Beide types behoren witte of overwegend witte met tan, lemon, zwart (of driekleurige) aftekeningen te zijn. Bij voorkeur met aftekeningen op het hoofd en bij de staartaanzet. Het hoofd moet wigvormig zijn met sterk gespierde kaken, perfect scharend gebit en kleine V-vormige oren die naar voren vallen. We kennen drie vachttypes: gladharig, broken-coated en ruwharig. Het belangrijkste is dat de vacht van nature stug en dicht is en het lichaam goed kan beschermen tegen alle weersomstandigheden en tijdens de jacht. Beide types moeten makkelijk te omspannen zijn met beide handen van gemiddelde grootte (net achter de schouders van de hond). Met een te grote borstomvang raakt de hond vastgeklemd in een nauwe vossenpijp.
Probeer een Jack Russel niet te veel te wassen. Ze hebben onder hun haartjes een beschermlaag en door veelvuldig te wassen tast je deze aan. De nageltjes moeten niet veel bijgeknipt worden als uw hond veel beweging heeft.Want door het vele lopen slijten de nageltjes zelf af. De oogje kan je al eens proper maken met speciale druppeltjes of een beetje rozenwater. Je moet de hond ook niet vaak borstelen vermits ze kortharig zijn maar af en toe met de handschoen borstelen kan heus geen kwaad . Integendeel daar zullen ze harder van blinken.
Deze hond is allesbehalve kieskeurig. Als pup vraagt hij vier maal/dag voeding. Houd je altijd aan de voedingsadviezen van dierenartsen, assistenten of andere gediplomeerde. Bij de ca. 6 maanden zullen dit 2 voedingen per dag worden (1x smorgens, 1x savonds)
Voor de herkomst van de Jack Russel gaan we terug naar de vossenjacht in Engeland omstreeks de negentiende eeuw. Voor die vossenjacht werd gebruik gemaakt van de Foxterriër. Een oorspronkelijk landras dat in diverse vormen over heel Groot-Brittannië verspreid was. Ondanks dat dit uitstekende jachthonden waren voor de vossenjacht genoten ze geen groot aanzien. Daar ze de restjes voedsel kregen van andere rassen of zelf hun eten moesten zoeken, ontstond er bij dit ras een natuurlijke selectie op durf, doorzettingsvermogen, scherpte en jachtpassie. De Jack Russel dankt zijn naam aan een groot liefhebber en fokker van de Foxterriër dominee John(Jack) Russel.
De Boomer is geen
rashond, maar een kruising tussen twee verschillende rashonden. Ze zijn ongeveer 25 en 30 cm
schofthoogte, zijn er in verschillende kleuren we wegen zo rond de 4 tot 8 kilo.
Karakter
De Boomer is een
typische gezelschapshond. Voor dit type boomertje wordt ook wel de term
schoothond of speelhondje gebruikt. Hij/zij is een aanhankelijk en levendig
hond en niet angstig aangelegd. Kortom een fijne gezinshond.
Geschiedenis van de Boomer
Over de geschiedenis van
de Boomer is niet heel erg veel bekend. De Boomer is een kruising van twee
kleine rashonden; bijv Maltezer x Shih Tzu of Lhasa Apso x Maltezer. Andere
varianten tussen witte (Maltezer, Bolognezer en Bichon Frise) en gekleurde (Shih
Tzu, Lhasa Apso en Leeuw-) hondjes worden Boomer-hondjes
genoemd.
Opvoeding
De Boomer past zich
moeiteloos aan de gezinssituatie aan.De Opvoeding is niet gemakkelijk, maar wees niet te
hard en te streng. Een hond moet worden opgevoed, geen enkele hond wordt
braaf geboren. Een pup ontwikkelt zich razendsnel van jonge hond naar volwassen
dier. Elke fase heeft zijn eigen aandachtspunten. Op een puppycursus komt u in
contact met eigenaren van pups in dezelfde leeftijdsfase met herkenbare
verhalen. De Boomers
spelen, stoeien en rennen graag, stribbelen tijdens een lange wandeling ook niet
tegen. Op zijn tijd willen ze ook graag rust.
Vachtverzorging
Indien u dagelijks uw hond
zou borstelen of kammen, hoe kort of lang de vacht ook is, dan zou dit de relatie tussen u en uw hond versterken.
