trianon heeft veroorzaakt. Maar ook past het om de beginnetjes van successen te vieren. Hongaren all over the world hebben decennia niet kunnen of willen spreken over het nationale trauma dat het Hongaarse volk is overkomen. Dat (kantel)punt zijn we inmiddels voorbij wat een verfrissende werking had/heeft op de mentale gezondheid. Hiernaast kunnen we een verbetering zien van de positie van etnische Hongaren in met name Slovenië, Slowakije en Servië. Helaas geldt dit (nog) niet voor Oekraïne en Roemenië.
Nog even een paar feitjes. Hongarije verloor in 1920 bijna driekwart van zijn grondgebied, er bleef een schamele 28,8% van over. Het huidige Roemeense Transsylvanië nam de grootste hap voor zijn rekening, bijna 32% bedroeg het teritoriale verlies. Inderdaad, Transsylvanië is in vierkante kilometers groter dan het huidige Hongarije. Dat stemt toch tot enig nadenken, nietwaar?
Van de circa 10 miljoen Hongaren in het karpatenbekken verloren er op één dag bijna 3,5 miljoen Hongaren hun staatsburgerschap en mochten verder leven als etnische minderheid in hun nieuwe natie. Daar werden ze meestal als tweederangs burgers beschouwd of zelfs de grenspoort gewezen. De overblijvenden werden maatschappelijk zwaar achtergesteld en werden regelmatig verplicht om naar een andere regio te verhuizen (of werden eenvoudigweg gedeporteerd). Een pijnlijk voorbeeld hiervan is de Transsylvanische stad Arad waar de wrede dictator Ceauçescu etnische schoonmaak hield. De overwegend Hongaarse bevolking werd gewisseld met fris ingevlogen Roemenen. In 1910 was het percentage Hongaarse bewoners in Arad nog 80%, in 2020 bedraagt dit percentage nog geen 10% ..
Na de Tweede Wereldoorlog heeft geen enkele Hongaarse regering officieel teruggave van (een deel van) het verloren gegane grondgebied geëist. De Trianon-tragedie is territoriaal gezien onherroepelijk, dat weet elke realistische Hongaar. Zelfs de vaak van ongezond nationalisme beschuldigde Viktor Orbán zou het zich niet in zijn hoofd halen om in welk internationaal gremium dan ook teruggave van bijvoorbeeld het Slowaakse felvidék te eisen. Wat wel prominent op de agenda van de Hongaarse regering staat is de emancipatie van de etnische Hongaren in de verschillende gastlanden. Op dit terrein is nog onvoorstelbaar veel werk te verzetten, met de autonomie en de maatschappelijke positie van velen is het nog beroerd gesteld. De grootste verliezers zijn in dit opzicht de etnische Hongaren in het door een burgeroorlog verscheurde Oekraïne. Gaat U maar eens een kijkje nemen, ik heb het al meermalen gedaan .
Het is spijtig en verdrietig dat de Europese Unie zich weinig gelegen laat liggen aan de achterstelling van deze etnische Hongaren. Terwijl EU-wetgeving en jurisprudentie hier toch klip en klaar over is. Maar ik zou me niet overgeven aan politieke bespiegelingen, dus ik volsta hier met de opmerking: wat niet is kan nog komen.
Hongarije grenst aan zichzelf, een tragische constatering, maar het leven gaat ook op de eerste dag na de 100 jarige herdenking van het Trianonverdrag door. Waar het om gaat is de leefsituatie voor al die etnische Hongaren te verbeteren wat alleen maar mogelijk is als met de regeringen in Slowakije, Kroatië, Servië, Oostenrijk, Oekraïne, Roemenië en Slovenië wordt samengewerkt. Met standvastig beleid, overtuiging, terughoudendheid én bezieling.Met als doel de verbetering van de levenskwalliteit van etnische Hongaren en hun medeburgers zodat er eindelijk een halt kan worden geroepen aan de tendens die onderstaande statistieken laten zien
Nagyvárad (Roemeens: Oradea): percentage Hongaarse inwoners (inclusief Hongaarse Joden) in 1910: 91%, anno 2020: 23% ..
Szabadka (Servisch: Subotica), in 1910: 59%, in 2020: 35% .
Dunaszerdahely (Slowaaks: Dunajska Stredá), in 1910 98%, in 2020: 75%
Marosvásárhely (Roemeens: Târgu Mureș), in 1910 89%, in 2020 43% .(PS vanaf de huidige Hongaarse grens ligt deze stad op zon 300 autokilometers. De afstand Groningen-Maastricht bedraagt ruim 300 autokilometers .)
Ungvár (Oekraïens: Uzshorod), in 1910 80%, in 2020 7%
Enzovoort, enzovoort, enzovoort. Cijfers liegen in dit geval helaas niet .
Graaf Albert Apponyi (1846 1933) was de leider van Hongaarse delegatie tijdens de Trianon-onderhandelingen. Hij weigerde zijn handtekening onder het vredesverdrag te plaatsen. Hij sprak onder andere de volgende woorden uit:
Ha Magyarország abba a helyzetbe állíttatnék, hogy választania kellene ennek a békének elfogadása vagy visszautasítása között, úgy tulajdonképpen arra a kérdésre adna választ: helyes-e öngyilkosnak lenni, nehogy megöljék.
Indien Hongarije in de positie zou worden gesteld te moeten kiezen tussen het accepteren van deze vrede of het verwerpen ervan, dan zou Hongarije eigenlijk op de volgende vraag antwoord geven: is het niet beter zelfmoord te plegen, zodat we in ieder geval niet gedood worden?
Honderd jaar geleden vertrokken de eerste kindertreinen onder meer naar
Nederland, waar gezinnen enkele maanden lang hulpbehoevende kinderen ontvingen
die verschrikkingen van de oorlog meemaakten. Het onderzoek kwam pas kort
geleden echt op gang en brengt veel nieuwe zaken aan het licht.
Magyar Narancs (MN): Lange tijd was de geschiedenis van kindertreinen alleen
bekend uit familieherinneringen. Wat betekende deze actie, wat wachtte de
kinderen?
Orsolya Réthelyi (OR): Na de Eerste Wereldoorlog en de revoluties was er vooral
in Hongarije een enorm tekort aan van alles: voedsel, medicijnen, kolen. Hier
hadden de zwaksten, dus ook de kinderen, het meeste last van. Verschillende
landen hebben daarom besloten om niet alleen ter plaatse hulp te verlenen, maar
ook om kinderen in nood op te nemen in het kader van een humanitaire actie, om
fysiek en mentaal te herstellen van de verschrikkingen. Zo vertrok op 8
februari 1920 de eerste trein naar Nederland met 600 kinderen vanaf het
Ooststation in Boedapest. Het programma groeide uit tot een brede
internationale samenwerking: er werden kindertreinen gestuurd naar Zwitserland,
Engeland, Zweden en vanaf 1923 ook naar België. Meer dan 60.000 Hongaarse
kinderen gingen op reis, de meesten naar Nederland of België. Het doel van onze
onderzoeksgroep is om deze transnationale geschiedenis te verkennen: we onderzoeken
niet alleen de Hongaarse, maar ook de Nederlandse en Belgische aspecten.
Orsolya Réthelyi,
neerlandica en historica is universitair hoofddocent Nederlandse letterkunde en
cultuurgeschiedenis, tevens vakgroepshoofd van de Vakgroep Neerlandistiek van
de Eötvös Loránd Universiteit Boedapest (ELTE)
MN: Hoe durfden de ouders in de onzekere internationale situatie de
kinderen naar een wildvreemd land te sturen?
