Druk op onderstaande knop om je bestand naar mij te verzenden.
geschiedenis3aso
09-02-2016
klimaat 1000-1400
donderdag 16 april 2009
Dynamo stookte de middeleeuwen op
De jaarringen van eeuwenoude Marokkaanse ceders dragen nog de sporen van het middeleeuwse klimaat. Jan Esper
BRUSSEL - De late middeleeuwen hadden hun behaaglijk warme temperaturen aan een bijzondere klimaatdynamo te danken.
Van de elfde tot de veertiende eeuw lagen in Europa de temperaturen veel hoger dan gemiddeld. In die tijd waren er wijngaarden in Engeland en koloniseerden de Vikingen Groenland. De Warme Middeleeuwse Periode, zoals ze in de latere geschiedschrijving ging heten, was de meest recente periode van 'natuurlijke' warmte, waarmee de huidige periode van klimaatopwarming kan worden vergeleken.
In het Amerikaanse vakblad Science stelt een Belgische onderzoekster deze maand een mechanisme voor dat ze verantwoordelijk acht voor die tijdelijke opwarming (die overigens een globaal fenomeen was en niet alleen tot Europa beperkt bleef).
De klimaatkachel werd toentertijd opgestookt door de Noord-Atlantische Oscillatie (NOA), schrijft Valerie Trouet, werkzaam bij de Zwitserse Forschungsanstalt für Wald, Schnee und Landschaft (WSL). Die natuurlijke vorm van klimaatopwarming is terug te voeren op drukverschillen tussen het hogedrukgebied van de Azoren en het lagedrukgebied van IJsland. De Noord-Atlantische Oscillatie beïnvloedt ook vandaag ons weer, en heeft onder meer bijgedragen tot de recente droogte in Noord-Afrika en de overstromingen in Centraal-Europa.
Een vergelijking van jaarringen van duizend jaar oude Marokkaanse bomen en groeilaagjes in stalagmieten uit een Schotse grot wees uit dat tussen het jaar 1000 en 1400 de drukverschillen tussen IJsland en de Azoren veel groter waren dan anders. Ze stuwden 's winters warme Atlantische winden over Europa, wat de temperatuur van het vasteland omhoog bracht.
De cederbomen en de stalagmieten zijn het levende geheugen van ons klimaat, legt Trouet uit. De cederbomen uit het Atlasgebergte groeiden extreem traag in de middeleeuwen, en verraden daarmee dat het er toen veel droger was dan in de erop volgende eeuwen. Die droogte verraadt op haar beurt een historische hoge druk boven de Azoren.
In tegenstelling tot de Afrikaanse jaarringen bewijzen de Schotse stalagmieten juist dat het in diezelfde periode veel natter was dan normaal in noord-Europa, wat op een historisch lage druk boven IJsland wijst.
Valerie Trouet, die samenwerkte met collega's uit Engeland, Wales en de VS, kreeg diverse enthousiaste reacties van vakgenoten op haar studie, mailt ze. 'Zoals van Michael Mann, dé klimaatspecialist van de Verenigde Staten', zegt Trouet. 'De studie toont aan hoe groot de natuurlijke klimaatsvariabiliteit in het verleden is geweest in vergelijking met vandaag. Daar hoort in klimaatsvoorspellingen voor de toekomst best rekening mee te worden gehouden'.
Volgens Trouet zijn de hedendaagse gevolgen van de Noord-Atlantische Oscillatie minder groot en beklijvend dan ze in de middeleeuwen waren. 'Maar de studie geeft wel aan dat het klimaat grote wijzigingen heeft ondergaan, lang voordat mensen broeikasgassen in de atmosfeer begonnen uit te stoten.' (hvde)
Arabische erfenis voor Europa, aanvulling bij de leerstof
Arabische erfenis voor Europa.
Wetenschap en kunst.
1 Avicenna.
woensdag 21 maart 2007 (de Standaard)
Avicenna
Ibn Sina (980-1037), bij ons beter bekend onder zijn Latijnse naam Avicenna, was een wetenschapper en filosoof. Zijn Canon van de geneeskunde (Al-Qanun fi al-Tibb), een werk in verschillende delen, werd tot 1650 aan de Leuvense universiteit als leerboek gebruikt.
