Dag 1
Ok, dan. Ik geef het eerlijk toe. Het had dit keer heel wat
extra voeten in de aarde om onze 20ste editie van de
laatstejaarsreis te laten doorgaan. Ik herinner me nog de reis van 2016, enkele
dagen na de aanslagen in Brussel. Uiteindelijk vertrokken we op de valreep
toch. En dat terwijl twee dagen ervoor de reis van de vijfdes naar Parijs wel
gecanceld werd. Niet iedereen vond dat ons dat gegund moest worden. Maar dit
keer was het helemaal ongezien. Bijna de hele wereld in ‘lockdown’ en wij
gezellig naar Barcelona?
Wellicht wordt er later een parlementaire
onderzoekscommissie over opgestart, maar feit is, minister Weyts gaf ons heel
uitzonderlijk de toestemming om te vertrekken! Er waren uiteraard enige
belemmerende voorwaarden: voldoende mondkapjes en WC-papier meenemen. Maar na
20 edities kijk je daar niet meer van op. Weet je, er was een tijd, lang
geleden uiteraard, dat het zelfs niet eens verboden was om Dafalgan te geven
aan leerlingen met koppijn. We hebben al vanalles meegemaakt de voorbije jaren.
Eigenlijk zou er eens iemand een boek over kunnen schrijven…
De zesdejaars dolgelukkig, natuurlijk. Je had dat moeten
zien vanmorgen om 6 uur op de parking van Salons Mantovani! Niet alle ouders evenwel
waren er gerust op. Tja, zo’n Barcelonareis, je weet altijd wel waaraan je
begint, maar dat is het dan ook. Er gebeurt elke editie wel iets onverwachts.
Zoals die keer dat we al buspech hadden tussen Oudenaarde en de E17…
De busrit verloopt vrij vlot. Weinig verkeer in Frankrijk.
Heel weinig verkeer, zelfs. Het was dan ook geen probleem om Vincent Van
Hooland achter het stuur van bus 2 te zetten tot in Reims. Ik postte ook wat
foto’s op mijn facebookpagina. Dat was wel even schrikken. Het was meteen
duidelijk dat niet iedereen het kan appreciëren dat wij op reis mogen.
Ik hou van het landschap tussen Rijsel en Reims. Golvend
landschap. Reikhalzend kijk ik uit naar een glimp van de kathedralen van
Saint-Quentin en Laon.
Verdorie, nu heb ik mijn picknick op de keukentafel laten
liggen. Buschauffeur Kristiaan is echter onverbiddelijk. Er mag dit jaar niet
gestopt worden om eten te kopen langs de autosnelweg. Er wordt in één ruk
doorgereden tot aan de Flunch in Avignon. Gelukkig heeft Jolien extra tapas mee.
En Tom is zo verdiept in zijn boek ‘Historisch denken over bronnen.’ dat hij
niet merkt dat ik enkele van zijn sandwiches opeet.
De wijnstokken op de champagnevelden ogen nog kaal.
In de namiddag steekt Kristiaan een film op: ‘Virus’, een
Amerikaanse sciencefiction-horrorfilm uit 1999. Buitenaardse wezens beschouwen
de mens op aarde als een te bestrijden virus. Tijd voor een sequel? Avignon is
nog ver. We zijn intussen in Bourgondië. Een eind verder ligt de abdij van
Cîteaux. ‘Onze’ heilige Bernardus trad er in in het jaar 1113. Ik overweeg de
microfoon te nemen om de leerlingen op bus 2 hiervan op de hoogte te brengen.
Toch doe ik het niet. Al hun aandacht gaat voor het ogenblik naar de cyborgs op
de televisieschermen.
‘Aan uw linkerkant ziet u in de verte de Mont Ventoux!’ We
naderen Avignon! Stad van pausen, een beroemde brug en een jaarlijks bezoek aan
de Flunch. Naar jaarlijkse gewoonte neem ik de ‘Couscous aux 3 viandes’ voor
6,50 euro. Daar kan niet veel verkeerd mee gaan. Guy zorgt voor de wijn en de
jetons voor de koffie.
Er staat nog een avondwandeling op het programma door het
historische centrum van Avignon. Gelukkig geraakt ook de dubbeldekker tijdig
onder alle bruggen door! Neen, dit jaar regent het niet. Vredig stroomt de
Rhône onder de Pont Saint-Bénézet door. We doen een dansje onder de brug.
Op de ‘Tour de l’Horloge’ slaat de Jacquemart intussen al 23
uur. Er is nog net even de tijd voor een afsluiter op het terras van het Opéra
Café. ’t Is frisjes. Zal de zon morgen schijnen?
|