Meestal.vinden de honden het wel
prettig om geborsteld te worden, zeker als er geen klitten zijn. De rug is het
makkelijkst, de poten, oksels en liezen wat moeilijker. Ook haalt u door te
borstelen de stofjes en vuiltjes uit de vacht. Hierdoor zal de vacht minder
ruiken. Eventuele wondjes op ongedierte kunt u door te borstelen tegenkomen en u
gaat direct tot actie over! Kortom: een goede vachtverzorging komt uw hond zeer ten goede.
Een hond moet worden opgevoed, geen enkele hond wordt
braaf geboren. Een pup ontwikkelt zich razendsnel van jonge hond naar volwassen
dier. Elke fase heeft zijn eigen aandachtspunten. Op een puppycursus komt u in
contact met eigenaren van pups in dezelfde leeftijdsfase met herkenbare
verhalen. De instructeur zal u handvatten geven in de omgang met uw puppy.
Deze hond komt, zoals zijn naam al zegt, oorspronkelijk uit Ierland. Hier wordt het ras al sinds de achttiende eeuw gefokt voor de vogeljacht. Ierse setters zijn namelijk goed in het opjagen en apporteren van vogels. In Nederland wordt de hond bijna niet als jachthond gebruikt omdat de jachtgebieden hier te klein zijn voor dit snelle beestje. Maar dat jagersinstinct heeft hij natuurlijk nog steeds! Dat is aan de ene kant handig, want hij is een goede waakhond, maar aan de andere kant maakt dit m vrij onafhankelijk. Oftewel: hij moet goed getraind worden om gehoorzaam te zijn. Als je een Ierse setter aanschaft, is een hondencursus dus geen overbodige luxe. Houd er ook rekening mee dat het geen klein beestje is en hij dus genoeg ruimte moet hebben.
Zachtaardig en intelligent
Verder is deze hond zachtaardig en intelligent. Hij is vriendelijk tegen andere honden en tegen mensen; hij doet het dus ook goed in gezinnen met kinderen. Ook leuk: een Ierse setter hecht zich heel snel aan zijn baas. Jullie zijn dus in no time dikke maatjes.
Het is wel even sparen voor een Ierse setter, want deze hond kost met stamboom al gauw zon 700 euro. Maar daar krijg je natuurlijk heel wat voor terug!
Deze hond komt, zoals zijn naam al zegt, oorspronkelijk uit Ierland. Hier wordt het ras al sinds de achttiende eeuw gefokt voor de vogeljacht. Ierse setters zijn namelijk goed in het opjagen en apporteren van vogels. In Nederland wordt de hond bijna niet als jachthond gebruikt omdat de jachtgebieden hier te klein zijn voor dit snelle beestje. Maar dat jagersinstinct heeft hij natuurlijk nog steeds! Dat is aan de ene kant handig, want hij is een goede waakhond, maar aan de andere kant maakt dit m vrij onafhankelijk. Oftewel: hij moet goed getraind worden om gehoorzaam te zijn. Als je een Ierse setter aanschaft, is een hondencursus dus geen overbodige luxe. Houd er ook rekening mee dat het geen klein beestje is en hij dus genoeg ruimte moet hebben.
Zachtaardig en intelligent
Verder is deze hond zachtaardig en intelligent. Hij is vriendelijk tegen andere honden en tegen mensen; hij doet het dus ook goed in gezinnen met kinderen. Ook leuk: een Ierse setter hecht zich heel snel aan zijn baas. Jullie zijn dus in no time dikke maatjes.
Het is wel even sparen voor een Ierse setter, want deze hond kost met stamboom al gauw zon 700 euro. Maar daar krijg je natuurlijk heel wat voor terug!
Reuen: schouderhoogte tussen 56 en 61cm. Teven: schouderhoogte tussen 51 en 56 cm.
Vacht
Golden Retrievers hebben een goud- tot cremekleurige vacht die golvend of glad is. Daaronder zit een dikke ondervacht. Meestal egaal van kleur, maar enkele aftekeningen zijn toegestaan.
Verzorging
U zult de vacht van deze hond regelmatig moeten kammen, om zo klitten te voorkomen en dode haren te verwijderen. Controleer ook de oren regelmatig op vuil en knip het haar tussen de voetzolen weg.
