Gisterenavond deed ik een minder prettige ontdekking. Vanaf
Bratislava heb ik niet de Limes route op de GPS staan, maar eurovélo 6. Die
fietst aan de andere kant van de Donau en blijft dus een stuk langer in
Slovakije. Twijfel alom. Van eurovélo 6 heb ik echter geen boekje bij met de route-
beschrijving in. Bovendien zie ik ook nergens een stadje op een haalbare afstand
om een hotel te vinden. De kans dat een hotelletje in een klein dorpje op
zondag gesloten is blijft voor mij reëel en daarom wil ik dit liever niet
proberen. Dus ben ik gisteren avond in alle haast begonnen om de route tot Györ
te tekenen op mapsource. En deze morgen heb ik die dan in mijn GPS gezet, want
daar had ik gisteren om 1h30 geen zin meer in. Straks ga ik die voor morgen
uittekenen en op de GPS zetten. Ik weet dus nog wat te doen vanavond.
Om iets vóór elf stond ik met al mijn spullen aan de uitgang
van het hotel deze morgen. De piccolo bracht mijn fiets tot voor de deur, hielp
alles dragen en hield mijn fiets vast tot alle tassen eraan hingen. Wat een
service. Ondertussen vertelde hij over zijn voettocht van St. jean-pied-de-Port
naar Santiago de Compostella en vertelde dat hij het geweldig vond dat ik die
reis met de fiets van thuis gemaakt had.
Nadat ik de brug over de Donau terug over was kreeg ik toch
een beetje stress. Hongarije? Ik heb er geen idee van wat ik er mij moet bij
voorstellen. Ik meen mij te herinneren dat de douanierser ongeveer 15 jaar geleden door de bus
wandelde om de mensen te tellen. Toen kwam ik met de turnvereniging naar hier
op stage. Dat was in een ommuurde sportinfrastructuur om U tegen te zeggen,
maar er werd toen gezegd dat het buiten de muren gevaarlijk was voor westerse
mensen om beroofd te worden.
Vandaag de dag ziet de grenspost er als volgt uit:
En de mensen geven je zeker niet de indruk dat ze zo
dadelijk uw fiets gaan stelen. (laat mij hopen dat ik hier niet moet op terug
komen). Daar moest ik dan zenuwen voor hebben.
Maar eerst viel er dus nog een dik uurtje te fietsen in
Slovakije. De wind en het zonnetje maakte er een beetje de hel van, maar het
uitzicht was werkelijk hemels. Een prachtig fietspad in de natuur en tientallen
inlineskatende engeltjes. De ene al wat eleganter dan de andere. Ja, wat was
het warm!
Op enkele plaatsen op het pad stond een stalletje waar je
iets te eten en te drinken kon krijgen. Aan het laatste vóór de grens heb ik de
eerste keer wat verfrissing gezocht. Daarna was het ook gelijk down to earth. Ik
moest afdraaien en fietste even later de grens over. Vanaf hier geen engeltjes
meer, maar beenharde realiteit. 35 graden en windkracht 4 van voor op het
gezicht. Muziek verzacht de zeden. En vandaag kon ik mijn i-pod goed gebruiken.
Soms voelt het aan alsof mijn lichaam het fieten helemaal overneemt en ik naar
buiten zit te kijken alsof in met de wagen rijd met wat muziek op. Andere
momenten weet je maar al te goed waarmee je bezig bent. Dan maakt de wind
zoveel lawaai om je oren de hij de muziek overstemt.
