Als twee honden vechten voor een been, dan loopt een derde er mee heen. Het is een oud gezegde. Het zou wel eens van toepassing kunnen zijn op de Amerikaanse verkiezingen dit jaar. Dat zou minstens historisch zijn. Het is immers van 1850 geleden dat een verkozen president niet of democraat of republikein was, de twee honden waar het om gaat. Buiten de eerste president van de VSA, George Washington, werd nooit een onafhankelijk kandidaat gekozen. Maar nu de polarisering zo hoog oploopt, ligt het midden klaarblijkelijke helemaal open voor een derde kandidaat.
Wat er bij de republikeinen aan de hand is is stof voor een reeks studies. De partij is zo democratisch dat ze op het punt staat iemand te nomineren waar trouwe partijleden geen heil in zien. Een voormalige vriend en financier van de Clintons sleept wellicht de nominatie voor de Grand Old Party, de GOP, in de wacht. De partij die door satellietzenders als Fox news al jaren de Democraten verwijt veel te politiek correct te zijn, wordt nu omvergeblazen door iemand die de partij hetzelfde verwijt aansmeert. Het zijn in wezen niet de bizarre en onrust stokende uitspraken van Trump die de leiding van de GOP zorgen baart, het is vooral het feit dat iemand die men niet onder controle heeft, het laken naar zich toe zou trekken. Een republikeinse president doet immers wat de partij wenst en een democratische president dient te vuur en te zwaard bestreden. Maar wat moeten republikeinen met Trump als president? Die kan je niet bestrijden, maar die doet ook niet wat de leiding wenst dat hij zou doen.
Voor de democraten lijkt er minder aan de hand. De absolute partijcorryfee, Hillary Clinton, lijkt goed op weg de nominatie binnen te halen. Dat moet toch blijken uit Super Tuesday, onlangs op 1 maart. Bernie Sanders maakt het haar moeilijk en kon een aantal staten binnenhalen, maar hij zou geen echte bedreiging vormen. Vraag is of dat wel zo is. Sanders lijkt vooral te scoren bij jongeren en de grote vraag is wat grote staten als New York en Californië gaan doen met iemand als Sanders. Als hij in New York, een staat waarvoor Hillary Clinton de senaaatszetel warm hield, toch zou scoren, dan is de race niet over en zal het spannend blijven tot 7 juni, de primary in Californië.
Hoe dan ook: van Sanders wordt gezegd dat hij links is. Iemand die zichzelf een socialist noemt is volgens politicologen onverkiesbaar in de VSA. Het roept teveel weerstand op. Maar dat laatste kan zeker ook gezegd worden van Clinton. Nogal wat mensen, ook van democratische signatuur, weigeren ooit op Clinton te stemmen. Ook sprekend: het idee van een eerste vrouwelijke president blijkt niet te passen op het hoofd van Clinton. Blijkbaar zien kiezers er geen vrouw in
Voor het eerst sinds lang kan er zich dan ook een onafhankelijk kandidaat nestelen tussen de democraten en de republikeinen. In het verleden waren er ook kandidaten die niet tot één van beide klassieke partijen gerekend konden worden. Maar die manifesteerden zich dan vooral nog rechtser dan de republikeinen (laatst gekend voorbeeld was Ross Perot) of links van de democraten (met de groene Ralph Nader als meest recente voorbeeld). Nu ligt er een gat tussen de klassieke partijen en er is een kandidaat opvuller.
Michael Rubens Bloomberg. De man achter het financiële informatiebedrijf Bloomberg, de oud burgemeester van New York, één van de rijkste mensen van Amerika en van de wereld. Deze man heeft geen voorcampagne via primaries en caucuses nodig. Deze man kan zelf zonder veel omhaal enkele miljarden op tafel leggen en wordt op die manier in één keer een relevante uitdager voor Trump en Clinton. Van deze man kan Trump niet zeggen dat hij geen bedrijfservaring heeft zoals hem. Van deze man kan Clinton niet zeggen dat hij geen bestuurservaring heeft zoals haar. Bloomberg was democraat voor 2001. Hij werd toen als republikein burgemeester van de stad zonder twin towers (na de charismatische Rudy Guliani). Vanaf 2007 beschouwt hij zichzelf als onafhankelijke. Hij spreekt zonder twijfel een groot kiespubliek aan.