Avicenna werd geboren in Afsjana in het huidige Oezbekistan, toen een deel van het Perzische rijk. Zijn vader, die zijn functie als gouverneur kon combineren met zijn interesse voor alle mogelijke wetenschappen, stuurde zijn zoon naar de beste leraars in Boekhara. Het kind bleek uitzonderlijk begaafd, en schakelde van zijn veertiende over op wisselende leermeesters geneeskunde en wiskunde. Rond zijn zeventiende worstelde hij met vragen over metafysica, vooral na het lezen van Aristoteles. Hij ging filosofie studeren, en schreef gedurende zijn leven zelf een aantal boeken over (Aristotelische) filosofie, metafysica en religie.
De geneeskunde vond hij in vergelijking gemakkelijk. ,,Het is geen moeilijke wetenschap vol doornen, zoals wiskunde en metafysica, dus boekte ik snel grote vooruitgang en werd een uitstekende arts'', schreef hij op zijn achttiende zonder valse bescheidenheid. Nu blijkt uit de kronieken dat hij inderdaad een goede arts was. Dat was waarschijnlijk evenzeer te wijten aan zijn uitgebreide kennis van oude geschriften als aan zijn al even brede praktijkervaring: omdat de jonge arts goed en gratis werkte, stroomden de patiënten toe.
Avicenna leerde dus veel door observatie, zoals zijn grote voorbeeld Galenus (131-201). Die Griekse arts dacht dat het menselijke lichaam werd geregeld door vier lichaamssappen: bloed, slijm, gele gal en zwarte gal. Een tekort of teveel in een van de vier leidde tot ziekte. Die theorie werd pas door de Vlaming Andreas Vesalius (1514-1564) naar het rijk der fabelen verwezen. Maar van Galenus leerden Vesalius en Avicenna ook hoe belangrijk waarneming is voor een arts. Avicenna was de eerste die de anatomie van het menselijke oog volledig beschreef. Hij constateerde dat tuberculose besmettelijk is - wat in het Westen nog tot de negentiende eeuw werd tegengesproken. Het Canon werd door Gerardus Cremonensis de Sabloneta in de dertiende eeuw in het Latijn vertaald en tientallen keren heruitgegeven. Avicenna bracht de westerse geneeskunde weer in contact met verloren Griekse bronnen, die hij aanzienlijk uitgebreid en verbeterd had. (isg)
Prent uit het canon waar een massagetechniek wordt geïllustreerd : (doorklikken of via het web naar de site gaan)
Actua : Mali -Timboektoe ( aansluitend bij leerwerkboek p 79 + 91 )
Een lemen moskee in Timboektoe. Niet zozeer moskeeën, maar wel veel andere culturele schatten in de stad worden bedreigd door de vernielzucht van moslimradicalen. Foto AFP / Habib Kouyate
Beste leerlingen
In de lessen zagen we dat de beperkte handel in het Frankische rijk (leerwerkboek p 79) de koning toeliet om zich met een gouden kroon te tooien. Goud delft men oa. in de goudmijnen in centraal Afika. Via karavaanroutes ( leerwerkboek p 91) kwam dit product tot aan de Middellandse Zee. Timboektoe (hoofdstad van Mali) was een belangrijk en rijk handelscentrum in die periode.
Vandaag komt Mali geregeld in het nieuws doordat door onlusten het historisch erfgoed, erkend door de wereldorganisatie UNESCO, van Timboektoe wordt verwoest (gebouwen, graven, bibliotheek ...)
Ik kreeg onderstaande mail van een vakcollega. Het filmfragment dat zij aanhaalt illustreert mooi de actua die aan bod kwam in de les :
Ik
vond zonet het filmfragment terug waarin ik de beelden zag van Timboektoe. Het
was wel degelijk in het programma 'Vranckx in niemandsland'. Het fragment
(12:30-29:22) toont ook heel duidelijk wat de impact is van de sharia
op de lokale bevolking en wat voor een vernieling de jihadisten aanrichtten in
het verleden. Ik vind het persoonlijk een heel goed fragment en toon
alvast een stukje morgen in mijn les. Inez
Het filmpje hieronder duurt 5 min. Het is in het Frans en komt van de nieuwssite Le Monde, een Franse kwaliteitskrant. doordat het filmpje voor zich spreekt en jullie de geschiedenis van Mali in grove lijnen kennen uit de les (touaregs, karavaanroutes, Timboektoe cultureel erfgoed bedreigd door terreuraanslagen) zullen velen onder jullie weinig moeite hebben om de beelden te begrijpen.
