Vandaag wil ik graag opnieuw bloggen in NAHdine. Ik heb er namelijk eindelijk vrede mee dat NAH een deel blijft uitmaken van wie ik ben. Technisch krijg ik het niet gepresteerd om een bijdrage te leveren aan mijn eerste blog. Dagboekdine is perfect beschikbaar, maar NAHdine beschouwt mij als een volger en niet als auteur. Deze wandaad van bloggen.be stemt me rouwig. Als ik de NAH dan eindelijk - na veel omwegen - toelaat in mijn bestaan, loopt het letsel softwarematig van me weg. Of is het een wandaad van mijn geheugen? Tja, ik heb dan ook NAH...
Door het maken van deze omweg ben ik intussen vergeten waar ik over wilde schrijven. Even een blik werpen op mijn agenda. Daar staan al eens ideetjes in. Voila, naast dingen als 'avondschool: opzoeken CVO en Syntra' en 'afspraak maken met de tandarts' schreef ik 'zonder TOM TOM'. Ik ben namelijk reuzefier dat ik vanochtend de trouwe gps niet heb ingeschakeld om de weg te vinden naar het werk. Ik leg de 33 kilometer al een kleine twee maanden met de wagen af. Wat houdt me tegen om zonder hulpmiddelen ter plekke te geraken? Geen enkel moment heb ik onderweg naar het werk een verkeerde beslissing genomen, al miste ik wel zelfvertrouwen. Dat zelfvertrouwen was ik vanmiddag, toen ik huiswaarts wilde keren, nog meer kwijt dan vanochtend. Dat is allemaal de schuld van de spoorwegen. Toen ik de oprit van het arboretum wilde verlaten, was de overweg gesloten om een immens lange goederentrein te laten passeren. De file op de autoweg werd daardoor al even immens lang. Daarom sloeg ik rechtsaf in plaats van te wachten tot ik de kans kreeg naar links te rijden. Langs daar geraak ik ook thuis, maar niet zonder TOM TOM!
De behoefte aan blogschrijven vermindert. Voor mij is het een beetje verleden tijd, zoals de NAH quasi tot het verleden behoort. Omdat ik af en toe een mailtje krijg van blogmissende mensen, pen ik hier toch nog iets neer. Hiervoor doe ik even aan CTRL-C en CTRL-V met als basis een mail die ik stuurde naar mijn twee vriendinnen Gerlinde en Paula.
Vandaag heb ik deel twee van start to run gelopen. Daarvoor droeg ik mijn 'goeie' oudere steunzolen. Na het joggen ben ik gaan zwemmen, op 't gemak. Hopelijk word ik vannacht niet wakker van de pijn aan mijn heup, zoals na deel één het geval was. Tot nu toe heb ik er geen last van. Na het joggen en zwemmen wilde ik per sé nog een eind wandelen naast het kanaal, maar die wandeling heb ik kort gehouden. Zoals Lusse altijd zegt: 'té is nooit goed, behalve in tevreden en in tetten'. Wat een lijfspreuk, hihihi.
Mijn recentere steunzolen voldoen niet. Ik heb schrik dat een toekomstige aankoop van steunzolen niet beter gaat lopen. Hahaha, leuke associatie met het werkwoord 'lopen' hé.
Ik heb met de collega's gesproken over mijn plan om later, als ik meer dan halftijds mag werken, viervijfde te presteren met vrijaf op woensdag. Ze maken daar geen probleem van. Dat is al een fijn vooruitzicht. De baas zal daar ook soepel in zijn, vermoed ik. Volgende week is hij terug paraat. Ik zal het halftijds werken nog twee maanden moeten opbrengen. Tegen dat ik het goed en wel gewoon ben, gaat het lastig zijn terug uit te breiden. Dan ga ik mijn sportieve namiddagactiviteiten niet graag opgeven. Woensdagse wandelingen met Gerlinde en Darco, haar hond, gaan dat dan wel compenseren.