Aard
Gevoelig, lief, sociaal, zelfverzekerd, niet blafferig, intelligent, groot aanpassingsvermogen.
Opvoeding
Een puppycursus is goed voor deze hond, om zo te zorgen dat hij goed gehoorzaamd. Wissel trainingen af en zorg ervoor dat u niet te hard optreed tegen fout gedrag, deze hond is erg gevoelig en door hem met harde hand te trainen zult u zijn karakter beschadigen. De Golden Retriever leert snel en wat hij leert blijft hij erg lang onthouden.
Sociale aanleg
Deze hond is een echte mensenvriend. Ook met andere honden, huisdieren en kinderen kan hij erg goed opschieten. Pas op met kinderen, niet dat de Golden Retriever een gevaar is voor kinderen, maar u moet oppassen dat ze niet te ruw omgaan met deze hond, vanwege zijn gevoelige aard.
Beweging
Deze hond heeft veel beweging nodig. Zodra hij is uitgegroeid zijn er genoeg manieren voor deze hond om zijn energie kwijt te kunnen. Rennen naast de fiets, zwemmen, maar ook balspelletjes vind deze hond prachtig.
Bijzonderheden
Deze hond is erg populair, let bij het kopen van een pup op dat hij raszuiver is. Het wordt aan te raden dit bij een betrouwbare fokker te doen.
In Duitsland, Frankrijk, Nederland, België en andere West-Europese landen groeiden de grote industriële steden sneller dan in de Balkan en de Oost-Europese landen. Dit betekende niet alleen dat roofdieren minder voorkwamen, maar ook dat de bevolking zich steeds meer bewust werd van de uitstekende kwaliteiten van de schaapshonden in de diverse streken. In de tweede helft van de 19e eeuw leidde dat ertoe, dat steeds meer aandacht werd gegeven aan honden van een bepaald type, hoewel er nog steeds grote verschillen te vinden waren van het ene gebied tot het andere gebied.
Zo was ook de situatie in België aan het einde van de 19e eeuw. Er waren tamelijk veel herdershonden van zeer uiteenlopende typen. De grootte van de honden was echter aardig gelijk en de meeste van die herdershonden waren zo rond de 50 cm hoog. Ze stonden bekend als temperamentvolle honden, die voor de herder een geweldige hulp betekende, maar die tegenover vreemden nogal achterdochtig waren. De honden waren opvallend vierkant van bouw en ze hadden vrij lichte botten. Ze waren zonder meer goed opgewassen tegen de veelal barre weersomstandigheden waaronder ze moesten werken. Het waren werkhonden bij uitstek en hun taak bij de kudde was voor deze honden duidelijk een levensbehoefte.
De Mechelse Herder
De kortharige herdershond, ook wel de kortharige scheper genoemd, kwam in zijn beste vorm rond de vorige eeuwwisseling voor in de Antwerpse Kempen, het gebied in de richting van de Nederlandse grens en verder in Noord-Brabant. Ze waren gewoonlijk in het bezit van de boeren waarvoor ze nog dagelijks hun belangrijke taken uitvoerden. Deze honden bleken aardig gelijk van vorm en ze werden door prof. Reul omschreven als: 'Ze hebben de grootte van een vos of wolf, zijn kortharig en van vaal gestroomde kleur; hun oren zijn bewonderenswaardig recht, fijn en spits, en open naar voren gedragen. Andere kenmerken zijn de puntige snuit, de pikzwarte neus, de goed gedragen staart, bijna waterpas maar licht hoger aan het uiteinde en behaard in vorm van een korenaar'.
Mede op advies van prof. Reul werd in Mechelen met behulp van enige liefhebbers in 1898 de 'Mechelse Club tot Verbetering van den Kortharigen Schaapshond' opgericht. Deze Mechelse Club werd een afdeling van de Club du Chien de Berger Belge'. Het doel was te komen tot een verbetering van de typen van de kortharige Belgische Herdershond, zoals die met name in de omgeving van de stad Mechelen werd gefokt.
