9 april: Tucumcari (New Mexico) - White Rock (New Mexico)
Wat een ruimte, wat een landschap en zelfs cultuur hebben we gekregen op dit vrij jonge continent. Hoe moet ik eraan beginnen om dat op papier te zetten?
Nadat we voor de eerste maal op camping gaan staan zijn en alle aansluitingen ontkoppeld hebben, vertrekken we rond half tien voor dag 7. Onze eerste week loopt op zijn einde.
Een zalig lentezonnetje vergezelt ons op onze tocht doorheen het mesaland. New Mexico ligt in het zuiden van de VS en is een staat van betovering. Het is een staat zo groot als Italie maar met nog geen 2 miljoen inwoners. Dus dun bevolkt maar rijkelijk goed gemaakt met een onvergetelijke natuur. Het is een oase van rust met landschappelijke bijzonderheden en eeuwenoude Indiananwoningen zorgen daarbij voor een portie cultuur.
De eerder geziene rommel in de vorige staten vinden we ook hier terug. Maar ja, er zijn geen containerparken. Hoe moeten de inwoners hun afval dan kwijt!
Al snel doorkruisen we een onbeschrijfelijke natuur. De tafelbergen zijn monumentaal aanwezig in allerhande pasteltinten gaande van beige over zachtroze naar aardekleur. Door de erosie laten ze een gerafelde indruk na en die erosie toont zich zowel horizontaal als vertikaal. Het kleurenspectrum bestaat niet uit de gebruikelijke kleuren van de regenboog maar groen, roze in alle schakeringen en goudgeel zijn alom tegenwoordig. En een helderblauwe hemel zorgt voor de afwerking van het kleurenspel. Ik schiet op een ganse dag merr dan honderd foto's zodat mijn chauffeur begint te zeggen dat ik in herhaling ga vallen. Maar ik ben zo onder de indruk van al dat natuurgeweld dat ik het me niet kan laten.
Loodrechte banen zonder eindpunt zijn onze partner en het is blijkbaar dat we alleen op de wereld zijn. Op een ganse voormiddag kruisten ons hooguit vier auto's. Hier moet een mens tot rust komen. Af en toe moeten we met ons rijdend huis grote molshopen verwerken maar dat nemen we er graag bij want de goudgele vlakten met groene toefjes eisen al onze aandacht op.
Dat de staat dun bevolkt is, had ik al vermeld. Wel, hier is dat duidelijk te merken. We ontwaren in de verte een eenzaam huis en nadien, mijlen verder, nog een! Wat moet dat voor die bewoners droevig zijn om daar dagelijks alles alleen te moeten doorbrengen! En de jeugd! Geen uitgangsmogelijkheden, geen Culturele centra, geen of weinig contact met leeftijdsgenoten. Hoe zouden zij dat ervaren?
Na de vlakten komen de bergen ons tegemoet. Twee cols mogen we verwerken om te eindigen op een hoogvlakte op 2 200 meter gelegen. Op de goudgele vlakte na is er niet veel te bespeuren maar het komt zo sereen en rustgevend over. Op die hoogte zien we in de verte voor de eerste maal de besneeuwde toppen van de Rocky Mountens. Ze zorgen voor een mooi wit intermezzo in een wereld van warme tinten.
De namiddag vulden we met culturele waarnemingen. Santa Fe, de hoofdstad van deze staat, is een stad die onder geen enkel beding mag overgeslagen worden. Vooreerst voor de mooie kathedraal waar het oudste Mariabeeldje van de VS een plaatsje gekregen heeft maar anderzijds ook voor de bouwstijl van de huizen. Adobe is de naam die demantel dekt. Adobe is de naam voor een bouwmateriaal dat reeds bij de oorspronkelijke bewoners gebruikt werd. Het bestaat uit leem, stro en water maar heeft niet de stevigheid van beton. Het grote voordeel is dat het hitteafstotend is en daarom dan ook veel gebruikt wordt in warme gebieden. De muren moeten minstens een halve meter dik zijn om het dak te kunnen dragen. Meestal hebben ze maar een verdieping. Deze aardbruine gebouwen met afgeronde hoeken geven Santa Fe een heel apart voorkomen. Op de Plaza, onder en galerij, zitten een ganse rij Indianen die pogen een centje bijeen te krijgen door het verkopen van allerlei pluralia. In de stad zelf ontwaren we eveneens Indianen ofwel op zoek naar werk, ofwel wat rondslenterend. Zo te zien hebben ze een zielig bestaan. De canyonroad was een wandeling waard. Een aaneenschakeling van adobehuizen die allen, zonder een enkele uitzondering, kunstwerken tentoonstelden. Ofwel beelden, ofwel schilderijen, mobieltjes, alles was er te koop maar over deprijs zullen we maar zwijgen. Een mens vraagt zich af wanneer ze daar iets van verkopen.