Zal Bloomberg kandidaat zijn? Op 23 januari 2016 zou hij gesteld hebben dat hij het overwoog. Insiders menen dat indien Trump en Sanders de genomineerden zouden blijken, Bloomberg zich graag kandidaat zou stellen. Indien het niet Sanders maar Clinton zou blijken te zijn is de kans niet onbestaande dat Bloomberg toch niet in de race zou stappen. Hij zou dan vrezen om stemmen van Clinton af te nemen en zo de rode loper uit te rollen voor Trump.
Het is alvast de laatste weken heel stil rond Bloomberg. Blijkbaar wacht hij om te beslissen tot duidelijk wordt wie bij de partijen het laken naar zich toe zal trekken. Misschien wordt dat nog een reden voor mensen om in de voorverkiezingen dan toch maar te stemmen voor Sanders?
Dat Syrië de ultieme proxy war is waarbij grootmachten via derden onrechtstreeks tegen elkaar in het strijdperk treden, dat is een open deur intrappen. De Russen steunen Assad en vechten op die manier op Syrische bodem tegen Daesh dat gesteund wordt door soennitische regimes in de regio - om Turkije en Saoedi-Arabië, twee groeilanden, niet bij naam te noemen. Maar ook de aartsvijand van de Russen doen mee. De Amerikanen, minder hun Westerse bondgenoten, kiezen ronduit voor de Koerden. Zeker in Irak, en eigenlijk ook in Syrië. Daarmee hebben we de grote drie kampen genoemd: het Assad-regime met steun van de Russen, de Koerden met steun van de VSA en Daesh met niet-officiële assistentie van diverse Soennitische islamistische regimes in de buurt.
Die drie groepen hebben dan nog te maken met milities die wel eens van kamp durven te wisselen. Een aantal noemen zich 'het Vrije Syrische leger' maar zijn in wezen niet veel meer dan huurlingen die op basis van de windrichting en de steun uit het Westen hun kamp voor de dag kiezen.
Het spreekt voor zich dat de multiculturele smeltkroes in het Midden-Oosten niet wel vaart bij deze toestand. Als er al ooit een einde aan de oorlog in Syrië komt is de kans groot dat het land geen Christenen, Alawieten, Jezidi, ... meer kent. Joden hebben al eerder het onzekere voor het wanhopige gekozen.
Men mag zich dan terecht afvragen waarom grootmachten - voor zover die term vandaag nog een lading dekt - zich laten meelokken in een proxywar. Een snelle blik op de beurzen en ietwat studiewerk moeten toch voor de neutrale waarnemer intussen duidelijk gemaakt hebben dat 'olie' niet het antwoord op de vraag kan zijn. Toen Koeweit door de VSA in bescherming werd genomen, zal olie geen onbelangrijke factor zijn geweest. Maar de totale oorlog tegen Sadam Hoessein tien jaar later had al niet veel meer met olie te maken. Vandaag is olie hoogstens een inkomstenbron die aan Daesh een relatief stabiele inkomstenbron biedt. Geen motor voor conflict.
Maar waarom dan toch inzet van zoveel militair materiaal in Syrië? Het strategisch belang van de regio? Zeker wel, maar niet afdoende als verklaringsgrond. Het lijkt immers in de feiten onmogelijk dat één partij het pleit volledig zou kunnen winnen. De proxywar wordt bovendien voor een groot deel afgeremd door externe partners dan aangevuurd. De Amerikanen en de Russen streven naar een staakt-het-vuren, niet naar een overwinning.
De waarheid lijkt te zijn dat de 'grootmachten' zich laten meeslepen in een conflict dat draait rond diepe historische spanningslijnen in de regio die altijd weer de kop opsteken maar klassiek gepacificeerd werden door een broos machtsevenwicht. Er is vooral de quasi natuurlijke spanning tussen sjiieten en soennieten. Dat is een enorm relevante spanning waarbij ook groepen die daar in wezen niet veel mee te maken hebben - zoals alawieten, in wezen niet echt sjiieten - verplicht worden kamp te kiezen. In het Westen denken we soms te snel dat de Irak-Iran oorlog al lang achter ons ligt. Nochtans is de angst die in een land als Saoedi-Arabië bestaat voor het sjiietische gevaar onmeetbaar groot. Men voelt zich omsingelt door de Houti in het Zuiden (ook al allesbehalve echte sjiieten), sjiieten uit Bahrein in het Oosten, het door Amerikanen tot sjiisme omgetoverde Irak in het Noord-Oosten en dus het Alawitische regime van Assad in het Noord-Westen.
