Dit is een stukje van een verhaal wat ik geschreven heb, het is nog nie af.
Ik ben blij dat ze bij mij in de klas kwam. Bij haarben ik veilig. Zij is mijn beste vriendin.
8 uur wekker gaat. 'Ik wil nog blijven liggen.' onee, school snel aankleden naar school. Mijn tas! Waar is mijn tas? ik: 'mam waar is mijn tas?' 'Ik moet naar school snel!' mam: 'boven in de kast.' ik: 'wat doet ie daar' Snel naar school. Eten! helemaal vergeten. Snel! Ik pak een botherham.
ik: 'hoi' anne: 'hey lekker geslapen?' ik: 'ja jij?' Anne: 'Kom mee we hebben toest Spaans, ik heb niet geleerd' ik: 'Wat gaan we doen?' anne: 'Wat denk je?'
'Deze vind ik mooi!' 'ja, leuk!' 'Kom we gaan wat drinken! ik heb verschrikkelijke dorst.' Blij dat ze dat zegt. 'Kom je nog? haha'
zij: 'Wat wil je drinken?' ik: 'íets sappigs' zij: 'twee sap graag' ik: ïk ga even naar de wc.'
'Waar ben ik?' 'Je bent in het ziekenhuis.' De stem van mijn moeder! 'Je moet goed uitrusten' Een onbekende stem. 'Komt alles goed?' Mijn moeder. 'We hopen het' Weer de onbekende stem. 'Wát is er gebeurt?' 'Je hebt iets binnen gehat' 'Wat?' 'drugs'
Langzaam kom ik weer bij. In de kamer zie ik de politie de dokter en mijn moeder. 'Mogen we je wat vragen stellen?' Dat was de politie. Ik knik. 'Weet je nog wat er was gebeurt die dag?' Ík had Spaans. Toen gingen we wat drinken...' 'wie is we?' 'Anne uit mijn klas.' 'Dit is haar telefoon nummer.' 'Ga maar verder.' 'Nee, we gingen eerst winkelen en toen wat drinken.' 'Onder Spaans?' 'Ja' 'Ehm..., toen gingen we wat drinken. Toen moest ik naar de wc. En verder weet ik niks meer.' 'Weet je nog wat voor drinken je nam?' 'Nee, ehm, ja toch wel ik dacht..., Nee toch niet.' 'Maakt niet uit' 'Ik weet het weer. Het was iets van Sap ofzoiets.' 'Oke bedankt voor je tijd.' Ik ging weer slapen.