A travers
une carte animée, "Le Monde" vous propose un décryptage de la
situation géopolitique du Mali, désormais terrain de guerre de l'armée
française. (17/01/2013)
(Notre couverture du Mali sur www.lemonde.fr
à consulter ici )
In ons leerwerkboek Pionier 3
lezen we op p 73 dat in de vroege mehet
bevolkingsaantal afnam tot rond het jaar 600 als gevolg van oa. pestepidemies. De pest was
toen een verzamelnaam van verscheidene ziektes als gevolg van vooral voedseltekort
die epidemische vormen aannamen.
Ook in de 14e eeuw daalt de bevolking en was de Zwarte Dood een belangrijke oorzaak hiervan. ( zie Pionier 3 p218-219)
Op 22 november verspreidt het persagentschap Belga volgend bericht dat wordt overgenomen door de krant De Standaard :
40 doden door pest in Madagascar
Op het Afrikaanse eiland
Madagaskar heeft een uitbraak van de pest de voorbije maanden al aan veertig
mensen het leven gekost. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) waarschuwt
zaterdag voor een snelle verspreiding van de aandoening in de hoofdstad
Antananarivo.
Volgens de WHO werd de ziekte al
vastgesteld bij 119 mensen, in verschillende delen van het land. Veertig van
hen zijn intussen al overleden. Het eerste sterfgeval dateert van 31 augustus,
zo klinkt het nog.
Het gevaar bestaat nu dat de
ziekte zich in Antananarivo snel gaat verspreiden wegens de grote
bevolkinsdichtheid en de slechte sanitaire voorzieningen in de hoofdstad,
waarschuwt de WHO. Momenteel zijn in Antananarivo al twee mensen aan de pest
overleden.
De ziekte wordt overgedragen door
vlooien, die zich vaak schuilhouden in het haar van ratten of van andere
knaagdieren. De Malagassische overheid probeert de ziekte in te dijken met
insecticiden. Maar die inspanningen worden bemoeilijkt doordat de vlooien al
een grote mate van resistentie hebben opgebouwd. Ilo (22 novembber 2014 de Standaard)
It's nearly 50 years since the US landed men on the moon, but Americans are still dying from a disease that ravaged Europe in the Middle Ages. Why hasn't the US eradicated the plague?
The Black Death caused about 50 million deaths across Africa, Asia and Europe in the 14th Century. It wiped out up to half of Europe's population.
Its last terrifying outbreak in London was the Great Plague of 1665, which killed about a fifth of the city's inhabitants. Then there was a 19th Century pandemic in China and India, which killed more than 12 million.
But the disease has not been consigned to the dustbin of history. It is endemic in Madagascar, the Democratic Republic of Congo and Peru. What's perhaps more surprising is that it is still killing people in the US.
There have been 15 cases in the US so far this year - compared to an average of seven, according to the Centers for Disease Control and Prevention (CDC) - and the figure of four deaths is higher than in any year this century.
The bacterium responsible - yersinia pestis - was introduced to the US by rat-infested steamships in 1900, according to Daniel Epstein of the World Health Organization (WHO).
"Plague was pretty prevalent, with epidemics in Western port cities. But the last urban plague was in Los Angeles in 1925. It spread to rural rats and mice, and that's how it became entrenched in parts of the US," he says.
The disease - typically transmitted from animals to humans by fleas - has a 30-to- 60% fatality rate if left untreated, however, antibiotics are effective if patients are diagnosed early.
The plague
Image copyrightScience Photo Library
More than 80% of US cases have been bubonic plague, the most common form, which affects the lymph nodes and causes gangrene (see picture at top of page)
There are two other types, septicaemic, an infection of the blood, and pneumonic, which infects the lungs
It can be hard to identify the disease in its early stages because symptoms, which usually develop after three to seven days, are flu-like - a laboratory test can confirm diagnosis
Most cases occur in summer, when people spend more time outdoors.
"The advice is, take precautions against flea bites and don't handle animal carcasses in plague-endemic areas," says Epstein.
The areas in question are New Mexico, Arizona, California and Colorado, according to the CDC. All of this year's cases originated in those states, or in other states west of the 100th meridian, which Dr Amesh Adalja, an infectious-disease specialist at the University of Pittsburgh's Center for Health Security, refers to as "the plague line".
