Mt 2, 1-12: Driekoningen
Jezus,
Je bent amper geboren en jaloersheid
steekt al de kop op in Je omgeving.
Je bent gekomen als een onschuldig en afhankelijk kind
en Je leven wordt al bedreigd.
Gelukkig zijn er eenvoudige herders
en de nederige wetenschappers uit het Oosten
die met Je 'rijzende ster' wisten mee te reizen.
In de schaduw van Je Lichtende aanwezigheid
worden ze stil en ingetogen. Ze knielen bij Je neer.
Hun ogen en hart gaan open voor het Mysterie van God
die Mens wordt onder de mensen.
Jezus,
waar ben Je anders te vinden
dan bij de armen en zuiveren van hart?
Hoe kan ik Jou ontvangen en eren?
Een geschenkje aanbieden dat bij Je past is moeilijk,
maar het is de intentie die telt !
Niet al wat blinkt is zuiver goud.
Een zelfgenoegzaam gebed stijgt niet automatisch op als wierook.
Niet elke vorm van onmacht of lijden zet ik om in dankbaarheid...
Herodes zond hen naar Betlehem met de opdracht:
" Ga een zorgvuldig onderzoek instellen naar het Kind
en wanneer gij het gevonden hebt, bericht het mij dan,
opdat ook ik het hulde kan gaan brengen."
Jezus,
de figuur van Herodes vraagt altijd om een gewetensonderzoek.
Leer ons het verschil te herkennen
tussen vleierij en oprechte bevestiging.
Maak ons fijngevoelig genoeg bij het luisteren,
dat we niet toegeven aan geïnteresseerde nieuwsgierigheid,
maar bereid zijn te verdwijnen, opdat de ander
tot zijn recht zou komen.
Dank Je dat we door Jou bemind zijn op een unieke wijze!
Jezus,
ik wil Je koninklijk verwelkomen
in elke mens die voor me staat
en die ik misschien toevallig zal ontmoeten.
Wie ben Je, Jezus, om Je zo klein te maken,
dat Je ons hart uitkiest om de wereld te helpen redden?
Kom, Heer Jezus,
ik weet me klein en heb Je genezende eenvoud en vrede nodig.
Je bent mijn Koning en Redder. Voor Jou wil ik zingen:
'Hosanna, hosanna, de Koning komt
in de Naam van de God van Israƫl!'
|