Na uitgebreid kennis gemaakt te hebben met dit juweeltje van een hoofdstad zijn we doorgereden tot White Rock. Hier zouden we overnachten om morgen van hieruit een uitstap te maken.
Na een frisse nacht waren we wel blij dat de zon snel van de partij was. Al dadelijk waren we op temperatuur en met volle moed vlogen we erin.
Al snel makan we kennis met de terra cota kleur van de omgeving. De kleuren zijn subliem en hopelijk vervoegen ze ons op onze tocht doorheen dit immense land. Heel even dacht ik aan het liedje van Brel: le plat pays qui est le mien. Oorspronkelijk reden we nl. door een immense vlakte tot het landschap plotseling een andere mening toegedaan was. De vlakte ging over in een heuvelachtig uitzicht doorweven van roestkleurige tinten. Enkele kale bomen met grillig gevormde takken zorgden voor de nodige variatie. Eigenlijk was ik blij dat de bladeren nog niet te bespeuren waren. Zo genoten we van die spookbomen tegen een azuurblauwe achtergrond en dat zorgde voor een gans speciaal effect.
Oospronkelijk dacht ik dat de Amerikanan niet milieubewust leefden maar die mening moet ik herzien. Het is vnlk in de supermarkten dat daar niets van te merken valt. Ze gooien met de plastiekzakken naar je hoofd. Maar eens de grens van New Mewico over verandert alles snel. De boodschappentassen worden gehalveerd en de windmolenparken rijzen uit de grond.
Bij een stop in Shamrock, een dorp op de route 66, volgt er een ware fotoshoot van al hetgeen er nog te bezichtigen is vanuit de tijd van toen; beschilderde gevels, oude auto's in alle staten en noem maar op. Tijdens onze dorpwandeling worden we regelmatig nagewijfd door de vriendelijke bevolking. Ze vinden het fantastisch dat we van zover komen om hun land te bezoeken. Het kan misschien oppervlakkig zijn maar geeft ons toch een goed gevoel.
Op weg naar Groom, een picknickhalte, maken we kennis met een ingestorte aardbodem. De roze aardkorst is zodanig aan erosie onderhevig dat er meerdere canyons voorkomen in alle mogelijke pasteltinten. Wat kan de natuur toch wondermooi zijn.
En nadien rijden we terug verder naar het eindpunt van deze dag. We verlaten Oklahoma en doen onze volgende staat aan nl. texas. Door tijdsgebrek nemen we alleen het bovenste gedeelte van de staat mee, de zogenaamde hoed. Maar ik mag wel zeggen dat Texas een feesthoed opgezet heeft. Zo schitterend was er de natuur. Een enkele voetganger, geladen en gepakt, trekt onder een brandende zon verder en dat langsheen een druk bereden baan. Van waar hij komt en waar hij naartoe gaat, p ik weet het niet maar ik zou niemand aanmoedigen tot zulk een avontuur.
Onder een wolkenloze hemel rijden we verder, richting New Mexico. De goudgele vlakte is bestrooid met honderden kleine, gele struikjes die voor een aangename aflossing zorgen. In de verte ontwaren we de eerste tafelbergen. Zo te zien zijn ze gedekt met een donker tafelkled. Enkel schaarse boompjes zorgen voor het nodige relief. Tot aan het eindpunt van vandaag kijken we op een eindeloze baan. Zo ver we zien kunnen alleen maar asfaltbaan omgeven door een grandioos landschap. Gouden vlakten bezaaid door bosjes donkergroene struiken zorgen voor de nodige variatie. Her en der een verloren boom die met zijn uitnodigende takken wacht op wat vezelschap. Een uniek zicht.
