10 eicellen uit mijn buik gehaald 7 eicellen waren rijp 5 eicellen zijn succesvol bevrucht 0 goede embryo's zijn hieruit ontstaan (dus de cellen hebben zich niet optimaal gedeeld).
2 embryo's van matige kwaliteit hebben ze teruggeplaatst
Dat lijkt misschien goed nieuws, maar dat is het niet.
Twee embryo's terugplaatsen doen ze alleen maar omdat het al de tweede keer is en er dus blijkbaar moeilijk goede embryo's groeien.
Het slechte nieuws is dus dat het wellicht ligt aan de slechte kwaliteit van mijn eicellen. Waar we dus dachten dat er maar één probleem was bij Michiel, zit er dus nog een probleem bij mij.
0 embryo's zijn er dus ingevroren (dat kan enkel met embryo's van de beste kwaliteit)
Als het dus weer niet lukt, begint alles, alles weer opnieuw.
170 keer vergif in mijn neus spuiten 10 spuitjes in mijn eigen buik zetten 1 pijnlijke spuit op de spoed op een gek uur 's nachts minstens 5 vervelende echo's 10 bloedafnames (of wel meer) in mijn moeilijke aders 1 verschrikkelijk pijnlijke en gruwelijk pick-up met alle daarbijhorende medicatie en spuiten 40 vieze vaginale tabletten somber hoofd pijnlijke buik opvliegers
alles, alles, alles
En vooral, heeft het dan allemaal wel zin? Als er toch geen embryo's groeien van goede kwaliteit, heeft dit dan wel zin?
Ik probeer mezelf deze vraag te verbieden en hoopvol te zijn. Het kan natuurlijk, zwanger zijn van één of twee van deze embryo's, ook al zijn ze van mindere kwaliteit.
morgen pick-up negen eicellen, als alles goed gaat ik heb veel afgezien deze dagen buikpijn het is vervelend maar laat ik het toch beschrijven het lijkt alsof ik al mijn buikspieren heb geforceerd, vervolgens een paar stampen in mijn buik heb gekregen en dan voortdurend een spanningspijn heb alsof ik naar de wc moet mijn leven wordt beheerst haasten naar het ziekenhuis voor een spuit om 23u 's nachts niet goed genoeg kunnen werken moe vervelend slechtgezind
laat het snel voorbij zijn mijn lijf en hoofd kunnen dit geen derde keer aan
ik word zo moe van pijn niet veel pijn maar altijd dat beetje pijn dat beetje altijd aanwezige pijn dat ik dan vergeet als ik te snel rechtsta ook een beetje pijn is teveel pijn een beetje moe is te moe
en zo ben ik dan een vriendin, dochter, zus, collega die minder is die niet luistert, die niet ziet of hoort
jullie zeggen wel het is niet erg het is normaal je bent niet wie je bent op dit moment
het gaat niet om het schuldgevoel tegenover jullie ik weet ook wel dat dit weer over gaat dat jullie mij wel zullen vergeven waar ik deze dagen in haper en in tekort schiet
het gaat om het schuldgevoel tegenover mezelf ik kan gewoon niet van mezelf verdragen dat ik niet weet wat ik tegen jullie moet zeggen dat ik niet weet hoe ik me moet houden en dat ik dan maar zwijg (stel je voor) of over nonsens praat
Begrijp je het verschil? jullie het mogen het nog honderd keer zeggen het komt wel goed voel je vooral niet schuldig - het maakt niet uit
ik kan gewoon heel moeilijk leven met mezelf die er niet helemaal kan zijn voor jullie
Hoeveel ellende heb je nodig voor een goed excuus? Een
excuus om niet verantwoordelijk te zijn voor je gedachten, een excuus om te
mogen zeggen wat men beter niet zegt, een excuus om je lelijke zelf te zijn?
En hoe groot moet een ramp zijn voor je jezelf toelating
geeft tot diep ongelukkig zijn?
Wat is een normale verhouding tussen geluk en ongeluk,
tussen hoop en wanhoop?
Met welke maten moet ik mezelf meten? Op welke waarde zal ik
mezelf ijken? Ik verlang naar een soort van voedingswaarden voor ellende. Een
richtlijn, goedgekeurd door Europa, die mij vertelt wat normaal, wat gezond is.
Een richtlijn, die me dan verder de keuze laat.
En dan
weet ik plots exact waar de ellende zit. Ik weet niet meer wat ik wil.
En dat zorgt voor paniek. Omdat ik altijd weet wat ik wil. En
wat ik niet wil.
En nu niet.
Ik wil niet praten. Het helpt niet. Ik wil niet wenen. Het helpt niet.