OR: Er was sterke positieve propaganda in de pers, maar er was aan beide kanten
ook veel bezorgdheid over. Vanuit Nederlands oogpunt bestond Hongarije
praktisch niet, de landen moesten elkaar verkennen. De eerste trein kon
aanvankelijk niet worden gevuld. Aan Nederlandse kant werden Duitse en
Oostenrijkse kinderen al opgevangen in soortgelijke acties, dus meldden veel
mensen zich als gastgezin, maar Hongaarse ouders waren bang om hun kinderen weg
te sturen. Uit ons onderzoek bleek dat degene die daar toe overgingen, dat vaak
deden uit wanhoop de eerste deelnemers kwamen vaak uit vreselijke ellende.
Aan de andere kant stuurden ook hooggeplaatste mensen hun kinderen met deze
eerste trein mee om een voorbeeld te geven. Het verblijf van de kinderen was in
eerste instantie voor zon drie maanden gepland, maar de gastouders vroegen hen
vaak om langer te blijven. Omdat de ellende van de ouders in Hongarije
ondertussen meestal niet afnam, moest in veel gevallen worden besloten dat het
voor het kind beter zou zijn om iets langer in het buitenland te blijven.
De omslag van het boek van G. Terlingen: Ilonka de eerste Heilige
Communie van een klein Hongaartje
MN: Naar schatting bleef ongeveer een tiende van de kinderen echt in het
buitenland. Wat is er met de teruggekeerden gebeurd?
OR: Elk verhaal is uniek, maar er zijn terugkerende elementen. De meeste
kinderen leerden ongelooflijk snel Nederlands, maar tegelijkertijd vonden ze
het steeds moeilijker om zich goed in het Hongaars uit te drukken, hun
herinneringen aan hun eigen familie en vaderland werden vaak wazig.
Herintegratie na hun terugkeer was vaak moeilijk. Sommigen gingen terug naar
Hongarije, maar werden door hun Nederlandse pleegouders elke zomer uitgenodigd
- ze voelden zich in beide landen thuis. Ook zien we dat in moeilijke historische
situaties - na de Tweede Wereldoorlog, onder het communisme of na 1956 - velen
direct naar Nederland vertrokken. Interessant is ook het verhaal van de
kinderen die in Nederland bleven: zelfs als ze in goede omstandigheden leefden,
ervoeren ze toch vaak een leemte in hun leven, ze hadden het gevoel dat hun
echte familie hen had opgegeven. Ze gaven dit verdriet en deze pijn door aan
hun kinderen, soms zelfs aan hun kleinkinderen. Het was voor mij
schokkend om te ervaren hoe mensen van mijn leeftijd die van de derde generatie
zijn over deze leemte vandaag de dag vertellen.
De omslag van het Nederlandse kinderboek van Co van der Steen-Pijpers
uit de jaren 50 in de traditie van de kindertreinen: het hulpbehoevend magere
'Hongaartje' Zsigmond wordt bijgestaan door zijn Nederlandse vriend Barendje
OR: Dit is een
vergissing. Aan Hongaarse zijde werd het namens de staat geregeld door de
Országos Gyermekvédő Liga (Landelijke Liga voor Kinderbescherming = Liga) en
waren ook staatsfunctionarissen vertegenwoordigd in de organisatie, zodat ze op
ministerieel niveau contact hielden met Nederland. De OGYL had ook intensief
contact met religieuze geloofsgemeenschappen, maar niet alleen met
protestanten, ook met katholieken en andere groepen. In het begin werd er zeker
gebruik gemaakt van het al lang bestaande netwerk van protestantse kerken van
de twee landen, aan de ontvangende kant speelden katholieke groepen en civiele
initiatieven een even belangrijke rol. De bepaling van de religieuze
achtergrond van de kinderen was vooral belangrijk omdat in Nederland de
katholieke en protestantse bevolkingsgroepen strikt gescheiden waren. Hiermee
werd rekening gehouden bij de verdeling van de kinderen over de gastgezinnen.
(Bron Orsolya Réthelyi - 2020)
Fotocollage met Hongaarse kindertreinen uit de jaren 1920
MN: Hoe werden de kinderen geselecteerd, wie kon er gaan?
OR: In de eerste aankondigingen werden kinderen tussen de 6 en 14 jaar
gevraagd, met als belangrijkste aspect de hulpbehoevendheid. Er werd een
medisch onderzoek uitgevoerd om te zien of het inderdaad om een verzwakt, maar
gezond kind ging. Aanvankelijk was kennis van de Duitse taal ook een voorwaarde
en het was bekend dat de Nederlandse partners vooral kinderen uit de
middenklasse wilden. Het was namelijk vooral de middenklasse die zich als
gastouder opgaf. Hoewel men arme kinderen wilde helpen, wilde men het liefst
kinderen die op hen leken, als het ware. Volgens de Nederlandse pers had
namelijk de verarming van de oorlog vooral gevolgen voor de middenklasse. Aan
de andere kant was in Nederland destijds veel aandacht in het nieuws voor de
antiklerikale acties van de communisten in de periode van de rode terreur, dus
was er aandacht voor dat de arme Hongaarse kinderen in hun eigen land hun
religie ook niet konden beoefenen dan maar hier bij ons! In de praktijk
werden de gestelde richtlijnen echter vaak overschreden. Er waren ook kinderen
op de treinen gezet die niet ouder waren dan twee en een half jaar, of ouder
dan veertien jaar. Er werd ook al snel afgezien van de taaleisen. Na de
aanvankelijke bezorgdheid werd het programma zo populair in Hongarije dat er
snel wachtlijsten ontstonden. De organisatoren probeerden de verzoeken van
invloedrijke families niet te veel mee te laten spelen in de selectie.
MN: De kindertreinen waren in de eerste plaats een humanitaire actie.
Hoeverre gaf dit een mogelijkheid aan een land dat de oorlog verloren had om
diplomatieke contacten weer op te bouwen?
OR: Primair ging het erom hulp te bieden, maar Hongarije ontdekte al snel dat
dit een goede gelegenheid was om uit het internationale isolement te breken. De
kinderen boden een uitstekende mogelijkheid om de gevoelens van sympathie te
laten ontstaan voor dit land. En dat is precies wat er gebeurde. Niet alleen de
kinderen, maar ook het land Hongarije werd geliefd bij de Nederlanders. In de
jaren van de kindertreinen werd het toerisme intensiever en ook de
economische-, politieke- en culturele betrekkingen versterkten zich. Er
ontstond een golf van literaire vertalingen in beide richtingen. Om een
voorbeeld te noemen: er verschenen in die tijd vier geschiedenissen van de
Hongaarse literatuur in het Nederlands, en elke auteur was verbonden met
kindertreinen. Tegelijkertijd begon Hongarije ook zijn klachten over de
onrechtvaardigheid van het vredesverdrag van Trianon (1920) en zijn streven naar herziening
hiervan te exporteren. Nederlandse nieuwberichten en Hongarije-enthousiasten
namen dit vaak over als teken van liefde voor de Hongaren en steunden dit met
propagandistische publicaties en meningen. Het beeld is dus erg complex: alles
kreeg er een plaats in, van de puurste, door de burger geïnitieerde humanitaire
hulp tot de pragmatische dagelijkse politieke doelstellingen.
(Bron Orsolya
Réthelyi - 2020)
Hongaarse kinderen vertrekken met de kindertrein naar Nederland vanaf het
Ooststation (Keleti pályaudvar) te Boedapest. (Collectie: BTM-Kiscelli Múzeum
inv.nr. 13156-28.)
MN: Waarom was Nederland juist het eerste gastland?