Aan de grens van New Mexico mogen we ons uurwerk weer een uur achteruit draaien en dan wordt het uurverschil met het thuisfront min negen. Het is er een zalige temperatuur en we halen de nodige documentatie op in het visitor center op de grens. D e staat ziet er heel boeiend uit en dat beloofd voor de volgende dagen.
De avond sluiten we af in een steakrestaurant en zo moeten we niet zelf koken. En de drank is e niet duur. Een fles wijn van anderhalve lieter kost er evenveel dan 0,75 cl en onze keuze was dan ook snel gemaakt.
Edgardsville in Illinois naar Joplin in Missouri: 12graden en droog maar tegen de avond regen.
Bij het ontwaken zien we een flauw zonnetje door de wolken priemen. OK, het komt in orde vandaag. De dag begint met hetgeen we gisteren niet afgewerkt kregen; een bezoek aan St louis bekend om zijn Gateway Arch. Inderdaad, gisteren zijn we in het donkere een overnachtingsplek gaan zoeken en werden daarbij geholpen door 4 herten die holderdebolder voor de camper kwamen lopen. Het was laat en daarmee hebben we nu een achterstand in te halen.
Om St Luis te bereiken moeten we de Mississipiriver over die meteen de grens vormt tussen de 2 hierboven genoemde staten. Van ver stond de arch te glinsteren in het zonnelicht en het grijze, glimmende staal stond in schril contrast met de helblauwe lucht. Jawel, die kleur bestaat hier af en toe maar niet voor lang. In 1965 werd die roestvrije stalen boog gebouwd als aandenken aan president Jefferson en is gelijk een gedenkteken voor de trek naar het westen van de VS. Hij heeft een hoogte van 192 meter en aan de basis is hij eveneens 192 breed. Van ver is hij te bezichtigen en weerspiegelt in meerdere moderne constructies in de omgeving. De Cathedral Basilica of Saint Louis, bekend om haar unieke mozaieken stond volledig in de steigers en we hebben dan het bezoek afgerond met een stadsbezoek. De tijd drong want we hadden nog heel wat op het programma staan en wilden nu 's avonds wel vroeger op de overnachtingsplek zijn.
Via goed bereidbare banen, evenwijdig aan de route 66, die we trouwens vorig jaar volgde reden we verder. De wegreuzen snorden ons voorbij. Vrachtwagens met aan elke zijde 8 wielen deden de chauffeurs goed hun stuur in de handen houden.
Stilaan werd het landschap glooiend en zowaar groener. Zit er nu echt wat verbetering in het weer, ik vraag het me af maar heb mijn twijfels. De lucht trekt dicht en vult zich geleidelijkaan met zware regendruppels. Tegen de avond kregen we dan het gevreesde. Maar geen nood. We geven onze ogen de kost en genieten van de pannenkoeken rotspartijen die de baan afboren. Allen in mooie zachte kleuren. In de weien komen hoe langer hoe meer zwarte koeien en kalfjes testaan, in alle mogelijke maten. De kleintjes zochten nog dekking bij de mama maar allen smuldenze van het frisgroene gras. Hoe dichter bij onze volgende staat Oklahoma, hoemeer runderen. De kleuren inde natur krijgen geleidelijk aan meer variatie. Groen, veelkleurige runderen, goudkleurige grassen, hier en daar een kreek. Het was genieten. Maar we zaten nog steeds met een waterprobleem in de camper. Tot Wim een lumineus idee kreeg om te stoppen aan een campingg. Die moeten toch op zondag open zijn, opperde hij. En gelijk had hij. Zijn gelaat lichte op wanneer hij de camper aan het vullen was met dat hemelse water. We moeten geen leentje buur meer spelen en kunnen heerlijk douchen. Hoe zalig was dat.
Intussen hebben ook al geleerd dat er hier met de boetses, geen gasboetes maar echte, niet gelachen wordt. Rij je een arbeider aan dan mag je 10.000 dollar ophoesten en voor het weggooien van afval betaal je 1000 dollar. Deden ze dat maar in Grimbergen. Dan zou het sluikstorten wel drastig minderen.
Zo, dat is het voor vandaag. Morgen rijden we destaat Oklahoma binnen en gaan we weer nieuwe zaken ontdekken. Tot dan.
