1976 Kabul
Het was eindelijk
winter. Wie zegt winter zegt vakantie. Wat ik nu ga zeggen had ik zonder
gevolgen voorspeld. Ik dacht dat het een gebeurtenis was in Kabul zoals een ander,
maar blijkbaar niet. Dit was het begin van een geheim die ik altijd voor mijn
eigen heb gehouden tot vandaag. Mijn dienaar en ik kwamen terug van de cinema
wanneer plots achter ons Assef en zijn twee vrienden verscheen. Ze wilden
vechten denk ik, ik weet het eigenlijk niet. Maar toen begon mijn dienaar mij
te verdedigen zoals gewoonlijk en Assef en zijn vrienden kregen schrik en
gingen weg. Maar hij zei nog: we krijgen jullie nog te pakken. Enkele weken
later was het de grote vliegertoernooi in Kabul. Ik was nog tamelijk goed met
het behendigen van de vlieger. De jaar daarvoor was ik zelfs derde geëindigd. En
dat jaar was het zo ver ik was gewonnen! Baba was heel fier op mij. Maar het belangrijkste
bij de vliegertoernooi is het terugvinden van de laats doorgeknipte vlieger. Daarin
was mijn dienaar super goed in, hij wist waar de vlieger ging neerstorten
zonder naar de hemel te kijken. Ik liet hem dus achter de laatste vlieger
zoeken. Maar een uur later was hij nog altijd niet terug dus ging opzoek naar
hem. En dan, wat ik zag heeft voor goed mijn leven veranderd. Assef en zijn
vrienden hadden hem te pakken gekregen en voor de keuze gesteld; ofwel geef je
mij nu die vlieger ofwel verkracht ik u: zei Assef. Mijn vriend als goede
dienaar dat hij was wou de vlieger niet geven en liet zich verkrachten. Ik had
hem kunnen helpen maar deed het niet. Ik wou dat Baba nog meer fier was dat ik
de laatste vlieger terug had gevonden. Ik bleef dus achter een hoek kijken hoe
mijn vriend verkracht werd. Sindsdien heeft alles veranderd. Zonder redenen wou
ik niet meer bevriend zijn met hem. Ik deed er alles om hem van mij weg te
hebben. Ik pestte hem zeg maar, ik wou dat hij mij haatte. Maar mijn vriend als
goede dienaar dat hij was bleef mij maar verder bedienen alsof er niets aan de
hand was. Het was echt de beste dienaar op de hele wereld. Maar op een moment
was ik het beu en ik wou dat hij weg ging. Daarom zette ik op een dag de
horloge die mijn vader mij gekocht had voor mijn veertiende verjaardag onder
zijn bedkussen. Daarna ben ik geweest gaan zeggen tegen mijn vader dat de
dienaar mijn horloge had gestolen had. Mijn vader heeft me altijd gezegd dat
stelen de ergste zonde was. Ik wist heel zeker dat hij mijn dienaar en zijn
vader, de dienaar van mijn vader, aan de deur ging zetten. Maar toe hij mijn
dienaar in zijn bureau riep om hem te vragen of hij mijn horloge had gestolen
antwoordde hij: ja gewoon om mij te beschermen. Baba antwoordde tot mijn
grote verassing: ik vergeef u. De vader van mijn dienaar antwoordde daarop
dat het niet erg was omdat ze toch gingen vertrekken omdat het onmogelijk begon
te worden om in zulke omstandigheden verder te leven. Mijn vriend had hem
eigenlijk gezegd wat er allemaal gebeurd was. Op die dag was ik mijn enige
echte vriend verloren. Een vriend die ik nooit zal vergeten.
|