Blauw
Inhoud blog
  • Job of geen job, dat is de vraag
  • Das liebe Jelt
  • Nine to five
  • buikgriep
  • thuisbevalling
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    mijmeringen en schrijfsels
    15-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Job of geen job, dat is de vraag
    Is het je al opgevallen hoe onze samenleving je definieert aan de hand van de studies en de job die je doet? Als ik iemand leer kennen, kan ik er gift opnemen dat die persoon me in de eerste tien minuten de vraag stelt ‘wat doe je?’ of, als die persoon wat ouder is ‘wat doet u zoal in het leven?’ Deze vraag, hoe standaard ook, overvalt me altijd een beetje. Iets in mij wil antwoorden ‘Ik eet, ik slaap, ik wandel, ik lees, ik adem, ik …probeer gelukkig te zijn…’. Het aangepaste deel in mij antwoordt braafjes met ‘kinderbegeleidster’. Op dat moment gaan sommige wenkbrauwen naar boven. ‘Maar kinderbegeleidster’, zie je de bijhorende ogen denken. Eensklaps is hun aandacht elders. Je ziet ze het social event (lees feestje) afschuimen op zoek naar iemand die interessanter is voor de volgende carrièresprong. Godzijdank heb ik tegenwoordig een job. Toen ik werkloos was, was het politiek correcte antwoord ‘Ik ben between jobs.’ Waarom die naakte werkelijkheid in het Engels moest beschreven worden, is me tot op heden niet duidelijk. Maar in welke taal ik het ook bracht, de reactie was steeds hetzelfde: medelijdende blikken op mij gericht en een inwendige gelukwens omdat deze beker aan de vrager voorbijging. Trouwens, waarom luidt de uitdrukking ‘between jobs’. Voor het moment heb ik een belangrijke keuze moet nemen. Ik heb besloten tijdskrediet op te nemen. Reden? Mijn zoontje. De job als kinderbegeleidster liet niet toe om op een goede manier voor hem te zorgen. Temeer daar mijn man een drukke job heeft die hem vaak tot laat van huis laat zijn. Toen ik mijn beslissing (die ik in samenspraak met mijn man genomen heb) aan de buitenwereld kond deed, waren de reacties verdeeld. ‘Goed zo’, zei één groep. ‘Veel minder stress.’ ‘Je wilt toch dat je zoon naar je opkijkt?’, zei de andere groep. Net alsof ik door eventjes huismoeder te zijn, geen persoon meer zou zijn voor wie je respect zou kunnen hebben. In mijn beleving sluit ‘huismoeder-zijn’ niet uit dat je je ook kan ontwikkelen. Toegegeven. De ontwikkeling gebeurt niet volgens de gangbare kanalen (een job, collega’s,…) en het vergt een extra inspanning (je moet zelf op zoek en je hebt geen financiële middelen). Maar toch, het is mogelijk. Ik ken genoeg voorbeelden. Bovendien is deze beslissing geen onomkeerbaar feit. Het is een job als een ander. (Ik weet dat er mensen zijn die dat niet vinden. In hun beleving zitten huismoeders de hele dag op hun luie krent TV te kijken of te lezen of koffie te drinken. Er zijn ongetwijfeld dagen die op je op deze manier invult. Er zijn ook ongetwijfeld vrouwen voor wie dit de dagelijkse realiteit is. Voor mij betekent huisvrouw-zijn poetsen, strijken, in de tuin werken, boodschappen doen, schrijven, recensies schrijven, cursussen volgen, mediteren en het belangrijkste … voor mijn zoontje zorgen.) Net zoals iemand anders van job verandert, kan ik dat ook.