Op een kleine 20 km voor Györ ontmoet ik een Duitse
fietstoerist die onderweg is naar China. Hij wil daar tegen oktober zijn. Ik
mag gerust mee als ik wil. Hij stelt voor om een stukje samen te fietsen. Eigenlijk
was ik even moeten stoppen om de batterijtjes van mijn GPS te vervangen en nu
zit ik plots opgezadeld met een gepensioneerde Duitser. Na enkele kilometers
rijd hij, bij het passeren van een tegenligger, van het fietspad af. Ik stop om
te kijken of hij iets heeft. Nee, hij had alleen de tegenligger te laat zien
komen. Ik stel voor dat hij al doorrijd want ik wil een banaantje eten en iets
drinken. Ach, dan eet hij ook wel even een banaantje zeker! Als de banaan op is
zijn we terug weg. Het is nog 15 km tot Györ, altijd rechtdoor. Er staat
eindelijk nog eens wat begroeiing naast de weg en het fietst vlot. Althans toch
voor mij want mijn Duitse vriend heeft ergens moeten afhaken. Ik vind het
helemaal niet erg om mensen te ontmoeten onderweg en een gezellige babbel te
doen. Maar ik hou er echt niet van om afhankelijk te worden van zomaar
iedereen. Onderweg naar Santiago heb ik zo 2 mensen ontmoet waar het wel bij
klikte om een stukje samen te fietsen. Maar als je jezelf constant moet
inhouden of omkijken om te zien of die voor mij- vreemde persoon nog volgt,
dan hoeft het echt niet. Zijn instelling was ook heel anders dan de mijne.
Bratislava had hij niet gezien want dat hoekje kon hij inkorten. Ik had het
eigenlijk voor geen geld willen missen.
Györ is ook wel best een leuk stadje. Een volledig verkeersvrije
kern met een sfeervol pleintje in het midden.
Waar ik morgen ga landen weet ik nog helemaal niet. Dan is
het niet alleen vechten tegen de wind, maar gaat het ook nog omhoog. En het
wordt alweer heel warm. Dat belooft.
De catamaran die van Wenen naar Bratislava vaart in één uur
en 15 minuten.
Zonet om 21h00: Het is al donker. De thermometer geeft nog
steeds 29°C
aan. Ik wandel naar mijn hotel. Aan een kleine poort waar het oude gedeelte van
de stad begint stopt de ene taxi na de andere. Waar ze allemaal naartoe gaan is
mij een raadsel. Het zal er straks enorm druk worden. Er lopen hier
ongelofelijk mooie vrouwen rond. En ook erg gespierde mannen. Langs de ene kant
zou ik straks nog wel eens willen terug gaan, maar eigenlijk ben ik erg moe.
Stadspoort
Ik was deze morgen veel te vroeg wakker. Gisteren had ik het
raam open gezet en deze morgen om 7 uur waren de bouwvakkers aan de andere kant
van de straat al aan het werk. Tijdens het wakker worden heb ik dan alles
rustig ingepakt. Aan het ontbijt was het super druk. Uiteindelijk zat ik om 10
uur op mijn fietske. Het was al lekker warm. Na 400 meter draaide ik af naar
links en fietste los het groen in. Bijna 4 km over een perfect geasfalteerde
dreef, tussen de bossen, aan de rand van Wenen.
Joggers, fietsers, skeelerende mensen, mensen die met de
kleine achter de buggy joggen. Je kan het zo gek niet bedenken of het loopt
daar in grote getalen rond. Daarna moet ik naar links. Een stukje het water
over tot op een eiland in de Donau. Deze brug dient echter alleen voor de
metro. Ik vraag het aan een gehaaste dame en zij zegt dat ik Aspernstrasse
moet volgen. Dat betekend dus dat ik de metro moet nemen met de fiets. En hop,
ik ben niet de enige.
Aan de andere kant van de Donau ben ik eigenlijk al te ver.
Een klein stukje verder loopt er een leuk bruggetje tot op het eiland in de
Donau. Voilà. Ik zat terug waar ik moest zijn. Enkele kilometers later ga ik
terug een brug over naar de linker zijde van de Donau. Ook daar veel natuur!
Verdorie toch. Hier begint een kilometers lang naaktstrand waar geklede,
schaars geklede en ongeklede mensen vrolijk door elkaar lopen. Wat gaan we
doen vandaag schat? Ach, laat ons lekker wat gaan zonnen. Awel, ze waren
zeker niet alleen. Het lag daar vol. Het was dan ook best warm. Alles goed
insmeren was de boodschap. En dan bedoel ik wel ALLES hé.
Daarna fietste ik langs een indrukwekkende depot van Shell.