Zaterdag gaan Lusse en ik naar de cinema, naar 'after earth'. Zondag breng ik een bezoek aan mama. Maandagavond heb ik een afspraak met Ann, de psychologe van Cepos. Vorige week was ze ziek en ik voel dat ik de sessies nodig heb.
Van 'start to run' naar 'end to blog' zeker hé? Als het nog eens tot bloggen komt, breng ik mijn trouwe volgers via mail op de hoogte.
De nieuwe job valt beter en beter mee. Het onderweg zijn minder en minder. Tijd om eens rustig een paar vervangende verplaatsingsmethodes uit te proberen. Twee busritten brengen misschien soelaas. In extremis neem ik de wagen, maar benzine betaalt de werkgever me niet terug.
Op deze dag van de arbeid ben ik om 6u30 spontaan springlevend. Het ochtendgloren is een ideaal blogmoment. Ik overdenk de dag van gisteren. Na de halve dag vruchtbare arbeid pikte mijn oom mij op om een hapje te gaan eten. Het gesprek was hartelijk, en hij bejubelde mijn vooruitgang in vergelijking met de periode in het ziekenhuis en de eerste weken revalidatie.
Toch wil ik de NAH niet loochenen. Het blijft een deel van mijn leven. In die zin overweeg ik om eens bij 'MOED-dig verder' te vragen of ze mij als vrijwilliger kunnen gebruiken. Dan draag ik mijn steentje bij in een zelfhulpgroep die bij me past. Dat is altijd beter dan een vreemde eend te zijn in de wereldwinkelbijt.
Mijn eerste halve werkdag zit er op. Het zijn fijne collega's en de baas valt goed mee. Hij maakt tijd voor mij. Het enige negatieve puntje is het onderweg zijn: bus tussen woonplaats en station, trein van station naar werkplek en vice versa. Het onderweg zijn vind ik nog het meest vermoeiende.
Over drie maanden mag ik hopelijk uitbreiden van halftijds naar voltijds of bijna voltijds. Dat is een normalere manier van doen. De namiddag vrijetijd jaagt mij de winkels in ter uitbreiding van mijn garderobe. Misschien had ik wat koopdrang in te halen, maar nu kan de bankkaart dergelijke uitspattingen niet echt meer aan. Een NAH is niet onoverkomelijk, maar een NAK is dat op termijn wel. De K staat voor koopletsel.
Laat ik - glimmend in mijn nieuwe outfits - genieten van het feit dat ik het hersenletsel te boven ben gekomen en 'gewoon' naar het werk kan gaan.
Vanochtend raadpleeg ik de websites met uurregelingen van De Lijn en de NMBS. Na bestudering van de zoekresultaten neem ik een besluit. Niet bepaald milieu- en budgetvriendelijk, maar OK voor mijn gemoedsrust. Mijn verplaatsingen naar en van het werk zal ik in eerste instantie met de wagen realiseren. Het verloop van mijn eerste treinrit overtuigt me hiervan. Ik wil in Kalmthout arriveren op een verantwoord uur zonder vertraagd te worden door zieke treinbestuurders of andere omstandigheden. Op lange termijn verplicht niets mij om werkzaam te blijven in het Arboretum. Mijn droom is een tewerkstelling in mijn woonplaats. Misschien krijg ik daar ooit de kans voor binnen het provinciebestuur?
Normaliter kost het me 's ochtends moeite om me te herinneren wat ik de dag ervoor deed. Vanochtend is het beeld van een schitterend bruidspaar een open poort. Jessica, nichtje van Lusse en blogvolgster, trouwde gisteren met haar lieverd Bert en wij mochten lekker eten en heupwiegen op de dansvloer van feestzaal De Vrije Valk in Alt Hoeselt, een uur rijden van Wijnegem.