    15-03-2016, 13:57 Geschreven door Leonie  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Das liebe Jelt
    Als mijn man vertelt wie zijn huidige werkgever is, volgt steevast de zin ‘oh, dan moeten jullie er nu warmpjes bij zitten.’ Hoe oprecht de daaropvolgende gelukwensen ook zijn, dat ene zinnetje behelst een hebberige jaloezie. In het kielzog hiervan schiet me een uitspraak van mijn overgrootmoeder te binnen: (in platduutsch) ‘Das liebe liebe Jelt, das rejiert die Welt.’

    15-03-2016, 13:57 Geschreven door Leonie  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Nine to five
    ‘Ik moet gewoon acht uur werken.’ Voor mijn man was dit concept nieuw. Voorheen had hij een job gehad waarbij hij wel wist wanneer hij begon te werken, maar niet wanneer hij naar huis kon. Mijn man klonk tevreden en ik … kreeg een flashback. Ik zag mezelf weer trouw elke dag om half zeven uit mijn bed springen – kwestie van die nare wekker te voor te zijn en iedere extra bedminuut eruit te persen -, mezelf in vijf minuten opkalefateren om vervolgens de ratrace van fiets/bus, trein en metro te beginnen. Eens in Brussel verruilde ik voor acht uur de frisse lucht en het natuurlijk licht voor een visbokaal met airco. Heel eventjes leefde ik zelfs opnieuw op het ritme van inkomende mails en telefoongesprekken. ‘Waar was de tijd,’ mijmerde ik, ‘waarin ik dacht dat een job in een bank mijn droomjob was.’ Heel even was het het wel geweest. Routine en volwassen gesprekken leken toen een stuk aanlokkelijker dan een stel puberende tieners (met of zonder pukkels), avondwerk, klasmanagement en ouderavonden waarin de ouders bij hoog en laag zwoeren dat hun zoon of dochter studeerde en zij bijgevolg de problemen bij iemand anders (in casu de leerkracht) legden. Na anderhalf jaar was deze glans volledig weggesleten. Het bankwezen bleek haaks te staan op mijn persoonlijk interesses (mijn vrienden hadden me nog zo gewaarschuwd), het administratieve gen was me totaal vreemd en als klap op de vuurpijl bleken mijn vrijetijdsactiviteiten (twee avondcursussen, koor, koorkrantje, bijberoep, vrienden,…) zonder drie maanden vakantie teveel van het goede. Wat uiteindelijk restte, was het gevoel gevangen te zitten: de bank wilde me niet laten gaan (ze waren best tevreden en boden me keer op keer nieuwe kansen) en ikzelf zag het niet zitten om mijn ontslag in te dienen, want wie weet hoelang ik het zonder uitkering zou moeten stellen? En dus modderde ik maar aan. Ik sleepte me elke dag naar het werk en elke dag was ik vermoeider. Ik was zelfs zo vermoeid dat ik om half negen mijn bed inging en fut om nieuwe job te zoeken had ik ook niet. Trouwens, waar had ik moeten zoeken? Deze job was niet bepaald mijn eerste probeersel. Ten einde raad besloot ik bij de vakbond loopbaanbegeleiding te volgen. Hier werd heel snel duidelijk dat ik in hart en nieren leerkracht ben. Deze boodschap kwam niet als een verrassing. Heb je dat ook niet vaak dat iemand anders je vertelt wat je zelf niet wil of kan inzien? (Nou ja, leren luisteren naar je intuïtie is niet bepaald onderdeel van het opvoedkundig programma van onze tijd.) Maar goed, de boodschap kwam, zoals gezegd, niet als een verrassing. Toch voelde ze wrang aan omdat ik het -door mij als een corset ervaren- leerplan me in het verleden meermaals verstikt had en omdat ik niets gemeen had met pubers. Toch besloot ik deze boodschap ter harte nemen en een meerjarenverkenningstocht startte. Ondertussen heb ik het gevoel dat het einde nog lang niet in zicht is. Het enige dat ik zeker weet, is dat kleuters me het meeste aanspreken en dat veel kinderen gewoon nood hebben aan een liefdevolle knuffel of een luisterend oor.

