De kat die een mens wou zijn.

Er was eens heel lang geleden een poes: Witje genaamd. En niet zomaar een poes, nee, ze kon praten. Op een dag gingen witje en haar mama op stap. Miauw, waar gaan we naar toe? We gaan naar het park, daar vinden we vogeltjes en in de vijver visjes. Oké fijn. Mama? Ja, wat is er nu weer? Ik heb niet zo graag visjes. O, ja wat dan wel? Ik heb graag patatjes met worst. Wat, patatjes met worst?! Ja, mama. Ben je nog normaal, je lijkt wel een mens! Ja, mama. Wat heb jij toch? Eerst is vis met verse vogel je lievelings gerecht en haat je patatten met worst en nu hou je van patatten en worst, wat ben jij toch een rare poes. Ja, mama. Oké, we gaan naar huis, baasje heeft patatjes met worst en appelmoes gebakken, je kunt dan wat vragen. Nee, mama. Hoe wat “nee” je hebt dat toch heel graag. Nee, mama. ah kom we gaan naar huis, dan kan je daar eten! Oké, mama. Mama?  ja, wat nu weer? Ik wil naar het bos! Oké, je krijgt je zin. Fijn mama! Zo hier zijn we dan, doe wat je wilt. Wat komen wij hier doen? We komen wat spelen, zoals je gevraagd hebt. Oké mama. Mama!! JA, WAT IS ER!? Ik wil niet naar het bos. Is er dan wel iets wat je wilt!? Ja! Wat dan? Ik wil een mens zijn. WABLIEF?! Je bent niet normaal, een mens, alleen mensen kunnen een mens zijn! Ja, mama, maar ik wil ook een mens zijn. Ha als je dat echt wilt, ik ken een kattentovenaar die je wel in een mens kan veranderen. Joepie hoera, mama. Oké, oké het is al goed. Mama, wanneer vertrekken wij? Straks, straks we gaan nog eten en da… Witje, Marina! waar zijn jullie? Miauw, miauw, wij zijn hier! Oké, komen jullie eten? Ja, ja we komen. Mama, als we gegeten hebben gaan we dan naar die tovenaar? Ja, ja het zal wel. Ja hoera!!Het is al goed, en zwijg maar daarover, straks hoort baasje ons. Oké, mama, ik zal wel stil zijn. Kom we gaan eten, voor dat baasje boos word. Oké mama.  Komen jullie nog eten? Jaja, wij komen. (na het eten) Mama, gaan we nu naar die tovenaar? Jaja, als het echt moet. Ja, het moet echt mama. Oké, ik wil het wel niet, maar voor jou doe ik alles. Dat is heel lief mama, ik haat het, het poezenleven, altijd achter muizen en vogels aan, saai hoor. Ik wil nu iemand anders zijn, en graag een mens, ik wil weten hoe het mensenleven er uit ziet. Oké, als jij het zegt. Kom dan gaan we maar. Oké mama, fijn. ( bij de tovenaar)

Meneer René, witje wil graag een mens worden, weet je hoe je dat kunt laten gebeuren? Dat kan met dit drankje, je moet dit opdrinken om mens te worden. Oké, ik zal het dan maar meteen doen zeker? Ga je gang, als je echt wilt. Oké,1.2.3.Kloek, kloek, kloek. zzwwzzzwwwzzzzzzzzzzzwwwwww! !

Hé, wat gebeurt er met mij? Je wordt een mens, Witje. Meneer, hoelang blijft dit duren? 4à5 dagen en dan is het tovermiddel uitgewerkt. O, spijtig, denk ik. Dat denk ik niet, het is doodsaai om mens te zijn. O, wauw ik ben een mens, maar waar moet ik naar toe? Ik weet misschien wel wat. O, ja wat dan? Je kunt als zwerver naar ons thuis komen en dan laat baasje je wel binnen. Oké, dat doe ik. Tot straks. Ja, tot straks. Mauw, ik hoop dat ze het goed doet. (die avond) tring, tring, tring, tring! !Ja, hallo, oh een zwervertje, arm kind kom binnen. Brrrrr, oh, éh bedankt, ik ben verdwaald door de storm van vorige week, toen ik dit huisje zag dacht ik dat ik hier onderdak kon krijgen. Dat krijg je ook, je mag blijven zolang je wilt. Bbbedankt, mevrouw. Het is niks kind, zolang je maar gezond blijft. Kom maar binnen bij de haard lekker warm zitten. Want buiten is het zo koud dat je bijna bevriest. Bedankt, hebben jullie ook dieren? Hé waarom? Oh, gewoon, ik hou van dieren. Ja, we hebben dieren. één poes, eigenlijk twee maar een is weg gelopen.  Oh dat is erg, waarom? Dat weet ik niet, zomaar gewoon. (  De 5 dagen zijn om en Witje ging terug naar de tovenaar om het tegenwerksel te halen met haar mama.) Mijneer maak me vlug een mens! Waarom? Ik wil geen mens meer zijn, dat is stom! Oké, oké het is al goed. Fijn, ik haat mens zijn, bah! Ja,ja oké, ik zal het doen, heb geduld. Oké maar niet te lang. Hier neem dit in en je zult weer kat worden. Ah eindelijk, dat werd tijd! kloek, kloek, kloek, kloek. zzwwwwzzwww! Ah, ik ben weer een poes, dat werd tijd.