"Prairie dogs are the main reservoir for plague, and they tend to be west of the 100th meridian," he says. The geography and climate of the Western US suits them, he explains, and the fact that they are "social animals" helps the infected fleas to spread.
Black-footed ferrets and the Canada lynx are other particularly susceptible species, says Dr Danielle Buttke, an epidemiologist at the US National Park Service.
It's the existence of this "animal reservoir" that makes the plague hard, if not impossible, to eradicate, experts say.
The only human disease eradicated so far, smallpox, does not exist in animals. It's the same with polio, which remains endemic in two countries - Afghanistan and Pakistan. The WHO is working towards to eradicating polio and last month announced that it is no longer endemic in Nigeria. (It has, however, returned to Syria, since the civil war.)
"Unless we exterminate rodents, [the plague] is always going to be around," Epstein argues.
Image copyrightReutersImage caption Public health workers treat the ground in Yosemite National Park to get rid of fleas
On the other hand, scientists at the National Wildlife Health Center have been working with parks to develop oral vaccines to protect black-footed ferrets and prairie dog - prairie dogs seem to prefer peanut butter-flavoured baits, research shows.
An injectable vaccine for black-footed ferrets has also been created. So maybe it will be possible to rid animals of the disease, at least in the most popular national parks.
Generally, research into the disease is in a "vibrant" state, according to Adalja, with scientists trying to improve ways of diagnosing it, and to develop an effective human vaccine.
The reason? The plague has been classified as a "category A bioweapon", he says. An average of seven cases of plague per year is one thing, but the risk of biological warfare, even if it's a remote one, is quite another.
Image copyrightNational Park ServiceImage caption Experts have been de-fleaing ferrets and chipmunks in national parks
Hierbij vinden jullie enkele miniaturen. Je kan er verscheidene taken van de middeleeuwse domeinbewoner op afgebeeld zien. Kijk maar eens en beschrijf wat er precies gebeurt. Geef ook aandacht aan de landbouwwerktuigen die ze gebruiken.
Met een woordenboek erbij kunnen jullie ook onderstaande tekst begrijpen...
The Limbourgs present here the year's first farm work, in a broad landscape at the foot of the Chateau de Lusignan. Several scenes of country life are juxtaposed. On the upper left, a shepherd and his dog watch a flock of sheep; below them, three peasants trim vines within an enclosure; on the right, another enclosure, with a house, seems to surround more vineyards; below that, a peasant leans over an open bag. A small monument known as a Montjoie rises at the intersection of paths separating the different plots; a customary sign or milestone, it resembles one on a subsequent page representing the Meeting of the Magi (folio 51v). A beautiful picture of plowing occupies the foreground. A white-bearded peasant wearing a surcoat over a blue tunic holds the plow handle with his left hand and goads the oxen with his right. The two oxen are differently colored; the fine reddish hide of the near one stands out in relief against the other, black, animal. Every detail of the plow is carefully recorded. The plowshare penetrates earth covered with faded winter grass, churning it into furrows that are distinctly marked by already dried blades of grass. These rustic scenes are dominated by the powerful Château de Lusignan, above which hovers the fairy Mélusine, protectress of the château who turned into a winged dragon on Saturdays, recalling the legend of its construction. (Mélusine promised to make Raimondin, son of the king of the Bretons, the first nobleman of the realm if he married her, on condition that he never see her on Saturday, the day of her metamorphosis. Raimondin's curiosity got the better of him, and Mélusine flew away from the château in the form of a winged dragon. The artists have meticulously depicted the château's different parts: the Tour Poitevine below the fairy, the queen's quarters, the Tour Mélusine, the Tour de L'Horloge, the Barbacane, and the two enceintes. This was one of the Duc de Berry's favorite residences; the improvements he made on it are evident in the high windows of the royal quarters and the Tour Mélusine. The month of March is the first of the great landscapes favored hy the Limbourgs in the Très Riches Heures. It is rendered with such veracity that one wonders if they had access to some optical device, a dark room, or rather a "light room," which would have lent such linear and proportional exactitude to their work. Furthermore, with the delicacy of their brush they have achieved an extraordinary precision of detail without detracting from the overall effect of grandeur imparted by Mélusine's château forcefully standing out against the blue sky.
