22 december
"De Heer doet mijn hart van vreugde slaan,
mijn God heeft mijn hoofd opgeheven."
"Hij richt de onmachtige op uit het stof,
verheft uit het vuil de geringe." (1 Samuël 2, 1.6)
zingt Hanna
"Van vreugde juicht mijn geest
om God, mijn Redder,
daar Hij welwillend neerzag
op de kleinheid van zijn dienstmaagd."
"Hij toont de kracht van zijn arm,
slaat de trotsen van hart uiteen."
zingt Maria (Lucas 1, 46.51)
God,
wat zal ik vandaag voor Jou bezingen?
Het spreekt mij zo ontzettend aan
dat Je de eenvoudigen kiest
om Je weldaden aan te bewijzen en ook door hen
naar anderen te gaan met Je Blijde Boodschap.
Wie anders dan de armen en eenvoudigen
staan echt open voor Je reddende aanwezigheid?
Wie trots is van hart, kan zelfs geen hulp verdragen.
'Eenvoud adelt,' zegt ons mooie spreekwoord.
God,
vandaag wil ik elke hulp aanvaarden
en mijn vreugde uiten t.o.v. welwillende personen.
Ik zal hen zien als een instrument in Jouw handen.
Elke vrijwilliger die deze dagen
zich inzet vol goedheid en tedere liefde,
wil ik voor Jou spontaan bezingen.
'
Vele kleintjes maken een groot.'
zegt een ander spreekwoord en het doet me denken
aan die massa mensen, die overal op aarde Jouw komst
met Kerstmis willen voorbereiden
door gebed samen of in het verborgene
zoals Je ons aanleerde;
door toneeltjes met kinderen,
die zich zo intens inleven,
dat ze het later als volwassene
nog steeds vertellen met stralende ogen!
God,
ik wil Je goedheid bezingen met oude kerstliederen,
waarin zovele eeuwen door het grootste wonder
wordt bezongen in eenvoudige woorden en
onuitwisbare meezingers.
Laat al die prachtige melodieën in ons hart
weerklinken en opstijgen tot bij Jou, God,
Jij maakt ons zacht
als een pasgeboren baby,
hunkerend naar de hulp van medemensen
die ons in hun liefdevolle omhelzing
voelbaar maken, dat we er mogen zijn,
welkom in Jouw Naam.
'quam dulcis est amor, amor.'
|