    04-03-2016, 08:54 Geschreven door Leonie  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    20-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.buikgriep
    'Ze heeft vannacht moeten overgeven. Deze morgen had ze ook koorts en diarree.' Het kleutertje kijkt haar papa met lusteloze ogen aan. 'Bent u zeker dat u haar naar de vakantieopvang wil laten komen?', vraag ik. De vader doet of hij oostindisch doof is, ondertekent, geeft zijn dochtertje nog een schouderklopje en verdwijnt in de rij van toestromende ouders. Tegen het einde van de week zitten bijna alle kinderen met koortsige ogen onderuitgezakt aan tafel. Eten willen ze niet, want hun buikje doet pijn. Diarree is schering en inslag. Mijn collega's en ik doen niets anders dan pampers omdoen of ongelukjes uit de weg ruimen. De ouders zijn ons op dat vlak ook erg behulpzaam. Zo is er een jongen van vijf die opeens in een lang vergeten luierbroekje naar de opvang komt. Kwestie van een afdoend recipiënt te hebben als de diarree weer toeslaat. Als mijn collega's en ik de ouders hierop aanspreken, krijgen we antwoorden als 'zo'n beetje krampen' en 'zo erg is het allemaal niet'. Nou ja, zo erg is het inderdaad niet. Tegen het einde van de week zijn, naast het merendeel van de 40 kleuters, ook mijn collega's ziek of ze voelen zich, op zijn minst, niet in hun sas. Bij mij lijkt de beker voorbij gegaan en ik slaak inwendig een diepe zucht. Het laatste wat ik wil, is mijn zoontje van 11 maanden aansteken. Maar dan is het maandag en de gewone opvang start. 's Avonds vraagt een ouder aan zijn kind of het gedurende de dag nog koorts gehad heeft. 'Ja,' antwoordt het kind. 'En mijn oren doen ook nog pijn.' De volgende dag opnieuw enkele pipse gezichten en klachten over keelpijn en buikkrampen. Dit maal ontspring ik de dans niet. Ik word op het werk ziek. Mijn vingers verkrampen en een zoete smaak laat me meermaals kokhalzen. 'Mijn zoontje!' is het eerste waar ik aan denk en ik kruis mijn vingers dat ik hem niet heb aangestoken. Terwijl ik gefrustreerd in bed lig, laat ik de gebeurtenissen van de afgelopen twee weken aan me voorbij schieten. Hoe meer ik erover nadenk, hoe woedender ik word. Wat de reden voor het gedrag van de ouders ook moge zijn (het najagen van een carrière, de schrik om de broodnodige job te verliezen, een hoogzwangere moeder, een boreling in huis, met de beste wil van de wereld geen oppas vinden voor het zieke kind, ...), in mijn ogen kan je hier wel spreken van verwaarlozing. Trouwens, welke levenslessen leren deze ouders aan hun kinderen? Zorg dragen voor je eigen lichaam is niet belangrijk? Oog hebben voor de anderen is niet nodig? Vooral, mama en papa zijn er niet voor mij als ik hen het hardste nodig heb...

