Worden sommige zaken door het recht
gerechtvaardigd?
Rechtvaardigheid is in elk geval een
deugd die de grondslag vormt voor elk rechtssysteem. Men kan rechten afdwingen,
opleggen, sanctioneren of zelfs het recht van de sterkste, de rijkste, de
machtigste doen heersen.
Telkens zal onze deugd rechtvaardigheid het criterium zijn en de vermanende
vinger om fundamenteel door te denken over deugden en waarden.
Rechtvaardigheid is dieper geworteld en veel
groter dan rechtspraak.
Kan men rechtvaardigheid vergroten door normen, wetten en regeltjes? Of moet men eerder nadenken hoe de waarde rechtvaardigheid bij alle mensen kan gestimuleerd of opgewekt worden?
Kan men dus het menselijk rechtvaardigheidsgevoel stimuleren door meer normen? Of kan kwalitatieve bevordering van waarden de bron zijn voor het opwekken van rechtvaardigheid? Kunnen waarden als medemenselijkheid of respect hier bij een stimulerende factor zijn?
Ik denk dat het rechtvaardigheidsgevoel ondersteund wordt door waarden en normen. De definitie van waarden en normen kan je ook terugvinden in mijn verwerkingstekst. De stimulatie van wederzijds respect en de ervaring met medemenselijkheid kunnen zeker een sterke basis vormen van een rechtvaardige visie. Of rechtvaardigheid op dezelfde juiste manier kan opgewekt worden bij alle mensen, ben ik niet zeker. En is er wel een juiste en foute visie over rechtvaardigheid?
AMSTERDAM - Honden hebben een
sterk gevoel voor rechtvaardigheid en 'staken' zelfs vaak als ze oneerlijk
worden behandeld. Dat hebben wetenschappers uit Oostenrijk aangetoond.
Bij het experiment aan de
universiteit in Wenen moesten 43 goed getrainde honden verschillende malen op
commando een poot geven aan hun baasjes. De dieren gehoorzaamden vrijwel
altijd, ongeacht of ze een beloning kregen voor het kunstje.
Het gedrag van de dieren veranderde echter drastisch als ze zagen dat andere
honden een beloning kregen voor het trucje, terwijl ze zelf niets ontvingen.
Ik was even aan het googelen en werd verrast door dit artikel op
een Hollandse site chihuahuas.chihuahua-online.be . Terwijl wij een interessante discussie
voeren of elke mens al dan niet over een rechtvaardigheidsgevoel beschikt, zijn
Oostenrijkse wetenschappers ervan overtuigd dat honden aanvoelen wat
rechtvaardig is en wat niet. En dat ze zelfs zouden reageren en zich gedragen,
naar aanleiding van rechtvaardige of onrechtvaardige behandeling.
Kan men bij honden echt spreken van een rechtvaardigheidsgevoel? Ik heb heel erg mijn twijfels. Is dit niet gewoon een instinctieve reactie
van honden? Een beloning
wordt geassocieerd met goed gedrag, dat leren ze toch van hun baasje? Maar
kunnen ze net als kinderen een rechtvaardigheidsgevoel ontwikkelen? En een
afgunstige houding aannemen t.o.v. andere soortgenoten? Zoals sommige mensen
doen
Hiermee kom ik bij
de vraag die ik mij al vaak heb gesteld. Hoe komt het dat wij afgunstig zijn
tegenover anderen, wanneer wij onrechtvaardig behandeld zijn? En waarom kan het
bij sommige mensen zelfs leiden tot een dieptepunt of depressie? Meestal doordat
men de afgunst en jaloezie niet wil of kan loslaten. Vaak eindigt die jaloezie in
zelfmedelijden en zelfbeklag. Is die bitterheid de aanleiding voor psychische
stressstoornissen?
Maar de
belangrijkste vraag blijft toch: Hoe kunnen we het gevoel van afgunst en
bitterheid wegwerken bij mensen die menen en voelen dat ze onrechtvaardige
behandeld worden?
Wat vertelt dit citaat ons over de waarde 'rechtvaardigheid'?
" Ubi ius, ibi societas"
Of
" Ubi societas, ibi ius"
Elke maatschappij heeft nood aan een rechtssysteem. In de
tijd van de Romeinen heeft men de basis gelegd voor ons rechtssysteem en dat
was zeker niet zonder reden. We moeten zelfs toegeven dat de Romeinse
maatschappij al beschikte over een rechtssysteem dat al hoog ontwikkeld was.
Rond 530 zijn er officieel wetten en corpus iuris neergeschreven. Dus waar een
maatschappij is behoord ook een vorm van rechtspraak aanwezig te zijn.
Wat kunnen algemene waarheden ons leren over rechtvaardigheid?
vb. 'Dura lex, sed lex.'