Waar ik nog van genoot, was de warmte van de broers en de zus van Lusse. Een dikke knuffel en bemoedigende woorden, dat is iets kostbaars!
Ik ben alweer veel te vroeg op. Straks doen we een saunabezoek. Dat wordt gegarandeerd genieten.
Ik begeef mij busgewijs naar 't stad. Aan de ingang van Starbuck's zal Anke van vzw De Ploeg op me wachten. Omdat ik een kar te vroeg ben, besluit ik even te gaan ontdekken waar de halte van bus 17 zich bevindt. Straks heb ik een ritje te doen naar het UZA voor een tweede raadpleging op de tinnitusafdeling.
Anke begroet mij vrolijk. Er is een nieuwe teamleider aangeworven bij De Ploeg. Ook zij gaat mee. Het aankondigingsbord in het centraal station vermeldt een pak vertragingen. We zullen geduldig moeten wachten. Vol goede moed installeren we ons op de trein. Die moed zakt onderweg danig in mijn schoenen. Als de trein aan een station stopt, rijdt hij niet meer verder. Anke gaat op onderzoek uit. De bestuurder is onwel geworden. Er wordt een vervanger opgetrommeld en een ambulance gebeld. We moeten wachten. Anke geeft onze vertraging telefonisch door aan het arboretum. Ik doe mijn best niet te gaan geloven in slechte voortekenen. Ik bel naar het UZA om mijn afspraak te verplaatsen, want op deze manier geraak ik daar niet op tijd. Ik mag een uur later komen.
Op het arboretum begroeten we de directeur en één van zijn medewerksters. Ik doorzoek mijn notities en kijk op de website, maar vindt haar naam niet terug. Die kom ik wel opnieuw te weten. Van de communicatiedienst is er ook nog een dame. Steffi, heet ze. Haar naam noteerde ik wel netjes. We nemen plaats aan de ovalen vergadertafel. Zes mensen, wat een luxe! We bekijken mijn takenpakket. Ik mag het Arboretum naar voren brengen op Facebook en andere sociale media, zoals bijvoorbeeld Foursquare. Dat gaat wel lukken, zeker? Mijn collega wiens naam ik niet terugvindt, heeft een werkplek naast de hare voor me klaargemaakt. Tot mijn tevredenheid ga ik achter het hoekje zitten. Dat vermindert de kans op geluidsoverlast. Er staan in de ruimte nog een zestal burelen met computers. De bezetting van die plaatsen zal wisselen.
Tot daar mijn eerste werkdag. Ik voel me klaar voor de volgende werkdagen. Halve dagen, die ik hopelijk na drie maanden mag uibreiden naar volle of iets vollere dagen.
In het UZA is wachten de boodschap, om dan op consultatie te mogen gaan, waar twee artsen mij meedelen dat de hersenscan in orde is en dat er niets kan verholpen worden aan mijn tinnitus. Ze willen me doorverwijzen naar een psychotherapeut, maar daar bedank ik voor. Eerst wil ik dit bespreken met Ann, mijn psychologe voor de NAH. Ik kreeg in het verleden al eens de booschap dat de tinnitus niet kan verholpen worden. Een huilbui was mijn reactie. Die huilbui blijft nu achterwege.
Konteverkeerd zit ik in elkaar. Als ik netjes de wekker zet om generaal te repeteren voor mijn werkhervatting, slaap ik noest verder. Als de wekker uitgeschakeld blijft omdat het 1 mei is en ik niet hoef te arbeiden of ervoor te repeteren, ben ik klaarwakker om 7u30.
Voor ik een snee brood en de pot choco aanval, heb ik een jobke te doen op deze arbeidsloze dag van de arbeid. Elke eerste van de maand krijgen de poezen Frontline in de nek gespoten. Bliksem ontvangt genoegzaam zijn 0,8 ml en zet zijn dutje verder. De dames stellen zich weerbaar op. Ik hol achter Myra en ze verdwijnt prompt de buitenwereld in. Zorra verschanst zich onder de canapé. Ze zullen niet met een list, maar met een portie engelengeduld dienen te worden benaderd. Ik besluit al bloggend te wachten tot er eentje in dromenland verkeert om ze dan te besprenkelen. Dan merkt de dierbare kort- of halflangharige kattin er niets van.
