Naar aanleiding van uw
klacht heeft de Zorginspectie een niet-aangemeld bezoek op 21 december 2010 en
een aangemeld bezoek op 23 december 2010 gebracht aan het zelfstandig
kinderdagverblijf Kleine Bloem. De verantwoordelijke, Christophe Verschaeve,
werd met de inhoud van uw klacht geconfronteerd. Het inspectieverslag is
momenteel beschikbaar. Graag breng ik u op de hoogte van de bevindingen
hierbij.
Over het klachtelement rond de
personeelsinzetverneem ik uit het inspectieverslag dat uit nazicht van de
uurroosters en de bespreking met de verantwoordelijke, de inspecteur vaststelde
dat de opvang van 7 uur tot 8.30 uur en van 16.30 uur tot 18 uur door 1 persoon
gebeurt, dit omdat er op deze momenten weinig kindjes aanwezig zijn. Het kan dus
zijn dat u bij het brengen voor 8.30 uur of het afhalen na 16.30 uur, 1
personeelslid zag, maar tussen 8.30 uur en 16.30 uur worden er in de opvang, zo
wijst het onderzoek uit, 2 personeelsleden ingeschakeld.
Over het klachtelement inzake communicatielegde de
verantwoordelijke uit dat men in de opvang aan ouders steeds een eerlijke
communicatie wil geven over het dagverloop van hun kindje. Wat de manier waarop
dit gebeurt betreft, zou het de verantwoordelijke sterk verwonderen dat er
gereageerd wordt zoals in de klacht omschreven werd. Naast de mondelinge
communicatie wees de verantwoordelijke er op dat er ook een
heen-en-weerschriftje wordt gebruikt dat als een belangrijke aanvulling wordt
gezien op de mondelinge communicatie met ouders. Het heen-en-weerschriftje van
uw kindje werd aan de inspecteur voorgelegd.
In verband met het klachtelement rond de hygiëne/verzorging
lees ik in het inspectieverslag dat de verantwoordelijke ontkent dat er in de
opvang maxi-cosis gebruikt worden in het algemeen. De verantwoordelijke legde
uit dat men een bepaald kindje soms gedurende de dag in de maxi-cosi legde om
het rustig te laten worden. Hij vermoedt dat dit in de maxi-cosi lukte omdat dit
het kindje waarschijnlijk een knusser gevoel gaf. Hij voegde er echter aan toe
dat men het kindje in de dag niet in de maxi-cosi liet slapen. Als dit kindje in
de maxi-cosi slapend toekwam, maakte men het wel niet wakker en liet men het in
de maxi-cosi liggen tot het zelf wakker werd. Op overige momenten, zo verneem
ik, gebruikt men steeds kinderbedjes om de kindjes te laten slapen.
Wat het klachtelement rond de
voeding betreft noteerde de inspecteur dat er inderdaad een fout is begaan
in het heen-en-weerschriftje van uw dochtertje toen men op 25 november 2010
schreef dat er een voeding om 11 uur werd gegeven maar men de eerste flesvoeding
niet noteerde. Dat bij de aantekening van de tweede flesvoeding niet is
opgemerkt dat de eerste voeding niet was genoteerd, kon de verantwoordelijke wel
begrijpen, zo lees ik. Hij legde uit dat op zon moment schriftjes van
verschillende kindjes open liggen en dat men de vergissing dan niet meer zal
opgemerkt hebben. De verantwoordelijke verklaarde dat de eerste flesvoeding moet
gegeven zijn tussen 7 uur (het aankomstmoment) en 7.30 uur omdat volgens het
heen-en-weerschriftje uw dochtertje sliep van 7.30 uur tot 10.45 uur. Uit het
inspectieverslag verneem ik dat de duurtijd dat uw kindje sliep laat vermoeden
dat zij geen honger had maar inderdaad al een eerste flesvoeding had gekregen.
Daarnaast ontkende de verantwoordelijke in dit verband dat er maar 2 van de 3
flesjes werden gebruikt. Hij legde hierover uit dat u voor uw kindje 3
gesteriliseerde flesjes meegaf en een doos melkpoeder maar geen vooraf afgewogen
porties. Het water van de bereiding van de flesvoeding komt van de opvang zelf.
Na het geven van de flesvoeding, zo wordt mij meegedeeld, wordt elke fles
gereinigd en terug meegegeven aan de ouders. Verder verklaarde de verantwoordelijke, bij het klachtelement dat
de voorziening geen moeite doet om de kindjes het nodige voedsel te laten
opnemen, dat men de kindjes in de opvang niet forceert om alles uit te drinken.
