Elfde statie: Jezus wordt aan het kruis genageld
Jezus, je wordt aan het kruis genageld
en ze staan er te schreeuwen, dat je eraf moet komen
en bewijzen dat je de Zoon van God bent.
Maar je kijkt naar Maria,je moeder
en je geliefde leerling Johannes.
Het moet toch een steun geweest zijn voor jou.
Je geeft hen en ons op dat moment
je diepste verlangen mee, je Testament.
Je zegt:" Vrouw, daar is nu je zoon."
en tegen Johannes: "Daar is je moeder."
En van dat ogenblik af neemt Johannes
Maria bij zich in huis.
Het is zo mooi dat je ons allemaal je moeder schenkt.
Ik wil deze woorden diep in mijn hart bewaren
en er proberen naar te leven.
Maria als mijn moeder betrekken in alles wat ik beleef.
haar om raad vragen, haar alles toevertrouwen.
Zij heeft Jou opgevoed toen je klein was.
Ze kan ook mij leren groeien in wat God vreugde schenkt.
Dank Je, Jezus voor dit prachtige geschenk.
Twaalfde statie: Jezus sterft op het kruis.
Jezus, je zegt: " Ik heb dorst"
En men geeft je azijn te drinken.
Voor je sterft zeg je:
" Het is volbracht."
Toon mij, Jezus, hoe ik Jou te drinken kan geven.
Ik wil je niet alleen de azijn geven van mijn zonden,
maar het verfrissende water van mijn goede wil
en mijn liefdevolle attenties en dienstbaarheid.
Ik wil je leren omgeven met tederheid en aandacht
in mensen om me heen die lijden en eenzaam zijn of
als verworpen door iedereen, links gelaten worden.
Je Liefde ging tot het uiterste voor elke mens,
Je hebt alles gegeven tot de laatste druppel van je bloed.
Dat Je ja-woord ook het mijne mag worden, Jezus;
het Ja-woord van Maria ook het mijne.
Ik wil graag dat hart aan hart met jou beleven.
Ik kniel in stilte voor je neer. Jij bent mijn Heer!
|