    20-02-2016, 17:05 Geschreven door Leonie  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.thuisbevalling
    Onze zoon werd thuis geboren. De reacties uit de omgeving waren uiteenlopend. Je had de ‘onverschilligen’, zoals mijn man en ik ze noemden. Zij hielden het op een ‘amai’ en vroegen dan of onze zoon al doorsliep. Mijn vriendinnen, aan wie ik allemaal verteld had dat ik liever een thuisbevalling had, wensten me proficiat en in één ruk vertelden ze om welke medische/psychologische redenen dit voor hen niet mogelijk was geweest. Ten slotte had je de ‘angstige’ groep. Hiertoe behoorden onze wederzijdse ouders. Zij noemden het een ‘riskante’ onderneming. Met ‘riskant’ bedoelden ze ‘onverantwoord’. Het viel ook op dat deze groep ons nooit de vraag stelde waarom we dan wel van het, voor hen normale, pad waren afgeweken. De meerderheid ging er als vanzelf van uit dat we ‘speciaal’ wilden doen. Maar niets van dit alles is/was waar. In de eerste plaats was de keuze voor een thuisbevalling niet over één dag ijs gegaan. Ik had wel degelijk het bevallingskwartier in het ziekenhuis op voorhand bezocht. Ik was trouw naar elke controle in het ziekenhuis gegaan. Toen duidelijk werd dat ons kindje goed lag en alles normaal leek, ging ik bij mezelf te rade: in het ziekenhuis bevallen of thuis. Ik luisterde naar mijn intuïtie en die koos prompt voor het tweede. Eerst verschoot ik zelf. ‘Wat als?’ schoot het door me heen. Maar hoe dichter het grote moment kwam, hoe meer mijn intuïtie en ook ons kindje (klinkt misschien raar, maar toch is het waar) me aanraadde voor de thuisversie te gaan. Toen ik mijn man van mijn voornemen ‘thuis bevallen’ vertelde, was hij er eerst niet voor te vinden: ‘te gevaarlijk’ noemde hij het. Maar ik drong behoedzaam aan en hij ging op onderzoek uit. Wat bleek, bij een thuisbevalling was er minder risico op infecties en het was al bij al een stuk rustiger voor moeder en kind. Bovendien woonden we op een boogscheut van een ziekenhuis (als er iets mis zou gaan, waren we snel ter plekke) en verder hadden we beiden vertrouwen in het goede beoordelingsvermogen van onze vroedvrouwen. Hoe belangrijk deze elementen ook waren, voor mij waren ze niet doorslaggevend. Voor mij ging het om andere dingen. Telkens ik in een ziekenhuis kom, word ik overrompeld door de geuren van ziekte en erger. De witte kittels stralen een onherroepelijke kilheid uit. In de materniteit heerst ‘verzengende’ hitte en het doorschijnende bakje (lees bedje) van het kindje oogt steriel. Bovendien gruwelde ik bij het idee dat ik in een vreemde ziekenhuisomgeving (hoe huiselijk men deze ook had proberen in te richten) in de diepste pijnkrochten van mezelf zou moeten laten kijken. Om nog maar te zwijgen van het feit dat ik op het hoogtepunt mijn totale ver-antwoord-elijkheid zou kwijtspelen aan de dienstdoende (lees mij wellicht onbekende) man of vrouw die weliswaar ervoor gestudeerd had, maar die naar alle waarschijnlijkheid er niet om zat te springen me in de hurkhouding (de natuurlijkere houding) te laten bevallen, getuige hiervan de ‘stijgbeugels’ (zoals ik ze noem) in het bevallingskwartier. Maar goed, onze zoon is thuis geboren. In de vroege ochtend. Om middernacht begonnen de weeën. Om twee uur maakte ik mijn man wakker. Om vijf uur brak mijn water en belde mijn man de vroedvrouw uit bed. Om zeven uur hield ik onze zoon in mijn armen. Iedereen was verbaasd dat de geboorte van een eerste kind zo vlot verlopen is. Mijn man en ik houden het bij het feit dat we het thuis hebben mogen beleven. Laat de anderen het maar ‘goed geluk’ noemen.

    20-02-2016, 17:03 Geschreven door Leonie  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.straattheater of was het straatfeest?