Het begon al vanmorgen. Om 5,30 werden we gewekt en dat na de lange dag van gisteren. Een klein uur later werden we opgepikt om naar het afhaalpunt van de camper te rijden en voordien moesten we nog ontbijten. Onze eerste Amerikaanse pancake met alles erop en eraan was amper binnengeslokt en het busje reed al aan voor de Best Western. In al mijn haast val ik daar plat op de buik in het midden van de gang. En nu komt het.... Vermits we voorzagen dat het middagmaal heel laat zou plaatsgrijpen, had ik mijn te kleine handtas voor zulk geval, vol gepropt met allerlei lekkers van de ontbijttafel zoals: voor elk een potje yoghurt, confituurtjes, banaan enz. Het vervolg van het verhaal kunnen jullie al raden zeker! onze reispassen zijn roze gekleurd en smaken naar aardbei. De vouchers hebben een bananenkleur en de weinig waardevolle spullen zijn in de prullunmand beland. Maar ... de bus hebben we gehaald.
De twee uur durende rit zagen we veel grijze wolken, uitgestrekte grauwe gebieden waar de sneeuw maar pas verdwenen was en talrijke bomen met natte voeten. Volgens het verhaal van een local is de sneeuw nog maar net verdwenen. En de sporen en resten waren nog duidelijk zichtbaar. Maar het leverde mooie prentjes op met velden vol water, bomen die weerspiegelden in dat grauwroze nat. Daartussen mooi verzorgde huizen of kleine kastelen in hout zoals we hier veel zien. Die panden dan omringd door uitgestrekte tuinen, wanneer we dat nog zo kunnen noemen.In die tuinen hun kitcherige stenen beelden. Het hoort bij het land. Zo zie je maar dat we niet altijd zon moeten hebben om van een omgeving tegenieten. En zon, ja, wat is dat weer? Die warme gele bol is hier momenteel van de aarde verdwenen. In de plaats ervan worden we verwend door een ijzige wind, veel wolken, alle tinten grijs en af en toe een verfrissende bui. Maar er is verbetering op komst! Of is het om ons te paaien? Wat ik nog vergeet; een trein met zo maar even 103 citernes achteraan stond vertrekkensklaar. Op alle gebied wil men hier de grootste zijn,
In Middelburry aangekomen worden we door vriendelijkpersoneel ontvangen. Vermits we met velen zijn worden we naar verschillende plaatsen geloodst voor de introductie van de camper. Tussendoor drinken we een koffietje op zijn Amerikaans: in plastieken bekers. En hier volgt de volgende zet van de dag. Het is Wim zijn beurt. Met het bekertje in de hand zoekt hij een vrije stoel en terwijl toont hij voor iedereen zijn kunnen. Het zou zonde zijn om de beker te laten vallen en drukt er op om hem goed vast te houden. Zijn hand krijgt een bruine douche van dat lekker vocht en zijn mouw mag er mee van genieten. En 1 keer was niet genoeg en graag herhaalt hij zijn nummertje tot hilariteit van zijn omgeving.
En dan komt het! Welk huis wordt ons toegewezen? Joepie! Zowel onze vrienden als wij hebben de eer om in het grootste model de States te mogen onveilig maken. Tien meter lang is ons huis met slaapgelegebheid voor 6tot 7 personen. En dat voor ons twee. Wat een luxe. Aan de buitenkant een grote zonnetent, tot hier toe weliswaar tegen nattigheid, maar we leven op hoop. De zijwand kan bij het stoppen naar opzij worden geschoven. Ruimte zat voor een feestje. Jullie moesten het eens zien. Onze twee mannen, zo fier als een pauw achter het stuur en hopen dat ze alle palen en bomen laten staan.
Na 2 uur uitleg wij op pad. Intussen was het al half drie! Vandaar mijn hamstergedrag bij het ontwaken. Onze magen protesteren en de Walmart wordt leeg geplunderd. Maar de reisleider doet ons op onze honger blijven zitten tot 18 uur want we moesten eerst het eindpunt van de dag halen; KOkomo. Maar, hier ons volgend verhaal. Het is geen 18 uur maar 19 uur. We zitten intussen in de staat Indiana en in de tijdzone een uur verder. Wat heeft dat avondmaal gesmaakt!