OR: Nederland bleef in de Eerste Wereldoorlog neutraal en profiteerde zelfs
financieel van de oorlog, dus de Nederlanders beschouwden het in zekere zin als
hun plicht om hulp te bieden. Aan de andere kant is het een sterk onderdeel van
hun zelfbeeld. Sinds de reformatie werden regelmatig vluchtelingen uit
Hongarije ontvangen, dus liefdadigheid en specifiek steun geven aan de Hongaren
zijn onderdeel geworden van hun nationale identiteit. In de Nederlandse
kinderboeken vindt men bijvoorbeeld opvallend veel Hongaarse personages, maar
circa negentig procent van deze personages is een vluchteling of
hulpbehoevende. Het Hongaarse kind in nood werd een literaire topos in
Nederlandse kinderliteratuur. Dit is ook de reden dat er in Nederland
tegenwoordig weinig begrip voor is dat de Hongaren hekken bouwen tegen de
vluchtelingen. Het wordt niet begrepen dat dit volk, wiens inwoners altijd
welkom waren in Nederland in tijden van nood, zelf niets doet als iemand anders
hulp nodig heeft
(Bron KADOC-KU
Leuven en Museum Hoogstraten - 2020)
Uiteindelijk
vertrokken er tussen juni 1923 en december 1927 meer dan 40 treinen vanuit het
Ooststation van Boedapest naar België. Op de foto verpleegsters die de kinderen
tijdens de treinreis begeleidden in 1925
MN: Waar zijn sporen van de kindertreinen in het gedeelde geheugen
bewaard gebleven?
OR: Hoewel er veel verloren is gegaan, is het materiaal verbazingwekkend rijk,
kinderboeken, gedichten, liedjes, films en artefacten bewaren de herinnering
aan het programma. Ik heb onder andere onderzoek gedaan naar het ontstaan van
het 'Hongaarse Raam', een prachtig kunstwerk dat in het atelier van de beroemde
glasschilder, Miksa Róth gemaakt is, gebaseerd op de plannen
van Sándor Nagy. Dit wordt bewaard in het Koninklijk Paleis Noordeinde in Den
Haag en werd gemaakt als een geschenk voor koningin Wilhelmina. Het raam werd
zelfs met een kindertrein vervoerd van Boedapest naar Den Haag. Kindertreinen
werden letterlijk en figuurlijk een kanaal voor culturele overdracht: ze reden
regelmatig heen en weer met kinderen tussen 1920 en 1930, maar ook gastouders
kwamen op bezoek met georganiseerde reizen. Natuurlijk was er ook een enkeling
die van dit kanaal heeft proberen te profiteren, het gebeurde ook dat sommige
begeleiders er misbruik van maakten door te smokkelen. Daarmee vreesden de
organisatoren dar het programma in de pers een slechte naam zou krijgen.
MN: In persoonlijke verhalen werd Nederland vaak als Kanaän gezien, vloeiend
met melk en honing. Hoe hebben de kinderen de reis ervaren?
OR: Er zijn zowel veel grappige als hartverscheurende verhalen. Zo beschrijft
Barna Nagy in zijn dagboek over zijn verblijf in Nederland dat ze bij aankomst
in Nederland al een vreemde gele kifli (Kipferl is een langwerpig,
gebogen gebakken product dat voor het bakken tot een sikkel wordt gerold en
gevormd) van een van de passagiers had gekregen, maar niet wist wat hij ermee
aan moest - aangezien hij nog nooit een banaan had gezien. Het is
hartverscheurend om te lezen dat sommige kinderen die uit een arme families
komen, basisvoedsel zoals eieren en vlees niet herkenden. In de meeste brieven
is te lezen, hoeveel extra gewicht de kinderen hebben gekregen, dat ze 5-6
glazen melk per dag krijgen melk was in die tijd een schaars product in
Hongarije dus het werd een symbool van welzijn in het buitenland - chocolade,
cacao, brood besprenkeld met een dikke laag suiker ...
MN: Waarom is deze grootschalige actie, waar meer dan zestigduizend kinderen
aan meegedaan hebben juist nu een onderzoeksonderwerp geworden?
OR: Nederland nam in 1947 opnieuw Hongaarse kinderen op, maar het programma
eindigde in 1948. De communistische regering heeft verklaard dat Hongarije de
hulp van het buitenland, vooral het Westen, niet nodig heeft. Het programma
werd stopgezet met een lelijke poging om het te diskwalificeren in het oog van
het publiek: het werd bestempeld als misbruik, een zelfvoorzienend initiatief
voor de kerk. Uit het archiefmateriaal van de geheime dienst zien we dat
volwassenen die probeerden de contacten met Nederland blijven behouden vaak het
doelwit werden van de geheime politie. Zo werd het verhaal van de kindertreinen
een bewust vergeten onderdeel van de Hongaarse geschiedenis. Ons onderzoeksteam
begon de actie in internationaal verband te onderzoeken zodat we met resultaten
klaar zouden staan voor het 100 jaar bestaan van het programma. In 2018
organiseerde de Vakgroep Neerlandistiek van de Eötvös Loránd Universiteit een conferentie,
waar Nederlandse, Belgische en Hongaarse onderzoekers elkaars resultaten konden
leren kennen en bespreken. Voor deze gelegenheid hebben we een
kamertentoonstelling georganiseerd en een bijbehorende tweetalige catalogus
gemaakt samen met de historicus Maarten J. Aalders. Het conferentiemateriaal
is begin dit jaar gepubliceerd in een boek dat in het Hongaars en het
Nederlands tegelijkertijd verschenen is. Maar we vonden het al op de
conferentie van 2018 belangrijk om ook de nazaten van de kindertrein kinderen
uit te nodigen, en niet alleen de onderzoekers, om meer te weten te komen over
de individuele verhalen.
We verzamelen materiaal op vele manieren: we interviewen de nazaten van de
deelnemers, we verzamelen en analyseren eerder gemaakte interviews, memoires,
historische en literaire bronnen, dagboeken voor kinderen, brieven,
archiefgegevens. Een collega van mij doet bijvoorbeeld onderzoek naar de
ontwikkeling van Nederlands-Hongaarse woordenboeken die mede door de actie
begonnen te verschijnen. Een eerste voorbeeld, een lijst van woorden en
uitdrukkingen gedrukt op één pagina, die op die door Liga aan kinderen werd
gegeven voor hun reis naar Nederland om de communicatie met de gastouders te
versoepelen. Door een nauwkeurige analyse van archiefmateriaal in Nederland
ontdekte Maarten J. Aalders dat in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht
in Hongarije , niet de Nederlandse overheidsinstanties of de koninklijke
familie de grootste voorstanders van het programma waren. Het Nederlandse Ministerie van Arbeid (met een afdeling voor
de volksgezondheid) probeerde de actie zelfs tegen te werken, omdat men bang
was voor epidemieën, juist toen er een einde kwam aan de Spaanse griep. Daarom
waren ze er tegen om massaal kinderen naar Nederland te laten reizen. Hij heeft
laten zien dat de kindertreinen-actie dus een burgerinitiatief was, van onderop
begonnen. Dit is een mooi voorbeeld van nieuwe gegevens die door het onderzoek
aan het licht gebracht zijn.
(Foto Gábor Rusznák - 2019)
Maarten J. Aalders is freelance historicus en houdt zich in het bijzonder bezig
met de Nederlandse kerkgeschiedenis vanaf 1795. Sinds januari 2016 richt hij
zich op de relatie tussen Nederland en Hongarije gedurende het Interbellum.
Regelmatig is hij in Budapest om zijn onderzoek te vervolgen
We zijn overigens
nog steeds heel blij als mensen contact met ons zoeken die ons over hun
voorouders kunnen vertellen of brieven en documenten over de kindertreinen
bewaren. We zijn nu een kindertreinen website aan het bouwen met een database
van de gegevens over de kinderen die deelnamen aan deze actie. Samen met de
studenten Neerlandistiek van de ELTE zijn wij ook een aantal individuele
verhalen uit privébronnen aan het reconstrueren. Binnenkort hopen we dat
iedereen zelf op deze site informatie kan zoeken over de kinderen die met
de trein naar het buitenland reisden, waar ze aankwamen en door wie ze
ontvangen zijn.
