|
Zijt gij kwaad omdat Ik goed ben? Mt 20,1-16a
Mijn gedachten zijn niet uw gedachten.: Jes 55, 6-9
Jezus,
ik wil Je vandaag eerst loven en danken,
want ik heb het geluk gehad bij de 'eerstgeroepen' te zijn.
'k Was nog zo klein, toen ik Je al leerde kennen
en opging in al die verhalen over Jou.
Ook al waren er zangers, atleten, en andere vedetten,
toch ben ik met Jou op stap gegaan en vond ik het heerlijk
door Jou gezonden te worden en iets uit te dragen
van je liefde in de jeugdbeweging of tijdens bezoekjes
in een Woon en zorg bij vroegere buren...
Je liet me meewerken aan de liturgie.
Ik mocht voorlezen en zingen in de eucharistieviering.
Er waren gebedsgroepjes en een derde wereldgroep
op school. Zoveel inzet, maar vooral
zo'n belangrijke leerschool.
Een groeiproces in intimiteit met je Hart. Dank Je!
Jezus,
ik wil Je danken voor 'hen die later zijn bijgekomen':
de vele nieuwe bekeerlingen;
de christenen, die als vluchteling in ons land
aangestrand zijn. Ze zijn zo radicaal in hun getuigenis
niet enkel door woorden, maar door sprekende daden!
We kunnen veel van hen leren. Ze zijn zo stralend fris
als ze eucharistie vieren!
Er is een echte verbondenheid en tastbare vreugde.
Er zit geen stof op hun geloof. Voor hen is het een keuze,
die hen alles heeft gekost, zelfs bloed en tranen.
Bescherm hen, Heer. Maak dat we elke nieuweling
hartelijk onthalen als een broer en zus,
zodat we groeien in verbondenheid!
Geen zij of wij mentaliteit;
niet méér of minder gewaardeerd;
niet vroeg of laat aangeworven...
maar door Jou met liefdevol medeleven
allen uitgenodigd mee te werken!
Royaal kijk Je naar élk van ons.
Wat ben Je goed, O Heer!
Wat een vreugde door Jou aan het werk te worden gezet!
Wat een droom van een levensproject!
Stil en ingetogen maakt het mij.
Alle lof komt U toe!
|