Ik zit helemaal klem. Ik kan niet gaan werken (het is teveel), ik wil niet op reis (waar gaan we over praten en dromen?), ik wil niemand zien (geen vragen, geen tranen, geen blikken). Ik kan overal naartoe maar ik wil niet.
Ik heb de moed niet. Ik durf niet. Ik kan niet. Ik weet niet wat ik wil.
Wil ik vastgehouden worden? Wil ik dat iemand mij zegt dat ik alles dramatiseer? Wil ik doen alsof er niets aan de hand is? Wil ik dat iemand tegen me roept: verman je!? Wil ik gewoon wenen tot alles eruit is?
Durf niet te hopen Durf niet te denken Durf niet te voelen Durf niet te praten Durf niet te huilen Durf niet te kijken Durf niet te wensen Durf niet te raden Durf niet te dromen
Van de zes mooie, rijpe eicellen, is er maar ééntje een
mooie embryo geworden. Dat is weinig. Te weinig om me hoopvol te maken. De
laborante laat het ons heel duidelijk zien; een tiendelige cel. Ik kan alleen
maar denken: is dat een embryo? Komt hier nu werkelijk een echt kind van? Het
leek me ongelofelijk onwaarschijnlijk. Ik voelde helemaal niets, het liet me
gewoon koud.
Heel voorzichtig (en pijnloos) wordt dat mini-stipje in mijn baarmoeder gezet.
Hoe vindt het daar ooit zijn weg?
Er is een kans, een relatief grote kans en we zijn verder
dan we ooit zijn geweest. Maar het plan B is weg. Als het niet lukt, met deze
embryo, dan begint alles opnieuw. Al het wachten, al de medicatie, al de pijn.
We gaan brunchen en denken de hele dag aan niets anders. Ik
wil mezelf verplichten gelukkig en hoopvol te zijn. Het was een mooi, sterk
embryo. Dat is echt goed. En ik geloof, dat wij, wij samen, dit allemaal aankunnen. Op een of andere manier.
De tranen zitten nog altijd achter mijn ogen. Over een week
of drie zullen ze wel naar buiten komen. Maar laat de aanleiding verdorie het
geluk zijn. Een geluk dat ons gek maakt.
6 eicellen zijn succesvol uit mijn buik gehaald. Super. Maar het was toch afzien.
's ochtends hebben we nog gelachen. In het ziekenhuis weer alleen maar lieve mensen. Op de kamer waar me moesten wachten, lag Michiel al meteen in het ziekenbed. En in het Middelheim hebben ze lieve mensen bij de roomservice. Dat ging dus goed.
Dan kwamen me ze halen voor een ritje door het ziekenhuis. Wat er dan precies allemaal gebeurd is, ga ik niet beschrijven. Het was eng, deed pijn, en ik wens het niemand toe. Het zijn echt dingen die je als vrouw niet wil meemaken. Gelukkig was het na een dik half uur voorbij en heeft mijn liefste mij terug naar de kamer gereden. In bed en oogjes toe. Maar het voelde ok.
Ik heb dan een aardbeitaartje gegeten, dat smaakte. Rond 14u mochten we naar huis. Traag stappend, maar met pijn die goed te doen is.
De hele middag in het zonnetje gelegen, rustig buiten. Tegen 20u werd ik al lastig omdat ik zo weinig was aan het doen, ik blijft natuurlijk mezelf en hou niet van rusten.
Goed geslapen nu, nu een beetje rustig werken en ik denk straks toch nog naar de teambuilding te gaan.
Ik hoop dat ik dit maar één keer heb moeten ondergaan. De eicellen zijn gisteren nog bevrucht geweest. Onder de microscoop brengen ze met een ultrafijne naald de zaadcel tot in de eicel. Eicelletjes gaan dan in de broedstoof tot zaterdag. Michiel vindt het gek, en hij heeft gelijk, dat er nu leven aan het ontwikkelen is zonder dat wij erbij zijn.
Zaterdag bekijken ze dan hoeveel cellen zich succesvol hebben gedeeld en hoeveel embryootjes er zijn.
Het embryo met de beste kwaliteit, plaatsen ze dan terug in mijn baarmoeder. Dat is vrijwel pijnloos (hoewel ik al heb gemerkt dat mij mij ongeveer alles pijn doet). En dan begint het lange, lange wachten. We kunnen immers pas spreken van een succesvolle zwangerschap als het embryootje zich heeft ingenesteld in de baarmoeder. En dat weten we dus pas na enkele weken.