Spoort dit citaat ons aan om te aanvaarden en om ons niet te verzetten tegen vormen van onrecht of recht en alles gewoon te ondergaan?
Het kan aangewend worden als troost of als argument omwille van onze bitterheid ten gevolge van onrecht. Maar het kan ook erkenning zijn van het rechtssysteem en het goedkeuren van de rechtspraak.
Is het dan niet mogelijk dat iemand loskomt van
zijn omgeving en opvoeding? En toch een rechtvaardig pad kan bewandelen, zonder
de kans gekregen te hebben op een goede opvoeding. Wat is een goede opvoeding?
Welke normen en waarden sluiten daarbij aan? En garandeert een goede opvoeding,
dat men niet onrechtvaardig zal handelen?
Ik ben eens met Astrid over het feit rechtvaardigheid is geen
aangeboren eigenschap , maar dat het grotendeels, net zoals alle normen en waarden,
een kind moet geleerd worden door de ouders d.m.v. de opvoeding. Ik ben er
echter wel van overtuigd dat iedereen streeft naar rechtvaardigheid. Alleen,
bekijkt iedereen rechtvaardigheid vanuit eigen ervaringen. Iedereen reageert
vanuit zijn beeld over rechtvaardigheid. Ze zullen voor de moeilijke keuze
staan tegen de onrechtvaardigheid ingaan of je laten onderdrukken en zelf
deelnemen aan onrechtvaardige praktijken. Het lijkt zo een gemakkelijke keuze,
men zegt snel het zal mij niet overkomen of ik zal er nooit aan meedoen. Psychologisch
onderzoek naar de vreselijke gebeurtenissen onder het bewind van Mussolini,
Hitler, Mao, toont aan dat de keuze voor de meeste mensen niet evident is. Het
is een keuze waarbij men, na een lange worsteling met jezelf, moet kiezen tussen
het verloochenen van eigen waarden (die men meekreeg d.m.v. opvoeding) of
toegeven aan de wil van je omgeving (waarin men zich op dat moment bevindt). En
alweer hoor je de mensen heel snel zeggen: de keuze is toch simpel, je eigen
waarden verloochenen neemt je zelfrespect weg. De keuze is niet zo
vanzelfsprekend. De geschiedenis van de dictatuur van Hitler en het naziregime
is het duidelijkste bewijs , dat het effectief mogelijk is om grote
bevolkingsgroepen in staat te stellen vreselijke en onrechtvaardige daden uit
te voeren. Later kijkt me verwonderd en
ongelovig terug op deze periode, maar de verklaring is vrij simpel. Vaak ondervinden
mensen een zware psychische druk, ofwel door psychische overmacht van een
dictator of angst door de bedreiging met de dood. Ook worden mensen vaak onder
druk gezet door de omgeving, en bezwijken ze onder de woorden iedereen doet
het. We kunnen er natuurlijk ook zeker van zijn, dat mensen meegeholpen hebben
uit eigenbelang. Maar hebben deze mensen dan geen rechtvaardigheidsgevoel? Toch
wel, ze zijn wel egoïstisch, maar dat is misschien net de betekenis over
rechtvaardig zijn, die zij meekregen. Er wordt ook zo vaak gezegd dat de
geschiedenis zich niet meer kan herhalen, dat niemand nog ooit actief zou
kunnen aanzetten tot dergelijke misdaden. Ik ben daar niet van overtuigd. Het
is bij Hitler ook niet begonnen op zeer grote schaal, maar bij kleine groepen
en zo heeft zijn impact grote groepen doordrongen met zijn rechtvaardigheid. Met
deze voorbeelden wil ik zeker geen excuses aanreiken voor onrechtvaardige
daden, integendeel. Want het is toch onmenselijk en onwaarschijnlijk dat iemand
ooit zijn geweten kan sussen met ook maar één excuus. Daarom is het belangrijk
dat mensen zich moreel verplicht voelen om te vechten voor rechtvaardigheid en
voor diegene die het ooit wel aandurfden uit zelfrespect, uit respect voor de
andere,
Ik heb het nu vooral gehad over de emotionele zaken die je
kunnen aanzetten of belemmeren iets te willen veranderen aan het onrecht in de
wereld.
Maar kan men via organisaties, wetten, een rechtssysteem de
rechtvaardigheid garanderen? En welke zouden het best de rechtvaardigheid
kunnen garanderen?
- het is niet rechtvaardig dat mijn computer net flipt als mijn reactie net afgeschreven is en bij anderen niet- Ik hoop dat er straks een goede ingeving en een positieve ingesteldheid terug bij me opborrelt, zodat ik weer met veel moed reacties kan posten.