Orsolya Réthelyi, neerlandica en historica is universitair hoofddocent
Nederlandse letterkunde en cultuurgeschiedenis, tevens vakgroepshoofd van de
Vakgroep Neerlandistiek van de Eötvös Loránd Universiteit Boedapest (ELTE).
Naast haar onderzoek naar de culturele herinnering van de kindertreinen is haar
huidige onderzoek gericht op interculturele transfer tussen de Lage Landen en
Oost-Europa, de verspreiding van oudere en moderne literatuur door middel van
vertaling en bewerking, en op de literatuur van migratie.
Bron Orsolya Réthelyi - 2020)
De omslag van het boek 'De Hongaarse kindertreinen een levende brug tussen
Hongarije, Nederland en België na de Eerste Wereldoorlog' door Maarten J.
Aalders, Gábor Pusztai en Orsolya Réthelyi
Levende brug 100 jaar geleden
De Hongaarse kindertreinen. Een levende brug tussen Hongarije, Nederland en
België na de Eerste Wereldoorlog is samengesteld van de bijdragen aan een
internationale conferentie ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van de
eerste kindertrein. Het boek, geredigeerd door Maarten J. Aalders, Gábor
Pusztai en Orsolya Réthelyi, werd tegelijkertijd uitgegeven door de uitgeverijen
Verloren (in het Nederlands) en L'Harmattan (in het Hongaars) in 2020. De
geschiedenis van de kindertreinen opent een buitengewoon boeiend en divers
onderzoeksonderwerp dat tot nu toe vrij onbekend is gebleven. Als onderdeel van
deze humanitaire actie na de Eerste Wereldoorlog konden meer dan 60.000
Hongaarse kinderen naar het buitenland reizen en enkele maanden bij
gastgezinnen doorbrengen. Uit de studies en rijke beeldmateriaal van het boek
kunnen we leren hoe dit programma tot stand is gekomen en welke impact het
heeft gehad op het leven van kinderen in nood. We kunnen van individuele
verhalen naar een bredere historische context gaan en meer te weten komen over
de rijke culturele, wetenschappelijke en economische verbindingen die zijn
ontwikkeld door middel van kindertreinen, en de sporen hiervan die nog steeds
bestaan.
Het Trianon verdrag wordt binnenkort 100 jaar - Deze materie ligt zeer gevoelig in Hongarije - Roemeense president en parlement spelen smerig âTrianon-spelletjeâ
Klaus Johannis is de President van Roemenië én etnisch Duitser. Op zichzelf is met dit laatste niets mis, in Hongarije leven ruim 200.000 Hongaren met een Duits-etnische achtergrond. Deze landgenoten gaan met hun authentieke Duitse achternaam door het leven, in veel gevallen hebben hebben hun (voor)ouders hun familienamen echter verHongaarst bijvoorbeeld Szommer in plaats van Sommer of vrijwillig gekozen voor een fonkelnieuwe oerHongaarse naam. Dit laatste kan ik mij nog steeds goed voorstellen, na afloop van de Tweede Wereldoorlog werden etnische Duitsers in Hongarije immers zwaar achtergesteld als ze al niet hun woning uit werden geflikkerd. Of zonder pardon uit het land werden gezet. Tja, voorwaar geen prettige geschiedenis.
Nu waren de (etnische) Hongaren al gewend aan voortdurende schofferingen van Roemeense zijde, maar het hek is nu echt van de dam nu Johannis zich hierbij heeft aangesloten. De aanvallen staan natuurlijk niet los van een naderende dag en wel de vierde juni. Op deze datum is het exact 100 jaar geleden dat het verdrag van Trianon werd onderkend. Hongarije hield een schamele 28,6% van zijn oorspronkelijke grondgebied over. Roemenië werd wel goed bedeeld, het kreeg heel Transsylvanië in de schoot geworpen en daardoor werden tegen de 2 miljoen Hongaren van het thuisland afgesneden. Trianon is niet alleen een historisch gapende wond voor de meeste Hongaren, maar tevens een uitnemend product van de overwinningswaanzin van de overwinnaars van de Eerste Wereldoorlog. Net als het verdrag van Versailles
Aan de vooravond van de aanstaande vierde juni worden de vuurtjes aan Roemeense en Hongaarse zijde opgestookt. Door de Coronacrisis staat de mediaverontwaardiging over Trianon in Hongarije vooralsnog nog op een laag pitje. Bij de Roemenen ziet dat er toch iets anders uit . De geachte president van Roemenië was onlangs te betrappen op de volgende uitspraak: De (regerende) sociaal-democratische partij PSD strijdt hartstochtelijk voor het opgeven van Transsylvanië aan Hongarije. Vervolgens bedankte hij de PSD-voorzitter in het Hongaars en stelde vervolgens de volgende retorische vraag: welke(financiële) voordelen heeft Viktor Orbán de PSD-voorzitter eigenlijk beloofd?
Ja, ik moest eerst ook mijn ogen uitwrijven. Hallicuneerde ik? Het hoofd van een natie dat dergelijke giftige vullis spuit? Orbán en zelfs de (ceremoniële) president János Áder onthielden zich persoonlijk van commentaar, eigenlijk was er sprake van een lauwe Fidesz-reactie. Ik ben geen Fideszer maar in dit geval wil ik de Hongaarse regering een klein pluimpje op de hoed geven. Geen onnodig wapengekletter in deze Coronatijd. Van één ding ben ik echter wel zeker: Orbán heeft Johannis uitspraken ergens op de plank gelegd, om deze er later af te halen. En dan zal hij er vast wel een laagje buskruit overheen strooien.
Maar niet alleen deze kwestie ligt te wachten op verdere behandeling. Er zijn nog wel meer vraagtekens te plaatsen bij gedragingen en uitspraken van Roemeense politici. Zo is daar het besluit van het Roemeense parlement dat autonomie van de Szeklers Hongaarse bevolkingsgroep uit Transsylvanië eenvoudigweg geen onderwerp meer kan zijn tijdens de parlementaire zittingen. Dit is niet alleen een ontoelaatbaar affront ten opzichte van de wettelijke normen van de Europese Unie betreffende minderheden, maar in de eerste plaats deelt het Roemeense parlement een beuk uit aan Szeklers zelf. Analoog beschouwd zou de autonome postie van de Duitssprekende Belgen in de Federale staat België onbestaanbaar zijn. Ik heb het flauwe vermoeden dat zon gelukkig hypothetische situatie op geen enkele manier gepikt zou worden door de Europese Unie. Heeft de EU overigens gereageerd op deze schoffering van het Roemeense parlement? Niets dan Coronastilte .
Kan het nog gekker? Heet van de naald is de net aangenomen Roemeense wet waarin 4 juni vanaf nu wordt uitgeroepen tot nationale feestdag. 4 juni wordt voortaan officieel de herinneringsdag van het Verdrag van Trianon. Het plan is dat deze dag gepaard zal gaan met vrolijke festiviteiten in het hele land. De officiële vaststelling behoeft thans slechts de handtekening van een hoge politicus. Wie? Klaus Johannis natuurlijk. Ziet U de etnische Hongaren in Nagyvárad Oradea in het Roemeens al gezamenlijk met Roemeense vlaggetjes door de binnenstad paraderen? Conclusie: een onnodige, vileine en onbeschofte houding van een meerderheid van het Roemeense parlement die contraproductieve effecten zal hebben in de gehele Roemeense samenleving. Ik geef U hier ook maar even een vergelijking: de instelling van een Nederlandse nationale feestdag voor het vieren van de Hollandsche inbezitneming van de Nederlandse Antillen. In Willemstad op Curaçao zouden ze uit hun dak gaan!