Beste leerlingen, in de les over de middeleeuwse mens en zijn geloof bespraken we het item 'heiligen'. Hieronder vind je een link met verscheidene miniaturen van heiligen. Er staat ook kort hun hagiografie bij vermeld. Hiervoor kan je ook terecht op www.heiligen.net
Een vrouwelijke diaken uit Alexandrië. Zij weigerde Christus af te zweren en haar tanden werden gebroken tijdens de daarop volgende martelingen. Men dreigde haar te verbranden als ze zou blijven weigeren. Ze wachtte die straf niet af, maar sprong zelf het vuur in. Zij beschermt tegen kiespijn en is de patrones van tandartsen.
Meer info verkrijg je ook als je volgende webquest bezoekt.
Beste leerlingen, Ik vond een krantenartikel waarin verteld werd dat er in het Franse Bourgondië enkele archeologenliefhebbers gestart waren met het bouwen van een middeleeuws kasteel (plannen 1228). En dit volledig volgens de gewoontes en gebruiken van toen. Inmiddels staat er al heel wat overeind. Er is een site www.guedelon.com waarop je de werkzaamheden kunt volgen en heel wat fotomateriaal kunt bekijken. Haal wel je Franse woordenboek erbij...
Groeten,
Ann Geerinck
Let bij bovenstaande miniatuur op de twee engeltjes en God de Vader die de werkzaamheden volgen... Bovenstaande foto's laten een blik zien van de werkzaamheden.
ARCHEOLOGEN STOTEN INLEFFINGE OP VROEGMIDDELEEUWSENEDERZETTING
BRUSSEL - Een nederzetting van mogelijk 1.300 jaar oud. Daar zijn VUB-archeologen op gestoten op een akker in Leffinge. De schapenboerderij is een van de eerste sporen van kustbewoning na de Romeinen.
Van onze redacteur
Nabij Leffinge (Middelkerke) hebben archeologen van de Vrije Universiteit Brussel sporen van oude bewoning aan de Belgische kust gevonden. In september was een ploeg van de VUB onder leiding van professor Dries Tys en Pieterjan Deckers er aan de slag op een akker.
Ze trokken vier sleuven, bij wijze van prospectie, om na te gaan of er iets waardevols in de bodem zat. En dat bleek het geval. De zoektocht leverde aardewerk, schapenbotten en enkele metalen voorwerpen op zoals een riemtong, een speld en een stukje beslag.
De gevonden voorwerpen moeten nog nader onderzocht worden, maar de archeologen zijn er nu al zeker van op iets bijzonders gestoten te zijn. Het aardewerk is Merovingisch. Een indicatie dat de bewoning er ten laatste in de vroege achtste eeuw al aanwezig was.
Het is niet echt een dorp, maar een nederzetting, zeg maar een grote boerderij', zegt Tys. Het gaat om een schapenboerderij van Saksische boeren.
De site zou tussen 700 en 1100 bewoond geweest zijn. Het kan gaan om de eerste middeleeuwse kustbewoning, nadat de Romeinen er weggetrokken waren. De nieuwe bewoners kwamen naar de kuststreek na een periode van verlanding omstreeks 500 na Christus.
De boerderij ligt op een ophoging die eveneens door mensenhanden aangelegd is, een zogeheten terp'. Ook de huidige dorpen Leffinge en Bredene zouden op zo'n terp aangelegd zijn.
In de tiende eeuw stond er een kerk in Leffinge en het dorp gold toen als de hoofdplaats van de streek.
De kust was in die periode geen regio die onherbergzaam was door overstromingsgevaar. Er waren slikken, schorren en geulen die getij kenden, maar net zo goed drogere stukken waar bewoning best mogelijk was.
Op de gevonden boerderij leefden waarschijnlijk tien tot vijftien mensen. Maar menselijke resten hebben de VUB'ers niet gevonden. Die treffen we doorgaans in de duinen of aan de rand van de kuststreek aan, niet in het instabiele landschap van de polders, waar nog nooit een begraafplaats uit die tijd opgegraven werd', legt Deckers uit.
Wolnijverheid
Het waren geen arme luizen, die prille kustbewoners. Via de havens aan de Noordzeekust zaten ze in een handelsnetwerk. Ze deden aan zoutwinning en hielden schapen waar ze wol van produceerden. Die had een grote faam.
Karel de Grote zou een mantel gemaakt van wol van onze kust als diplomatiek geschenk aan de kalief van Bagdad geschonken hebben', aldus Tys.
Wol was de basis van de Vlaamse textielnijverheid die eeuwenlang floreerde.