Ieder mens verzucht wel eens:
Ik vind de wereld niet rechtvaardig, Waarom heeft de ene alles: schoonheid,
rijkdom, aanzien, succes en ik niet, Het water stroomt altijd naar de zee,
als er een steentje valt is het altijd op mijn hoofd enz.
Al deze en andere bedenkingen
maken mensen niet alleen afgunstig (= het niet kunnen zien van het geluk
van een ander), maar ook bitter. Bitterheid berust op het feit dat een
groot aantal leden van een maatschappij geen vertrouwen hebben in de
rechtvaardigheid van deze maatschappij. Dit geldt niet alleen op persoonlijk
vlak maar ook op politiek en economische vlak. Economische en politieke
onrechtvaardigheid zorgen voor reactie en gebrek aan eensgezindheid binnen onze
samenleving.
Maar de vraag die ik me stel:
Is rechtvaardigheid geen waarde die iedereen bij zich draagt of herkent?
Jammer maar helaas kruist de
tegenstelling ook dagelijks ons pad, zowel dichtbij als op een afstand kan
onrechtvaardigheid, of beter de confrontatie ermee, ons leven en zelfs onze
gedachten en emoties beïnvloeden. De politieke en economische rechtvaardigheid,
volgens de Marxistische gedachte, waren aspecten die onder de noemer
rechtvaardigheid vallen. Maar waar ik -vanuit mijn gevoel- nog nooit bij
stilgestaan had. Deze rechtvaardigheid, of net onrechtvaardigheid, lijkt ver
weg van de - in onze ogen- gevoelsgeladen onrechtvaardige wereld. Ieder mens
redeneert anders over (on)rechtvaardigheid, het is als het ware een spontane
reactie vanuit de eigen ervaring. Een ervaring die gelinkt wordt aan gevoelens
van angst, euforie, woede of schaamte. Om terug te komen op die politieke en
economische onrechtvaardigheid deze vormen van onrecht, die ongetwijfeld
binnen onze leefwereld plaats hebben, worden minder als onrecht aanzien, wanneer
het grootste deel van de bevolking zich financieel, economisch of politiek niet
in toestand van crisis bevindt. We moeten echter wel toegeven dat de mens zich
zeer snel onrechtvaardig behandeld voelt. Het is vooral de juridische en zeker
emotionele onrechtvaardigheid, die een sterke invloed heeft op de visie en
emotie van de mens. Wanneer men slachtoffer wordt van onrecht, voelt men
zich oneerlijk en ongelijk behandeld. Ik denk dat we in dergelijke situaties
even moeten berusten en rationeel denken om tot de juiste oplossingen of aanpak
te komen. Het is onoverkomelijk dat onze emoties onder invloed van ervaringen
de bovenhand nemen, maar toch ben ik ervan overtuigd dat het beste besluit
genomen wordt na het meermaals afwegen van verschillende opties, rekening houdend
met de mogelijke consequenties. Eén besluit kan nooit de visie van een volk
t.o.v. (on)rechtvaardigheid veranderen, maar het kan wel een eerste signaal
zijn om een halt toe te roepen aan onrechtvaardige praktijken. Gelijkheid en
rechtvaardigheid kunnen pas tot stand komen wanneer een hele maatschappij, een
volk, een groep, bereid is in dezelfde richting te kijken met één doel voor
ogen: het verdelgen van onrecht.
In de geschiedenis zijn er
meerdere (moraal)filosofen geweest die hun opvattingen over rechtvaardigheid
beschrijven in teksten en boeken.
Rechtvaardigheid = gelijkheid
Maar absolute gelijkheid is
een gevaarlijke utopie. Gelijkheid moet eerder betekenen dat ieder mens moet
kunnen beschikken over centrale politiek afdwingbare rechten. Vb. het recht op
leven, geluk, vrijheid,
Marxbeweert
dat politieke en economische rechten op gelijkheid onvervreemdbaar zijn.
Utilitaristische filosofen zien daarentegen rechtvaardigheid als het
grootste geluk voor het grootst aantal mensen. Een zekere economische
ongelijkheid kan zo gerechtvaardigd zijn .
Adam Smith, de vader van het kapitalisme, vindt het
kapitalisme rechtvaardig, als men de verschillende levensstandaard bij iedereen
omhoog kan halen. Kortom de maatschappij kan d.m.v. kapitalisme zorgen voor
economische rechtvaardigheid.
De moderne filosoof John
Rawls (Theory of Justice) stelt dat een rechtvaardige samenleving, er
één zou moeten zijn waarin het leven ook voor iedere willekeurige persoon op om
het even welke sociale trap rechtvaardig is. In deze theorie wordt beschreven
dan men in de maatschappij sociale rechtvaardigheid kan bereiken.
