Le Nord. Regio in Noord Frankrijk waar volgens de legende-
ambtenaren naar toe gestuurd worden als
blaam, als degradatie, als straf De rest van Frankrijk denkt dat Le nord
bestaat uit een grauw, desolaat plat landschap. Dat iedereen in de ondertussen
gesloten- steenkoolmijnen werkt, het er
elke dag regent en de zon er zelden schijnt. Alleen België is nog erger. Dit was het decor van de 6de trail
van de Côte dOpale.
Terwijl elk fatsoenlijk mens om kwart over vijf- de zondag-
nog in zijn bed ligt of er nog niet in ligt, loopt de wekker af. Ongenadig
galmt stubru de kamer door om tien
minuten later de snooze knop dankbaar- mezelf te verplichten om op te
staan. Buiten hangt er nevel, een roodroze
gloed verspreidt zich vanuit het oosten en in de verte heeft een haan dit ook
gemerkt. Een tweede het eerste was de vorige avond moment van twijfel
overvalt me. Terug in bed of niet. Gelukkig wint de passie het van de rede.
De zaterdagavond bij de vestimentaire voorbereiding- was er
toch wat stress ontstaan, 25 tot 28° onder thermometerhut, in totaal
vijfhonderd meter stijgen en vijfhonderd meter dalen. De benen waren niet getraind op
hoogteverschillen noch op subtropische temperaturen. Twee liter camelbag, zonnebril, zonnecrème,
hoofdbescherming en compressiekousen waren de ingrediënten om de nacht toch wat
rustiger in te gaan.
Na een klein anderhalf uur rijden kunnen we de auto parkeren
op een tot parking omgevormde- weide. Vermoedelijk staan de gewone bezetters
van deze weide ons nu al grazend, kauwend of herkauwend gade te slaan
vanuit een aanpalend stuk land. Het
anders zo rustige dorp Wissant - waar men de andere 364 dagen wordt opgepakt
als je om half acht buiten loopt- bruist van energie. Lopers, supporters, organisatoren,
medewerkers zorgen voor een gezellige sfeer.
Ophalen van startnummer is toch ook een beetje spannend. Twee
dames gehoord die dachten ingeschreven te zijn voor de zeventien km maar ze
stonden op de lijst van tweeënzestig km. Kan tellen, een extra rondje van
vijfenveertig km. Voor mijn loopmaat en mezelf, geen verrassingen. De T-shirt die inbegrepen zat was, was een
oranje ADIDAS shirt. Dit was hetzelfde oranje
shirt , met uitzondering van het logo,
dat gegeven werd ter gelegenheid van de marathon van Praag. Je zou
beginnen denken dat onze Nederlandse vrienden hier voor iets tussen zitten.
Iets na negen weerklonk op een zonovergoten strand het
startschot van deze trail. Juist daarvoor werd de zee bijgevuld door een deel van de vermoedelijk uitsluitend
mannelijke- lopers. Hopelijk was dit niet de oorzaak van onze natte voeten na
vijftig meter. In tegenstelling tot andere jaren moesten we na honderd meter
het dorp in, flessenhalseffect was de oorzaak van de eerste loop-wandel
overschakeling. Hierna konden we een eerste ererondje maken in Wissant.
Wanneer de verharde wegen achter ons liggen, is het genieten
van het landschap. Geen grauw, desolaat, plat landschap maar een glooiend
landschap met prachtige kleuren , de akkers met lage gewassen - sommige braak, hier
en daar een paadje dat zich erdoor slingert. Eenmaal hoger zie je achter de
akkers de zee en daarachter de witte krijtrotsen van Dover, drieëndertig km
verder. In mijn verbeelding moet het mogelijk zijn om nadat hij achtmaal
gestuiterd heeft- een platte kei tegen deze rotsen te gooien. Zo dicht lijken
ze.
Op de top van de eerste beklimming Mont de Couple- staan een
aantal mensen rond een rol-trail-wagen of hoe het ook mag heten. Ze overleggen
met veel gebaren- hoe ze het moeten aanpakken om de rolwagen naar beneden te
krijgen. De jongeman in de rol-trail-wagen was er gerust in, hij straalde, hij
genoot. Enkele meters verder na de eerste overschakeling van stijgende naar
dalende spieren- schoot er even een scherpe pijn door de linkerknie. Misschien
toch eens overwegen om die meniscus te laten opereren.
De tweede afdaling-Mont de Sombre- gaf je vleugels, zonder RedBull.
De helling zat juist, de ondergrond was perfect. Je kon snelheid maken zonder
dat je achter je evenwicht moest hollen. De laatste afdaling van de Cap Blanc Nez-
was de moeilijkste. Enerzijds was deze technisch de moeilijkste, anderzijds
moest je opletten dat je geen toerist die mensen wisten trouwens niet waar ze
het hadden- omverliep.
Het parcours was te doen, de warmte, de zon was de grootste
moeilijkheidsfactor. Schaduwmomenten waren zeldzaam, de weinige lommerte was welkom. De mannen met de tuinslang halfweg en tijdens
de laatste kilometer verdienen een standbeeld op markt van Wissant. Voldoende
drank was dan ook onontbeerlijk. Halve kilometer voor de arrivé was een
medeloper te diep gegaan, uitgedroogd, zwart voor zijn ogen. Bij hem gebleven,
water gegeven, benen omhoog tot iemand dit van me kwam overnemen. Hij heeft de
eindstreep nog gehaald.
Op voorhand gevreesd dat de day after zwaar zou zijn, dat de
spieren zouden tegenpruttelen. Het gevoel te hebben alsof je de nacht met twee
Oezbeekse kogelstootsters hebt doorgebracht. De mijne hadden alleszins geen
doping genomen, de spieren konden de volgende dag vlot mee.
Andermaal genoten van de trail, van het lopen, van de streek,
van de medelopers.