|
Mc 1, 12-15
Jezus, ik heb eigenlijk altijd wel zin om iets lekkers te eten
ook al heb ik geen honger.
Tijdens deze vasten, wil ik leren om goed te eten aan tafel,
om mama plezier te doen,
zelfs als het niet mijn lievelingseten is.
Ze heeft het met liefde voor ons klaargemaakt.
Misschien kan ik ook wel hier of daar wat soberder zijn.
Geef me een seintje, Jezus. Verlicht mijn goede wil.
Jezus, als ik de ellende zie in de wereld,
zou ik wel graag iets doen om te helpen.
Ik geef je mijn handen
om werkjes op te knappen voor het goede doel
waar ze in de parochie, op school
of in de jeugdbeweging aan meedoen.
Ik geef je mijn tijd, Jezus.
Je Woord leren ontdekken in de Bijbel,
het evangelie van de zondag of zelfs van elke dag.
Het is toch te vinden op internet.
Misschien kan ik het goede nieuws zoeken over mensen,
die zich ergens voor ingezet hebben of een mooie daad stelden.
Het is leuker om eens zo'n verhaal door te vertellen;
het kan ook anderen inspireren en terug hoop geven.
Dank Jezus, want Jij brengt GOED NIEUWS en
niet alleen in woorden maar ook in daden.
Ik wil dicht bij Jou leven.
|