Nadien waren we uitgenodihd bij het gezelschap op een drink van de gastvrouw voor haar verjaardag. En nu komt HUN verhaal. De snufjes van de camper worden uitgeprobeerd en bij het verbreden van hun huis op wielen ondervinden ze enige tegenstand. Wat was er gebeurd? Hun voorraad rode wijn was tussen het systeem gesukkeld en blokkeerde alles. Maar met het nodige duw- en trekwerk is het hen gelukt om alles in goede banan te leiden. We hadden zelfs de keuze tussen rode wijn die het spektakel overleefd had en bubbels . Die keuze was snel gemaakt!
Rond 23 of was het uiteindelijk toch 24 uur keeden we snel naar ons eigen onderkomen terug. En daar het volgende probleem: onze voorraad water was het wegdek aan het poetsen en de voorraad was geslonken tot 1/3. Snel alles dicht gedraaid en morgenochtend zal ons eerste werk zijn om naar de helpdesk te bellen die het probleem moeten oplossen. We verkiezen nu onze bedstee waar het lekker warm is. Morgen staat er een lange dag op het programma waar nog een stukje aangebreid zal worden. Niettegenstaande alles hebben toch genoten van dit wel speciale avontuur.
Het is zover, het avontuur kan beginnen. De koffers zijn klaar, het vervoer naar en van luchthaven is geregeld en alle paperassen zijn hopelijk in orde. Ons vrienden hebben een vroegere lift dan wij en zullen op ons wachten in de vertrekhal. Maar vermits het vertrekkende aantal passagiers op 34 000 staat is het misschien niet slecht dat wij ook wat vroeger vertrekken.
Stipt op tijd stond onze taxivrouw aan de deur en de verplaatsing naar de luchthaven verliep vlekkeloos. Niettegenstaande de drukte verliep het inchequen naar behoren, op een hakkefietje na. Wim had volgens een nogal nerveuze toerist zijn plaatsje in de file afgesnoept en die gast aanvaardde het niet. Vermits agressie in het verkeer tot niets leidt zou dat hier ook niet lukken en hebben beide heren het trachten in der minne te regelen.
En dan begon het wachten! Drie uur op de luchthaven tot eindelijk het "momemt supreme" aangekomen was en we mochten instappen. Wat was de ontgoocheling groot toen we te horen kregen dat de deur niet dicht ging. Ja, met open deuren vliegen was ook geen goed idee. Volgens de gekregen info moest er eerst naar de USA gebeld worden om naar een oplossing te zoeken en dat duurde wel even. Pas met twee uur vertaging zijn we kunnen vertrekken.
De vlucht verliep naar wens. Veel was er niet te zien door het dikke wolkendek. Pas boven Canada brak dat dikpak watte open en kregen we een wit landschap voorgeschoteld. Dichtgevroren rivieren meanderden tussen bevroren velden en de straten vormden een wit lint in een landschap dat bibberde van de koude. Willy, een reisgenoot had hoog water en moest in afzondeing. Maake eveneens gebuik van een opfrisbeurt en daar kwam de eerste verstrooidheid piepen. Voldan keerde hij terug naar zijn plaats zich van niets bewust. Pas veel later zocht hij naar zijn bril. En vermoedelijk lag die indat kleine plaatsje. Een eerlijke reziger was die aan het personeel gaan geven en oef! Hij kon terug zien hoe mooi of minder mooi de hostessen wel waren.
Met nog een vertraging van anderhalf uur landden we op een immense luchthaven. Nadat we terug op vaste grond waren heeft ons gevleugeld vervoer nog een kwartier gereden alvorens we mochten uitstappen. Wat is onze nationale luchthaven klein bier tegen zijn Amerikaanse broeder!
En nu wachtte onze eerste kennismaking met het continent maar dat werd een flop. Zo maar even drie uur hebben we braaf in fe file gestaan voor de paspoortcontrole. En dat in dat georganizeerde Amerika. Amaai mijn frak, zou de Antwerpenaar opperen. Intussen was het veel te laat om Chicago nog in te trekken. Het was ijzig koud en een snijdende wind blies door alles heen. Al zeer lang waren we uit de veren en morgenochtend worden we al om 6 uur opgepikt om ons rijdend huis op te halen. Onder ons vieren hebbenwedan het laatate avondmaal van deze dag gebruikt en nu wens ik aan alle lezers een zalige nachtrust.
Ja, lang thuis blijven zit er bij ons niet in. Daarvoor ontdekken we te graag andere continenten.
La Palma is nog maar net verteerd en de twee HAO's of hyper actieve oudjes hebben al andere plannen gesmeed.
