Ploegsteert is een dorp in de Belgische provincie Henegouwen en een deelgemeente van de Waalse stad Komen-Waasten. Ploegsteert is een landelijk dorpje, in het uiterste westen van de gemeente, op de weg van Mesen naar Armentiers in Frankrijk.
Een tweetal kilometer ten zuiden van de dorpskern ligt het gehucht Le Bizet. Dit gehucht ligt tegen de Franse grens, en maakt deel uit van de stedelijke bebouwing van de Franse stad Armentiers.
Het Bos van Ploegsteert (Frans: Bois de Ploegsteert) is een bos nabij het Belgische dorp Ploegsteert in de gemeente Komen-Waasten. Het ligt ten noorden van het dorpscentrum en is een van de grootste aaneengesloten bossen in de omgeving. Het bos bestaat uit twee grote delen. Een westelijk stuk, ten oosten van de weg van Ploegsteert naar Mesen (N365), is het Bois de la Hutte, genoemd naar de plaatsnaam "La Hutte". Dit stuk ligt op de zuidelijke flank van de ruim 60 meter hoge Rozenberg. Het oostelijke deel ligt deels op grondgebied Ploegsteert en deels op grondgebied Waasten. Dit stuk wordt Bois du Gheer genoemd, naar het gehuchtje Gheer aan de oostrand van het bos. Dit bos ligt ten zuiden van de heuvelrug, in de vlakke grond op anderhalve kilometer van de Leie. In het bos bevinden zich talrijke militaire begraafplaatsen en restanten van de Eerste Wereldoorlog
Château Breuvart
Op de hoogten van de Hutte berg ziet men de ruïnes van het Breuvart kasteel. Hij werd bij het begin van de vijandelijkheden in 1915 vernield. Dit rijkelijk verblijfoord, 2de verblijfplaats van een belangrijke familie uit Armentières, diende als uitkijkpost voor het Britse leger voor en na zijn vernieling.

Prowse Point Military Cemetery
Prowse Point Military Cemetery (Ploegsteert in België) werd genoemd naar Brigadier-General Prowse, die in juli 1916 stierf als bevelhebber van de 11th Infantry Brigade, en die zelf op Louvencourt Military Cemetery begraven is. Charles Bertie Prowse gaf zijn naam aan een boerderij op die plek, Prowse Point Farm. Bij deze boerderij hielden in oktober 1914 het 1st Batallion Hampshire Regiment en het 1st Batallion, Somerset Light Infantry stand tegen de oprukkende Duitsers, waarbij hij een bijzonder heldhaftige rol gespeeld schijnt te hebben. De begraafplaats werd gebruikt van november 1914 tot april 1918. Er liggen 159 Britten, 13 Australiërs, 42 Nieuw-Zeelanders, 1 Canadees en 12 Duitsers begraven. In het nabijgelegen bos Ploegsteert Wood liggen nog meerdere kerkhoven.

Kerstbestand 1914
In het volle zicht van de vijand werden velddiensten gehouden zonder dat er een schot werd gelost. Beide partijen zwaaiden naar elkaar en enkele moedige soldaten liepen het niemandsland in om elkaar te begroeten. Aanvankelijk vormden zich kleine groepjes, vervolgens steeds grotere, totdat op sommige plekken honderden soldaten bij elkaar stonden. Er werden handen geschut, men bood elkaar een vuurtje aan en wisselde geschenken uit: sigaretten, Duitse worsten en sigaren, ingeblikte hutspot, tabak, familiefotos en Londense kranten. Op diverse plaatsen in België vonden dit soort verbroederingen plaats. Vermoed wordt dat het Kerstbestand op tweederde van het Westfront in acht werd gehouden. Het bestand duurde minstens tot het einde van Tweede Kerstdag. Op sommige plaatsen duurde het tot de jaarwisseling of zelfs tot ver in januari 1915. De legerleidingen waren fel tegen deze pax noel. Een spontaan bestand was uiterst ongewenst en tastte de discipline aan: de soldaten konden immers gaan denken dat de vijand ook maar een mens was. Het zorgvuldig opgebouwde vijandsbeeld moest koste wat kost in stand worden gehouden. Niemand had ook gedacht dat de spontane Kerstvrede lang zou aanhouden. Al spoedig begon het te regenen, de modder keerde terug en de stemming sloeg om. De legerleidingen kregen hun zin: de soldaten keerden weer terug naar hun loopgraven en de strijd zou spoedig weer worden hervat. De Eerste Wereldoorlog zou na Kerstmis 1914 nog zon kleine vier jaar duren en nog vele honderdduizenden slachtoffers eisen. Toch was er even vrede op aarde geweest. De geweren en kanonnen verstomden een moment. Even was er plaats voor het Kerstfeest, voor een beetje kameraadschap en menselijkheid. Per slot van rekening deelden de soldaten dezelfde ellendige levensomstandigheden en doodsdreiging.

Memorial For The Missing
Het Ploegsteert (in het Engels vaak vermeld als Plug Street) Memorial to the Missing staat centraal op Berks Cemetery Extension in Komen-Waasten (Comines-Warneton). Het memoriaal (met een diameter van 21 m en een hoogte van 11, 73 m) werd onthuld op 7 juni 1931 door de toenmalige hertog van Brabant, de latere koning Leopold III van België. Het Ploegsteert Memorial to the Missing bevat een lijst van 11 447 vermiste Gemenebestmilitairen, afkomstig van de volgende veldslagen in de omgeving: Armentières, Aubers Ridge, Loos, Fromelles, Estaires, Hazebrouck (deel van de Slag bij de Leie), Scherpenheuvel (ook deel van de Slag om de Leie) en Outtersteene Ridge. De tekst op het memoriaal: Aan Gods glorie en de nagedachtenis van 11 447 officieren en manschappen van de strijdkrachten van het Britse Rijk, die vielen in de strijd gedurende de jaren 1914-1918 tussen de rivier Douve en de steden Estaires en Veurne, wier namen hier staan vermeld maar die, in tegenstelling tot hun dode kameraden, door oorlogsomstandigheden een gekend graf en een eervolle begrafenis bleven ontzegd. Het memoriaal bevat de namen van drie Victoria Cross gelauwerden: Sapper William Hackett, Private James MacKenzie en Captain Thomas Tannatt Pryce, die vanzelfsprekend ook geen gekend graf hebben.
|