Ook de moraalfilosoof Plato
drukte zijn stempel op het vaak besproken filosofisch thema dikaiosyne of
rechtvaardigheid. Hij stelt dat rechtvaardigheid een synoniem is voor zich
moreel gedragen. Hij heeft zich herhaaldelijk de vraag gesteld waarom zou ik
rechtvaardig zijn? Een antwoord beschouwde hij als onmogelijk. Hij startte, al
filosoferend, met zijn eerste vraag, volgens de platonische dialoog, Wat is
x? Wat is rechtvaardigheid?
Bij het begin van zijn dialoog
laat hij ons schrikken met de bewering van de sofist Thrasymachus, de
tegenpartij, rechtvaardigheid is het voordeel van de sterkste. Een uitspraak
die alles behalve logisch en uiterst paradoxaal lijkt. Door het verhaal van De
Staat komt ook bij deze theorie van Plato de politieke onrechtvaardigheid
sterk op de voorgrond. Thrasymachus oordeelt dat, door politieke machten de
moraal niets anders inhoudt dan het opleggen van enkele regels en attitudes aan
een kortzichtige en licht gelovige gemeenschap. De politieke onrechtvaardigheid
omvat hier de doordachte manieren van heersers uit eigenbelang.
Rechtvaardigheid wordt hierbij ook geassocieerd met oprechtheid, eerlijkheid,
waarachtigheid, openheid, hulpvaardigheid en barmhartigheid. In Platos theorie
zegt hij dat zich moreel gedragen en rechtvaardig zijn t.o.v. de maatschappij,
de medemens, slechts tot stand komt door manipulatie van machthebbers, die
handelen uit eigenbelang.
De zoektocht naar rechtvaardigheid duurt al eeuwenlang,het verlangen ernaar heerst overal, maar
de realisatie ervan is een ver toekomstplan.
Tot deze voorlopige conclusie
kan men komen na een wat diffuus nadenken over rechtvaardigheid op het
intermenselijk, persoonlijk vlak enerzijds en rechtvaardigheid in de maatschappij
en op internationaal vlak anderzijds (geformuleerd door meerder filosofen). Het
nadenken over rechtvaardigheid levert ons veel meer vragen op dan
(uiteindelijke) antwoorden.
- De filosofie zal ons geen definitieve antwoorden opleven maar onze
vraagstelling verbreden en verdiepen.
1.Op
het vlak van het intermenselijk samenleven stellen zich de volgende pertinente (eeuwige?)
vragen.
·Kan
één mens of één groep mensen bepalen wat rechtvaardig is?
·Kan
het spreken met elkaar, de dialoog en de confrontatie met andere mensen een
bredere basis vormen om te bepalen wat rechtvaardigheid voor elk van ons
betekent?
·Welke
bepalende rol spelen opvoeding, de groep waartoe wij horen, de tijdsgeest en
onze ideeën over rechtvaardigheid?
·Hoe
kan men een waarde, die wij belangrijk vinden, algemenere erkenning krijgen?
·Is
het gerecht de vindplaats van rechtvaardigheid? Of bestaat er ook een klassejustitie? Is
het rechtvaardig dat mensen die meer invloed of geld bezitten het gerecht
kunnen beïnvloeden of procedurefouten kunnen inroepen?
2.Op
het vlak van de politiek en de algemene normen, die opgelegd worden, stellen
zich ook een aantal vragen:
·Kunnen
we op het vlak van de verschillende culturen, gewoonten en ethische verschillen
zomaar spreken over de rechtvaardigheid voor elke mens?
·Onrechtvaardige
structuren en mensonwaardige toestanden in derde en vierde wereld roepen de
vraag op of rechtvaardigheid op mondiaal vlak kan bepaald worden en opgelegd of
afgedwongen.
·Is
het rechtvaardig om bv. een arme die brood steelt strenger te beoordelen dan
een notoire fraudeur?
·Heeft
het betalen of ontduiken van belastingen iets te maken met verdelende
rechtvaardigheid?
- Filosofie biedt geen oplossingen maar laat ons toe de juiste grondige
vragen te stellen.
Al deze vragen komen op door
na te denken
Gedurende onze zoektocht naar oplossingen om meer rechtvaardigheid te
bewerkstelligen, stoten we fundamenteel op het onderscheid tussen waarden en
normen. Rechtvaardigheid is een waarde waarnaar wij persoonlijk
en maatschappelijk zoeken. De politiek, nationaal en internationaal, legt normen
vast. Maar alle regels en normen zijn waardeloos als niet tegelijkertijd
de waarde gevoed en uitgediept wordt.
Waardeis
een basis voor de norm. En
elke norm die niet
beantwoordt aan een fundamentele waarde
in elke mens is een slag in het water.
Bronnen:
De Grote vragen- Donald Palmer
Rechtvaardigheid Plato
Theory of Justice John
Rawls
Filosofie als levenshouding-
J.Verhaeghe & K.Verrycken