Mijn eerste Franse woordjes:
Woord van de dag:
un homme = een man une femme = een vrouw un grand-père = een grootvader une grand-mère= een grootmoeder un bébé = een baby moi = ik
Reeds geleerde woorden:
bonjour = hallo, goeiedag tout le monde = iedereen les enfants = de kinderen un ami/une amie = een vriend/een vriendin une porte = een deur une classe = een klas une fenêtre = een raam une chaise = een stoel une armoire = een kast lundi = maandag mardi = dinsdag mercredi = woensdag jeudi = donderdag vendredi = vrijdag samedi = zaterdag dimanche = zondag monsieur = meneer madame = mevrouw une plante = een plant une table = een tafel un tableau = een bord au revoir = dag, tot ziens à demain = tot morgen un = 1 deux = 2 trois = 3 quatre = 4 cinq = 5 aujourd'hui = vandaag demain = morgen hier = gisteren janvier = januari février = februari un livre = een boek une feuille = een blad une maman = een mama un papa = een papa une soeur = een zus un frère = een broer une tante = een tante un oncle = een oom une fille = een meisje un garçon = een jongen mars = maart
|