Tot het jaar 1899 werden de Belgische Herdershonden in de eerder genoemde drie groepen onderverdeeld, namelijk lang-, ruw- en kortharen, waarbij de kleur van de hond geen enkele rol speelde. In 1899 werd door de Club du Chien de Berger Belge een eenzijdige beslissing genomen over de verdeling van de haarkleur, zonder dat daarin de Mechelse Club was gekend. Men stelde voor de drie variëteiten de volgende kleuren vast: zwart voor de langharige, peper en zout voor de ruwharige, en leeuwkleurig (fauve charbonné) met zwart masker voor de kortharige. de Mechelse Club betitelde deze beslissing van de hoofdvereniging als een soort van staatsgreep', want men had een heel andere opvatting over de kortharige herdershond.
Voor alles moesten hun honden namelijk werkhonden zijn. Niet het uiterlijk van de hond was bepalend, zo stelden ze, maar de combinatie van uiterlijk en innerlijk. Ze gaven de voorkeur aan goed afgerichte honden, die bovendien goed gebouwd waren en een 'gaaf en slim voorkomen' hadden. De kleur van de hond was voor hen slechts bijzaak. Men wilde ten koste van alles voorkomen dat de Mechelaar zou vervallen tot een soort luxehond en dat het ras zijn geweldige karakter zou verliezen.
Herkomst: België
Andere benamingen: Malinois
Karakter van de Mechelse Herder
Het karakter van de Mechelse Herder/Malinois
De Mechelse Herder staat vooral bekent om zijn enorme trouw aan de baas,werkwilligheid, vasthoudendheid, scherpe intelligentie, hardheid, oplettendheid, slimheid, moed, enz. .
Hij is zeer trouw en waaks.. De Mechelaar beschermd zijn gezin en hun bezittingen zeer overtuigend tegen kwaadwillende. Daarom wordt hij tegenwoordig veel gebruikt als politiehond.
in de verkeerde handen is een mechelse herder rap verpest...ze hebben veel beweging nodig, hun energie moet er op 1 of andere manier afkunnen, anders gaan ze zich uit verveling (misdragen)...
consequente opvoeding is absoluut een must bij deze honden...en tijd een mechelaar wilt bij zijn baasje horen en er dingen mee doen!!!
Wordt naast Gezinshond gebruikt voor meerdere doeleinden.
Grootte
De schouderhoogte varieert bij reuen van 60 tot 65cm en bij teven van 55 tot 60 cm.
Vacht
De Duitse Herder kan verschillende typen vacht hebben: Langhaar, langstokhaar of stokhaar. De vacht kan zwart, askleurig, ijzergrauw of eenkleurig zijn, met regelmatige bruine of gele aftekeningen.
Verzorging
De vacht van deze hond heeft relatief weinig verzorging nodig. Alleen in de ruiperiode is het goed de dode en losse haren te verwijderen met een borstel.
Aard
Intelligente en leergierige hond, erg gehoorzaam, vriendelijk, sociaal, temperamentvol, waaks, beschermend, moedig. Enorm trouw aan zijn baas.
Opvoeding
De Duitse herder is de meest gebruikte blindegeleidehond ter wereld. Daarnaast is hij ook de meestgebruikte lawinehond, speurhond, waakhond en politiehond. Met name door hun gehoorzaamheid zijn ze erg populair. Daarnaast bied hun enorme leergierigheid veel perspectief. De herder hecht erg veel waarde aan zijn baas en heeft daarom veel behoefte aan contact. Dus als u weinig tijd hebt, is het verstandig geen herder aan te schaffen.
Sociale aanleg
Duitse Herders kunnen, mits ze goed gesocialiseerd en opgevoed zijn, prima overweg met andere honden, andere dieren en kinderen. Waaks zijn ze wel, dus bezoekers kunnen wat geblaf verwachten. Herders zullen niet snel weglopen.
Beweging
Als huishond zal hij niet op en top gelukkig zijn zonder regelmatig hard te werken voor zijn baas. Alleen gezelligheid is niet genoeg voor deze hond, u doet er goed aan u aan te sluiten bij een vereniging om zo activiteiten te ondernemen met uw hond. U moet denken aan dingen in de vorm van behendigheid, gehoorzaamheid, africhting, speuren of iets dergelijks. Begin alleen niet te vroeg met zware belasting, voor grote honden geld dat hij tijdens de groei fase alle energie nodig heeft voor de ontwikkeling van botten en spieren.