Op die plek in Leffinge hadden ploegende landbouwers al vaker archeologisch materiaal aan de oppervlakte gewerkt. Ook de plaatsnaam Oude Werf' was voor de experts een aanwijzing dat er hier potentieel was. Het duidt op een ophoging. We wisten dat hier iets te vinden was,' zegt Deckers.
De VUB-ploeg zou de plek volgende zomer graag volledig blootleggen in een vak van pakweg twintig bij dertig meter. Daarvoor moeten de eigenaar en de pachter van de grond hun toestemming geven en moet het agentschap Ruimte en Erfgoed van de Vlaamse overheid een vergunning verlenen. Maar wij denken dat het de moeite loont', meent Deckers. Inmiddels werden de prospectiesleuven weer toegedekt.
Leffinge is een wat atypische archeologische site. Er doet zich een boom van opgravingen voor in Vlaanderen. Maar de meeste bevinden zich op plaatsen waar er bouwwerkzaamheden plaatsgrijpen. Deze plek is een akker en dus niet als dusdanig bedreigd. Toch eist de erosie haar tol en kan intensief ploegen schade toebrengen aan wat er in de grond zit. Sinds 2002 zijn er door ploegen al 1.500 scherven omhoog gewoeld.'
Isaac is vijftien als hij door de rebellen van het LRA (Lord Resistance Army) wordt meegenomen. Hun eenheid, die vooral uit kinderen en jongeren bestaat, moet onder leiding van de brute commandant Scar Oeganda helpen veroveren op het regeringsleger. Isaac wordt er beste maatjes met Richard, die de honger en verstikkende ellende van een vluchtelingenkamp achterliet om zich bij de kindsoldaten van Scar aan te sluiten. De rekruten worden opgeleid tot keiharde vechtmachines en leren vooral ook hun gevoelens te verdringen. Tijdens een van hun plundertochten ontvoeren ze de meisjes van een internaat. Isaac is meteen onder de indruk van de vastberadenheid van Monica. Maar hun liefde lijkt geen enkele kans te krijgen. Want elke vorm van emotie wordt door het LRA genadeloos afgestraft
Het boek wordt ingeleid door Els De Temmerman die met haar boek De meisjes van Aboke het probleem van de kindsoldaten in Noord-Oeganda in de Westerse media bracht. Het verhaal is in verschillende hoofdstukken gedeeld die zich alternerend afspelen in het district Gulu, Noord-Oeganda en het rebellenkamp in Zuid-Soedan. In de eerste hoofdstukken leer je de drie hoofdpersonages kennen en verneem je hoe ze als kindsoldaat in het LRA terecht zijn gekomen: Isaac werd bruusk uit zijn kleine dorp ontvoerd, Richard koos er zelf voor de armoede en ellende van het uitzichtloze bestaan in een vluchtelingenkamp te ontvluchten en Monica is één van de dertig meisjes uit het internaat die in de klauwen van Scar valt. Ondanks de verschillende redenen van hun nieuwe status als soldaat ontstaat er een hechte vriendschap tussen Richard en Isaac. Ze steunen mekaar door dik en dun en verraden elkaar nooit. Ook de verboden liefde die tussen Monica en Isaac groeit is puur. De beschrijvingen van de beul Scar zijn zo levensecht dat je kippenvel krijgt telkens hij opduikt in het verhaal.
Het boek is een gruwelijk relaas van een geweld dat elke fantasie overstijgt. Ondanks de soms erg sadistische scènes waarbij mijn maag omkeerde, laat het verhaal zich erg vlot lezen. De schrijver geeft duidelijke beschrijvingen van het landschap en de gebeurtenissen, typische woorden of termen worden in een voetnoot verklaard. Dit boek mag in geen enkele schoolbibliotheek ontbreken!
Ik heb nog wat beeldmateriaal opgezocht over 'het klooster' en 'het kasteel'. De clips sluiten aan bij de lessen over de socio-economische doorsnede rond het jaar 800. Veel kijkplezier. En hopelijk steken jullie er ook nog wat van op!
Karel de Grote stimuleerde kunst en wetenschap. Hij liet kloosterscholen bouwen, waardoor steeds meer monniken konden lezen en schrijven. Zelf kon Karel de Grote niet schrijven. Als hij een handtekening moest zetten onder een belangrijk document, liet hij dat door een monnik doen. Karel tekende daarna alleen twee lijntjes, het "vierkantje van Karolus".
