In het volgende document willen wij graag de evolutie van de campagne zonder is gezonder schetsen. Dit doen we met drie gemeenten hun groendiensten: Riemst, Tongeren en Hoeselt. De evolutie van het gebruik van pesticiden wordt onderling vergeleken en ook met de stad Hasselt die een voortrekkersrol heeft.
Ook vermelden we de alternatieven die vandaag gebruikt worden door de groendiensten en bijkomende maatregelen die men moest nemen om de pesticiden te kunnen vervangen.
Verder schetsen we de verschillende maatregen die het bestuur heeft genomen in zake het beleid van pesticiden. De doelstellingen voor de dag van vandaag en in de toekomst.
We willen deze informatie bundelen om een beeld te scheppen op de huidige toestand in verband met het gebruik van pesticiden. In hoeverre de doelstellingen opgenomen in zonder is gezonder zijn bereikt. En indien dit niet het geval is de reden hiervoor.
De resultaten van dit onderzoek vindt u gebundeld in onderstaande document.
Inleiding. 2
Inhoud. 3
1. De campagne. 4
2. Tongeren. 5
3. Hoeselt 6
4. Riemst 7
5. Hasselt 8
6. Vergelijking. 11
7. Besluit 12
De campagne zonder is gezonder draait om chemische bestrijdingsmiddelen. In 2001 heeft de Vlaamse overheid beslist om ofwel het afbouwen ofwel het stopzetten van het gebruik van pesticiden in gemeentes. Een voorbeeld van het stoppen met het gebruik van pesticiden is Hasselt. Zij zijn als enige in Limburg die vanaf 2004 zijn gestopt. De campagne is niet alleen gericht naar openbaar bestuur maar ook naar gezinnen toe. Het doel van de campagne is algemeen het gebruik van pesticiden in Vlaanderen serieus terug te schroeven.
Nieuw in het uitvoeringsbesluit van 19 december 2008 is de pesticidentoets. In april 2009 wordt de leidraad pesticidentoets voor het ontwerpen en omvormen van groenzones en verhardingen met het oog op een pesticidenvrij beheer op de website gepubliceerd. Nadien zal de VMM infosessies organiseren om de openbare besturen vertrouwd te maken met het uitvoeren van de pesticidentoets. De toepassing van de pesticidentoets is verplicht vanaf 1 juli 2009.
Zonder is gezonder is niet alleen een campagne die gaat over de gemeentes en gezinnen minder pesticiden te doen gebruiken maar ook heel belangrijk is het grond water dat door pesticiden vervuild worden. De campagne brengt hier dus ook een belangrijk punt aan.
De stad Tongeren is stelselmatig het gebruik van pesticiden aan het afbouwen maar ziet de doelstelling om in 2015 pesticiden vrij te zijn haalbaar. Vanaf 2008 heeft de stad Tongeren beslist om af te bouwen met het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen.
Enkel op kerkhoven werd er in 2008 nog gespoten met het product Zapper (50 liter). De toepassing van de Zapper werd gedaan wegens knelpunten zoals ratten- en wespenplagen. Verder werd er, ook in 2008, nog Kid Allées (75kg) gebruikt op de kerkhoven om mos te bestrijden. Vanaf 2009 word de Kid Allées, dat uit de handel werd genomen, vervangen door Kid Way (75 kg). Maar reeds in 2008 werden al vele andere kerkhoven enkel mechanisch onkruidvrij vrijgehouden door wieden.
Bovendien is men de kerkoven aan het heraanleggen om preventief onkruidgroei aan te pakken en op termijn bestrijding met chemische middelen te stoppen. Dit omschrijft de gemeente Tongeren als de pesticidentoets, als een plaats te arbeidsintensief is om onkruidgroei onder controle te houden wordt de plaats heraangelegd.
In het openbaar groen worden geen chemische bestrijdingsmiddelen meer gebruikt. In 2009 werden er borstelmachines (t.w.v. 50 000 euro) aangekocht die een aanvulling vormen op de wijze waarop men nu onkruid bestrijd. Dit is namelijk door: preventief borstelen, branden en manuele verwijdering van onkruid.
Voor deze overstap werd geen extra personeel aangeworven wel wordt het preventief borstelen uitbesteed aan een privéfirma, kostprijs: 20 000 euro per jaar. Dankzij deze investeringen en uitbestedingen hoopt de stad heel wat zéér arbeidsintensief manueel werk uit te sparen.
De nadelen die de stad Tongeren ondervind zijn tweeledig: het is zeer arbeidsintensief en een deel van de bevolking ziet liever een chemisch propere gemeente. Ook in de gemeenteraad komt dit standpunt voor.