En waar die ophield fietste ik nationaalpark Donau Auen in. Over een oude verhoogde
spoorwegbedding, dwars door het natuurgebied.
Een blakende zon en weinig tegenwind. Wel erg warm, maar
heerlijk om te fietsen. Eens ik daar door was, moest ik geen 20 km meer tot
Bratislava. Het is de hoofdstad van Slovakije en dus niet van Slovenië zoals ik
gisteren had geschreven. De grenspost was verlaten en men betaald hier net
zoals bij ons in euro. De taal valt niet uit te spreken en nog minder te
verstaan, maar Engels of Duits verstaan de mensen hier nog wel. In Bratislava
toch.
Het prijsverschil tussen Bratislava en Wenen is ook enorm.
Voor een pizza en drinken betaalde ik hier 7,5 euro en vandaag leg ik 18 euro
bij om van Ibis in Wenen naar Crowne Plaza in Bratislava te gaan. En als je dan
naar het kwaliteitsverschil gaat kijken val je stijl achterover. Ja, ik ben
blij dat ik in Bratislava gestopt ben.
Gisteren avond nadat ik mijn verslag op de blog had gezet,
ben ik eventjes gaan kijken op het internet of ik nog twee dagen Wenen kon
boeken. Ja, maar niet onder de 450 euro. Anders waren het hotels die minstens
12 km van Wenen af lagen. Lichtjes ongerust kroop ik mijn bedje in. Maar bij
het ontwaken was mijn instelling enigszins veranderd. Als ik één nacht kan
blijven ben ik tevreden.
Om half één sta ik in het centrum van Wenen. Het eerste
hotel dat ik zie is het Novotel. Dus ga ik even vragen of zij nog een bed vrij
hebben. Hoera! Ik kan het hele weekeinde blijven aan 230 euro per nacht. Die
man had mij al eens goed bekeken, want hij begon direct vragen te stellen
zoals, waar fiets je naartoe en waar ben je vertrokken. Die schrok meer van
mijn antwoord als ik van zijn prijs. Meteen stelde hij voor om te informeren
naar een goedkoper hotel. Het leek mij geen slecht idee. In het Ibis was nog
een bed vrij voor maar 90 euro per nacht. Oké, die neem ik. Nog even wat uitleg
waar ik naartoe moet en hoe ik er best geraak en enkele minuten later sta ik
aan de receptie van het Ibis. Vandaag is er nog plaats, maar morgen niet. Het
was al lang geen teleurstelling meer. Ik vermoed dat de voetbal morgen er voor
iets tussen zit. Als ik het goed gezien heb speelt Wenen morgen thuis.
Maar niet getreurd. Om twee uur sta ik fris gewassen te popelen
om de stad te doorkruisen. En wees maar zeker dat ik best veel gezien heb. Er staan
meerdere bleinen onder mijn voeten en dan heb ik nog stukken met de metro
gedaan. Eén plaats wil ik eigenlijk nog wel doen en dat is kasteel Schönbrunn.
Dat ligt niet in de altstad en zelfs een heel eindje weg van waar ik op hotel
ben. Ook de fietsroute loopt er niet langs. Maar mijn metropasje kan ik morgen
voormiddag nog gebruiken en ik moet het hotel pas om 12 uur buiten zijn.
Misschien ga ik morgen wel eens snel kijken. Maar ik ga het mijzelf niet beloven.
Er moet ook nog gefietst worden.
Deze avond ben ik hier naar wat klassieke muziek gaan
luisteren. Iets kleinschaligs kamerorkest-achtig. Voor de pauze was het Mozart
en na de pauze Strauss. Het was best goed. Ik ben niet beginnen knikkebollen,
wat na zo een dag al een hele prestatie is wanneer ik dan op een stoeltje naar
wat muziek ga luisteren.
Het was iets voor tien uur gedaan. In de winkelstraat was
het erg druk. Alhoewel alle winkels al toe waren, leek het alsof het koopzondag
was. Allemaal slenterende mensen die doelloos rondwandelen.