Nog heter van de naald? In het Europese parlement fulmineerde ene Ramona Strugariu tegen het Hongarije van Orbán. De artikel 7 procedure moet stante pede worden ingezet, maar beter nog: EU-gelden ten behoeve van Hongarije moeten meteen worden bevroren. Van welke partij is deze Strugariu ook alweer? Van de Nationaal-Liberale partij PNL , dezelfde partij waartoe ene Johannis behoort De botervloot op het hoofd van deze Roemeense politica is zo groot als de boterberg waarmee de EU-landen in het verleden mee te kampen hadden. Roemenië is nota bene één van de landen die tijdens de Coronacrisis het Europese verdrag voor de rechten van de mens heeft bevroren. Waar hebben we het eigenlijk over? Over besteding van EU-gelden in Roemenië hoef ik niet veel woorden vuil te maken: corruption all over the place. Ook Klaus Johannis heeft zich in het verleden vergrepen aan de staatsruif. Op zijn palmares staat ook het uit de laan sturen van de hoofdaanklaagster van het anti-corruptie directoraat Laura Codruţa Kövesi. Inmiddels is Kövesi aangesteld als eerste Hoofdaanklaagster van het kersverse Europese Openbaar Ministerie, hoe ironisch, nietwaar? Overigens, Kövesi, Kövesi? Is dat geen Hongaarse naam?
Tot slot wil ik U één van de meest trieste én tragikomische uitspraken van een Roemeens politicus niet onthouden. Uit de mond van toenmalig Roemeens premier Mihai Tudose konden we begin 2018 het volgende optekenen: als de Szekler vlag wordt opgehangen aan officiële Roemeense instellingen kunnen de uitvoerders van deze actie wat mij betreft naast die vlag worden opgehangen. Van Szekler autonomie kan geen sprake zijn. Dit terwijl een ROEMEENSE rechtbank even daarvoor had gevonnist dat de Szeklervlag met recht kan worden opgehangen op overheidsgebouwen in gemeentes die door een meerderheid van Szeklers worden bewoond. Naast de Roemeense natuurlijk, zoals het hoort in een normaal EU-land.
Anderhalf jaar geleden schreef ik het volgende in één van mijn columns: De politieke situatie in Boekarest is een complete slangenkuil waar het alleen maar draait om cliëntelisme, nepotisme, egoïsme, hebzucht, ultiem kleptocratisch gedrag. Daar komt nu ook haatdragend gedrag bij ten opzichte van de eigen etnisch-Hongaarse bevolking.
Feitelijk is Roemenië een disfunctionerende staat die door de Coronacrisis nog zwaarder aan het infuus ligt van financiële instellingen als het Internationaal Montetaire Fonds (IMF). En het IMF is niet alleen een financiële club, maar oefent ook politieke invloed uit. Eigenlijk is Roemenië een geopolitiek speelplein waar achter de schermen de Amerikanen CIA ! een grote rol spelen. Poetin krijgt in Boekarest tot nu toe geen vaste voet aan de grond. En de Chinezen ook niet echt.Van een onafhankelijk parlement en regering is in Roemenië überhaupt geen sprake. De Amerikanen laten de Roemeense politici de politieke kruimels. En dat ongebreideld graaien en schofferen? Ach, denken die Yankees, als het ons maar niet teveel geld en energie kost, die problemen zijn voor de EU. En die EU, wat doet die mooie club van Europese normen en waarden? Kent U het kinderliedje ik zag twee beertjes broodjes smeren? Het eindigt met: hi, hi, hi, ha, ha, ha, ik stond erbij en ik keek ernaar
Roemeen zijn? Das een beroep .
The result of the Treaty of Trianon in Europe is not peace, but the fear of another war. (Neville Chamberlain Prime minister van het Verenigd Koninkrijk 1869 1940)
Eerste PS Tot nu toe zijn de zaken tussen Roemenen en Szeklers/etnische Hongaren nog niet echt uit de hand gelopen. Ik hoop maar dat de schennis van Hongaarse graven van slachtoffers uit de Eerste Wereldoorlog in het Transsylvanische Csíkszentmárton geen voorbode is van opvolgend etnisch geweld. De bruutheden vonden vorig jaar plaats rond de vierde juni. Dat was 99 jaar na de ondertekening van het verdrag van Trianon .
Tweede PS De Szekler Nationale Raad Székely Nemzeti Tanács (SZNT) heeft een petitie opgesteld die de autonomiewens van de Szeklers ondersteunt. De benodigde 1 miljoen handtekeningen zijn inmiddels verzameld. Dat is nog niet hemaal voldoende, er moeten nog wat handtekeningen bij, want de aantallen moeten in 4 landen nog omhoog. Zo werkt het EU petitiesysteem. De Europese Commissie heeft vanwege de Coronacrisis de termijn gelukkig opgerekt. Wordt de petitie-actie een succes, dan is de Europese Commissie verplicht zich met dit thema bezig te houden. Zoals de Duitsers zeggen: wir drücken die Daumen! Dat geldt niet voor de Demokratikus Koalíció DK -, het politieke vehikel van ene Ferenc Gyurcsány. Prominent DK-partijlid Tamás Bauer meende onlangs in een gegeven interview dat er geen sprake van kan zijn dat de Szekler autonomie in de EU behandeld wordt. Daarmee is DK een dissonant in de Hongaarse politiek op dit onderwerp.Zelfs de oppositionele Momentum en de LMP steunen de tekst van de petitie. Eigenlijk is hier sprake van een politiek nationaal ondersteunde activiteit. Dat mag in het gepolariseerde Hongaarse politieke klimaat ook wel eens onderstreept worden. Voor wat betreft DK-politici: LANDVERRADERS!
Parallelle werelden, daar zijn er nogal wat van. Denk maar aan het voetbalwereldje waarover al weer paginas worden volgeschreven, het testbeeldprogramma Studio Voetbal trok veel kijkers met de discussie hoe in vredesnaam die Eredivisie nu moet worden afgesloten. Wie degradeert, wie gaat Europa in, dat soort geneuzel. Heerlijk om die onderzeebootkapitein en Koersk-berger Frans van Seumeren tevens voorzitter van Fc Utrecht tekeer te horen gaan tegen de KNVB. Wel de bekerfinale gehaald, maar Europa mag Fc Utrecht niet in. Dan maar een vriendschappelijk wedstrijdje met Fc Poetin regelen Frans! Er zit niks anders op. Of de rechter gaat nog anders beslissen .
Hoe parallel wil je het hebben? Terwijl in diverse Afrikaanse landen arme sloebers hun dagelijks kommetje rijst niet meer bijeen kunnen scharrelen en in de Verenigde Staten Coronapatiënten het ziekenhuis niet betreden kunnen als niet onmiddellijk de portemonnee wordt getrokken, wordt in Nederlandse talkshows geklaagd hoe vervelend het is om niet naar de kapper te kunnen. Bovendien, hoe moet dat nu met onze welverdiende geboekte vakantie aan dat hagelwitte strandje op dat atolletje in de Indische oceaan. We hadden ons zó verheugd op dat hemelbed bestrooid met rozenblaadjes op de Malediven. En nu, heel misschien naar een stom vakantiepark in Nederland en het middeleeuwse centrum van Zutphen bezoeken? Gepromoot bovendien door die chagrijnige dikkerd van een Maarten van Rossem die afgeeft op mij, de geregelde IKEA-bezoeker?
Vakantie in eigen land, dat is het enige wat ons rest. Maar alleen voor de gelukkigen die hun baan hebben behouden of reeds gefortuneerd waren. Het herontdekken van Uw eigen homecountry kan dit jaar beginnen. In Hongarije weten ze daar wel raad mee. Gedurende de communistische jaren konden alleen de partijbonzen vrijelijk naar Oostenrijk, Italië etc reizen, het gepeupel moest het doen met een verstrekt visum dat eens in de drie jaar werd verstrekt. Maar de meeste Hongaren vertrokken in juli naar hun arbeidersvakantieparadijs aan het Balatonmeer. Meestal kon de noest werkende proletariër een afzichtelijk appartementje betrekken. Op 6 hoog had de onderdrukte Hongaar dan wel een mooi uitzicht over het meer. Als hij niet tegen de gezwollen kop van zijn overbuurman moest aankijken die in de betondoos voor hem van zijn welverdiende vrije weekje van het jaar probeerde te genieten. Je kon die Hongaarse communisten niet verwijten dat ze geen wansmaak hadden. Ze hebben er alles aan proberen te doen om de schoonheid van het Balatonmeer te vernietigen.