Uit welk symbool kan je de functie afleiden van de persoon die Karel kroont?
Wat is het gevolg van deze kroning voor de macht van Karel?
Beschrijf bovenstaand beeldhouwwerk (9e eeuw) van Karel de Grote? Hoe wordt hij afgebeeld? Waarom houdt Karel de Grote een wereldbol in zijn handen? Van wat is dat het symbool?
Karel de Grote koos Aken uit tot zijn hoofdverblijfsplaats. Hij liet er de Paltskapel bouwen. Dit naar het voorbeeld van San Vitale in Ravenna. De Paltskapel werd een centrum van de Karolingische cultuur en kennis. Hij richtte er een hofschool op. Karel de Grote wou zich meten met de vroegere Romeinse keizers en met de toenmalige Byzantijnse keizer.
7e eeuw San Vitale Ravenna : binnenzicht
Binnenzicht van de Paltskapel te Aken, sinds 1978 werelderfgoed van de UNESCO
Dom te Aken (Paltzkapel)
De Karlolingische renaissance : culturele bloei onder de Karolingers.
1 De Karolingische minuskel. Als je die vergelijkt met de Latijnse letters, wat stel je vast? Waarom is het Karolingische lettertype interessanter dan het Latijnse?
Via bovenstaaande link kan je bladeren in een Codex van de 13 e eeuw die bewaard wordt in de Universiteitbibliotheek gent
De Codex Justiniani.
Deze wetgeving bestaat uit vier delen :
1 de codex : gebundelde bestaande Romeinse wetten uit de oudheid 2 digesten : bloemlezing van geschriften/commentaren/interpretaties van belangrijke juristen 3 novella of constituones : nieuwe wetten uitgevaardigd onder Justinianus 4 instituta : leerboeken voor studentenwerd
Deze codex is in de zesde eeuw opgenomen in het zogeheten Corpus Iuris Civilis. Deze vormt de basis voor het burgerlijk wetboek van vandaag.
1 Welke figuur stelt de keizer voor? 2 Aan welke symbolen zie je dat hij een theocratisch leider is? (wereldlijke en goddelijke macht) - - 3 Wie is de patriarch? 4 Waaruit leid je dat af?
Munt met de beeltenis van keizer Justinianus.
De AYA SOPHIA, gebouwd onder Justinianus
Aya Sofia (Istanbul)
Binnenzicht van de Aya Sophia, nu een museum.
Mozaiëk van de vrouw van keizer Justinianus, Theodora. (San Vitale in Ravenna)
Abdij van Stavelot geeft Merovingische sarcofaag uit 7e eeuw prijs Auteur: Belga, Alexander Verstraete
za 30/05/2015 - 19:52 Belga, Alexander Verstraete Op de site van de abdij van Stavelot hebben onderzoekers een sarcofaag uit de 7e eeuw ontdekt. Het gaat om een vondst uit het Merovingische tijdperk.
De abdij van Stavelot is halfweg de 7e eeuw gesticht en groeide later uit tot een centrum van kunst en wetenschappen. Van de oorspronkelijke gebouwen schiet vandaag weinig over, maar het oudste religieuze gebouw heeft recent toch een opmerkelijke schat prijsgegeven.
Enkele weken geleden ontwaarden archeologen bij opgravingen tekenen die wezen op een grafplek. Verder onderzoek in de loop van mei heeft uitgewezen dat het om een sarcofaag uit de 7e eeuw gaat toen de Merovingers over onze streken regeerden.
In de sarcofaag bevonden zich menselijke botten. Uit de kenmerken en de locatie van het graf, moet blijken dat het om de resten van een belangrijke persoon gaat. Het is al de vijfde keer dat een sarcofaag op de abdijsite is ontdekt sinds het begin van de opgravingen. Zowel de botten als de sarcofaag worden momenteel grondig bestudeerd. Later zullen ze in de abdij worden tentoongesteld.
Wie waren de Merovingers?
De Merovingers waren een geslacht van Frankische koningen dat van de 5e tot halfweg de 8e eeuw over een gebied regeerde verspreid over delen van het hedendaagse Nederland, België, Frankrijk en Duitsland. De bekendste telg uit deze dynastie is Clovis. Hij slaagde er als eerste in alle Frankische stammen onder één heerser te verenigen.
www.deredactie.be geraadpleegd op 22 september 2015