Morgen hoop ik dus naar Pressburg (Bratislava) te fietsen. Daardoor
passeer ik eventjes door Slovenië. Al is het maar een klein stukje. Afhankelijk
van welke route ik neem wordt het 70 à 75 km. Ik denk dat ik best op tijd
vertrek. Kasteel Schönbrunn gaat niet lopen en dan heb ik een reden om nog eens
terug te komen. Want dat wil ik zeker ooit doen. Een weekeindje naar Wenen.
Maar dan niet alleen.
Stephansplatz
St. Peter kerk. Hier was om 15h een gratis concert op het
orgel. Ook best mooi.
Gisteren avond had ik maar een klein tafeltje op mijn kamer.
Ik was dus met mijn computer op mijn bed gaan zitten. Plots werd ik wakker. Om
2 uur. Met mijn kleren nog aan en mijn hoofd naast de computer. Omstreeks 22h30
is gewoon mijn lichtje uit gegaan.
Maar niet gevreesd. Vandaag kwam alweer de zon op en dat kon
ik ook zien door mijn kleine piepertjes deze morgen. Ik zat samen met een Duitser
aan de ontbijttafel die hier was voor zijn werk. Na een prettige conversatie
kwam ik om 9 uur terug op mijn kamer. Alweer al mijn spulletjes in de tassen
puzzelen en dan de fiets op. Net geen 10 uur. Dat viel nog mee. Nog even langs
de winkel om eten en hup, naar de mooie blauwe Donau. Het is echt mooi weer
vandaag, maar er staat en erg sterke wind en die komt uit een wel heel slechte
hoek. Pal op kop. Tot er ergens een bochtje in de Donau kwam. Dan was het eerder een beetje schuin van
voor. Dit kon je moeilijk nog een briesje noemen. On de Donau verschenen kleine
golfjes met hier en daar witte kopjes. Pijnlijk veel wind dus.
De eerste 26 km heb ik gereden in 2 uur. Toen kwam ik in
Melk. Ik had al meermaals gehoord dat de abdij zeker de moeite loonde om te
bezoeken. En ik kan dit alleen maar bevestigen. Als je hier met de fiets
voorbij komt zonder hier een bezoek te brengen, dan heb je echt wel iets
gemist. Het gebouw op zich is al indrukwekkend. Maar de kapel in de abdij is
echt adembenemend. Persoonlijk vind ik ze mooier dan de St. Pietersbasiliek in
Rome. Ja, dit is zeker één van de hoogtepunten op deze reis.
Daarna had ik het nog een tiental kilometer moeilijk. Op een
bepaald ogenblik zag ik te laat dat ik van de borduur ging rijden. Het enige
dat ik nog kon doen was hard aan mijn stuur trekken en met twee wieltjes tezamen
landen. Sindsdien piept mijn stuur en ik vind niet wat er juist aan scheelt.
Hopelijk breekt het één van de dagen niet af als ik omhoog aan het fietsen ben
in Hongarije.
Daarna begon mijn dieseltje op temperatuur te komen. Er kwam
ook meer begroeiing naast de Donau zodat ik niet altijd vol in de wind moest
rijden. Om half zeven heb ik Tulln bereikt. Nog doorrijden tot Wenen zat er
helaas niet meer in. Dat zal iets voor morgen zijn. Nog 40 km. En dan een dag
welverdiende rust.
Van Hongarije weet ik echt niet wat ik moet verwachten en
dat maakt mij wel een beetje onzeker. Ik spreek geen woord Hongaars en moet nog
eens uitvissen hoe ik de munt moet omrekenen naar euros. Ik zal morgen al maar
eens naar de bank gaan om wat geld af te halen, want zondag ga ik het nodig
hebben. Hopelijk ben ik dan in Bratislava.