    De trilling, de spanning. Bijna is het zo ver. Nog een laatste schminkveeg. Nog een laatste plaspauze (al dan niet in het groen). Een diepe ademhaling. Een schouderklopje en het straattheater begint. Mijn collega’s en ik zwermen, volgens het scenario, de straat op en het stadspark in. Twee van ons slaan elk rustig op de sjamanentrom en onder zijn sonore stem doet een derde dolle kunstjes op een één-wieler. De kinderen staan braafjes met hun ouders te wachten en kijken hun stralende ogen uit naar de elfjes, de trol, de kabouter, de fee en de magiër die hen plotsklaps omringen. Vanaf nu ben ik niet meer mezelf, maar het vertelelfje Lazuli. Ik laat mijn vleugels de hoofden van de kinderen strelen. Ik maak mijn ogen groot en klein. Ik wacht geduldig mijn beurt af terwijl ik, net als de kinderen en hun ouders, met open mond staar naar de acroyoga en het vuurspektakel of luister naar de Tuvaanse keelklanken van de magiër in ons midden. Dan is het mijn beurt. Een horde kinderen staat in een cirkel rondom me. Hun ogen kijken me verwachtingsvol aan. Ik wacht even totdat ze bedaard zijn. Dan steek ik van wal. Ik neem de kinderen mee in het verhaal van mijn hand en hoe meer ik vertel, hoe meer ze aan mijn lippen hangen. Ik voel me groeien en, daar waar ik eerst nog een zekere schroom bezat (het is per slot van rekening mijn verhaal, mijn kindje), laat ik nu alle angst varen en mijn verhaal zijn ding doen. Nog vol van adrenaline sta ik, enkele acts verder, naast de kabouter en een ander elfje. De kinderen zitten elk in schoenmakerszit bij een met rode verf en glitters bekleefde steen en ze luisteren met open mond naar ons kabouterliedje. Als de voorstelling is afgelopen, kijken we allen verbaasd op ons uurwerk. Anderhalf uur was voorzien, maar de kinderen lieten ons niet los. Ik neem haastig afscheid van mijn collega’s en ijl naar huis. Deze avond is het straatfeest bij ons in de buurt en aangezien mijn man en ik nieuw zijn, leek het ons wel nuttig en plezant om alle of toch de meeste buren eens te leren kennen. Thuis ontschmink ik me in razend tempo. Ik trek de papieren bloemen uit mijn haren, ruk de kast open en vis er het eerste beste tenuetje uit. Kwestie van een goede indruk te geven en mijn man, die reeds aanwezig is, aangenaam te verrassen. Met het deuntje en de woorden ‘tover mij het elfje dat door mijn dromen vliegt’, stap ik kordaat naar de riante villa op het hoekje van onze straat. (Voordat jullie nu allerlei wilde ideeën krijgen over mijn woonsituatie, laat me één ding duidelijk stellen, ons huis is een stuk bescheidener). De muziek drijft me al tegemoet. Mijn man (die al weet dat ik eraan kom) staat me buiten op te wachten. We gaan naar binnen en binnen de kortste keren ben ik omringd door mannen en vrouwen die me hun naam vertellen en mijn hand tot moes knijpen. Ik knik, schud handen, herhaal namen die ik terstond weer vergeet en herhaal de mijne alsof ik schrik heb hem te vergeten. Wat een wereld van verschil, schiet het door me heen...

    20-02-2016, 17:01 Geschreven door Leonie  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Letters
    Letters. Elke dag opnieuw vullen ze je wereld en je dromen. Als zwevend zwervende bloesemblaadjes betasten ze je. Ze strelen je hoofd, je mond, je handen, je voeten en je hart. Ze kussen je behoedzaam op de lippen. Ze omhelzen je als een lang verloren vriend. Ze beroeren je oorschelpen met tinkelingen van lang verloren tijd en beeld. Hun klanken laten je zingen of stil zwijgen. Hun penseelstreken schilderen je levenspad. Letters. Ze zijn mijn leven. Ze vergezellen me overal. Ze zijn mijn meester en mijn leerling. Ik zie ze in de bloemen en het gras. Ik hoor ze in de zucht van de wind. Ik zie hun beroering in het gedrag van de dieren. Ik voel hun herinnering op het gelaat van de mensen. Letters. Mijn vrienden. Ze zijn zo verscheiden als de dingen en wezens rondom ons. De stoere liggen, als ondeugende kinderen, op de loer. Ze wachten op een mond, op die luttele seconde, waarin ze schreeuwen en zingen wie ze zijn om dan opnieuw in zichzelf te verzinken. In het zachte suizelen van een bries wonen de zachtaardigen. Ze liggen op de lippen van de smakkende baby. Ze spelen te midden van de op de wind tikkende kopjes van de bloem, de sierlijke vlucht van de vogel, wiens naam je niet kende totdat je hem voor het eerst zag. De middelmoot breit de dagen aan elkaar met wis wasjes en kattebelletjes. Letters. Mijn vrienden. Soms hoor ik ze huilen en tieren. Ik zie hoe hun gave van liefde verdrinkt in een stroom van jaloezie, verdriet en haat. Ik voel hoe hun pijnlijke echo het hart en de wil verduistert en verhardt totdat alleen de harde pit overblijft waarin het goede schuilt tot beter dagen.

