Het gebeurde toen ik een weekendje naar Parijs ging. Micky was bij mijn vrienden. Bij Mieke wou ik Micky niet achterlaten omdat ze steeds meer dronk.Toch had Mieke hem meegekregen voor de kerstavond. Daar viel hij van de trap... Ik was er van overtuigd dat het Miekes fout was maar de dokters zeiden dat hij is overleden aan een secundair trauma. Hij had een gezwel in zijn hoofd dat opeens 'geknapt' was. Hij lag een tijdje in de coma. Uiteindelijk zeiden de dokters dat ik hem beter laat vertrekken omdat hij niet meer dan een plant was. Ik wilde het niet, hij mocht mij niet verlaten... Toch heb ik het gedaan. Ik wou hem laten gaan, hem vrij laten. Ik heb hem laten cremeren en over de zee laten uitstrooien. Ik wou niet dat er iets van hem overbleef op de aarde. Ik wilde mezelf straffen voor alles. Op de ceremonie was ik als enige aanwezig, ook als straf. Ik weet niet of ik de juiste keuze heb genomen, ik zal het nooit weten. Wel weet ik dat Micky iemand was die ik nooit zal vergeten en hem ook door niemand zal vervangen. Mijn kleine blonde jongen, altijd zo vrolijk en nieuwsgierig. Hij heeft niet veel gezien in zijn leven, behalve zijn dronken moeder dan die niet naar hem omkeek. Hij had wel een vader die alles om hem gaf. Ik beklaag me u dood elke dag opnieuw, ook al weet ik dat het mij fout niet was. Rust in vrede.
Micky, mijn dierbaar zoontje, u zal ik nooit vergeten. Hij was een jongen uit de duizenden, ik hield zoveel van hem en zal altijd van hem blijven houden. Hij was zo speciaal... Hij was de enige persoon die ik had en alles om gaf. Zijn moeder, Mieke, was vroeger mijn leerkracht. Ik heb met haar seks gehad in dronken toestand. Toen ze mij liet weten dat ze zwanger was en een toekomst voor ons plande, wist ik niet wat doen en besloot om tegen iedereen te zeggen dat ik homoseksueel was. Dat ben ik eigenlijk nooit geweest. Fleurette, was mijn grote liefde en we ontmoetten elkaar in het geheim omdat ze gehuwd was. Micky wou ik echter nooit opgeven, ik wilde hem zien opgroeien en een persoon zijn waarop hij rekenen kon, aangezien Mieke alle dagen alcohol dronk tot ze inslaap viel. Micky stelde veel vragen, hij was altijd benieuwd naar alles. Ik kon niet op al zijn vragen antwoorden en dan was hij altijd boos omdat hij dacht dat ik loog. Micky was zes jaar geworden, dat waren de zes mooiste jaren van mijn leven die ik nooit meer terug zal krijgen.
Mijn vader was gek,
hij is nooit beter geworden. Er zijn vele dokters bij ons geweest voordat mijn
ouders nog gingen scheiden. Niemand kon hem helpen. Hij reageerde alles op ons uit,
wilde nooit naar iemand luisteren en wist altijd alles beter. Hij sloeg mijn
broers, mijn moeder en mij. Als iemand iets verkeerd deed, kreeg hij direct
slagen. Mijn moeder beklaagde haar dat ze ons, haar zonen, zo een leven heeft
gegeven. Toch kon ze mijn vader lang niet verlaten. Door mijn vader's gekheid
was ik zelf gek geworden. Mijn ouders hadden mij in een instelling gestoken,
die nooit geholpen heeft. In mijn vader's laatste brief had hij geschreven dat
hij zich verschrikkelijk schuldig voelde voor wat hij mij had aangedaan. Hij
had gelijk, maar door die brief heeft hij mij nog gekker gemaakt. Ik las hem
wel 100 keer per dag opnieuw voor en begon mij zelf deels schuldig te voelen
voor zijn zelfmoord...
Door mijn vader's
haat voor Duitsland was het mijn broers en mij streng verboden om naar
Duitsland te gaan. Op een dag gingen we met de klas op een uitstap.
Tijdens die uitstap mochten de kinderen even over de grens bij Duitsland
gaan. Ik mocht van mijn vader de grensabsoluut niet
over dus moest ik bij de leerkracht blijven. Opeens zag ik een vlinder, mijn
vader was verzot op vlinders, hij verzamelde verschillende exemplaren en soms
ging ik met hem vlinders vangen. Ik wilde die dus vangen zodat mijn
vader fier zou zijn op mij. Ik liep de vlinder achterna en toen ik hem
eindelijk had gevangen, besefte ik dat ik verdwaald was. Uiteindelijk bleek dat
ik op de Duitse grond was geweest, mijn moeder verbied mij dit te zeggen tegen
mijn vader maar doordat ik zo enthousiast was en mijn vader zo gelukkig was met
die vlinder, vertelde ik het hem zonder na te denken. Hij
was verschrikkelijk boos en had een week niet gepraat tegen mij.
Mijn vader was een
Duitser van joodse afkomst en werd dus vervolgd tijdens de oorlog. Heel zijn
familie werd in concentratiekampen geplaatst en hij en zijn broer waren de
enige die het overleefden. Hij had vele trauma's opgelopen tijdens de oorlog en
die bleven hem achtervolgen tot zijn dood, of noglanger. Mijn vader vertelde niet veel over de
oorlog, maar ik geloof dat het verschrikkelijk moet geweest zijn.
Hij wilde nooit iets horen over Duitsland en deels daardoor hadden we geen tv
thuis. Hij las erg veel boeken, meestal over de oorlog. Soms las hij stukjes
uit zijn boeken luid op voor mij, maar ik heb nooit goed geweten over wat de
boeken gingen omdat ze in het Duits geschreven waren. Ik kon Duits praten, mijn
vader leerde het mij aan van als ik geboren was, maar de taal in die boeken was
iets wat ik nooit begrijpen kon.