Aanvankelijk leek het er op dat de Hongaarse binnenzee in de vergetelheid zou raken. Na de Wende in 1989 viel het ondiepe Balatonmeer namelijk in een diep gat. Hongaren reizen tegenwoordig in de zomer massaal af naar de Kroatische kust en andere oorden. West-Europese toeristen hadden er eigenlijk al eerder de brui aan gegeven. In 1976 was het nog leuk om eenvoudig te kamperen in Balatonfüred en een avondje uit eten met je 3 koters kon er gemakkelijk vanaf. Drie gangen met een grote plas bier en een literkaraf wijn voor een tientje, wat wilde je nog meer? Ik praat over Nederlandse guldentjes, dus niet over Eurootjes, hè! Er was in 1989 echter een klein probleempje: die gememoreerde camping was er niet echt op vooruit gegaan, de douches en toiletten waren niet gemoderniseerd, nee sterker nog: die toiletpot trok nu helemaal niet meer door. Tot in het nieuwe millenium tot circa 2005 was er slechts van vergane glorie sprake aan de boorden van het Balatonmeer. En nog van een comunistische glorie ook, bijna depressiefmakend! De westerse toerist begon de Balaton dan ook te mijden als een Coronuitbraaklocatie.
Maar nu liggen alle kansen open! Wie durft er de komende tijd te gaan vliegen? Op elkaars lip gedrukt in een Ryan Airtoestel met die interne luchtcirculatie die de Coronaatjes in een mum van tijd je kleinste longblaasjes inpompt? Brrr, veel reizigers/toeristen zullen het voorlopig voor gezien houden. Afgezien van de vraag hoeveel internationale bestemmingen er nog over blijven. En welke grote airliner valt als eerste om? Is de KLM-zwaan wel bestand tegen het Coronavirus? Degene die een buitenlandse trip aandurft zal waarschijnlijk niet voor enige vorm van openbaar vervoer kiezen. Dus hop, met die koters in het scheurijzer of camper naar zonnige streken. Ik hoor de ellenlange fileberichten op de route du soleil al voorbij komen.
Het Balatonmeer ligt per auto op Franse Rivièra-afstand en is een wat goedkopere bestemming voor Henk en Ingrid en Jan met de pet. Maar ik denk zelfs een goed alternatief voor menig Zoetermeers gemeentesecretarisgezin. Op de camping of in het terrasappartement aangekomen zullen de Hollanders van twee zaken verbaasd opkijken. Ten eerste is er toeristisch de laatste 15 jaar flink aan de weg getimmerd in Hongarije en aan het Balatonmeer in bijzonder. Op sommige plekken kun je al echt stijlvol je vakantie doorbrengen. Inmiddels zijn er prima restaurants, vakantieverblijven, (festival)evenementen etc voorhanden. De plee kun je op de meeste campings zelfs zonder problemen doortrekken.
Ten tweede zal het mutjevol zijn met Hongaren zelf die hun all-inclusive vliegreis naar Alanya, Turkije maar eventjes op de wachtlijst geplaatst hebben. Maar dat moet te verhapslikken zijn, want het Balatonmeer overstijgt qua oppervlakte bijvoorbeeld het Gardameer ruimschoots. Een ieder moet zn plekje kunnen vinden, lijkt me. Balatonfüred wordt het nieuwe Nice en Siófok het nieuwe lido di Jesolo. Overdreven? Uiteraard, maar het is nu de tijd het Balatontoerisme op de Europese kaart te zetten. Als ik het nu niet doe, wanneer dan wel?
Bijkomend voordeel van het Balatonmeer is dat je eerst honderden meters door het water moet ploeteren voordat je in enigszins dieper water terecht komt. Een beetje extra training na die maandenlange lock down, dat kunnen die spiertjes wel gebruiken. Voor de Hongaar is dit sowieso geen probleem: hij/zij ploetert al jaren voort
(Song)festivals worden afgeblazen arm Rotterdam , voetballiefhebbers krijgen ontwenningsverschijnselen, het kleine Amsterdamse volkscafé Nol zit met de handen in het haar met die 1,5 metersamenleving en Koning Willy kan op 4 mei in zijn ééntje al die kransen bevestigen aan de staketsels op de Dam. Ons leven is een beetje veranderd, gelukkig geven al die goedwillende psychiaters/psychologen ons goedbedoelde tips. Maar eigenlijk komt dat zieleknijpersjargon neer op de 3 Ren. Rust, Reinheid en Regelmaat. Onze betovergrootouders wisten deze woorden al als een mitrailleursalvo op te dreunen.
Alles goed en wel, maar valt er met deze oud calvinistische benadering nog wel ergens ouderwetse lol te trappen. In Hongarije en ook andere (Midden)-Europese landen wordt naast de verjaardag ook de zogenaamde naamdag gevierd. Twee keer lol trappen dus! In de communistische tijd werd er in Hongarije bijvoorbeeld meer aandacht aan de naamdag besteed dan aan die macabere dag dat je weer met je neus op de feiten wordt gedrukt: weer een jaar ouder, weer een beetje dichter bij de dood. Het wereldwijd massaal vieren van verjaardagen heb ik nooit begrepen, aan mijn eigen verjaardag heb ik dan ook een broertje dood.
Naamdag wordt in Hongarije dus nog gevierd. Met familie en/of vrienden uiteraard besprenkeld met de nodige alcoholica. Het is een gezamenlijk feestje van gelijknamigen, ineens kom je in de kroeg een groep Lászlós of Istváns tegen. Die laatsten hebben de prachtigste koosnamen als Pista, Pisti, Pistike, Isti, Pistu, Pityuka of Pistukám. Of madárfejű vogelkop omdat de István in kwestie zon smalle schedel heeft. En vaak een spitse neus . En zo kan ik nog wel even doorgaan. De koosnaam voor András is dan weer Bandi. Begrijpt U het allemaal nog? Vooral bij mannen geldt: als je niet met een koosnaam of bijnaam wordt aangesproken ben je een nono. Of eigenlijk een no name. Ik heb de indruk dat deze traditie iets minder in zwang is bij het vrouwelijke geslacht. Althans voor wat betreft de bijnamen. Judit kan dan wel Juci, Jutka, Csutka of Ditta worden, tussen vriendinnen is het niet echt usance om bijnamen als vogelkop te bezigen. Behalve in het roddelcircuit natuurlijk.
Sommige namen kunnen zich in maar liefst 6 naamdagen verheugen. Vader des Vaderlands koningStefan István dus moet natuurlijk wel geëerd worden, dus mogen de Istváns zich 6 keer per jaar met hun naamgenoten laten fêteren. De vrouwelijke benaming is gek genoeg niet Istvánia maar Stefánia. Bovendien vermeldt de naamdagkalender slechts 1 dag waarop de Stefánias omhelsd kunnen worden Het is werkelijk een schande! Niet alleen moeten vrouwen genoegen nemen met de latijnse versie van István, ze mogen bovendien slechts jaarlijks éénmalig uit hun dak gaan. Emancipatorisch is er in Hongarije nog werk aan de winkel.