Als er nog andere embryootjes zijn van goede kwaliteit, worden deze ingevroren. Als deze poging niet lukt , dan wordt er gewoon een embryo ontdooit en teruggeplaatst op het juiste moment in mijn cyclus. Niks medicatie of operatie dus. De kans op een succesvolle zwangerschap is met z'on embryo wel lager (de kans op een genetische afwijking is echter niet groter).
Maar laat ons gewoon hopen dat het meteen raak is. We mogen echt wel blij zijn dat alles tot hiertoe zo goed is gegaan...
Het is nogal een feitelijke, nuchtere beschrijving vandaag. Maar ik ben nog erg emotioneel. Morgen schrijf ik wel weer.
Vanmorgen terug naar het ziekenhuis. Bloed nemen van mij wordt precies moeilijker, mijn ene arm ziet blauw van de vorige keer, in mijn andere arm vinden ze geen ader. Dan maar in mijn hand, maar dat doet pijn. Maar de dokter is tevreden. 6 mooie follikels rijpen volgens schema.
Wellicht is het dus woensdag pick-up. Dat betekent dat ze onder lokale verdoving de follikels aanprikken en leegzuigen, en zo de eicellen dus ook opzuigen.
Morgenvroeg terug, voor een laatste check om te kijken hoe ze groeien. Het einde is in zicht. Maar goed ook, want fietsen gaat moeilijk, teveel pijn in mijn buik...
Heel jammer voor de teambuilding op het werk (die is donderdag en vrijdag) maar ik ben blij.
Er rollen twee kleine afdrukken uit haar printer van de echo. Ik moet mijn hand tegenhouden om er niet naar te grijpen.
Er is wellicht niets op te zien voor mij. Ik ken mijn eigen lichaam niet vanbinnen. Een zevental follikels, dat is te zien. Zegt ze.
Goed. Er beweegt en groeit vanalles in mij en dat is de bedoeling. Follikels, en daarin eicellen. Een zevental dus.
Ik verlang naar een echo waarop een hoofdje is te zien. Of een hand. Ik verlang naar het moment dat ze zegt, kijk het hartje. Ik verlang naar het moment dat ze zegt, proficiat.
In deze zeurende pijn, lijkt dat verschrikkelijk ver weg. Maar ik crepeer niet. Ik panikeer niet. Ik houd me rustig en wacht. Ik bijt op mijn tanden en op mijn lip. Ik sluit mijn ogen en droom weg.
Mijn buik doet pijn. Van de spuitjes heb ik een blauwe-plekken-gevoel.
Maar mijn lichaam doet ook raar. Mijn buik is gespannen, ik heb pijn als ik te snel recht sta of iets til.
Donderdagochtend op controle in het ziekenhuis, dus ik probeer positief te denken. Maar ik ben bang. Bang dat mijn lichaam niet doet wat het moet doen. Bang dat ik dit niet volhoud.
Vandaag heb ik tijdens 2 vergaderingen echt op mijn tanden moeten bijten.
Het is half zeven als ik mezelf uit bed jaag. Ik haast me naar het ziekenhuis en het valt mee, er zijn slechts 4 vrouwen voor mij.
Er wordt gelukkig niet gebabbeld. We zitten er allemaal voor hetzelfde, maar ik heb weinig zin met deze onbekenden mijn verhaal te delen.
Dokter D. is weer supervriendelijk. Ze is blij voor mij dat het weer wat dichterbij komt. De echo laat zien dat de medicatie (de neuspuffer) aanslaat. dat betekent dat ik mag beginnen met de inspuitingen. De verpleegster legt het me uit. Best ingewikkeld, vloeistof, poeder, 2 naalden,... En het naaldje moet hélémaal in mijn buik, gek. De prik doen geen zeer, maar het geeft wel een branderig gevoel. Tanden bijten. Vanaf morgen doe ik het dus zelf.
Nu een week lang inspuitingen moet ik voor controle terug naar het ziekenhuis.
De pick-up (of het oogsten van de rijpe eicellen) gebeurt naar schatting over 2 weken, maar dat hangt er dus een beetje vanaf hoe sterk mijn lichaam zal reageren op die spuitjes.
Spannend, maar het gaat ons lukken.
Ik kan mezelf helemaal verliezen in de gedachte dat ik op een dag, luidop, zal kunnen zeggen: ik ben zwanger. Zelden zo uitgekeken naar iets. Het is de zin die het meest geoefend is in mijn hele leven.
Moeten we ons verantwoorden? Moeten we vóór we keuzes maken, overleggen met anderen? Is het maken van kinderen dan een democratisch proces? Mogen wij vertrouwen op ons gevoel? Op wat ons juist lijkt?
Er is niemand die ons tegenhoudt, maar we voelen twijfel. Wie staat er achter ons?