De engel Gabriël op bezoek bij Maria: Lc 1, 26-38
Lieve Engel Gabriël,
wat zou ik graag net als Jij
rondfladderen om overal
de Blijde Boodschap te brengen:
om mensen Gods vreugde
persoonlijk mee te delen;
om hun eigen zending
te leren ontdekken
en vooral om de vraag te stellen
of ze bereid zijn mee te werken.
H. Gabriël,
wat zou het fijn zijn moesten we
sàmen op ontmoetingstocht gaan.
Jij ziet onmiddellijk bij wie
een beetje oprechte bevestiging
wonderen doet.
Met Jou zou ik ook kunnen rekenen
op overtuigende argumenten,
wanneer mensen talloze vragen afvuren.
Je kent ook de kunst
niet opdringerig te zijn.
Ja, ik kan beter met je samenwerken,
dan holderdebolder vol enthousiasme
ergens binnen te valen.
Vrijheid, ja dat is héél belangrijk, ik weet het!
Lieve Maagd Maria,
je plannen, je bezinningen, je overgave aan God:
het was allemaal klaar en reeds beslist.
En zie, ineens wordt alles ondersteboven gehaald.
Ik vind dat Je wel erg kalm reageert, ook al staat er
dat je 'schrok en je afvroeg, wat die groet kon betekenen?'
Maar schrikken, zelfs 'daveren' is nog geen teken
van ongeloof of weigering, dat snap ik nu.
Maria,
Ik voel me echt getroost, dat Je vragen hebt gesteld,
dat Je de Belofte diep in je liet neerdalen en
bevruchten door de Heilige Geest.
Zo wil ik met Jou leren openstaan en mediteren
over alle dagelijkse Schriftwoorden.
Zo kunnen ze ook in mijn 'Heilige der Heilige'
geboren worden!
Jezus, Je Naam
blijf ik koesteren en herhalen, dag in dag uit,
want Je bent onze Redder.
Elk moment ben Jij de Komende.
'Zie de dienstmaagd van de Heer,
mij geschiede naar Uw Woord.'
|