Voila, Myra heb ik tussen paragraaf twee en drie besprenkeld. Ik bewaarde daarbij zodanig veel afstand, dat een deel van de 0,5 ml een ander doel vond. Een paar minidruppels zullen een maand lang de zetel vrijwaren van parasitair bezoek.
Mijn gedachten zijn bij nog een ander front dan de Frontline. De werkhervatting nadert. Anke van De Ploeg stelt voor dat we op 3 mei samen de trein nemen naar Kalmthout. Dat vind ik rustgevend. Leest ze de blog en ondermijnt ze prompt mijn verplaatsingsangst, of berust dit prachtige voorstel op luiter toeval? Op de koop toe vraagt ze of ik het OK vind als er een nieuwe medewerkster mijn werkhervatting mee komt observeren. Ik juich de extra assistentie toe, want ik ben tuk op aandacht.
Op 7 mei, mijn derde halve werkdag, heb ik een date met nonkel Marc in taverne Heidehoeve op de Heidebloemlaan. Nonkel Marc stelt voor mij af te halen op het arboretum. Dat heb ik afgeslagen omdat de gps mij er wel heen leidt, maar vermits ik mijn weg naar en van het werk tomtomloos zal afleggen, neem ik het voorstel beter aan. Mijn volgende activiteit voor ik het brood en de choco aanval, wordt het sturen van een mailtje naar de zorgzame nonkel, maar eerst val ik ons Zorra lastig met het beschermende goedje.
Mijn verlangen naar een job, leeft dat wel in mijn onderbewustzijn? Vanochtend had ik de wekker gezet om 6u45 met de bedoeling een generale repetitie te houden: opstaan, ontbijten, opfrissen en de rit naar Kalmthout uitproberen. De wekker liep trouw af en was snel uitgeschakeld, waarna ik mij opnieuw te slapen legde. Dat vind ik geen uiting van werklust! Op de koop toe heeft Lusse voor mij al online een treinticket gekocht. Vandaag ga ik dus toch naar het Arboretum, al is het met een halve dag vertraging.
Sta mij toe even te bekennen dat de nakende werkhervatting mij een beetje nerveus maakt. Het zenuwslopende element is niet de dagtaak, maar de verplaatsing. Toen ik bij de CM werkte, huurde ik een appartement op 800 meter afstand. Een wandelingetje over de Grote Markt van Sint-Niklaas en ik was er. Mijn job in het ITG in Antwerpen lokte mij naar een appartementje in dezelfde straat van dezelfde stad.
Het Arboretum in Kalmthout bezorgt mij werkzekerheid, maar is niet bij de deur. In plaats van de afstand van Wijnegem naar Kalmthout te vervloeken, kus ik beter mijn twee pollekes omdat ik statutair provinciaal ambtenaar ben en dus niet zonder vooruitzichten thuis moet zitten hersenletselen. Laat ik dankbaar zijn om die werkzekerheid. En om mijn draaglijke vorm van NAH. Laat ik ook nog even tot actie overgaan en de directeur van mijn toekomstige werkplek om een halve dag verlof verzoeken zodat ik op tinnitusraadpleging kan in het UZA. Mijn draaglijke vorm van NAH openbaart zich hierbij even op onverdraaglijke wijze. Als ik de directeur wil mailen, zoek ik naar het vorige mailverkeer en ontdek ik mijn vraag om verlof voor een raadpleging in het UZA op een andere dag.
Nu ben ik danig in de war. Ik nam twee afspraken bij een optieker in het UZA. Eentje op 23 mei om 10 uur en eentje op 12 juli om 10 uur. Ik ga de beide afspraken even behouden, maar schrijf in mijn agenda op 23 mei dat ik per ongeluk nog een afspraak heb op 12 juli. Dat zet ik dan ter plekke wel recht. De tinnitusraadplegingen staan gelukkige netjes gepland op non-werkuren.
Mijn gedachten voyageren vlotjes naar het trefwoord dat op mijn dossier van Cepos prijkte: desoriëntatie.
Vanochtend werd ik wakker met de idee om te stoppen met het bloggen in 'dagboekdine' en mijn activiteiten te hernemen in 'NAHdine'. De NAH blijft namelijk een rol spelen. Dat blijkt uit mijn dagboekdinebijdragen, die toch weer over NAH gaan.
Als ik besluit om de blog dagboekdine af te sluiten en NAHdine te hernemen, slaag ik daar niet in. Onvoldoende blogervaring? Minder gebruiksvriendelijke software? Het zij zo. Dan blijft dagboekdine maar bestaan. NAH of geen NAH. De NAH-gerelateerde bloglezers zal ik informeren over mijn kleine adreswijziging en hierbij heet ik hen dus opnieuw welkom.
Gisteren hadden Lusse en ik een activiteit van MOE-dig verder. Op Cepos. Het ging over leven met en na een NAH. De NAH'ers verzamelden rond de tafel, samen met Stef. De partners of andere familieleden trokken naar een apart lokaal met een dame wiens naam ik mij niet meer herinner. Aan tafel zitten met mijn lotgenoten luchtte me een klein beetje op en gaf me blijdschap om het feit dat er 'alleen maar' gaten in mijn geheugen zijn gebleven. Best leefbaar.
Vandaag bollen we naar Lokeren om mama te bezoeken. We nemen haar mee uit eten. Biene en Wiene gaan ook van de partij zijn. Dat zijn mijn zus en schoonbroer. Voila, zo gaat ons leven verder, liefst op smakelijke wijze.
Lusse heeft me een tof cadeau gegeven: permanente make-up. In Studio Tess, het schoonheidsinstituut van Nadine, had ik een afspraak met Darline. Dat rijmt. Ik vertelde Darline dat ik twee zussen heb en dat onze drie namen rijmen. Ze heeft toen uitgelegd hoe ze aan haar naam kwam, maar ik herinner het mij niet meer. Zo kom ik weer naadloos op NAH. Ik vraag me af waarom ik per sé van blogtitel wilde veranderen en wilde afstappen van mijn NAH-verleden. Het is gewoon een deel van mij, net als permanente make-up. Het hersenletselgebeuren was wel veel pijnlijker dan het make-upgebeuren. Zo kom ik weer naadloos van NAH op make-up. Darline sprenkelde een vloeistof op mijn oogleden om ze te verdoven en nam dan een toestelletje ter hand, waarmee ze de lijntjes tekende. Die lijntjes had ze eerst met een uitwisbaar potloodje gemaakt zodanig dat we duidelijk wisten wat het eindresultaat mocht zijn.
Deed het pijn? Niet op dat ogenblik, maar het gaf wel een vervelend gevoel. Ijs en oogzalf brachten verlichting. Vandaag heb ik geen pijn, maar wel jeuk. Jeuk wijst op genezing, niet? Het litteken op mijn voorhoofd jeukt ook regelmatig. Zo kom ik alweer op NAH. Wat ik leer uit dit blogstukje, is dat ik het verleden niet kan verbannen, zelfs als ik het zou willen. Laat het nu maar gewoon een deel van mijzelf zijn, net als de lijntjes. Dan ga ik er op de meest gezonde manier mee om.
Dat geeft me al gespreksstof voor onze activiteit van deze namiddag. MOE-dig verder organiseert een info-namiddag over leven met en na een NAH. Wat ik ook doe en hoe ik ook van blog verander, ik heb een leven met en na NAH.