Maar het is niet de enige spanningslijn. Het bestaan van grote Koerdische minderheden in Iran, Irak, Syrië en Turkije en hun trieste geschiedenis van vervolging, ook cultureel, zeker in Turkije, maakt dat deze nogal links-geïnspireerde bevolkingsgroep ook een motor is van strijd.Vanuit een quasi verzelfstandigde regio in Irak wordt de droom van een eigenstandig land dat alle Koerden omvat, gevoed. En dat zorgt voor gewelddadige oprispingen bij de Turken die het einde van het Ottomaanse rijk nooit hebben verteerd en in plaats van te verkleinen (zonder het Koerdische gedeelte) eerder dromen van vergroten (Syrië was ooit onderdeel van het roemrijke Ottomaanse verleden).
De angst bij Saoedi-Arabië en Turkije maakt dat ze zich - zeker in het recente verleden, mogelijks minder vandaag - hebben bezondigd aan het steunen van radicale soennitische elementen in Syrië. Zij zijn dan ook de motor geweest van het geweld. Alvast de startmotor. Intussen draaien die soennitische radicalen met een grote influx van jihadisten vanuit de gehele wereld vlot op eigen kracht. Het bestaan van een aan Al Qaida gelinkt Jabhat al Nusra naast een Daesh, beiden met quasi dezelfde agenda en geloofsovertuiging, zou wel eens te verklaren kunnen zijn vanuit die twee achtergronden. Want Turken en Arabieren, die kunnen elkaar vinden, maar die beginnen vroeg of laat ook weer ruzie te maken met elkaar.
Een trigger is wellicht de situatie in Egypte geweest. Een klassieke conflictlijn is immers ook die tussen Moslimbroeders en wahhabieten. Moslimbroeders willen een islamitsche staat met een kalief aan het hoofd, op lange termijn. Wahhabieten willen zo ongeveer hetzelfde, maar dan wel onder een koning van de familie Al Saoed. Wat er met Musri in Egypte is gebeurd heeft beide groepen naar elkaar toe gedreven en doen besluiten dat elkaar bevechten niet een goed idee is. Ze hebben de handen in elkaar geslagen om de gemeenschappelijke vijanden, het Westen en het sjiisme, te bestrijden.
Wat vandaag jihadisme wordt genoemd komt uit het salafisme. Die term verwijst naar de vrome voorvaderen, de eerste generaties moslims die de profeet nog hebben gekend. Velen denken dan ook dat het een eeuwenoude stroming binnen de islam betreft. Dat is het niet. Het salafisme ontstond vooral in een periode waarbij moslims gekoloniseerd werden. Het salafisme had als bedoeling om de Arabieren terug hun trots te geven en weerstand te doen bieden ten aanzien van de kolonisator. Daar is de haat ten opzichte van het Westen, die al sinds de Kruisvaarders bestond, nogmaals aangewakkerd. Maar vooral, daar is een beweging ontstaan die Arabieren het gevoel geeft dat zij heer en meester dienen te zijn over hun eigen grondgebied en hun heilige plaatsen. Het is dan ook in grote mate contradictorisch dat in Syrië haast geen Syriërs strijden maar soldaten uit alle windstreken. Net dat triggert de grote landen om betrokken te raken, om te bombarderen. Niet Daesh maar de Tsjetsjeense, Belgische, Franse, Australische, Amerikaanse en alle andere jihadisten wekt bezorgdheid in Rusland, VSA en vele Europese hoofdsteden. Dat is wellicht een belangrijke reden om niet afwachtend toe te blijven kijken op de groei van Daesh. Men grijpt in. En dat is dan weer een voedingsbodem voor het gevoel bij Arabieren om zich te verzetten. Inderdaad, een vicieuze circel.
Brexit: waarom ook de voorstanders tegen Europa moeten stemmen.
