De laatste slierten ochtendmist hangen nog boven de
Schelde als ik in het centrum van Lillo aankom en de parking oprij. Een paar
meters verder ligt de plek waar het verzamelen geblazen is voor iedereen die
meewerkt aan Zot van A, de jongste film van Jan Verheyen. Assistenten met
walkie talkie in aanslag proberen alles in goede banen te leiden. En dat is
niet zon eenvoudige klus: jong en oud, blank en gekleurd, mannen en vrouwen,
coiffeurs en lesbos moeten zich één na één aanmelden en worden dan
doorverwezen naar het café. Sommigen steken al in feestelijk lange kleren en
strak zittende pakken, klaar om voor de camera te paraderen, anderen hebben hun
jeans en anorak nog aan en slepen de halve inhoud van hun garderobe achter zich
aan in koffers op wieltjes. De meest opgemerkte groep bestaat uit een handvol
middeleeuwers. Stoere binken met baarden en snorren en zwaarden en hoofddeksels
met pluimen; vrouwen met lange rokken en mantels en witte kappen. Of ze zich
van film hebben vergist, zal pas later met zekerheid blijken.
Het is geleden van mijn middelbare schooltijd dat ik
figurant was in de musical Sneeuwwitje, waar ik het volksgemompel mocht
uitbeelden. Niet bepaald een rol waarmee je zelfs ook maar de shortlist voor de
Oscars haalt, maar op die leeftijd ben je al blij dat je ook eens aan de andere
kant van de orkestbak mag staan. Gezeten tussen lotgenoten die koffie met
sloten door hun keelgat gieten om het ochtendlijke uur te verdrinken, geef ik
mijn ogen de kost. Het café doet geen moeite om te verbergen dat de tijd er
heeft stilgestaan. Omgebouwde biervaten, aangevuld met krukjes, tafels en
stoelen uit de jaren stillekens doen dienst als meubilair. Een ouderwetse stoof
met daarop de obligate waterketel en een kamerplant die snakt naar palliatieve
zorgen maken het decor compleet. Van op het terras heb je een onbelemmerd
uitzicht op een modderpoel met enkele vastgelopen bootjes, al twijfel ik er
niet aan dat de toeristische dienst dit tafereel zal omschrijven als een
pittoreske jachthaven.
Het gemijmer wordt onderbroken door de
figuratieregisseur zo heet dat in dat wereldje die komt melden dat iedereen
zich mag omkleden, voor zover dat nog nodig is. Mannen gaan zonder veel omhaal
met de billen bloot om een andere broek aan te schieten, maar bij het andere
geslacht verschijnen hier en daar toch preutse vraagtekens in de ogen. Pas als
ze zeker zijn dat dit geen aanloop is naar een orgie, gaan de truitjes
vliegensvlug omhoog en de rokken naar beneden. Enkel een paar diehards trekken zich terug in de
toiletten voor hun metamorfose.
En dan breekt het grote moment aan. Als een troep
ganzen trekken we naar de kerk, waggelend over de oneffen bestrating en
snaterend dat het een lieve lust is. Nu kan het nog. Straks, onder de zalvende
oogopslag van de madonna en de gepijnigde blik van de Messias aan het kruis, is
dat minder evident. Jan Verheyen staat ons op te wachten. Is dat een aureool
boven zijn kruin of zijn het de zonnestralen die door de glasraam naar binnen
dwarrelen? Whatever. In zijn eigen sympathieke stijl heet hij ons welkom en
brengt hij in herinnering wat mag en wat absoluut niet kan. In de camera kijken
bijvoorbeeld, is not done. Net zomin als je gsm laten rinkelen. Als dat gebeurt,
moet je de hele ploeg op champagne trakteren. En dat zijn er een hoop, lacht
hij. Zijn woorden zijn nog niet koud, of er rinkelt een gsm. Het blijkt die van
de figuratieregisseur te zijn.
De rest van het verhaal valt onder de noemer
vertrouwelijk. Uit mijn mond zul je niet vernemen wat er die dag gefilmd werd.
Uit mijn pen evenmin. Afspraak in de bioscoop vanaf 20 oktober.