Voor de derde maal op rij gaan we een splinternieuwe camper van oost naar west rijden in de USA. We vertrekken iets boven Chicago nl. aan het Lake Michigan en drie weken later moet dat rijdend huis te San Francisco ingeleverd worden.
Toen we het bericht kregen dat het ons terug zou lukken is Wim in actie geschoten. Aan de hand van al het mogelijke materiaal en moderne middelen werd een eerste route opgemaakt maar die vonden we niet zo denderend. Omdat het nog vroeg op het seizoen is moeten we meer zuidwaarts rijden want het water, wel te verstaan het water van de camper, zou kunnen bevriezen en dat willen we vermijden. Route twee werd opgemaakt. Maar dat was ook niet wat het moest zijn. En vermits alle goede zaken uit drie bestaan werd het volgende ontwerp goedgekeurd. We zijn niet teveel over de toegestane 4800 km gegaan die we als geschenk krijgen, de route maakt een brede bocht zuidwaarts en we zijn tijdig op de plaats van afgifte.
Tot daar het werk van de "routeplanner" en nu kwam mijn werk eraan. Ik doorzoek het internet om alle leuke dingen die we op onze weg tegenkomen alle eer aan te doen en het zijn er heel wat. Niet zodanig aan de oostkant van ons traject maar vanaf Texas loont het blijkbaar echt de moeite. Vermoedelijk zal het een fijne en leerrijke ervaring zijn en we kijken er beiden naar uit.
Voor de eerste maal gaan er ook vrienden mee die zulk een aanbod op de kop kunnen tikken hebben en samen gaan we het avontuur tegemoet. Het zal misschien moeilijker zijn om een dagelijkse aflevering van mijn blog door te sturen maar ik zal alvast mijn uiterste best doen om jullie, samen met ons, de reis te laten volgen.
Jawel, jullie hebben gisteren geen leesvoer gekregen. Wij zijn nl. onze laatste week ingegaan en de overbelasting van mijn knie verplicht me om het enkele dagen rustiger aan te doen. We gaan ons laatste bezoek laten genieten van de verscheidenheid van het eiland en hopen hier volgend jaar te kunnen terugkeren.
Niettegenstaande het mindere weer en het dagelijkse zoeken naar de juiste plek om te ontdekken is het fijn geweest.
Dank aan al diegenen die onze uitspattingen gevolgd hebben.
Weg met de wandelboekjes en hoera voor de wandelkaart! Wat hebben we de laatste dagen toch weer steeds nieuwe wandelingen kunnen ontdekken op die kaart. Niet te geloven. De topwandelingen van de boekjes hebben we allen gehad en zijn nu blij toch nog steeds andere horizonten te verkennen.
Bij ons vertrek was er een enorme drukte aan de cooperativa van de bananen. Hoe kan het anders op dit eiland. 82% van de economie draait hier rond bananen. We vonden het de moeite waard om eens halt te houden en te gaan loeren hoe het er allemaal in zijn werk ging.
Vervolgens waagden we ons vandaag nog eens aan de oostkant van het eiland, gekend voor wolken en regen. Maar wat zagen we? In het westen verschenen al snel wolken en aan de andere kant van het eiland scheen de zon. We hadden er dus goed op gegokt om naar Mazo te vertrekken. Onze twee padvinders stippelden een wandeling uit en daar gingen we weer. Al van bij het begin mochten we van die hellingen beklimmen waar La Palma zo rijk aan is; steil, vol grote en kleine rotsblokken en her en der wat kiezels. Maar ik wilde en zou er geraken. De omgeving was weer totaal anders en ik denk niet dat er 1 m² onbegroeid was. Na ongeveer 650 meter constant klimmen hadden we zicht op de luchthaven. Stel je daar wel niet teveel van voor. Een vernieuwde luchthaven met vrij korte landingsbaan en de vliegtuigen moeten er nooit in de file moeten staan. Vandaag was er slechts één te zien en voor de rest was het de kalmte zelve.
En wij maar verder klimmen,foto's op de harde schijf schieten en onze ogen gebruiken.
