les secrets et les vérités de la vie de chacun est plein de surprises
06-11-2011
time to grow
Plots werd ik ouder, eerst ging het nog langzaam; ik zag mijn eerste puist, maar dat werden er al snel tientallen. Er verdween ook wat, mijn kinderlijkheid: vaarwel zorgeloosheid en vaarwel energie. En vanaf dan ging het wel erg snel, want zorgen begonnen zich op te stapelen; over mijn haar, mijn kleren en tenslotte ook mijn ik. Ik werd groter, en de dingen die vroeger groot waren leken opeens veel kleiner. Alles en iedereen veranderde en ook ik stapte op de trein der puberteit. Maar ik nam te vroeg de trein, want wanneer ik al bijna volgroeid was waren de meisjes in mijn klas nog steeds bezig over de nieuwste Disneyfilm en hun Barbiepoppen. In de drukke trein was ik mijn rust kwijtgeraakt en had een walm van stress me omarmd, ik spartelde tegen maar de stress was sterker. Links en rechts word ik geflankeerd door broze verantwoordelijkheid, fonkelende onzekerheid en prille afgunst. Maar al snel word het broze, fonkelende en prille gevoel ingeruild voor harde realiteit; vanaf nu moet ik hard werken en ook de nachten worden slapeloos.
Toen ik uitstapte stond ik oog in oog met een leeuw vol moordneigingen, hij noemt zichzelf Volwassenheid. En als ik niet oplet verslind hij me, genadeloos en hard als hij is. Hij wankelt op een tak, daagt me uit en vraagt me tenslotte ten dans. Ik ben opgelucht, hij aanvaard me. Het zal een passionele dans worden, die een hoogtepunt zal bereiken en die tenslotte langzaam maar zeker zal verzwakken en trager worden. Ik kan er niet onderuit; ja is op deze vraag verplicht, een nee haast onmogelijk . Toch wacht ik nog even met mijn antwoord, ik wil nog even gek doen, nog even jong en onbezonnen zijn vooraleer ik me in de armen van deze bittere ernst stort. Maar hij komt steeds dichter bij, ik word bang want hij is gewapend met mijn ouders en familie. Oh, ik weet het wel, hij zal me kunnen pakken om me luttele tellen later pardoes uit zijn armen te laten vallen en dan sta ik daar; alleen en zonder gps die me de weg wijst. Eerst zal ik natuurlijk kwaad zijn. Ik zal uitvliegen, kijven en slaan zoals het een echte puber betaamt. Maar daarna veeg ik wel geduldig alle scherven samen, neem mijn verantwoordelijkheid op.
Neem 300 gram bloem, 100 gram suiker, 2 eieren, 2 eetlepels melk, 100
gram boter, 20 gram amandelpoeder en 15 gram cacaopoeder en meng dit tot een
plakkerig deeg. Rol de deeg uit en snij er vormpjes uit en leg deze op de
bakplaat. Zet de bakplaat voor 1O minuten in een voorverwarmde oven van 180°
Celsius.[1]
Dit kan niet mislukken? Zo een
simpel recept! Oh jawel! Mijn vader iser in geslaagd, ongeveer achttien jaar geleden. Op een zachte
herfstavond uitzonderlijk zacht voor de
tijd van het jaar[2]-
zocht hij al zijn ingrediënten in zijn rommelige, sjofele studio bij elkaar en
begon alles in een grote pot te smijten. Enkele minuten en stoffige bloemwolken
later begon hij plukjes deeg op zijn bakplaat te leggen en er op een of andere
manier de vorm van een hartje uit te maken. En dat mensen, dat is het moment
dat hij had moeten zien dat het niets zou worden, dat hij het had verkloot, dat
hij geen koekjes kon bakken. Maar hij ging door, opgeven was niets voor hem en
hij stak de bakplaat in de oven in de hoop dat er toch nog iets deftig zou van
komen.
Bij een heerlijk glas zoete,
witte wijn en een lamp waar een half doorzichtig blauw lakentje over lag, zaten
ze heerlijk te keuvelen. Plotseling, te midden van het gesprek, stond hij op.
De vrouw was verbouwereerd: wat had ze verkeerd gezegd? Wou hij haar subtiel
duidelijk maken dat ze moest vertrekken? Hij liep naar zijn berg afwas
waarachter hij zijn koekjes had verstopt en liep er mee naar de sofa. En toen
vroeg hij haar ten huwelijk terwijl hij de ring tussen de koekjes zocht.
Toen ze s morgens op stond had
ze nog steeds de slechte nasmaak van de koekjes in haar mond, hij had haar
verplicht minstens één van de misbaksels te eten. Daarna had ze beleefd gezegd
dat ze overheerlijk waren. En toen moest ze ze een voor een op eten. Het was
als een pauze tijdens het hoogtepunt van de film. Hij had het weer eens voor
mekaar gekregen een mooi moment te ruïneren.
Onder druk van opzwepende muziek, gillende vriendinnen en
fluitende vrienden, opende hij de doos die twee keer zo groot was als hemzelf
en verpakt was in roze inpakpapier. Hij droeg een kroon met in grote letters
20 op en was voor deze gelegenheid verplicht omeen kanten string en badjas met tijgerprint
aan te trekken. Hij scheurde wild het papier van de doos, als een echte tijger
die zijn slachtoffer hongerig aan flarden bijten. Hij nam de onstevige ladder
en klom er haastig en gedreven door zijn nieuwsgierigheid op en rukte de doos
open. Wat hij daar zag was lachwekkend maar tevens ontroerend: een prachtige
blondine in een zijden kamerjas op haar knieën. Rond haar hoofd zat zoals een
strik rond een paasei- een zelf gefabriceerde ring uit karton en zilverpapier met bovenop een
grote diamant. Hij wist niets uit te brengen en zijn mond viel een beetje open.
In het bijzijn van al zijn vrienden verraste ze hem maar weer eens. De meisjes
zweemden allemaal ooooh, zo romantisch terwijl de jongens gierden en brulden.
Zijn vrienden mochten hem dan wel uitlachen met het feit dat zij hém ten
huwelijk vroeg en niet omgekeerd, maar hij was de gelukkigst ter wereld! Hij
had het zelf toch niet beter gekund.