Joh 13, 21
"Eén van jullie zal Mij overleveren."
Jezus,
ik snap dat al Je apostelen vragen:
"Heer, wie is het?"
Misschien wel met angst in hun stem:
" Ik ben het toch niet, Heer?"
Jezus,
wie kan zeggen dat hij geen verraad zal plegen,
geen vriendschap zal teleurstellen of in een
spiraal van kwaadspreken kan terechtkomen
omdat hij de ander niet meer begrijpt in
wat hij zegt of doet?
Een vriend die een vijand wordt is heel gevaarlijk.
De intiemste gegevens worden vaak te grabbel gegooid.
Je voelt je uitgekleed en diep vernederd, als het je overkomt.
Maar wat als je dat zelf gedaan hebt en het bewust gedaan hebt?
Jezus,
wat we aan een ander gedaan hebben,
hebben we aan Jou gedaan.
Het helpt niet te vluchten en de ander te vermijden,
het blijft onherroepelijk aan het geweten knagen.
De droefheid om de verloren vriendschap,
het schuldgevoel weegt en is verstikkend op termijn.
Maar Jij, Jezus, biedt Je vergeving en vriendschap telkens weer aan.
Je wast de voeten van Judas. Je geeft hem als eerste het stukje brood
gedoopt in wijn. Je blijft hem 'vriend' noemen en aanvaardt zijn kus.
Wat kon Je nog meer doen? Je bevraagt en confronteert hem,
maar niets schijnt te helpen. hij vlucht en sluit zich op
in zijn geldzuchtig, jaloers en wrokkig hart.
Hoe droevig voor hem en ook voor Jou.
Jezus,
vergeef ons, vergeef mij.
Het moment van de waarheid is aangebroken,
hoe ga ik ermee om? Wat zal ik opbiechten?
Ben ik in staat het kind bij naam te noemen?
Zal ik de persoon die ik tekort gedaan heb echt
durven noemen of hetgeen me zelf als wreed overkwam,
zal ik dat kunnen vergeven?
Alles kan nieuw worden! Ik kan verrijzen uit die dodelijke spiraal.
Jij alleen kan mij bevrijden en me de genade schenken
vergeving te vragen en te geven.
Dat doe ik vandaag, Heer Jezus,
ik kruip binnen in Je Hart en vertrouw
op Jouw herstellende Liefde en Vergeving,
voor mezelf en voor de anderen.
Jezus, Zoon van de Levende God,
heb medelijden met mij, arme zondaar!
|