Mt 4, 1-11: Bekoringen in de woestijn
'In die tijd werd Jezus door de Geest
naar de woestijn gevoerd om door de duivel
op de proef gesteld te worden.'
Jezus, ik wil je vandaag danken dat Je
deze ervaring deelt met ieder van ons
en we van Je reacties op de bekoringen
heel wat kunnen leren.
Jezus, Jij bent de Zoon van God.
Je bent onze Meester, onze Herder.
Je bent de Weg, de Waarheid en het Leven.
Je bent de Verrijzenis en het Leven.
Jij bent zelf het Levend Brood
en Levend Water in de woestijn van ons leven.
Wij aanbidden U, Jezus!
Jezus,
ik wil van Jou leren ;
ontdekken hoe elk Woord uit de mond van God
me kan voeden tot het ook Brood wordt
om anderen nabij te zijn in woord en daad.
Ik wil het opknabbelen en herkauwen
tot het in mij vlees en bloed wordt!
Wie weet beter dan Jij wat we nodig hebben
en of een wonder noodzakelijk is.
Ik wil groeien in die 'heilige onverschilligheid':
de gehoorzaamheid aan de Heilige Geest.
Niets lijkt me belangrijker dan zoals Jij
me voortdurend blij en trouw over te geven
aan de Wil van God.
Je Woord zal me beschermen
en op de goede weg bewaren!
Jezus,
samen met Jou wil ik de Vader aanbidden en dienen.
Wat er ook gebeurt vandaag: ik zal zijn Naam bezingen
in de Heilige Geest:
'Abba, Vader', U alleen, U behoor ik toe.
U alleen doorgrondt mijn hart. U behoort het toe.
Laat mijn hart steeds vurig zijn. U laat nooit alleen.
Abba, Vader, U alleen, U behoor ik toe.
(lied 192 uit 'Zing een nieuw lied.)
'
|