    20-02-2016, 17:01 Geschreven door Leonie  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Toetsen
    Toetsen. Het woord duikt als een vals afgestemde mantra elke morgen opnieuw op. Tussen twee beten door, tussen twee slokjes melk-is-goed-voor-elk spreekt de ene het uit en de andere zucht. De andere somt zijn toetsen van de dag op en de ene heeft het over een hardnekkige ‘afkijker’ die speciaal een farde met gat heeft zodat ze (het blijkt een zij te zijn) kan overpennen wat hij geschreven heeft. Weer een generatie gevangen in prestaties, hoor ik mezelf murmelen. Heel even zie ik mezelf ook opnieuw in uniform of (uit een later levensdeel) in paasbeste kleding op een stoel of bank schuiven onderwijl verwoed het (hopelijk!) juiste antwoord neerpennend of pratend met tegenover mij een leraar of prof met blik op oneindig. Hoewel het maar een droombeeld is, pik ik de eerste signalen van stress op. Een verhoogde hartslag, een ongedurig gevoel... Terwijl ik deze onheugelijk lichamelijke geneugten kordaat naar de achtergrond duw, weet ik dat het examentrauma niet alleen mij plaagt. In mijn directe omgeving hoor ik in de bloeimaand regelmatig de verzuchting ‘ben-ik-blij-dat-ik-daar-van-af-ben’ of de melding van nachtmerries over nog te blokken leerstof of black-outs. Telkens er een junikind bijkomt, komt er steevast iemand op de proppen met ‘toch jammer, altijd in de examens verjaren’. Het examendeel loopt tijdens een avondje wijn bijna altijd spontaan over in de leerstof die we moesten verwerken. We gruwelen nog altijd bij de hoeveelheid inhoud uit de stapels boeken langs ons bed en uit de bibliotheek. We zijn het er nog altijd over eens dat er heel wat inhoud te versmaden was omdat ze totaal niet aan de praktijk beantwoordt of omdat het je niets bijgebracht heeft. Bij die laatste opmerking vallen we meestal stil en ieder lijkt even in eigen gedachten verzonken. Zelf voel ik altijd een oude frustratie de kop opsteken. Ik, die zo graag zoveel wilde leren, bleef maar al te vaak op mijn honger zitten. Wat ik in het middelbaar kreeg, was een jarenlange repetitie van hetzelfde - spelling en grammatica tot in den treure herhaald- of wiskunde en wetenschappen wier wonderen me verwonderd naar de wereld lieten kijken, maar meer ook niet. Eerlijk waar, ware het niet voor Grieks en Latijn en de occasionele leerkracht Nederlands die haar jaarplan durfde te overstijgen, mijn Danaïdisch vat was kurkdroog gebleven. Op unief herhaalde zich hetzelfde liedje. Veel leren en niet zoveel inhoud. Koppig als ik was, hield ik de stier jarenlang met de hoorns vast. Een waslijst aan diploma’s volgde en maar telkens ik zo’n getuigschrift in mijn handen hield, was mijn ego het enige dat zich verheugde. Maar goed, toetsen, examens… Als je wat langer in de opvang blijft, hoor je vanuit de klassen van de lagere school het dictee van meester of juf. In de eetzaal ritselt papier en krassen er pennen gretig of niet over het papier. Ik kan niet anders dan me gelukkig prijzen dat deze kelk voor mij al opgedronken is.