Eens gedaan met klimmen overleggen we voor de terugweg. De zon, die voor een ganse dag beloofd was, had zich weer achter diezelfde dikke wolk verborgen en het was merkelijk frisser. Daarbij hield mijn knie geen stand en begon hij hoe langer hoe meer te protesteren. Het besluit was dan vlug genomen. We kozen voor een lange afdaling maar veel minder steil dan de andere. De wandelstokken deden hun werk en na een kleine vier kilometer over een waterkanaal te lopen bereikten we ons beginpunt. Dat kanaal bulkte van de begroeiing en de bloemenweelde er rond. We moesten een brugje over een diepe kloof oversteken dat een uniek inkijkplaatje bood. Een uitgesneden rivierbedding vol dikke geërodeerde keien en een veelkleurige rotswand. In Mazo aangekomen wachtte er ons alweer een fameuze klim om tot bij de auto te geraken. Wat was ik blij dat ik die zag staan en ik zal het morgen maar heel rustig aan doen zodat ik toch nog kan genieten van onze laatste vakantieweek. We gaan morgen trouwens ons laatste bezoek verwelkomen en samen met hen wat uitbollen.
Vandaag vertrokken we richting noordwesten waar we deze vakantie nog niet veel op ontdekkingstocht waren geweest. Het is een gebied waar het al eens wat minder weer kan zijn maar we wachten braaf af want volgens onze chauffeur panikeren de vrouwen veel te snel. Na een uur rijden en het nemen van talrijke bochten die heel dicht mekaar opvolgen bereikten we eindelijk ons uitgangspunt, Centro de Visitantes de Zarra.
Al van bij het uitstappen voelen we dat het er merkelijk frisser is dan bij ons maar geen nood! We hebben warme kledij in de rugzak en bij ondervinding weet ik dat we snel zullen opgewarmd zijn. En dat was ook zo. Een stevige klim door een erg groen gebied en de eerste laag vloog alweer de rugzak in. Verder klimmen tot een 1200 meter en de andere lagen kregen ook hun oorspronkelijke plaats terug. En waar we met een dicht wolkendek vertrokken waren begon zowaar de zon haar kracht te gebruiken om dit open te scheuren. Op slag oogde alles veel lieflijker en de talrijke struiken met witte bloempjes staken mooi af tegen die "blauwselblauwe" lucht.
De begroeiing was hier weer anders dan op andere plekken van het eiland. Wel waren er nog de prestigieuze Canarische dennen waarvoor ik blijf in bewondering staan maar daarnaast hadden we een struikgewas dat er veel ruwer uitzag dan op lager gelegen gebieden. Waarschijnlijk is dat een natuurlijk beschermen tegen de weersomstandigheden die daar al eens harder overkomen. Hun overweldigende bloei met witte bloempjes scheen net kantwerk. En in de verte zagen we het observatorium nog omgeven door het wit kleed van een week geleden. Teken aan de wand dat het er niet warm is!
En wij maar stappen: helling op en helling af terwijl we onze ogen de kost gaven. Vandaag was het de dag van de holle wegen. Onbeschrijflijk speciaal. Een wirwar kan takken en stammen, krom en scheef en allen begroeid door een dikke laag mos. Net een spookbos en het had iets heel bijzonders. Het was wel oppassen geblazen omdat de ondergrond bezaaid lag met blaadjes die alle oneffenheden verstopte. Leve mijn wandelstokken!
De dag verliep zoals we het graag hebben: heel veel nieuwe paden allen om ter mooist, bijna geen toeristen en een zalig weertje. Een paar kilometer voor het einde moesten we een keuze maken en we kozen met z'n allen om er een lus aan te breien. En wij verder op stap maar dat pad was niet meer bewegwijzerd. En toen staakte de techniek eveneens. De batterijen van de GPS waren plat en het werd natte vingerwerk. En dat juist toen we een barranco door moesten vol met van die holle wegen. Wim, onze diesel, was warm gelopen en wist niet van stoppen. Aan een snelheid werkte hij dat parcours af. En net nu dat ik graag veel foto's zou gemaakt hebben. Maar ja, dan geraakte ik hopeloos achterop en heb het maar zo gelaten. Was wel blij dat ik terug wat lucht zag en de wandeling kon afronden. Maar daar liep het even mis. Op het einde dachten we de verkeerde richting gekozen te hebben, keerden terug en vonden het juiste pad niet meer. Eén enkele auto kwam langs en ik was er als de kippen bij om wat uitleg te vragen. Want intussen was het heel wat frisser geworden en zouden we blij zijn aan de auto te geraken. Dat is dan uiteindelijk gelukt en we konden in een warme auto huiswaarts keren.