Hij deelde mee dat u zelf al de opmerking had gemaakt dat men in de opvang de
voeding bij uw kindje er niet moest induwen maar dat u haar dan thuis wel zou te
eten geven. De verantwoordelijke legde uit dat men in de opvang in de mate van
het mogelijke de vaste uren probeert te volgen maar dat men een kindje niet
wakker zal maken omdat het tijd is voor een voeding. De verantwoordelijke gaf
aan dat u wat dit betref in het heen-en-weerschriftje schreef je mag gerust
wachten tot 8.30 uur of langer als ze nog slaapt.
Over het klachtelement rond de onjuiste informatie
verneem ik dat de verantwoordelijke erkende dat de informatie op de website een
ganse tijd verouderd was. Omdat de opvang de website niet in eigen beheer heeft,
werd dit over het hoofd gezien, maar ondertussen zijn de nodige aanpassingen
gebeurd. De verantwoordelijke gaf ook mee dat de schriftelijke overeenkomst met
de ouders het enige officiële document is dat geldig is inzake de afspraken. De
informatie op de website is enkel bijkomend bedoeld, maar de verantwoordelijke
stelde wel te begrijpen dat het nodig is dat de informatie overeenstemt.
De Klachtendienst besluit op basis van
de vermelde bevindingen dat sommige elementen uit uw klacht zijn betwist. De
Klachtendienst gebruikt de term betwist wanneer op basis van al de verzamelde
elementen met betrekking tot de klacht, het verhaal van de klager tegenover dit
van de beklaagde staat, zonder dat er een objectief element aanwezig is die het
ene of andere verhaal kan bevestigen. Het uitgangspunt welke de Klachtendienst
hierbij hanteert is dat er evenveel waarde wordt gehecht aan het verhaal van de
klager als aan het verhaal van de persoon waarop de klacht betrekking heeft.
Dit was het geval voor de klachtelement
rond de personeelsinzet, de communicatie, de hygiëne/verzorging en de voeding.
In dit kader stelde de inspecteur dat tijdens zijn bezoek er geen elementen
werden vastgesteld die de klachtinhoud konden ondersteunen.
Hoe dan ook, de Klachtendienst is van mening dat de
bespreking van deze onderdelen van uw klacht op zich voor de verantwoordelijke
een duidelijk teken is dat wij uw bekommernis ernstig nemen.
Het andere element uit uw klacht is daarentegen wel gegrond.
De Klachtendienst gebruikt de term gegrond wanneer op basis van al de verzamelde
elementen met betrekking tot de klacht, hetzij er een objectieve basis aanwezig
is waaruit blijkt dat de klachtinhoud wordt bevestigd hetzij de klachtinhoud
door de persoon waarover de klacht gaat, wordt bevestigd. Dit was concreet het geval voor de klachtelement over de onjuiste
informatie.
Hierbij wil ik u in
herinnering brengen dat de Klachtendienst zelf geen voorzieningen opvolgt. Dit
wordt gedaan door het dossierbeheer van de provinciale afdeling. Om die reden
zal de Klachtendienst kopie van deze eindbevinding aan dossierbeheer meedelen.
In het kader van de opvolging zal
dossierbeheer dit ter kennisgeving aan de opvang meedelen en indien op basis van
het inspectieverslag onregelmatigheden worden vastgesteld, zal dossierbeheer dit
evalueren en hieraan een passend gevolg verlenen. Indien u wil weten welk
gevolg de provinciale afdeling van Kind en Gezin hieraan zal verlenen, neem
gerust contact met hen op. Dit kan op onderstaande gegevens : K&G PA West-Vlaanderen Koning Albert-I-laan nr 122/3 8200 Sint-Michiels (Brugge) Telefoon: 050 44 65 50 Fax:
050 33 45 02 E-mail:
west-vlaanderen.secretariaat@kindengezin.be Openingsuren: 8u30 - 12u00 en 13u - 16u30 (vrijdag tot 16u)
Indien u wenst om de integrale weergave
van het inspectieverslag te lezen, kan u, in het kader van de openbaarheid van
bestuur, een volledig afschrift van het inspectieverslag opvragen. U richt
hiervoor een schriftelijk verzoek naar de juridische dienst van Kind en Gezin,
tav de heer Frank Wouters, Hallepoortlaan 27 te 1060 Brussel. E-mail kan ook op
het adres openbaarheid@kindengezin.be. In uw verzoek vermeldt u uitdrukkelijk dat u een kopie wenst van
het inspectieverslag n.a.v. uw klacht, alsook uw naam en adres en de gegevens
van de opvang.
De Klachtendienst sluit
hierbij uw dossier af.
Als u meer
informatie wenst over de behandeling van uw klacht kan u mij op het nummer 02
533 14 14, of per mail op Nicole.Seynaeve@kindengezin.be. Gelieve daarbij het
dossiernummer 2010NS2175WV te vermelden.