Voor de inwoners werd een lijst opgesteld met de minder schadelijke bestrijdingsmiddelen en een folder uitgebracht met alternatieve bestrijdingsmethoden. Op de beurs Duurzaam Bouwen werd een demonstratie gegeven over het branden van onkruiden. Bovendien werd er op 11 maart 2009 een open-milieuraad georganiseerd voor de bevolking betreffende: Hoe verhardingen op een alternatieve manier onkruidvrij houden? Over deze acties werd gecommuniceerd via pers, de website van stad Tongeren en een nieuwsbrief voor de burgers.
Verder wordt in Tandem, een verenigingssteunpunt voor een duurzaam lokaal milieubeleid, Tongeren als voorbeeldgemeente aangehaald qua onkruidbestrijding.
Men kan dus besluiten dat Tongeren de doelstelling van 2015 zal halen en het grootste probleem zich situeert bij de sensibilisatie van de bevolking. Ondanks de vele gedane inspanningen blijft er veel onbegrip voor de visie van Zonder is gezonder.
Hoeselt is zijn gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen sterk aan het afbouwen en in juni 2009 willen ze er volledig mee gestopt zijn.
De bestrijding gebeurt nu vooral door borstelmachines en onkruidbranders, later dit jaar wordt er een grotere borstelmachine aangekocht. Hiervoor worden geen subsidies toegekend. Voor de overstap naar een pesticiden vrije gemeente werkt geen extra werkvolk aangenomen, de persoon die voordien werd ingezet om te spuiten kan nu aan het werk met de borstelmachine.
Door deze machines in het straatbeeld te brengen hoopt men de bevolking extra te sensibiliseren. Verder werden er plaatjes aangebracht op de stoepen om de bevolking bewust te maken over niet-chemische bestrijding maar dit gaf soms aanleiding tot problemen omdat de plaatjes soms werden aangebracht op particuliere plaatsen. De gemeenteraad en bevolking staat onverschillig tegenover de genomen maatregelen, zolang alles proper is maakt het niet uit hoe het gebeurt.
Bij nieuwe aanleg van openbare structuren wordt er nog niet echt rekening gehouden met onkruidbestrijding. Veel stoepen van kiezels gaan wel vervangen worden door grasstroken of klinkers.
De gemeente Hoeselt is vanaf juni 2009 dus pesticiden vrij, er lijken zich geen problemen voor te doen.
Riemst is sinds 2007 begonnen met het project om hun pesticide te verminderen. Er werden machines aangekocht, er werd meer werkvolk aangenomen. Er werden firmas aangenomen om onkruid te bestrijden. Deze firmas zijn nu nog altijd actief.
Dit project liep één jaar goed, erna traden er problemen op. Er was namelijk een plan opgestelde waarin de gemeenten in 5 groepen werden opgedeeld die volgens een bepaald samenwerkend systeem onkruidvrij werden gehouden. Dit plan is opgesteld door een bepaalde persoon binnen de gemeenten ( van deze persoon zijn geen gegevens doorgekomen). Nadat deze persoon begin 2008 niet meer bij de gemeenten werkt is dit plan niet meer door gezet.
Er is een plan maar het is niet getekend waardoor het nu niet meer van kracht is. Als gevolg van deze situatie is er eigenlijk niemand meer bezig met het opvolgen van het plan. De elementen die ondernomen waren zijn nog steeds van kracht hoewel dat deze aan het afzwakken zijn. Er worden weer pesticiden gebruikt in bepaalde gebieden en branden word minder en minder gedaan.
Yeve Froyen, hoofd van de groendienst, vermelde wel dat de gemeenten wel opzoek was achter iemand die de functie van de weggevallen persoon weer op te nemen en vermoedelijk zou dit tegen de zomer van 2009 in orden moeten komen.
Er is een milieu programma opgesteld waar in vermeld staat wat de plannen van de gemeenten zijn inzake openbaar groen ( milieu programma Riemst). Na het weg vallen van de persoon die hoofdzakelijk bezig was met de campagne is dit programma dus ook niet meer optimaal.
Verder valt er nog te vermelden dat bepaalde gebieden sinds een halfjaar weer actief gespoten word. Dit zijn voornamelijk kerkhoven en wijken. Dit omdat deze gebieden moeilijker zijn te onderhouden.
Volgens Yeve Froyen zou de deadline tegen 2015 een pesticide gemeenten te verkrijgen niet mogelijk of moeilijk mogelijk te halen zijn. Dit niet alleen door kosten maar ook de bewoners die nog niet klaar zijn voor het accepteren dat een onkruid een plant is en misschien een mooie plant kan zijn.
Hasselt is reeds enkele jaren volledig afgestapt van het gebruik van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen. Het greenteam van Hasselt houdt het onkruid onder controle.