Naamdagen hebben als oorsprong de sterfdagen van heilig verklaarde geestelijken. Uiteraard waren deze niet Calvinistisch. Voor de meeste Nederlandstaligen luistert de bekendste heilige naar de naam Sint Nicolaas (van Myra). Hij stierf op 6 december in het jaar 342 (of 352) en die datum is dus ook de naamdag van de Nicos in deze wereld. Ziehier het grote misverstand: velen menen dat op 5 december de verjaardag van Sint Nicolaas wordt gevierd. Twee foute veronderstellingen, nietwaar? Daar komt nog de derde bij want de goedheiligman komt niet uit Spanje maar uit Myra Turkije. Daar is de president van Turkije Recip Erdoğan beslist niet geboren. Cadeautjes geeft hij trouwens wel, maar alleen aan grote stoute mensen ..
Tot slot. Zal de naamdag van de Corinas nog wel gevierd worden in de toekomst? Een beetje binnensmonds uitgesproken is de link met het ons al zo bekende virus snel gemaakt. Dat lijkt me geen aanbeveling als de Corina-vriendinnen elkaar in de cocktailbar willen omhelzen. Ik denk dat ze in plaats hiervan liever nog een Bloody Mary naar binnen klokken. De naamdag van de Corinas valt trouwens op 22 oktober en met die dag is niets mis. Er is wel een ander probleempje. Corina stamt af van het Griekse Koré en dat was de roepnaam voor Persephone, de Griekse godin van het dodenrijk. Wat zegt U? Inderdaad, toeval bestaat niet
Ik vrees dat er nog meer nevenschade kan ontstaan door de wereldwijde viruscrisis. Kunnen de premiersambities van VVD Minister Cor(on)a van Nieuwenhuizen wellicht op koud ijs worden gezet? Met zon voornaam begin je meteen met een achterstand, dat lijkt me duidelijk. Mark Rutte begon al een beetje te vrezen voor de politieke vrouwendruk binnen de VVD en de Nederlandse samenleving in het bijzonder. Hiernaast is van Nieuwenhuizen een frisse en sympathieke verschijning. Wat een geluk voor je Mark, met jouw naam kun je je geen buil vallen. De herhaling van het bijna Rita Verdonksyndroom blijft je op deze manier bespaard.
En wat gaan de Hongaarse Coras uitrichten op hun naamdag? Ook down the drain? Welnee, Cora/Corina wordt in de Hongaarse taal op de volgende manier gespeld: Korinna. De koosnaam wordt vanaf nu uitsluitend Kori, bijgedachten aan Corona zijn zo niet meer aan de orde. Zo ziet U maar, improviseren zit er bij Hongaren ingebakken. Het is de volgende variant op de anekdote over de draaideur voor een warenhuis. U stapt als eerste naar binnen, maar de Hongaar(se) die achter U stond komt er als eerste uit .
Een verjaardag is de begrafenis van het verlopen jaar.(Alexander Pope, Engels dichter 1688 1744)
In de binnenstad van de zuidelijke Hongaarse stad Pécs was het afgelopen maandag hommeles voor de ingang van de centrale markthal, de Pécsi Vásárcsarnok. Het gemeentebestuur had verordonneerd dat er maximaal 100 mensen veelal stadsbewoners van gevorderde leeftijd op de oude betonnen marktvloer mogen rondschuifelen. Deze maatregel liet de Burgemeester snel varen toen er een oploop ontstond van honderden bezoekers/kopers die zich ophoopten voor de ingang. Men begon hevig te protesteren, het oproer der oudjes kraaide! Hadden zij de senioren er dan niet voor gezorgd dat er een revolutie in de gemeenteraad had plaatsgevonden? De overgrote meerderheid van de Orbánpartij Fidesz was immers bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen weggestemd en ook de Fidesz burgemeesterskandidaat werd met pek en veren op een bolderkar gezet.
Op dit moment mogen de winkels in geheel Hongarije nog open zijn tot 3 uur in de middag. Als deze inkt droog is kan dat in deze coronavirusachtbaan overigens al weer oud nieuws zijn. Maar snel doorpennen dus Binnen in de markhal is het altijd een drukte van belang, groente- en fruitstandjes staan vlak naast elkaar, of met de rug tegen elkaar. Aan de zijkanten kun je een heerlijke Hongaarse bloedworst bestellen véres hurka die staand naast een andere peuzelaar soldaat kan worden gemaakt. Na het laatste slokje bier weggeklokt te hebben is het tijd om die verse kip te kopen bij dat oude vrouwtje. Huiskip natuurlijk, persoonlijk gevoederd op het erf. Daarna nog even naar de eerste etage waar op grote tafels veelal Zigeuners diverse soorten paddestoelen aanprijzen, eekhoorntjesbrood met een diameter van meer dan 20 centimeter is geen uitzondering. Uiteraard alleen tijdens het seizoen.
Zo zijn er nog onnoemelijk veel van dit soort markthallen te vinden in heel Hongarije. Vaak oude, grote in socialistisch-realistisch stijl opgebouwde pakhuizen. Bij de vrijheidsbrug in Boedapest Szabadsághíd bevindt zich overigens een juweeltje, een markt in monarchistische stijl. De hygiëne is op de meeste plaatsen acceptabel, maar in deze coronatijd zouden het wel eens ideale besmettingshaarden kunnen zijn. Gedrang in hutje mutje situaties draagt volgens mij nu niet echt bij aan de afremming van dat virus met het kroontje.
Zelf betreed ik regelmatig met een groot nostalgisch plezier één van deze archaïsche plazas. De gezellige drukte, de hartelijke ontmoetingen, het grote versassortiment, maar vooral de geur van oude tijden geeft altijd een prachtig palet aan indrukken. Niet dat die oude tijden zo prettig waren want communistisch , toch heb je het gevoel stevig in de volkse wereld te staan. Ééntje waarin praatjes worden aangeknoopt, handeltjes worden gedreven en oude knarren elkaar op de schouder slaan. Een geweldig contrast met die moderne shopping malls die steriel ogen en allemaal volstaan met dezelfde zogenaamde merkoutlets. Op de achtergrond hoor je rustgevende deuntjes van het type Richard Clayderman. Wie kent overigens ballade pour Adeline nog?
Van de week las ik een kranteartikel waarin landen als Singapore en Taiwan bewierookt worden. Het aantal coronagevallen is daar tot nu toe beperkt gebleven, voornamelijk door de zeer strenge maatregelen die zijn opgelegd aan de burgerbevolking. Als je je hoofd om de hoek van je eigen deur steekt dreigt reeds een zware geldboete of gevangenisstraf. Nu zal ik de laatste zijn om het overheidsingrijpen in deze landen te bekritiseren, want wat is wijsheid in deze onzekere periode? Daarover verschillen zelfs de deskundigen van mening. Wel vraag ik me hardop af of keiharde vrijheidsbeperkingen in westerse samenlevingen gepikt zouden worden. Vooral als deze pak m beet meer dan 2 maanden zouden duren. En dan heb ik het nog niet eens over de catastrofale economische schade die een complete lock down veroorzaakt.
In Hongarije laten veel (eigenwijze) ouderen vooral in steden zich vooralsnog niet vrijwillig opsluiten. Hier wreekt zich trouwens de evolutie naar een geïnduvialiseerde samenleving, een virus dat Hongarije ook hard heeft getroffen. Veelal zitten Hongaarse gepensioneerden in hun eentje thuis in hun kleine flatappartement en dat is voor 2 á 3 dagen misschien best plezierig, maar daarna wil tantje Marietje Marika néni toch graag even die paar appels en dat stuk spek kopen in de markthal. Bovendien komt ze daar altijd haar oude schoolvriendin Erika tegen met wie ze nog heeft geknikkerd op de lagere school. En het gesprek met Erika gaat niet over de laatste ontwikkelingen op het internet, want dat is voor veel Hongaarse senioren nog altijd een ver-van-mijn-bedshow.