Belgen zijn klassiek pro-Europees.
Dat betekent in concreto dat alle Belgische politici behalve die van Extreem-Rechts per definitie voor Europa zijn en bijgevolg meewarig kijken naar het Britse referendum. Het is dan ook bon ton om over Cameron vandaag te stellen dat hij een groot risico neemt - zeker nu ook Boris Johnson zich in het neen-kamp heeft geïnstalleerd. Met name de Vlaamse Christen-democraten zijn grote Europeanen en dus per definitie gericht op een verdere Europese integratie. Ex-premiers Dehaene en Martens hebben Europa mee uitgebouwd en hun gedachten beïnvloeden vandaag nog steeds mensen als Marianne Thysen om altijd maar de verdediging van Europa op te nemen.
Dat is in zekere zin common sense en tegelijkertijd ook bizar.
Het is common sense in die zin dat zeker inwoners van kleine landen zoals België heel veel baat hebben met lidmaatschap van de Europese Unie. Nogal wat problemen vandaag zijn te groot geworden voor een land zoals België. Of het nu gaat om de oorspronkelijke gedachten achter de ontwikkeling van Europa (vrede en veiligheid via economische integratie) of het gaat om tewerkstellingsbeleid, onderzoek en ontwikkeling of het milieu, het wordt in landen als België allemaal gestuurd via Europa. België profiteert in belangrijke mate van schaalgrote, van uniformisering op economisch vlak, van afzetmarkten, ... Bovendien is België ook gastheer voor Europese instellingen waardoor er netto ook heel wat van de investeringen in de EU quasi rechtstreeks weer terugvloeien naar ons land. Voor grote landen ligt dit anders. Die denken makkelijker om zonder de Unie verder te kunnen. Die menen, zeker als het eilanden betreft, hun eigen boontjes te kunnen doppen. Daar is de Unie sneller een externe macht die zich moeit.
Voor Belgen is Europa een zegen. Een soort van deus ex machina. Een vreemde mogendheid die ons komt helpen. Die zich bemoeit met onze onontwarbare knopen en richting geeft. Een begroting raakt sneller op orde omdat het moet van Europa. Het pensioendebat passeert makkelijker vakbondsprotest omdat Europa dat vraagt. Zelfs onnozele edoch niet onbelangrijke problemen zoals de varkensmest (-en pest) zijn uiteindelijk in grote mate onder controle geraakt... omdat het moest van Europa.
Toch blijft het bizar dat Belgische politici zich geen vragen stellen bij een spilzieke organisatie die maandelijks volksverhuizingen organiseert tussen Straatsburg en Brussel en zich bemoeit met de kleinste details van natuur tot cultuur. Een organisatie die intern slecht georganiseerd is en niet in staat is om politieke impasses (bv. de verhuis tussen Straatsburg en Brussel) ooit op te lossen, is dat dan echt de beste wissel op de toekomst? Europa bewijst dagelijks dat het echte crisissen zoals de vluchtelingencrisis niet de baas kan. De hervormingen van de financiële sector zijn een lachertje ondanks de crisis op de financiële markten vanaf 2008. Een Grexit moest vermeden worden door de Grieken zelf - onder druk van Duitsland. Dat mag zeker geen Europese overwinning genoemd worden.
Als Europa geen problemen kan oplossen maar zich wel dagelijks bemoeit met ons leven, waarom blijven Belgische politici zich daar dan toch steeds op richten als ware het een heilige koe? Het antwoord is kort: TINA. There is no alternative. België kan haar problemen niet de baas. Ze overstijgen het land. Zowel op veiligheid als op andere vlakken. Dus moet Europa leiding geven. Er is op dat vlak geen alternatief. En dus nemen we de eigenaardigheden van Europa er graag bij.
Maandelijkse verhuizingen, ondoorzichtige beslissingsprocedures, geen echte oplossingen voor zeer echte problemen, ... het is nogal wat. Misschien is een Brexit de aanleiding om het Europese huis eindelijk te hervormen waardoor situaties en procedures uitgeklaard kunnen worden. Dat is alvast hoog nodig. Want onze toekomst ligt in Europa. Dan kan Europa ook maar beter klaar zijn om die toekomst ter harte te nemen. Hopelijk helpen de Britten ons daarmee...