Vooraleer Hasselt met deze omschakeling begon werd er enkel en alleen chemisch bestreden wat zeer tijdbesparend was maar wel vervuilend. Soms vraagt men zich nu ook af of men wel zo milieuvriendelijk bezig is want machines verbruiken benzine, ze moeten ook ter plaatse gebracht worden door camions , het fabriceren van de borstels, het verbruik van gas,
Nu beheersen ze het onkruid enkel door mechanisch en manueel te verwijderen met volgende hulpmiddelen. Borstelmachines. Sinds vorig jaar 2 nieuwe gekocht (t.w.v. 65000 per stuk), deze zijn manueel te bedienen. Onkruidbranders (t.w.v. 5000 euro en 20 euro per gasbus), deze zijn te monteren op de rug of op een kar om voort te duwen. Velen begrijpen het principe niet en branden de onkruiden weg totdat ze volledig verkoold zijn. Dit heeft tot gevolg dat er veel gas verbruikt wordt wat een nadeel is. Eigenlijk hoeft er maar heel even over het onkruid gegaan te worden zodat de cellen verbrand zijn om zo de wortel uit te putten. Slechts weinige onkruiden zijn hier onderhevig aan.
Er stellen vooral op het vlak van de sensibilisatie van de bevolking problemen. De mensen hebben het graag heel zuiver voor hun deur wat praktisch onmogelijk is. Een doel is streven naar tolerantie van de inwoners van Hasselt door hun visie op onkruid te veranderen. De burgers zelf zijn op dit gebied de grootste vervuilers, ze gebruiken grotere hoeveelheden chemische middelen , meer dan aanbevolen. Verder is een groot probleem de illegale dumping van zwerfvuil. Men is bezig met opleiden van personen die een GAS (gemeentelijke administratieve sanctie) kunnen uitschrijven. Maar ook dit lijkt niet realistisch in verband met gezag dat iemand kan uitstralen die niet in uniform is en geen officiële documenten kan voorleggen.
Het werk gebeurt door ongeveer 20 werklieden. In het centrum door 2 mensen die continu het onkruid verwijderen. Wegens smalle doorgangen en veiligheidsredenen voor grote machines worden deze hier niet ingezet. Buiten de grote ring zijn er 8 wijken die onderhouden worden met 2 grote borstelmachines. Tussen de buiten- en de binnenring zijn er 4 wijken die onderhouden worden door 2 ploegen van 3 à 4 man. De werklieden zijn 13 vaste werklieden, de anderen komen via het OCMW in aanraking met deze dienst. Er word ook samengewerkt met aannemers en verengingen. Zoals werkpunt, OCMW, BUWEL. Een nadeel hiervan is de hoge kostprijs. Er zijn geen extra werklieden aangenomen voor de overschakeling naar mechanische bestrijding.
Bij aanleg van nieuwe stoepen en andere openbare structuren wordt er nog maar weinig rekening gehouden betreffende de hoeveelheid onderhoud dat aan de gebruikte materialen gebonden is. Bij kerkhoven heeft men wel de snoeimethodes aangepast. Men laat de struiken nu in de breedte uitgroeien zodat het bodemoppervlakte bedekt wordt zodat het onkruid geen licht krijgt en dus afsterft.
De landbouw staat nog redelijk buiten dit hele gebeuren.
Het grote nadeel aan biologisch bestrijden is de hoge kostprijs aan arbeiders en machines. In Nederland zijn al verschillende gemeentes terug overgestapt naar chemisch bestrijding.
Soms stelt men zich de vraag of het haalbaar is tegen 2015 voor alle gemeenten en steden in Vlaanderen.
Men kan dus besluiten dat Hasselt de doelstelling heeft bereikt maar dat er zich veel problemen voordoen met de bevolking. Zij lijken nog niet klaar van dit nieuwe systeem zonder chemische onkruidbestrijdingsmiddelen en dus ook zonder ultrapropere straten.
Wel is Hasselt zeer realistisch over de haalbaarheid van het project van Vlaanderen en de al dan niet verminderde invloed van de mens op het milieu.
Het grootste probleem situeert zich bij de bevolking die niet voldoende begrip toont voor een beleid dat pesticiden vrij wil werken. Verder sensibilisatie is nodig alsook een aanpak voor het privé gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen.
In de gemeente Riemst is er een problematische situatie ontstaan als gevolg van slechte communicatie en slecht beleid op het vlak van pesticidengebruik. Hierdoor komt de doelstelling voor 2015 in deze gemeente in gevaar.
De doelstelling voor 2015 lijkt voor de gemeenten Tongeren, Hoeselt en uiteraard Hasselt haalbaar of reeds gehaald. Voor de gemeente Riemst zit een toekomst zonder chemische onkruidbestrijding er niet haalbaar uit voor 2015 tenzij er een nieuw beleid word opgesteld.