Jongere Hongaren zijn door het gedrag van hun oudere landgenoten niet altijd amused, Nu zijn zij hun baan al kwijt en beperken ze zichzelf in hun bewegingsruimte en wat doen die oudjes? Die drommen bij elkaar op de marktvloer, waar zijn ze in hemelsnaam mee bezig!? Bovendien, zo redeneren de angry Hungarians verder, wij zijn het toch die de dringende adviezen opvolgen die jullie vervolgens teniet doen. En jullie zitten nu juist in de risicogroep!
Dit laatste is dan ook weer een begrijpelijke reactie, een ieder bevindt zich natuurlijk onder hoogspanning. Voor de volksgezondheid is het wellicht verstandig om die markthallen de deuren te laten sluiten, de Hongaarse regering is echter (nog) niet zover. Tja, als Orbán de markthallen sluit krijgt hij trouwens niet alleen de oudjes over zich heen, maar al die kleine zelfstandige standhoudertjes ook. Bovendien wrijven Tesco en Lidl zich dan in de handen, die kunnen dan nog meer pleepapier bestellen!
Het aantal besmettingen is op dit moment in Hongarije net boven de 100 personen. Tja, wat is wijsheid? Als de besmettingen beperkt blijven en Europa gaat weer langzaam open vlamt wellicht toch nog een groot aantal besmettingen op. Italië bereikt namelijk op enig moment groepsimmuniteit. Maar Hongarije dan?
Premier Viktor Orbán en een hele stoet van artsen, regeringsvertegenwoordigers en zelfs bekende musici roepen in diverse media het volgende: MARADJ OTTHON, blijf thuis dus. Voor veel ouderen is dit nog steeds aan dovemansoren gericht maar er zijn er wel meer die dovemansoren aan hun hoofd hebben ..
Carnaval in Hongarije? Daar is het gehele jaar door Carnaval, in de politiek, op het werk en natuurlijk in de kroeg. De meeste dingen die gezegd en geschreven worden kun je immers met een korreltje zout nemen. Ik weet trouwens niet wat de carnavalsnaam is van de stad Boedapest. Ik denk Boedapest .De sleutels van de stad liggen naar verluidt al jaren op de bodem van de Donau, nabij de Petõfi brug.
Ik heb het even nagekeken maar carnaval is in de Hongaarse vertaling niet Farsang zoals velen ondere andere ik aannemen, maar gewoon Karnevál. Althans als we onder dit zottenfeest de laatste 3 dagen voor aswoensdag rangschikken. Of in de onvermijdelijke Hongaarse uitdrukking a farsang farka. Farsang sec is de periode van Driekoningen 6 januari tot Aswoensdag. Farka betekent letterlijk de staart van daarmee het einde van de Roomse feestperiode aangevend. Voor Hongaarse Rooms-Katholieken begint dan de vastenperiode tot Pasen en ik ken toch nog een redelijk aantal Hongaren dat deze vastenperiode serieus neemt. In Nederland is er vorig jaar per toeval een Rooms-Katholieke vastende ontdekt in een gehucht naast het Limburgse Vaals. Hart van Nederland SBS6 maakte er vorig jaar met veel aplomb melding van. Kijk, John de Mol de nieuwe eigenaar van de campingzender dat zijn nog eens sensationele nieuwsfeiten!
Alle carnavalsgekheid op een stokje, prachtige praalwagens zijn in Hongarije in deze tijd niet echt te signaleren. Dat is onder de Hollandse grote rivieren wel even anders. Als ze niet zijn afgefikt natuurlijk zoals laatst in Zaltbommel. De vrijwilligers van de carnavalsvereniging de wallepikkers geen grap! zagen door ontploffende gasflessen hun levenswerk in rook opgaan. Daarmee waren de wallepikkers wel één van de hoofdthemas van het NOS 8 uur journaal. Ach ja, deze tragedie veroorzaakt óók leed. In de Hongaarse provincies rijden overigens wel voortdurend vreemdsoortige vehikels rond die in Nederland met gemak in de stoet mee zouden kunnen. Krakkemikkige krotten getrokken door een vermoeid paard, Wartburgs met kerstverlichting, Trabanten met meertonige hoorn etc. Wat ik al zei, het gehele jaar is het carnaval dat de klok slaat.
Seth Gaaikema wie kent de overleden cabaretier nog? meende dat wijlen VVD coryfee Molly Geertsema een groot carnavalsliefhebber was in zijn tijd. Geertsema sprak carnaval wel altijd met een corpsballenaccent uit namelijk: kérnewél. Tot de Groningse cabaretier er achter kwam dat de oude liberaal het over kernafval had. Voor de thuisprovincie Groningen van Seth was dat nog net op tijd, de Brabos werden daarentegen met de radioactieve afval van Nederlandse kerncentrales opgescheept. Want had Molly die zuidelijke Nederlanders niet gevraagd of ze nog kérnewél willen? Natuurlijk wilden die Oeteldonkersdat wel!
In het oosten van Hongarije hebben ze overigens nog nooit van farsang gehoord. De daar overwegend protestantse bewoners zouden de poppen op eventuele praalwagens meteen vertrappen, een ongehoorde Rooms-Katholieke beeldenverering in hun ogen. De beeldenstorm van1566 zou terstond herhaald worden, vort met die papen! Wat Christelijk geloof betreft is er een divers beeld zichtbaar in Hongarije. Er bevindt zich een tamelijk grote protestantse minderheid binnen de landsgrenzen, maar ook daarbuiten zoals in Transsylvanië. Dat is in andere midden-Europese landen bijvoorbeeld Kroatië en Polen wel anders, daar bedraagt het percentage Rooms-Katholieken rond de 102%.
Een echt kostuumfeest in Hongarije vindt rond de carnaval in de Donaustad Mohács plaats, de zogenaamde Busójárás. Een cultureel evenement met vrolijke volksdansgroepen, hapje, drankje op straat in een uitgelaten carnavalsstemming. Maar de hoofmoot vormt de gang door de stad van de Busók, vervaarlijk uitziende lieden gehuld in dierenvachten met enge maskers voor. Vaak met ellenlange stierenhoorns op het hoofd geklemd. De legende gaat dat tijdens de belegering van de Turken in de 16e eeuw de oorspronkelijke bewoners met kanos het moerasgebied invluchtten in voornoemde vervaarlijke outfit. De argeloze turken die de Busók in de mist zagen opduiken schrokken zich natuurlijk een hoedje en kozen het hazenpad. Dit liet overigens onverlet dat de Turken in de slag bijMohács 1526 de Hongaren een vernietigende slag toebrachten. Een kniesoor die daarop let. In de dagen van de Busójárás is het Wein, Weib und Gesang in de stad met veel liederlijk bezopen deelnemers. Het voksfeest is sinds 2012 officieel een Hungarikum en sinds 2009 als cultureel erfgoed bestempeld door de UNESCO! Egészségetekre! Voor de niet-Hongarijekenners onder ons: op jullie gezondheid. Ziet U wel hoe efficiënt die Hongaarse taal is, voor deze uitdrukking volstaat één Hongaars woord!
Tot slot. De Hongaarse regering doet er alles aan om de de Hongaarse landgenoten in de carnavalssfeer te brengen. Het hele land is volgeplakt met plakkaten zie boven met twee uitbundige feestvierders met feestmaskers op. Wat zegt U? De gefotografeerde mannen dragen geen maskers? Wat een demasqué!
Mien waar is mijn feestneus, Mien waar is mn neus? Waar is mn feestneus gebleven? (Toon Hermans levenskunstenaar 1916 2000)
Ja, waar is die feestneus eigenlijk? Stiekem verstopt in de bureaulade van Orbán én Juncker! En die van Frans Timmermans? Die heeft Frans al jaren om zijn neus geklemd, maar valt niet meer op. Waarom niet? De rode kleur is verbleekt ..
Een hartelijk aláááf uit de carnavalsstad Nergenshuizen (Utopia). Welke stad dat is? Brussel natuurlijk, of Bruxelles voor de Francofielen onder U.