Oké, er mocht dus niets misgaan. En zoals je ziet komt
Melk niet in de titel voor. Alweer zit een veerbootje er voor iets tussen. Om
10 uur was ik deze morgen weg. Wat voor mij nog best te doen is. Het weer was
goed en de route was aangenaam om te fietsen. Na 16 km buigt de hoofdroute af
over de stuwdam naar de andere kant van de Donau. Even later kom je dan in het
oudste stadje van Oostenrijk Enns. Ik volg als een trouwe hond mijn GPS die
mij naar de monding van de rivier Enns in de Donau brengt. Daar neem je dan
het veerbootje (ik had het gisteren gelezen en er helemaal niet meer aan
gedacht) dat vaart van mei tot september. Ben ik hier toch wel een week te
vroeg zeker. Er zat dus niets anders op dan terug tot het stadje te fietsen en een
andere uitweg te zoeken. Wanneer ik aan de volgende brug ben gekomen heb ik
echt wel veel tijd verloren. Wanneer ik stop aan de weg komt er een
vriendelijke Oostenrijker tot bij mij gefietst. Hij vraagt of hij kan helpen en
vertelt mij dat de weg langs deze kant van de Donau veel mooier is dan de kant
die mijn kaartje volgt. Zo ben ik dus aan de rechtse kant van de Donau blijven
fietsen. Of het mooier is weet ik niet, maar langer zeker wel. En dan had ik
nog heel veel wind op kop.
Iets voor Grein raak ik met een Oostenrijker aan de praat
die met zijn koersfietske aan het fietsen is. Letterlijk een fietske uit de
tijd van Eddy Merckx. Op een bepaald moment moet hij een brug over en gaat mijn
weg rechtdoor. We stoppen aan de brug en hij blijft maar praten. Ik had al
enkele keren gezegd dat ik verder moest, maar ik moest nog even luisteren naar
de grote toeren die hij al allemaal gefietst heeft in zijn leven. En ik moest
en zou volgens hem in Grein blijven slapen. Aldus werd Melk een onhaalbare
kaart. Maar Ybbs had ik hoe-dan-ook als mijn minimum aangestipt. Al moest ik doorfietsen
tot s morgens. Het was 18h15 wanneer ik hier aan kwam. Vandaag nog 26 km
verder fietsen leek mij gekkenwerk. Morgen komt er nog een dag. En dan wil ik
tot Tulln zodat ik er vrijdag nog 40 moet tot Wenen.
Sorry dat dit berichtje met vertraging op de blog komt. Maar
in dit hotelletje hebben ze spijtig genoeg geen internet.
Omdat ik het veerbootje naar Mauthausen niet kon nemen heb
ik het monument van het uitroeiingskamp gemist. Dat vind ik wel een beetje
spijtig.
Wachten op het veerbootje dat niet komt.
Een enige keer dat een glimp van de alpen te zien is.
Deze morgen liep de wekker af. Ik zette de snoeze-functie
uit en maakte de fout om mij nog eventjes om te draaien. Ik zat dus pas na
negen uur aan het ontbijt en stond pas om elf uur aan de receptie om mij uit te
checken. Ik had mij gekleed op een fris weertje en kon na tien minuten al
beginnen met iets uit te doen. En na een uur nog eens want ik had het veel te
warm.
Na 33 km staat er een splitsing aangegeven. De ene donau-radweg
gaat over de brug en de andere loopt
rechtdoor. Ik moest rechtdoor volgens de GPS, maar dan moest ik na 7 km een
veerbootje nemen over de Donau. Ik hou niet echt van bootjes en dus probeerde
ik het alternatief over de brug. Ik had in het boekje gelezen dat de beschreven
route niet altijd de echte Donau-radweg volgt en dus zag ik hier ook geen
probleem.
Het ging gestaag bergop, en na een tweetal kilometer stond
er een bord van wegenwerken. Aangezien er bij de fietsroute geen omleiding stond
aangegeven (wat anders wel het geval is) reed ik er gewoon door. Het viel mij
al op dat er echt niemand te zien was. En na nog eens 4 km omhoog en omlaag
kwam ik bij de wegenwerken aan. Ik mocht van een bouwvakker proberen om er door
te komen, maar dan moest ik mijn fiets wel enkele tientallen meters over de
grote rotsblokken heffen. Werkelijk, hier was geen doorkomen aan. De enige
oplossing was terug draaien en het veerbootje nemen. En dat bootje was eigenlijk
gewoon zalig. Dat stond sneller aan de andere kant dan ik het met de fiets kon.