En nu bleek dat we vandaag weer een zak vol geluk gekregen hadden. Van bij de start zaten we al dadelijk in de wolken, we kregen regen en van de omgeving was er niets meer te zien. Oospronkelijk dachten we dat er in ons gebied een weldoend zonnetje zou schijnen maar ook dat was niets. Regen tot thuis en alles grijs en grauw. We hadden dus de juiste kant gekozen om te gaan stappen en voor morgen is het afwachten geblazen.
Oorspronkelijk dachten we nog een dagje rust in te lassen maar het begon alras te kriebelen. Echt warm was het niet maar we trokken er toch op uit en kozen voor een rustig tochtje. In het achterhoofd staat in koeien van letters opgeslagen dat het in puerto de Tazacorte het warmste plekje van het eiland is en dat werd onze bestemming. Langsheen een haag van bananenplantages, die ons al wuivend verwelkomden, daalden we geleidelijk aan af. Maar eens goed vertrokken begon de baan andere snuiten te trekken en mochten we een afdaling verwerken van 25%. Op zich niet erg maar we wisten wel dat het in omgekeerde richting andere koek zou zijn.
De talrijke vijgenstruiken die het eiland rijk is begonnen hun groene lentetooi te tonen en op sommigen gingen al heel wat vruchten. Door de wind waren de duizenden bananenbladeren in flarden gescheurd en de trossen bananen hingen kapklaar. En.... hoe meer we afdaalden, hoe warmer het werd. Dat deugddoende zonnetje streelde onze huid.
In de haven aangekomen was het een drukke bedoening met het klaarmaken van de visserssloepen. Leuk om eens gade te slaan en onvoorstelbaar hoe die stoere vissersbonken op een slag en een wip hun boot klaar hadden om de woeste oceaan te trotseren. Vermits er hier alleen met een lijn mag gevist worden, stonden die dan ook loodrecht naast mekaar te wachten op hun lokaas.
Na een tijdje trokken we verder en met zicht op zee spraken we onze picknick aan. Onze boterhammetjes belegd met lekker klaargemaakte avocado en Palmese tomaatjes. Ze smaakten heerlijk.
En dan begon de terugweg via alweer dat heel steile gedeelte. Van koude was geen sprake alhoewel de lucht meer en meer dichttrok. Na een tijdje stappen kwamen we bij een huis waar Wim drie jaar geleden naar de 112 gaan bellen was voor een vriend die een ongeluk had. We wandelden toen midden de bananenplantages op een éénmanspaadje waar er niet met een auto door te komen was. En toch stond daar zeer snel een dokter en verplegers met het nodige materiaal. Men is hier op alles voorzien. En wonder boven wonder herinnerde de eigenares van dat huis Wim zijn persoon nog en we hadden samen een leuke babbel. Bij het vertrek werden we uitgenodigd om volgend jaar terug aan te bellen en, met lege handen naar huis gestuurd worden bestaat op het eiland niet. Ze gaf ons een tros bananen met een smaak die je bij ons in geen enkele fruithandel vindt. Dat was leuk meegenomen.
Terug aan ons vertrekpunt besloten we om naar de voorbereidingen te gaan kijken voor de carnavalsfestiviteiten. Men had daar een tribune opgetimmerd precies of er ging een optreden plaatsgrijpen van Tomorrowland. En niet alleen op het podium waren ze hun beste danspasjes aan het bovenhalen maar ook de nieuwsgierige kijkers konden niet stil blijven staan. Het Spaanse bloed danste en sprong in alle richtingen.
Wanneer we dan uiteindelijk toch thuis beland waren, heb ik nog even voor wat spektakel gezorgd. Tijdens een skype sessie had ik het fornuis aangestoken om al wat voorbereidingen voor het avondmaal te voorzien. Aangezien een vrouw normaal gezien kan multitasken was het bij mij toch even fout gelopen. Ik was vergeten dat er iets op de keramische plaat stond en plots had ik letterlijk de vlam in de pan. Ik rende met dat vuurwerk naar buiten en het water heeft het in de fik gaan van ons huisje gered. Wanneer we nu nog die verbrande kookpot in orde krijgen, mogen we blij zijn.