Kom we gaan naar huis, baasje wilt ons zien. Oké, ik kom mee. (thuis) Witje wat ben ik blij dat je terug bent. Ja, ik ook. Kom laten we een feestje vieren ter ere voor jou. Hoera een feestje ter ere voor mij? FANTASTISCH!

Witje met haar familie hielden nog een katten fuif en ze leefden nog lang en gelukkig.

17-02-2008 om 20:53 geschreven door René Renoven  

Hoe noemt een menseneter een school?  
    (een restaurant) 

2. Een giraf en een muis komen aan bij een meer. Wacht hier zegt de giraf, ik ga kijken of we hier kunnen staan.  

3. Wat is het verschil tussen mijn juf en een gorilla?( ongeveer 25 kilo)!                                                    

4. Wat is het langste woord van de Nederlandse taal?   (een elastiek want dat kun je strekken en strekken en strekken.)    

5. Een vrouw gaat naar de dokter. Ze maakt zich zorgen. Dokter steeds als ik abracadabra zeg, verdwijnen er mensen….           

    Dokter, waar ben je

6.Twee mensen kletsen in de bus.            

   ‘volgens mij moet iedereen met open raam slapen!’ Ja, dat is waar, je hebt meer lucht en slaapt beter.

    Bent u dokter? Nee inbreker. 

7. Een cowboy is boos op een kaartspeler.

    Hé, jij daar! Weet je wat er met valspelers gebeuren?

    Ja, ze winnen!

8. Tok, tok, tok! Wie is daar? De onzichtbare man. Nee, hé Ga toch weg, ik wil u niet zien.   

9. Wat zegt een nul als hij een acht tegen komt?( hé heb je vandaag een riem omgedaan?)       

10. Een olifant en een muis willen gaan schaatsen op een bevroren meertje. Wacht hier zegt de muis ik ga kijken of het ons  
      houd.                                            

17-02-2008 om 00:00 geschreven door René Renoven  

Hoi beste René!
Hallo!

Ik heb een aantal vraagjes voor u!
Oké begin er maar aan.

Wel, hoe bent u aan het gedacht gekomen om verhalen te schrijven?
Ik beleef allerlei spannende avonturen en daarvan krijg ik de inspiratie, ik zet mij dan ergens alleen en begin te schrijven.
Toen bedacht ik dat ik schrijver wil worden en nu ben ik dat ook.

Ah, oké en...eh, dit is een rare vraag... bent u op iemand verliefd?
Nee, ik kijk naar vrouwen, maar op iemand verliefd, nee niet echt.

Oké, en waar woont u? Woonde u al in muizenland toen u geboren bent?
Ja dat wel maar ik ben op reis geweest, één jaar en woonde toen ergens anders, maar ik ben terug hier komen wonen en alles is nu weer normaal.

Fijn, en dan nu, Benjamin u neefje, wat wil hij later worden?
Dat moet u mij niet vragen, ik weet daar niks van!

Oké, dat is goed, en dan nog een vraagje! Uw familie kunt u daar goed mee overweg?
ja zeer goed alleen Ken die is soms wel een plaaggeest!

Hm nog een vraagje. Hoe oud bent u en hoelang doet u dit al?
ik ben nu 10 jaar en ik schrijf al 4 jaar verhalen.

En nu echt mijn allerlaatste vraag!
Laat maar komen!

Kunnen de lezers u mailen en antwoord u daar dan op?
de lezers kunnen mij mailen via mijn website en ja ik antwoord daar altijd op!

Bedankt René Renoven, daag!!
Bye bye!
o, ja als de mensen die op mijn blog gaan en als die een verhaal willen uitprinten moeten ze dat kopieren en op word plakken
oke dat was duidelijk René Renoven= altijd te vertrouwen

17-02-2008 om 00:00 geschreven door René Renoven