    20-02-2016, 16:59 Geschreven door Leonie  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.six going on seventeen
    ‘Ik heb een vriendje!’ Ik rukte me loom los uit mijn droogmoment (de kinderen hadden me net met hun waterpistolen onder handen genomen) en deed één oog open. Recht voor mij stond één van de meisjes uit de opvang. Terwijl ik één natte broekspijp met inhoud zorgzaam in de volle zon legde, herhaalde ik de woordjes ‘een vriendje’ op een ludieke, plagend zingende toon. Het meisje rolde ostentatief met haar ogen en zuchtte heel diep. In een oogwenk ving ik daar op dat moment een glimp op van de vrouw die ze ooit zou zijn. Ik besefte dat ik haar onrecht gedaan had. Ook al zat ze nog maar in het eerste studiejaar, de lovebug had haar duidelijk zwaar te pakken. Bijgevolg gooide ik het over een andere boeg. Ik vroeg naar zijn naam, waar ze elkaar hadden leren kennen, hoe hij eruit zag…. ‘Vertel’, spoorde ik haar aan en zij ging honderduit. Hij zat blijkbaar in haar klas. Eerst was hij OP (een vreemd woord toch in deze samenhang) een vriendin van haar geweest, maar die vriendin zag hem uiteindelijk toch niet zo zitten. Dus had die vriendin met haar afgesproken om met hem te breken zodat zij met hem kon zijn omdat zij wel iets in hem zag en hij eigenlijk ook meer in haar zag dan in haar vriendin. En ja, nu waren ze een week samen. Het ging goed. Op school trok ze wel niet zo veel met hem op omdat ze niet tussen hem en zijn vrienden wilde komen. Maar binnenkort was het godzijdank vakantie en dan zou hij bij haar thuis blijven slapen. Tenminste als papa het goed vond en … maar die vond het voor het moment toch beter dat ze een vriendinnetje in plaats van ‘haar’ vriendje uitnodigde. Maar ze zou hem nog wel ompraten. Die laatste woorden waren nog maar amper bezonken, toen ze er alweer vandoor stoof om samen met haar vriendinnetjes te springtouwen. Ik had haar woordenstroom met veel aandacht beluisterd. Eerlijk gezegd was ik van de ene verbazing in de andere gevallen. Zij en haar vriendin hadden deze ‘relatie’ duidelijk berekend gestuurd. Hoe ik deze girlpower ook bejubelde, ik had nooit zo gehandeld, hield ik mezelf trots voor totdat ik eventjes diep in mijn geheugenkist groef en de herinnering aan mijn eerste liefje van onder meters stof opduikelde. Glashelder herbeleefde ik hoe ongecompliceerd hij onze relatie begonnen was met ‘Wil je mijn liefje zijn?’ en hoe ik het kort daarop met ‘Ik vind dit stom!’ beëindigd had, waardoor die befaamde eerste kus nog enkele jaren had moeten wachten. Als ik dat op voorhand geweten had… Dan dat hele relatietherapeutische ‘ik-geef-je-voldoende-ruimte’. Herhaalde ze wat ze ergens had horen waaien of waren die woorden echt van haar? Terwijl ik over die vraagde dobde, speelde opeens een liedtekst van Reinhard Mey door mijn hoofd. Kinder werden als Riesen geboren, Kinderen worden als reuzen geboren Doch mit jedem Tag, der dann erwacht, Maar met elke zich ontwakende dag Geht ein Stück von ihrer Kraft verloren, Gaat er een stuk van hun kracht verloren Tun wir etwas, das sie kleiner macht. Doen wij iets, dat ze kleiner maakt. Kinder versetzen so lange Berge, Kinderen verzetten bergen zo lang Bis der Teufelskreis beginnt, Totdat de Duivelskring begint, Bis sie wie wir erwachs‘ne Zwerge Totdat zij, zoals wij volwassen dwergen, Endlich so klein wie wir Großen sind! Eindelijk zo klein als wij, groten, zijn. Terwijl ik dit deuntje verder neuriede, voelde ik ook iets van mededogen voor de papa. Zijn kleine meid werd duidelijk ouder en sneller dan hij gedacht of gehoopt had.