Door de vertraging die ik opgelopen had wilde ik nog even
wachten met eten tot ik ongeveer 60 km gereden had. En iets voor drie was het
zover. De locatie was best te genieten. Vanaf het punt waar ik verkeerd gereden
was, kwamen er 40 prachtige kilometers aan. Bijna vergelijkbaar met de lange,
smalle fjorden in Noorwegen. Bijna zeg ik wel! Want de fjorden evenaren zou
erg moeilijk zijn. Maar het loonde zeker de moeite. Tijdens het eten heb ik
terug al mijn regenspullen aan gedaan. Ik zag de bui al een beetje komen. En
ja, 10 km verder is het echt beginnen regenen. En niet van die sappige regen
voor de sla hé. Nee, ijsregen! Het probleem was niet echt de regen, maar vooral
de koude. De eerste 20 km viel het nog best mee. Maar dan moest ik alweer een
veerbootje nemen en die stond nog aan de andere kant van de Donau. Autootjes
erop, overvaren, autootjes eraf, ik en nog autootjes er terug op. In het
wachthokje gaan zitten. En tegen dat we over waren had ik het berenkoud van
stil te zitten. Ik moest de batterijtjes van mijn GPS vervangen en kreeg hem
nog nauwelijks open. En dan zat ik nog super hard te prutsen om met mijn verkleumde
vingertjes die batterijtjes uit dat apparaat te halen. Ik moest nog 9 km langs
een drukke weg. Iedere vrachtwagen die voorbij kwam dreef een extra wolk vies
regenwater mijn richting uit. Om half zes kwam ik dan eindelijk aan in Linz.
Het toeristenbureau was net een half uurtje gesloten. Even op de GPS een
hotelletje uitpikken. Voilà! Even ernaartoe fietsen en dat was al enige tijd
buiten gebruik zo te zien. Geen receptie, alles donker en geen gordijnen aan de
ramen. Twee straten verder stop ik bij een drie sterren hotel. Oei, menheer!
Er is hier deze avond iets te doen (ik weet echt niet meer wat het was) en alle
hotels in de stad zijn volgeboekt. Fiets je richting Wenen?Euh, ja? Wel, als je wil zal ik even kijken
wat er verderop nog vrij is. Kijk, ik heb er nog één net buiten het centrum van
de stad, in het haventje. Het Siegenberger hotel. Het kost wel 95 euro per
nacht. Zal ik het voor je reserveren? Dan sta je daar, helemaal verkleumd van
de ijsregen. Zeg dan maar eens neen. Je zou goed gek zijn. Dus belde zij het
hotel, zei dat ik er binnen een half uurtje ging zijn en legde mij uit hoe ik
er kon geraken. En werkelijk. Een half uurtje later mocht ik na 112 km mijn fietsje
parkeren in de garage. De warme douche was heerlijk. En het eten peperduur.
Maar ik had geen zin meer om terug een half uur naar de stad te fietsen. Dus
nam ik een bord soep, een bord spaghetti, pannenkoeken met ijs en een grote
appelschorl voor maar liefst 28,5 euro. Sorry, maar hier vond ik een fooi echt
ongepast. Ik vond het eten wel lekker, maar als het op was moest ik iedere keer
een kwartier wachten voor dat ze mijn bord kwamen afruimen. Er liepen daar drie
obers rond voor minder dan 15 mensen. Dan is dit toch wel erg ongepast.
Voor de nabije toekomst wordt het weer beter. Het doel
morgen is terug 112 km naar Melk. Deze keer zonder ommetjes, want anders ga ik
mijn doelstelling niet halen. Ook dat zou geen ramp zijn, want ik lig nog
steeds twee dagen voor op mijn vooropgestelde schema. Misschien had ik er
vandaag beter één van gebruikt.
Toch wel een rare bedenking. Bij mijn aankomst in het hotel
bij de receptioniste die mijn huidig hotel heeft geregeld, zij die vrouw dat
het wel meeviel, want dat ik maar een half uurtje regen gehad had. Ze schrok
toen ik vertelde dat ik al twee uur door de regen had gefietst. Dus was ik
niet verkeerd gereden, of had ik mij vanmorgen niet nog eens omgedraaid wanneer
ik de wekker afzette, dan was ik vandaag niet nat geworden en was de toeristendienst
nog open geweest bij mijn aankomst in Linz.
Too sad.
Shit happens. Tomorrow is an other day and than well make things better.
Nog een laatste blik op Passau.
Dit is een prachtig, uit hout gekapt beeld van een
zeemeermin. Er staat echter nergens een naam bij van de beeldhouwer.
Om 10 uur stond mijn ezel alweer gepakt te wachten voor de
bakker. En wanneer de broodjes opgeborgen waren fietste ik nog een keer terug
voorbij het hotel de wijde wereld tegemoet. De meisjes die even daarvoor het
ontbijt en de receptie deden, stonden de ramen te lappen en lachte nog eens
vriendelijk wanneer ik hen passeerde. Het was nog berenkoud, maar de zon was al
aanwezig en dus probeerde ik toch om niet mijn jasje, maar de windstopper aan te
doen. Eventjes de koude verbijten om na een half uurtje blij te zijn dat ik het
op deze manier had gedaan.
Tegen de middag werd het ook echt aangenaam warm in het
zonnetje. En ook al had ik wind tegen, toch vlogen de kilometers voorbij. Op de
middag heb ik een croissantje en een banaan gegeten. En om 2 uur heb ik mij
neergeploft op een bankje met zicht over de Donau om mijn 4 keizerpistoleekes
op te eten. Tegen die tijd had ik er al 70 van de 98 opzitten. Ik hoefde mij
dus helemaal niet te haasten en het was daar goed in het zonnetje. En iets na
vijf uur had ik hier in Passau een leuk hotelletje. Zoals meestal deed de
douche weer erg veel deugd en terug opgefrist ben ik eens door de stad
gewandeld. Wanneer ik thuis vertrok wist ik niet welke schoenen ik moest
meenemen om s avonds aan te doen. Onder mijn fietsschoenen staan ijzertjes om
in mijn pedalen te klikken, en daar kan je best niet overal mee rondlopen. Dus
had ik het stof eens van een paar oude schoenen gedaan en die meegenomen. Toch
stonden die daar niet voor niets in dat hoekje stof te vangen en vandaag had ik
er echt genoeg van. Ik ben een nieuw paar schoenen gaan kopen en morgen blijven
de oude hier in het vuilbakje achter. Dat lijkt mij de beste plaats voor die
oude schoenen. En dan maar hopen dat ik de nieuwe snel gewoon wordt.
Voila, hier kan ik dan het gedeelte in Duitsland bijna
afsluiten. Morgen steek ik de grens over met Oostenrijk. Ik blijf er bij dat
Duitsland een prachtig land is. De mensen zijn er erg vriendelijk en de steden
op de Limes zijn vaak echte pareltjes. Ik heb 3 maal Italiaans gegeten en
voor de rest heb ik altijd echte Duitse restaurants opgezocht. Braadworst met
zuurkool heb ik er niet gegeten, maar er valt zeker nog wat anders te eten dat eigenlijk
wel lekker is. Dit land heeft mij twee jaar na elkaar aangenaam verrast. Als ik
echter één opmerking mag geven dan is het wel dat je hier best niet zelf je route
begint uit te tekenen, maar vasthoud aan de route die beschreven is. De
NRW-routeplanner is volgens mij niet gericht naar de lange-afstandsfietsers of
de gepensioneerde die zijn fietske eens mee naar de Moezel brengt. Zelfs als je
de alternatieve route uit het boekje van Clemens Sweerman zou volgen net na
Koblenz, zal dit zeker zwaar genoeg zijn.
En morgen begint dan de echte Donau-radweg. Spijtig genoeg
geven ze twee dagen slecht weer. Maar dat zien we morgen dan wel weer. Nu ga ik
mijn koppeke op mijn kussen leggen. Slaapwel.
Enkele sfeerbeelden van onderweg.
De Dom van Passau. Eén toren staat in de stelling dus heb ik
er maar strategisch een beeldje voor getrokken.