Liefde, Ik noem je mooi Ik noem je teder Ik noem je lief een zachte veder Ik noem je goud en ongekend Omdat jij zo onmisbaar bent
Tederheid, Tederheid, jouw hand in de mijne streelzachte blaadjes van een ontluikene bloem goudkleurige randen van een laatste herfstblad, vlekkige sneeuw onder je voeten. Tederheid druk je uit in een blik, een aanraking, een gebaar, een zachte kus. Tederheid een woord van de zoete dromen.
Een droom, een nachtmerrie, een illusie misschien. Een zoeken naar wat je niet eens kan zien. Overtuigd dat zij toch moet bestaan. Zoek ik de bloem die past bij haar naam. Radeloos verbonden met een ideaal. Vraag ik teveel? Is dit nog normaal? Bestaat zij wel echt, ergens ik weet niet waar. Onbereikbare liefde, breng me bij haar. Onmacht, woede, frustatie en stille hoop. Kon ik maar weten waar ze ergens schuilt. De vrouw van mijn leven die vaak om me huilt. Bestaat ze wel echt, of is het een droom. Ik wordt er haast gek van, ik raak op de dool. Wie weet wacht ze wel ergens op mij. Het is nu te laat, ik ben niet meer vrij.....
Je hartje zo licht, je lichaampje blauw. Gewekt door de morgen met parels van dauw. Uit de hele natuur kies ik jou telkens weer. Omdat je zo klein bent, zo lief, zo teer. Je kleurt onze tuinenen met groepjes van honderd. Dan kijk ik je aan, verrast en verwonderd. Want er blijft er maar één, mijn echt favorietje. En dat ben jij.....mijn vergeet-mij-nietje.
Ik hoop dat je een engel bent geworden.
Ook al kan ik jou dan niet meer zien.
Op vleugels, kun je naar de wereld komen.
Zo kom je ook eens bij mij misschien.
Ik weet dat ik jou nu niet meer kan horen.
Al zal een heel zacht zuchtje van de wind.
Mij troosten en verwachtingsvol doen denken.
Dat jij daar bent, dat ik jou toch weer vind.
Ik weet dat ik je niet meer aan kan raken.
Toch geeft het zonlicht mij nog het gevoel.
Dat jij je warmte aan mijn huid laat komen.
En dat ik met jou liefde wordt omspoeld.
Een oud echtpaar ging naar bed. Op het nachtkastje twee bakjes met tanden. Vol liefde keek de man haar aan. En streelde haar rimpelige handen. Hij sprak : "al zoveel jaren, zijn wij gelukkig meid, geloof me als ik zeg, ik wil je voor een miljoen niet kwijt". Dat weet ik jongen, zei de vrouw : "ook jij bent niet te koop, zelfs niet voor een miljoen, al is dat nog zo'n hoop". Ze zeiden welterusten. Hij gaf haar een zoen. En fluisterde , "is de deur op slot? Want hier ligt voor twee miljoen!!!
Als regendruppels vallen. In de kilte van de nacht. En ze langzaam trasformeren. In vlokjes wit en zacht. Als de velden wit gaan kleuren. In een wintermooie vacht. Voel ik mij zo leeg vanbinnen. Zonder jou m'n stille kracht. Vroeger was de winter vol van leven. Sneeuw gaf mij zo'n goed gevoel. Maar ik kan er niet meer tegen. Sinds ik jou liefde niet meer voel.
Een foto van ons droopke Je kan eigenlijk er al aan zien dat hij toen echt aan het achteruit gaan was. En het andere fotootje(een gif bestandje)dat iemand voor mij gemaakt heeft, maar spijtig genoeg zie je het zwart hondje onze Spike er niet zo goed op staan.
Haar kopje trots in de lentebries. Haar sappige stengel stevig rechtop. Broertjes en zusjes om haar heen. Maar allen nog geluidloos in de knop. Wel eenzaam in haar kracht ontloken. Teer en lichtjes in de natuur. Heb ik bewondering voor dit sprietje. Omdat het krachtig is en puur. Ze doet me bovendien denken. Aan iemand die ik van de spiegel ken. Hoe kan zo'n peutertje der bloemen. Mij zoveel voldoening schenken
Terug iets over vrienden en bomen van Eugeen Laridon
Bomen moet je dromen ze zijn te groot voor onze ogen te hoog, te diep, te rond om ze voluit te zien en wie een vriend herleidt tot wat hij van hem ziet heeft hem al uit het oog verloren. Ik weet niet welke dag God de vriendschap schiep. Misschien was 't wel dezelfde dag waarop hij ook het weer opliet. Want, wie komt zonder vriend, door weer en wind ? Want, hoe zouden mensen woorden vinden vrienden worden was daar niet tij en ontij als inrij-tijd.
Wat is het heerlijk te ervaren. Dat ergens iemand aan je denkt. En ongevraagd je laat genieten. Van iets waaraan men aandacht schenkt. Een briefje, slechts weinig woorden. Maar met inhoud die het doet. Een ansicht, soms in haast geschreven. Waarbij je even slikken moet. Een handdruk of een schouderklopje. Een zwaai van ver, een lief gebaar. Het zijn zo van die kleine dingen. Maar "groot" aan waarde voor elkaar.
Mijn naam is Maryse mijn beroep is bediende mijn hobby's zijn : het maken van powerpoints af en toe een goed boek lezen en wandelen in de natuur.
Mijn dank voor de gekregen Vriendschaps Awards
Het eeuwige leven, Wat jij voor mij betekent zal niemand ooit begrijpen Iwil mijn liefde aan jou geven tot de laatste dag van mijn leven ik hoop je nooit te verliezen Omdat ik denk dat ik dan voor het eeuwige leven zal kiezen.....
Bang, Stukje bij beetje begin ik te zien diegene die ik eigenlijk al zo lang ben die ik zelf van binnen al zo lang ken die ik al die tijd heb verborgen omdat ik bang was dat diegene iemand was die eigenlijk niemand was