    20-02-2016, 16:52 Geschreven door Leonie  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ochtendstond heeft goud in de mond
    Ergens ten Vlaamschen lande bij het krieken van de dag. Wekker staat op zes uur kwart en ik ben net op tijd wakker om de wekker af te drukken voordat zijn sonore stem onze kamer vult. Oef, denk ik, mijn man kan nog net dat half uurtje extra slapen. Ik spring uit bed (voor zover dat slaapdronken kan), ren naar de badkamer (voor zover ik energie heb) en ik aanschouw mijn gezicht in de spiegel (voor zover dit te herkennen is onder de slaaprimpels en de dikke wallen). Terwijl ik gedachteloos mijn ochtendritueel doorloop, hoor ik een vroege vogel of twee. Ze kwetteren erop los. Een ochtendhumeur is hen duidelijk onbekend (voor zover ik natuurlijk vogels spreek). Hun (vermeende) goede staat van ochtendlijke dienst geeft me moed. Ik trek mijn kleren aan, neem mijn sleutel en storm het huis uit. Met ‘Nur getraümt’ van Nena op de achtergrond (ja, die 99 hebben het gedaan), stuif ik naar het werk. Ik ben keivroeg. Ik heb nog tijd om op mijn gemak de stoelen van tafels te nemen, de toiletten te controleren en zelfs enige pagina’s in mijn boek te consumeren. Als het tien voor zeven is, hoor ik de eerste ouders. Ik houd onze deur mooi op slot, opdracht van mijn werkgever. We willen voorkomen dat een opvang die pas om zeven uur start, in realiteit als maar vroeger begint. Het raam staat open en ik hoor de ouder duidelijk sjamfoeteren (toch een mooi Vlaamsch woord, niet waar). Ze vindt het ongehoord dat ik er al ben en dat ik niet open doe. Als ik dan, als een geste naar haar toe, de deur één minuut vroeger opendoe, weet ik niet wat ik hoop, maar wat ik krijg, had ik totaal niet verwacht. Voor mij staat een vrouw die de noemer ‘furie’ alle eer aandoet. Ze gooit me allerlei dingen naar het hoofd en hoewel ik ze ontkracht, lijkt dit haar alleen maar woedender te maken. Ik besluit het hele voorval over me heen te laten gaan en terwijl ik haar mond op en neer zie gaan, bedenk ik bij mezelf ‘om hoe laat is het kind vandaag opgestaan?’ en ‘om hoe laat zou de moeder het kind hier dan wel niet willen laten opvangen?’ Voor mijn geestesoog verschijnen al die kinderen die van zeven uur ’s morgens tot half zeven ’s avonds bij ons in de opvang verblijven. Ik stel vast dat het een aantal zijn. Ik vraag me af welke relatie zij met hun ouders hebben. Als de mond van de dame stopt, schraap ik mijn keel en geef ik haar de raad mijn coördinatrice te contacteren. Ze neemt haar biezen en stormt het lokaal uit, haar kind in tranen achterlatend.

    20-02-2016, 16:51 Geschreven door Leonie  
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Archief per week
  • 14/03-20/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 15/02-21/02 2016

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs